Toelichting bij COM(2007)689 - Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) - Meerjarig indicatief financieel kader voor 2009-2011

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Belangrijke juridische mededeling

|
52007DC0689

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) - Meerjarig indicatief financieel kader voor 2009–2011 /* COM/2007/0689 def. */


[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

1.

Brussel, 6.11.2007


COM(2007) 689 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN (IPA) MEERJARIG INDICATIEF FINANCIEEL KADER VOOR 2009–2011

2.

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT


INSTRUMENT VOOR PRETOETREDINGSSTEUN (IPA) MEERJARIG INDICATIEF FINANCIEEL KADER VOOR 2009–2011

Inleiding



Het indicatief financieel meerjarenkader (MIFF) voor het instrument voor pretoetredingssteun IPA moet informatie geven over de indicatieve verdeling van het algemene IPA-budget dat de Commissie overeenkomstig artikel 5 van de IPA-verordening nr. 1085/2006 voorstelt. Het MIFF vormt de schakel tussen het politieke kader dat deel uitmaakt van het uitbreidingspakket en het begrotingsproces. Voor ieder begunstigd land en voor programma’s met meerdere begunstigden wordt een indicatieve meerjarenplanning (MIPD) vastgesteld met het oog op de verstrekking van de pretoetredingssteun. Daarin wordt rekening gehouden met de in het MIFF voorgestelde indicatieve verdeling.

Het MIFF gaat uit van een doorlopende programmeringscyclus van drie jaar. In normale omstandigheden wordt in het laatste kwartaal van jaar n−2 in het kader van het uitbreidingspakket een MIFF gepresenteerd voor de jaren n, n+1 en n+2. Dit MIFF vormt de vertaling van de prioriteiten die in het pakket worden gesteld en houdt rekening met het financieel kader. Het eerste MIFF, voor de jaren 2008 tot en met 2010 (dat echter ook cijfers voor het jaar 2007 bevatte) werd goedgekeurd op 8 november 2006. Dit tweede MIFF betreft de jaren 2009 tot en met 2011. Het geeft aan hoe het budget voor pretoetredingssteun per land en per afdeling voor die jaren wordt verdeeld en geeft een indicatie van het voor regionale en horizontale programma’s en voor ondersteunende uitgaven beschikbare bedrag.

De algemene politieke prioriteiten voor het pretoetredingsproces zijn vastgesteld in de toetredingspartnerschappen en Europese partnerschappen, de jaarlijkse voortgangsverslagen en het strategiedocument over de uitbreiding dat onderdeel is van het uitbreidingspakket dat ieder jaar aan de Raad en het Europees Parlement wordt gepresenteerd.

3.

Strategische financiële programmering


4.

1. Verdeling van de middelen over de landen


Het uitgangspunt voor de toewijzing in 2007 was de verbintenis van de Commissie dat geen enkel begunstigd land in 2007 minder zou ontvangen dan in 2006, en dat bovendien Bosnië en Herzegovina en Albanië niet minder zouden ontvangen dan het jaargemiddelde van de financiering die elk van die landen in 2004, 2005 en 2006 kreeg. Dit laatste punt weerspiegelt de omstandigheid dat de financiering voor die landen grotendeels in 2004 werd uitgekeerd.

De cijfers voor 2008 en later zijn berekend op basis van de toewijzingen per hoofd van de bevolking die in het verleden zijn genoemd als representatief voor de behoeften en de impact. Aldus gemeten zouden de landen van de westelijke Balkan hun positie gedurende het lopende financiële kader moeten verbeteren, vergeleken met het gemiddelde van 23 EUR per hoofd van de bevolking (prijspeil 2004) dat zij in de periode 2004–2006 via Cards ontvingen. Volgens het MIFF voor 2008–2010 zou dit punt uiterlijk in 2010 voor elk land van de westelijke Balkan moeten zijn bereikt. De cijfers voor de westelijke Balkanlanden voor 2011 blijven op hetzelfde peil.

Voor de kandidaat-lidstaten Kroatië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië wordt voor 2008 het niveau van ruim 30 euro per hoofd van de bevolking (prijspeil 2004) voorzien. Voor Kroatië wordt dit peil in 2009–2011 gehandhaafd. Voor de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zal de financiering per hoofd van de bevolking nog toenemen, omdat voor de opbouw van een adequate bestuurlijke capaciteit een minimum aan financiering nodig is, ongeacht de omvang van het land.

Voor Turkije wordt, rekening houdende met de omvang en de absorptiecapaciteit van het land, het steunvolume per hoofd van de bevolking over de periode 2007–2011 geleidelijk verhoogd.

Bij het toewijzingsproces zijn de behoeften en de absorptiecapaciteit van elk land in aanmerking genomen.

5.

2. Verdeling van de middelen over de afdelingen


Bij het bepalen van de toewijzing per afdeling is gekeken naar de mate waarin de gedecentraliseerde beheersstelsels van de huidige kandidaat-lidstaten voor de implementatie van de afdelingen III, IV en V gereed zijn en naar de behoefte aan financiering voor afdeling II, voor zover die betrekking heeft op grensoverschrijdende samenwerking met lidstaten, omdat die moet overeenstemmen met de financiering uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling via rubriek 1b.

6.

Presentatie van de cijfers


In de volgende tabel worden de cijfers opgegeven in huidige prijzen, in euro. De tabel toont de toewijzing per land en per afdeling en de toewijzing voor regionale en meerlandenprogramma’s en voor ondersteunende uitgaven. Zoals gebruikelijk wordt de financiering voor Kosovo i apart aangegeven. Hiervoor zal een afzonderlijke indicatieve meerjarenplanning worden opgesteld. De cijfers voor 2007 en 2008 zijn ter vergelijking eveneens in de tabel opgenomen.

7.

Ondersteunende uitgaven


Dit bedrag dient ter dekking van de administratieve kosten die rechtstreeks samenhangen met de tenuitvoerlegging van het IPA. In 2007 en 2008 omvat dit tevens de administratieve kosten voor de gefaseerde afschaffing van eerdere pretoetredingsfinanciering, onder meer voor Bulgarije en Roemenië.

Toewijzing voor regionale en horizontale programma’s

De IPA-verordening voorziet in betere donorcoördinatie, ook met de internationale financiële instellingen, om het effect van de subsidies te maximaliseren. De al bestaande faciliteit voor energie-efficiëntie wordt uitgebreid tot de westelijke Balkan. Door de samenwerking met het Europees Fonds voor Zuidoost-Europa worden particuliere investeringen verder gestimuleerd (voor zeer kleine bedrijven en het midden- en kleinbedrijf). In samenwerking met de EIB en andere internationale financiële instellingen wordt een nieuwe infrastructuurfaciliteit opgezet om investeringen in de sectoren vervoer, energie, en milieu en de sociale sector te stimuleren. Via de regionale en de nationale programma’s wordt financiering verstrekt voor een financieringsfaciliteit voor het maatschappelijk middenveld.

De financiering van civiele interim-bestuursorganen wordt in 2008 voortgezet. Dit betreft met name de missie van de Verenigde Naties in Kosovo (UNMIK) en het bureau van de Hoge Vertegenwoordiger in Bosnië en Herzegovina.

Indicatief financieel meerjarenkader: Uitsplitsing van het budget van het instrument voor pretoetredingssteun voor 2009–2011 in toewijzingen per land en per afdeling

8.

Land Afdeling


KROATIË Omschakeling en institutionele opbouw 49 611 45 374 45 601 39 483 39 959

Grensoverschrijdende samenwerking 9 688 14 725 15 898 16 216 16 540

Regionale ontwikkeling 45 050 47 600 49 700 56 800 58 200

Ontwikkeling van het menselijk potentieel 11 377 12 700 14 200 15 700 16 000

Plattelandsontwikkeling 25 500 25 600 25 800 26 000 26 500

Totaal 141 227 146 000 151 200 154 200 157 200

VOORMALIGE JOEGOSLAVISCHE REPUBLIEK MACEDONIË Omschakeling en institutionele opbouw 41 641 39 922 38 128 36 317 34 503

Grensoverschrijdende samenwerking 4 158 5 277 5 571 5 682 5 796

Regionale ontwikkeling 7 400 12 300 20 800 29 400 35 000

Ontwikkeling van het menselijk potentieel 3 200 6 000 7 100 8 400 9 400

Plattelandsontwikkeling 2 100 6 700 10 200 12 500 14 000

Totaal 58 500 70 200 81 800 92 300 98 700

TURKIJE Omschakeling en institutionele opbouw 256 702 250 165 233 200 211 312 230 620

Grensoverschrijdende samenwerking 2 097 8 9 399 9 587 9 779

Regionale ontwikkeling 167 500 173 800 182 700 238 100 291 400

Ontwikkeling van het menselijk potentieel 50 200 52 900 55 600 63 400 77 600

Plattelandsontwikkeling 20 700 53 000 85 500 131 300 172 500

Totaal 497 200 538 700 566 400 653 700 781 900

ALBANIË Omschakeling en institutionele opbouw 54 318 61 111 70 917 82 711 84 301

Grensoverschrijdende samenwerking 6 681 9 588 10 282 10 488 10 698

Totaal 61 000 70 700 81 200 93 200 95 000

BOSNIË EN HERZEGOVINA Omschakeling en institutionele opbouw 58 136 69 854 83 892 100 688 102 681

Grensoverschrijdende samenwerking 3 963 4 945 5 207 5 311 5 418

Totaal 62 100 74 800 89 100 106 000 108 100

MONTENEGRO Omschakeling en institutionele opbouw 27 490 28 112 28 632 29 238 29 843

Grensoverschrijdende samenwerking 3 909 4 487 4 667 4 761 4 856

Totaal 31 400 32 600 33 300 34 000 34 700

SERVIË Omschakeling en institutionele opbouw 181 496 179 441 182 551 186 206 189 956

Grensoverschrijdende samenwerking 8 203 11 458 12 248 12 493 12 743

Totaal 189 700 190 900 194 800 198 700 202 700

KOSOVO i,[3] Omschakeling en institutionele opbouw 68 300 121 993 63 339 64 484 65 828

9.

Grensoverschrijdende samenwerking 2 706 2 760 2 815 2 871


Totaal 68 300 124 700 66 100 67 300 68 700

Totaal landenprogramma’s 1,109,427, 1 248 600 1 263 900 1 399 400 1 547 000

Totaal landenprogramma’s 1 109 427 1 248 600 1 263 900 1 399 400 1 547 000

Regionale en horizontale programma’s 108 980 140 700 160 000 157 700 160 800

10.

ADMINISTRATIEVE KOSTEN 44 793 54 000 56 500 64 600 75 000


EINDTOTAAL 1 263 200 1 433 300 1 480 400 1 621 700 1 782 800

Cijfers in euro (huidig prijsniveau)