Toelichting bij COM(2011)591 - Standpunt EU bij onderhandelingen over wijziging van de bijlagen I en II bij het Verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2011)591 - Standpunt EU bij onderhandelingen over wijziging van de bijlagen I en II bij het Verdrag inzake de bescherming van trekkende ... |
---|---|
bron | COM(2011)591 ![]() ![]() |
datum | 29-09-2011 |
2. De trekkende diersoorten waarvan het behoud wordt beoogd, worden opgesomd in bijlage I (bedreigde soorten) en bijlage II (soorten waarover een overeenkomst dient te worden gesloten) bij het verdrag.
3. De Conferentie van de Partijen is het besluitvormingsorgaan van het verdrag, dat bevoegd is om de behoudsstatus van trekkende soorten te beoordelen en in het licht van deze beoordeling de bijlagen I en II bij het verdrag te wijzigen.
4. Krachtens artikel XI van het verdrag kan elke partij voorstellen tot wijziging indienen. Een wijziging van de bijlagen wordt voor alle partijen van kracht negentig dagen na de vergadering van de Conferentie van de Partijen waarop zij werd aangenomen, behalve voor de partijen die een voorbehoud maken.
5. De tiende vergadering van de Conferentie van de Partijen bij het verdrag zal van 20 tot 25 november 2011 in Bergen (Noorwegen) plaatsvinden. Voor die vergadering heeft een aantal partijen voorstellen ingediend om verscheidene nieuwe soorten bescherming te verlenen door de bijlagen I en II van het verdrag te wijzigen.
6. Twee van deze voorstellen zijn gedaan door de Europese Unie en overeenkomstig de eisen van het besluit van de Raad[2] ter kennis van het secretariaat van het verdrag gebracht. Er is al vastgesteld dat deze voorstellen aansluiten bij de doelstellingen van de vogelrichtlijn[3] en de verordening inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer[4]. Daarom dient de Unie de goedkeuring van deze door haarzelf ingediende voorstelen actief te steunen.
7. Andere partijen bij het verdrag hebben zes voorstellen ingediend tot wijziging van de bijlagen I en II. De voorstellen betreffende vogels of zoogdieren vereisen geen aanpassing van het recht van de Unie. De voorstellen betreffende de vissoort Manta birostris vereisen wel een aanpassing van het recht van de Unie inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid, om de bescherming van deze soort te waarborgen. De Unie dient deze voorstellen op basis van de volgende overwegingen te steunen: 1) de opneming van deze soorten is wetenschappelijk verantwoord; 2) zij zijn wenselijk met het oog op de samenhang tussen het interne en externe optreden van de Unie en 3) de Unie maakt zich sterk voor internationale samenwerking om de biodiversiteit te beschermen.
8. Bijgevolg dient de Raad een besluit te nemen met het oog op de vaststelling van het standpunt dat op de tiende vergadering van de Conferentie van de Partijen namens de Unie moet worden ingenomen ten aanzien van voorstellen tot wijziging.