Artikelen bij COM(2023)250 - Voorstel voor een Gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2023 OPNAME VAN HET OVERSCHOT VAN HET BEGROTINGSJAAR 2022

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Gezien:

- het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 314, in samenhang met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name artikel 106 bis,

- Besluit (EU, Euratom) 2020/2053 van de Raad van 14 december 2020 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie1, dat op 1 juni 2021 in werking is getreden,

- Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (...)2, en met name artikel 44,

- de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2023, zoals vastgesteld op 23 november 20223,

- ontwerp van gewijzigde begroting nr. 1/20234, vastgesteld op 16 maart 2023,

dient de Europese Commissie bij het Europees Parlement en de Raad het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2023 in.


WIJZIGINGEN IN DE STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING


De wijzigingen in de algemene staat van ontvangsten en afdeling III zijn beschikbaar via EUR-Lex (https://eur-lex.europa.eu/budget/www/index-nl.htm).

TOELICHTING

Het ontwerp van gewijzigde begroting (OGB) nr. 2/2023 heeft tot doel het uitvoeringsoverschot van het begrotingsjaar 2022 in de begroting 2023 op te nemen. Zoals bepaald in artikel 18, lid 3, van het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Unie5 (hierna “Financieel Reglement” genoemd), heeft dit OGB uitsluitend betrekking op het saldo van 2022 en moet het worden ingediend binnen 15 dagen na de indiening van de voorlopige rekeningen eind maart 2023.

1. De uitvoering van het begrotingsjaar 2022 geeft een overschot van 2,5 miljard EUR te zien, dat als ontvangsten op de begroting 2023 wordt opgevoerd.

(in EUR)
Uitsplitsing begrotingsresultaat 2022
Overschot ontvangsten2 198 439 115
Overschot uitgaven320 571 835
Totaal overschot2 519 010 950

2. De opname van het overschot in de begroting zal een vermindering van de totale bijdrage van de lidstaten in de financiering van de begroting 2023 met hetzelfde bedrag tot gevolg hebben. De bijdragen van de lidstaten zullen ook worden beïnvloed door de herziene raming van de eigen middelen, die beschikbaar zal zijn na de bijeenkomst van het Raadgevend Comité Eigen Middelen later in 2023 en zal worden opgenomen in een volgend ontwerp van gewijzigde begroting overeenkomstig artikel 44, lid 1, punt b), van het Financieel Reglement.

3. In de onderstaande tabel wordt een uitsplitsing gemaakt van het resultaat voor 2022 op het vlak van de uitvoering van de ontvangsten:

(in EUR)
Uitsplitsing begrotingsresultaat 2022Begroting
(incl. GB 1-5)
ResultaatVerschil
Subtotaal ontvangsten170 038 174 351172 236 613 4662 198 439 115
Titel 1 - Eigen middelen153 928 125 042155 758 388 8881 830 263 846
Heffingen en andere rechten in de sector suiker0-825 222-825 222
Douanerechten23 764 800 00025 857 229 6792 092 429 679
Eigen middelen uit btw19 714 233 15019 665 680 155-48 552 995
Eigen middelen op basis van het bni104 087 927 412103 880 358 779-207 568 633
Correctie voor begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk000
Aan bepaalde lidstaten toegekende brutovermindering van de jaarlijkse bni-bijdrage018 608 66018 608 660
Eigen middelen op basis van niet-gerecycled kunststof verpakkingsafval6 361 164 4806 337 336 836-23 827 644
Titel 2 - Overschotten, saldi en aanpassingen2 980 058 8073 226 947 517246 888 710
Titel 3: Administratieve ontvangsten1 791 362 9231 961 678 826170 315 903
Titel 4: Financiële ontvangsten, achterstandsrente en boeten454 258 930595 694 687141 435 757
Titel 5: Begrotingsgaranties, opgenomen en verstrekte leningen000
Titel 6: Ontvangsten, bijdragen en restituties in verband met Uniebeleid10 884 368 64910 693 903 549 -190 465 100

4. De gecombineerde nettoverschillen in titel 1 (Eigen middelen) en titel 2 (Overschotten, saldi en aanpassingen) bedragen in totaal 2 077 miljoen EUR. Het positieve verschil is voornamelijk het gevolg van een hoger dan verwacht bedrag aan douanerechten dat in de laatste maanden van het jaar ter beschikking van de EU-begroting is gesteld.

5. De verschillen in titel 3 (Administratieve ontvangsten) bedragen 170 miljoen EUR. Dit bedrag is grotendeels toe te schrijven aan het percentage van de salarisaanpassing dat hoger uitviel dan oorspronkelijk was geraamd, waardoor automatisch ook het niveau van belastingen, heffingen en pensioenbijdragen is gestegen.

6. De verschillen in titel 4 (Financiële ontvangsten, achterstandsrente en boeten) bedragen 141 miljoen EUR, onder meer door boeten in concurrentiezaken en achterstandsrente, andere dwangsommen en rente in verband met boeten en dwangsommen.

7. In de onderstaande tabel wordt een uitsplitsing gemaakt van het resultaat voor 2022 op het vlak van de uitvoering van de uitgaven voor alle instellingen:

(in EUR)
Uitsplitsing begrotingsresultaat 2022Begroting
(incl. GB 1-5)
ResultaatVerschil
Subtotaal uitgaven170 038 174 351169 717 602 516-320 571 835
Resultaat in de begroting toegestane kredieten170 038 174 351169 751 223 270-286 951 081
Europese Commissie165 553 144 505165 306 008 388-247 136 117
Rubriek 1 – Eengemaakte markt, innovatie en digitaal beleid21 473 535 65120 582 863 422-890 672 229
Rubriek 2a – Economische, sociale en territoriale cohesie56 350 922 71057 603 004 2481 252 081 538
Rubriek 2b – Veerkracht en waarden5 572 664 1185 527 511 838-45 152 280
Rubriek 3 – Natuurlijke hulpbronnen en milieu55 826 766 83855 690 728 927-136 037 911
Rubriek 4 – Migratie en grensbeheer3 254 270 9623 294 971 31140 700 349
Rubriek 5 – Veiligheid en defensie1 237 861 1851 136 094 874-101 766 311
Rubriek 6 – Nabuurschap en internationaal beleid12 916 051 93713 142 823 607226 771 670
Rubriek 7 – Europees openbaar bestuur6 298 233 1046 288 211 250-10 021 854
Thematische speciale instrumenten2 622 838 0002 039 798 910-583 039 090
Overige instellingen4 485 029 8464 445 214 882-39 814 964
Europees Parlement2 161 651 2862 151 485 224-10 166 062
Raad en Europese Raad611 473 556598 590 564-12 882 992
Hof van Justitie van de Europese Unie467 900 000460 549 622-7 350 378
Europese Rekenkamer162 141 175160 328 437-1 812 738
Europees Economisch en Sociaal Comité152 451 643146 533 872-5 917 771
Comité van de Regio’s109 976 858109 102 637-874 221
Europese Ombudsman12 222 10811 851 764-370 344
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming20 266 00019 907 724-358 276
Europese Dienst voor extern optreden786 947 220786 865 037-82 183
Annulering van overgedragen kredieten van voorgaande jaren0-130 188 747-130 188 747
Europese Commissie0-74 996 040-74 996 040
Annulering van ongebruikte uit vorige jaren overgedragen kredieten (overeenkomstig artikel 12, lid 7, van het Financieel Reglement)0-55 500 752-55 500 752
Annulering van ongebruikte uit vorige jaren overgedragen kredieten (automatisch en bij besluit)0-19 495 288-19 495 288
Overige instellingen0-55 192 707-55 192 707
Europees Parlement0-15 915 189-15 915 189
Raad en Europese Raad0-8 369 292-8 369 292
Hof van Justitie van de Europese Unie0-4 325 816-4 325 816
Europese Rekenkamer0-293 225-293 225
Europees Economisch en Sociaal Comité0-4 655 361-4 655 361
Comité van de Regio’s0-2 760 761-2 760 761
Europese Ombudsman0-123 703-123 703
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming0-268 177-268 177
Europese Dienst voor extern optreden0-18 481 184-18 481 184
Wisselkoersverschillen op uitgaven096 567 99396 567 993


8. Het niet-uitgevoerde bedrag door alle instellingen samen bedroeg 287 miljoen EUR. De Commissie voerde 99,85 % van de toegestane betalingskredieten uit. De onderbesteding van de Commissie had betrekking op een bedrag van 247 miljoen EUR aan goedgekeurde kredieten en 75 miljoen EUR aan uit 2021 overgedragen kredieten.

9. De onderbesteding en de annulering van kredieten van de andere instellingen vallen laag uit in vergelijking met de voorgaande jaren.

1Besluit (EU, Euratom) 2020/2053 van de Raad van 14 december 2020 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Unie en tot intrekking van Besluit 2014/335/EU, Euratom (PB L 424 van 15.12.2020).

2Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).

3PB L 58 van 23.2.2023.

4COM(2023) 150 final.

5PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1.

NL NL