Toelichting bij COM(2011)324 - Machtiging van de Commissie om te onderhandelen over wijzigingen van het Energiegemeenschapsverdrag

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Overeenkomstig artikel 11 van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap wordt onder 'acquis communautaire op energiegebied' verstaan:

- Richtlijn 2003/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 96/92/EG;

- Richtlijn 2003/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van Richtlijn 98/30/EG; en

- Verordening (EG) nr. 1228/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit.

Krachtens Besluit nr. 2007/06/MC-EnC van de ministerraad van de energiegemeenschap van 18 december 2007 zijn de verdragsluitende partijen tevens verplicht Verordening (EG) nr. 1775/2005 van 28 september 2005 betreffende de voorwaarden voor de toegang tot aardgastransmissienetten ten uitvoer te leggen.

In de Europese Unie zijn de vier hierboven genoemde wetgevingsbesluiten per 3 maart 2011 ingetrokken en vervangen door Richtlijn 2009/72/EG, Richtlijn 2009/73/EG, Verordening (EG) nr. 714/2009 en Verordening (EG) nr. 715/2009, alle vastgesteld op 13 juli 2009. Samen met Verordening (EG) nr. 713/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot oprichting van een Agentschap voor de samenwerking tussen energieregulators (ACER) vormen deze nieuwe wetgevingshandelingen van de EU het 'derde pakket' van wetgevingsmaatregelen van de interne energiemarkt van de EU.

Artikel 20 van het Energiegemeenschapsverdrag luidt: 'Elke verdragsluitende partij verstrekt de Europese Commissie binnen een jaar na de inwerkingtreding van dit verdrag een plan voor de uitvoering van Richtlijn 2001/77/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 betreffende de bevordering van elektriciteitsopwekking uit hernieuwbare energiebronnen op de interne elektriciteitsmarkt en van Richtlijn 2003/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van 8 mei 2003 ter bevordering van het gebruik van biobrandstoffen of andere hernieuwbare brandstoffen in het vervoer. De Europese Commissie legt de plannen van de verdragsluitende partijen ter vaststelling aan de ministerraad voor.'

Beide richtlijnen, die als het 'acquis op het gebied van hernieuwbare energiebronnen' van de energiegemeenschap bekend staan, werden gewijzigd bij Richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG.

In haar overeenkomstig artikel 7 van Besluit 2006/500/EG ingediend verslag betreffende de energiegemeenschap van 10 maart 2011 heeft de Commissie de vaststelling en tenuitvoerlegging van het derde pakket en van Richtlijn 2009/28/EG omschreven als een van de prioriteiten voor de energiegemeenschap teneinde de regio sneller te integreren in de interne Europese energiemarkt.

Overeenkomstig artikel 59 van het Energiegemeenschapsverdrag inzake de samenstelling van de commissie voor regelgeving van de energiegemeenschap wordt de Europese Unie vertegenwoordigd 'door de Europese Commissie, die wordt bijgestaan door een regelgevende instantie per deelnemer en een vertegenwoordiger van de Europese groep van regelgevende instanties voor elektriciteit en gas (ERGEG).'

De in het verleden door de Europese groep van regelgevende instanties voor elektriciteit en gas (ERGEG) uitgevoerde activiteiten zijn overgenomen door ACER; ERGEG houdt per 1 juli 2011 op te bestaan.

Op 6 mei 2011 heeft de Commissie een Besluit aangenomen tot vaststelling van een voorstel van de Commissie aan de ministerraad van de energiegemeenschap betreffende de uitvoering van Richtlijn 2009/72/EG, Richtlijn 2009/73/EG, Verordening (EG) nr. 714/2009 en Verordening (EG) nr. 715/2009 en de wijziging van de artikelen 11 en 59 van het Energiegemeenschapsverdrag.

In artikel 5, lid 2, van Besluit 2006/500/EG van de Raad van 29 mei 2006 betreffende de sluiting van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap door de Europese Gemeenschap wordt de procedure uiteengezet die moet worden gevolgd voordat in de instellingen van de energiegemeenschap een standpunt kan worden ingenomen betreffende wijzigingen van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap (artikel 100, onder i)).

Tegen deze achtergrond beveelt de Commissie derhalve aan dat de Raad haar machtiging verleent om binnen de instellingen van de energiegemeenschap te onderhandelen over de noodzakelijke aanpassingen aan het Energiegemeenschapsverdrag.

AANBEVELING

IN het licht van het bovenstaande beveelt de Commissie aan dat:

- de Raad de Commissie machtigt om namens de Europese Unie te onderhandelen over de vereiste wijzigingen van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap;

- de Commissie, overeenkomstig het Verdrag, de onderhandelaar van de Europese Unie wordt en overeenkomstig de richtsnoeren voor de onderhandelingen onderhandelt over de wijzigingen van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap;

- de Raad een comité aanwijst dat tijdens de onderhandelingen moet worden geraadpleegd; en

- de Raad de bij deze aanbeveling gevoegde richtsnoeren voor de onderhandelingen vaststelt.

BIJLAGE

Richtsnoeren voor de onderhandelingen over wijziging van het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap.

"Acquis communautaire o P ENERGIEGEBIED"

De wijzigingen waarmee namens de Europese Unie kan worden ingestemd, moeten op één lijn liggen met die welke zijn voorgesteld in het besluit van de Commissie van 6 mei 2011.

"Acquis OP HET GEBIED VAN HERNIEUWBARE ENERGIEBRONNEN"

De wijzigingen waarmee namens de Europese Unie kan worden ingestemd, moeten verwijzen naar de verplichting van de verdragsluitende partijen om Richtlijn 2009/28/EG ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG vast te stellen.

DE COMMISSIE VOOR REGELGEVING VAN DE ENERGIEGEMEENSCHAP

De wijzigingen waarmee namens de Europese Unie kan worden ingestemd, moeten op één lijn liggen met die welke zijn voorgesteld in het besluit van de Commissie van 6 mei 2011.