Toelichting bij COM(2021)936 - Globaliseringsfonds aanvraag van Italië - EGF/2021/002 IT/Air Italy

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

1. De regels die van toepassing zijn op de financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) zijn vastgesteld in Verordening (EU) 2021/691 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 betreffende het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering voor ontslagen werknemers (EFG) en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1309/2013 1 (hierna “de EFG-verordening” genoemd).

2. Op 15 juli 2021 heeft Italië aanvraag EGF/2021/002 IT/Air Italy ingediend voor een financiële bijdrage van het EFG naar aanleiding van ontslagen bij Air Italy SpA in Italië.

3. Na de aanvraag te hebben beoordeeld, heeft de Commissie overeenkomstig alle toepasselijke bepalingen van de EFG-verordening geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor het toekennen van een financiële bijdrage van het EFG is voldaan.

1.

Samenvatting


VAN DE AANVRAAG


EFG-aanvraagEGF/2021/002 IT/Air Italy
LidstaatItalië
Betrokken regio(’s) (NUTS-niveau 2 2 )Sardegna (ITG2)
Datum van de indiening van de aanvraag15 juli 2021
Datum van de bevestiging van de ontvangst van de aanvraag29 juli 2021
Datum van het verzoek om aanvullende gegevens29 juli 2021
Uiterste datum voor het verstrekken van de aanvullende gegevens19 augustus 2021
Uiterste datum voor de voltooiing van de beoordeling29 oktober 2021
Criterium voor steunverleningArtikel 4, lid 2, punt a), van de EFG-verordening

Primaire onderneming
Air Italy SpA

Aantal betrokken ondernemingen
1
Sector van economische activiteit

(NACE Rev. 2-afdeling) 3
Afdeling 51 (luchtvervoer)
Referentieperiode (vier maanden):1 september 2020 – 1 januari 2021
Aantal ontslagen tijdens de referentieperiode (a)466 4
Aantal ontslagen vóór of na de referentieperiode (b)145
Totaal aantal ontslagen (a + b)611
Totaal aantal in aanmerking komende begunstigden611
Totaal aantal beoogde begunstigden611
Budget voor gepersonaliseerde steunmaatregelen (EUR)4 376 000
Budget voor de implementatie van het EFG 5 (EUR)0 182 400
Totaal budget (EUR)4 558 400
EFG-bijdrage (85 %) (EUR)3 874 640

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

Procedure

4. Italië heeft aanvraag EGF/2021/002 IT/Air Italy ingediend op 15 juli 2021, binnen twaalf weken na de datum waarop aan de in artikel 4 van de EFG-verordening vermelde criteria voor steunverlening was voldaan 6 . De Commissie heeft op 29 juli 2021 de ontvangst van de aanvraag bevestigd en Italië om aanvullende gegevens verzocht. De aanvullende gegevens werden binnen 15 werkdagen na het verzoek verstrekt. De termijn van 50 werkdagen na de ontvangst van de volledige aanvraag, binnen welke de Commissie moet beoordelen of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor het verlenen van een financiële bijdrage, loopt op 29 oktober 2021 af.

Subsidiabiliteit van de aanvraag

2.

Betrokken ondernemingen en begunstigden


5. De aanvraag heeft betrekking op 466 ontslagen werknemers wier werkzaamheden bij Air Italy SpA zijn beëindigd. Air Italy SpA was actief in de economische sector die is ingedeeld in NACE Rev. 2 afdeling 51 (luchtvervoer). De ontslagen bij Air Italy zijn gevallen in de NUTS 2-regio Sardegna (ITG2).

3.

Criteria voor steunverlening


6. Italië heeft de aanvraag ingediend op grond van de criteria voor steunverlening van artikel 4, lid 2, punt a), van de EFG-verordening, die vereisen dat binnen een referentieperiode van vier maanden in een onderneming in een lidstaat de werkzaamheden van ten minste 200 ontslagen werknemers zijn beëindigd.

7. De referentieperiode van vier maanden voor de aanvraag loopt van 1 september 2020 tot en met 1 januari 2021.

8. Tijdens de referentieperiode werden bij Air Italy 466 werknemers ontslagen.

4.

Berekening van het aantal ontslagen en beëindigingen van werkzaamheden


9. De beëindiging van de werkzaamheden van alle ontslagen werknemers tijdens de referentieperiode zijn berekend vanaf de datum waarop de werkgever overeenkomstig artikel 3, lid 1, van Richtlijn 98/59/EG van de Raad 7 de bevoegde overheidsinstantie schriftelijk in kennis heeft gesteld van het voorgenomen collectief ontslag. Italië heeft vóór de datum van de voltooiing van de beoordeling door de Commissie bevestigd dat deze 466 ontslagen werkelijk hebben plaatsgevonden.

5.

In aanmerking komende begunstigden


10. Naast de werknemers die reeds werden vermeld, komen nog 145 ontslagen werknemers in aanmerking wier werkzaamheden vóór of na de referentieperiode van vier maanden zijn beëindigd. In overeenstemming met artikel 6, punt b), van de EFG-verordening hebben al deze werknemers hun werkzaamheden binnen zes maanden vóór het begin van de referentieperiode op 1 september 2020 beëindigd en/of tussen het einde van de referentieperiode en de dag vóór de goedkeuring van dit voorstel. Er kan een duidelijk oorzakelijk verband worden gelegd met de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de beëindiging van de werkzaamheden van de ontslagen werknemers tijdens de referentieperiode.

11. In totaal komen aldus 611 werknemers in aanmerking.

6.

Beschrijving van de gebeurtenissen die tot de ontslagen en de beëindiging van de werkzaamheden hebben geleid


12. In 1963 is Alisarda, een private luchtvaartmaatschappij, opgericht om de ontwikkeling van het toerisme in Costa Smeralda (noordoosten van Sardinië), dat toen enkel via zee bereikbaar was, te stimuleren. In 1991 werd de naam van Alisarda in Meridiana veranderd als onderdeel van een strategische herpositionering op de internationale markt. In de jaren 1990 steeg de exploitatieomzet van Meridiana jaarlijks met gemiddeld ongeveer 10 %. In 2004 vervoerde Meridiana 3,5 miljoen passagiers en concurreerde het rechtstreeks met Alitalia en AirOne op de route Milaan Linate-Rome Fiumicino, de route met het intensiefste luchtverkeer in Italië. In 2006 nam Meridiana Eurofly over, waarmee een integratieproces werd gestart dat in 2010 werd afgerond. De luchtvaartmaatschappij werd omgedoopt tot Meridiana Fly.

13. In 2013 heeft Meridiana Fly Air Italy overgenomen, een luchtvaartmaatschappij die in 2005 was opgericht voor chartervluchten en geregeld luchtvervoer met korte, middellange en langeafstandsvluchten.

14. In 2018 fuseerden beide ondernemingen, wat leidde tot de oprichting van de nieuwe maatschappij Air Italy, die eigendom is van AQA Holding 8 . AQA Holding heeft een ambitieus plan voorgesteld om een breed scala aan bestemmingen in Italië te bestrijken en intercontinentale vluchten vanaf het internationale knooppunt van de luchtvaartmaatschappij op de luchthaven Milaan Malpensa te stimuleren 9 .

15. Sinds de oprichting ervan werd Air Italy met verschillende problemen geconfronteerd, waaronder de geschillen met Alitalia over routes tussen het Italiaanse vasteland en Sardinië 10 en de hevige reactie van American Airlines, Delta en United, die meenden dat Qatar Airways zich via Air Italy in de Verenigde Staten zou uitbreiden. In een open brief aan president Trump 11 verzochten de drie luchtvaartmaatschappijen om een einde te maken aan de toename van vluchten zonder tussenstop tussen de VS en Europa door Air Italy 12 . Dit verzoek bemoeilijkte potentiële partnerschappen toen Air Italy haar eerste interlining- en codesharing-overeenkomsten aan de overzijde van de Atlantische Oceaan wou sluiten 13 .

16. Bovendien groeide de vloot minder snel dan verwacht (in januari 2020 bestond de vloot uit elf vliegtuigen, vier Airbussen A330 en zeven Boeings 737), en de drie nieuw aangeschafte Boeings 737 Max moesten aan de grond worden gehouden door tekortkomingen op het gebied van veiligheid die waren vastgesteld bij de tragische ongelukken in Indonesië en Ethiopië 14 . Sommige routes werden kort na de start geschrapt 15 en andere werden aangekondigd, maar zijn nooit van start gegaan 16 .

17. In 2018, het eerste jaar waarin Air Italy actief was, bedroegen de verliezen bijna 160 miljoen EUR (57 % van de omzet). In 2019 bedroegen de verliezen ondanks een stijging van de omzet (ongeveer 330 miljoen EUR) 230 miljoen EUR, ofwel 70 % van de omzet 17 .

18. Air Italy had 200 miljoen EUR nodig om de activiteiten voort te zetten. Qatar Airways leek bereid tot aanvullende investeringen, maar door een verdere aankoop van aandelen zou Qatar Airways de grootste aandeelhouder worden en zou Air Italy haar vergunning als luchtvaartmaatschappij van de Europese Unie hebben verloren 18 .

19. Op 11 februari 2020 kondigde Air Italy aan dat zijn aandeelhouders een vrijwillige liquidatie en de annulering van alle werkzaamheden met ingang van 25 februari 2020 hadden goedgekeurd.

20. Twee dagen na de stopzetting van alle werkzaamheden heeft Air Italy een collectieve ontslagprocedure ingeleid voor alle werknemers (1 453 werknemers). De procedure werd echter opgeschort tot september 2020 vanwege de inwerkingtreding van het wetsbesluit 19 ter voorkoming van ontslag van werknemers tijdens de eerste maanden van de pandemie.

Toepassing van het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering

21. In zijn aanvraag heeft Italië beschreven hoe het rekening heeft gehouden met de aanbevelingen in het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering. De autoriteiten die betrokken zijn bij het dossier Air Italy (de Ministeries van Arbeid en Sociaal Beleid, Vervoer en Economische Ontwikkeling, samen met de betrokken regio’s) hebben geprobeerd mogelijke maatregelen vast te stellen om collectief ontslag te voorkomen, zoals het vinden van een koper voor de onderneming die op 11 februari 2020 in liquidatie werd gesteld.

Toen het onmogelijk bleek om collectief ontslag bij Air Italy te voorkomen, hebben het ASPAL, de regionale openbare diensten voor arbeidsvoorziening en de Regione Sardegna directe acties ondernomen om de in het EU-kwaliteitskader voor anticipatie op veranderingen en herstructurering aanbevolen doelstellingen inzake opleiding, certificering en wedertewerkstelling te verwezenlijken. Het ASPAL identificeerde de meest geschikte maatregelen om de wedertewerkstelling van de werknemers op de arbeidsmarkt te waarborgen door hun overdraagbare vaardigheden zoals IT, talen of ondernemersvaardigheden aan te reiken. De sociale partners waren volledig betrokken bij het plannen van de maatregelen. Lokale ondernemingen toonden belangstelling om deel te nemen aan job-matching voor voormalige werknemers van Air Italy. Tijdens de vergaderingen in het kader van de procedure voor collectief ontslag hebben de vakbonden Air Italy verzocht te overwegen een verzoek in te dienen voor de bijzondere regeling betreffende de loonkostensubsidie 20 om de sociale gevolgen van haar besluit om de activiteiten stop te zetten te verzachten, en tegelijkertijd de wedertewerkstelling van ontslagen werknemers te ondersteunen via de intensieve herplaatsingsondersteunende diensten 21 in het kader van de regeling betreffende de loonkostensubsidie. Alle ontslagen werknemers konden genieten van de regeling betreffende de loonkostensubsidie en de bijbehorende herplaatsingsondersteunende diensten.

22. Met betrekking tot de activiteiten die zijn ondernomen om ontslagen werknemers bij te staan, heeft Italië gemeld dat de maatregel “algemene voorlichting en beroepskeuzebegeleiding” reeds is uitgevoerd. Veertig werknemers kozen ervoor zelfstandige te worden. Als bijdrage aan de door de Regione Sardegna uitgevoerde maatregelen heeft Air Italy steun verleend (met inbegrip van medische onderzoeken) voor de verlenging van de bevoegdheidsbewijzen tot en met 30 juni 2021. In mei 2021 vonden verschillende opleidingen plaats, met name over elementaire levensondersteuning en defibrillatie (“Basic Life Support and Defibrillation”) of bij- en nascholing (“Recurring Training”) van piloten.

7.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale economie en werkgelegenheid


23. De pandemie heeft geleid tot een aanzienlijke verslechtering van de arbeidsmarkt van Sardinië, dat omdat het een eiland is en ver van het vasteland verwijderd is, een kleine arbeidsmarkt vormt.

24. Het aantal werkenden, dat in de periode 2018‑2019 was gestegen, is in 2020 sterk gedaald. Volgens de arbeidskrachtenenquête van het Italiaanse nationale instituut voor de statistiek (ISTAT) was de daling (‑4,6 %) 2,6 procentpunten hoger dan het gemiddelde voor Italië als geheel (‑2,0 %) 22 .

25. In 2020 gingen er meer banen verloren dan er bijkwamen (‑6 000 banen). Dit komt neer op een verlies van 2,6 voltijdequivalenten per 100 werknemers. De daling betrof voornamelijk toerisme, amusement en vrijetijdsdiensten, en goederenvervoer over zee (voornamelijk overslag), terwijl de bouwsector positieve ontwikkelingen vertoonde. De activiteitsgraad daalde met 3,1 procentpunt, tot 60,3 % ten opzichte van 2019 23 .

26. In de eerste helft van 2020 is het aantal gewerkte uren op Sardinië met bijna 20 % gedaald ten opzichte van dezelfde periode in 2019. De vermindering van het aantal gewerkte uren leidde niet tot werkloosheid dankzij het veelvuldige gebruik van arbeidstijdverkortingsregelingen en het in punt 20 genoemde wetsbesluit.

27. De Sardijnse economie heeft niet alleen te lijden onder de negatieve gevolgen van de ontslagen bij Air Italy, maar ook onder de ontslagen bij Porto Canale, waarvoor een andere EFG-aanvraag 24 is ingediend. Gezien de algemene werkgelegenheidstoestand en de nog steeds kwetsbare situatie van het luchtvervoer, zullen de bij Air Italy ontslagen werknemers extra steun nodig hebben om de problemen in verband met de kleine arbeidsmarkt van Sardinië te boven te komen en een nieuwe baan te vinden.

Beoogde begunstigden en voorgestelde maatregelen

8.

Beoogde begunstigden


28. Naar verwachting zullen 611 ontslagen werknemers aan de maatregelen deelnemen. De uitsplitsing van de betrokken werknemers naar geslacht, leeftijdsgroep en opleidingsniveau is als volgt:

CategorieAantal
beoogde begunstigden
Geslacht:Mannen:317(51,89 %)
Vrouwen:294(48,11 %)
Non-binair0(0,0 %)
Leeftijdsgroep:Jonger dan 30 jaar:0(0,0 %)
30-54 jaar:423(69,23 %)
Ouder dan 54 jaar:188(30,77 %)
OpleidingsniveauLager middelbaar onderwijs of minder 25 6(1,0 %)
Hoger middelbaar 26 of postsecundair onderwijs 27570(93,3 %)
Hoger onderwijs 2835(5,7 %)

9.

Voorgestelde maatregelen


29. Aan de ontslagen werknemers worden de volgende gepersonaliseerde steunmaatregelen aangeboden:

–algemene voorlichting en beroepskeuzebegeleiding: na algemene voorlichting over de beschikbare maatregelen wordt aan alle werknemers beroepskeuzebegeleiding (met inbegrip van profilering) verstrekt. Profilering is bedoeld om een proces van persoonlijk bewustzijn te bevorderen waarbij interessegebieden, vaardigheden, capaciteiten en competenties, maar ook gebieden die voor verbetering vatbaar zijn worden vastgesteld. Dit proces resulteert in een individueel traject van de werknemer voor re-integratie op de arbeidsmarkt;

–hulp bij het zoeken naar werk, met inbegrip van het actief zoeken naar lokale en regionale werkgelegenheidskansen en job-matching;

–opleiding: om te voorkomen dat de waarde van hun beroepsprofiel achteruitgaat, volgen piloten, cabinepersoneel en onderhoudstechnici van vliegtuigen de vereiste opleiding om hun bevoegdheidsbewijs te behouden. De werknemers die na job-matching op de shortlist staan voor een baan, krijgen een opleiding om eventuele tekorten aan vaardigheden die door de potentiële werkgever zijn vastgesteld, aan te pakken. Voorrang zal worden gegeven aan de meest kwetsbare groepen werknemers, met name 55-plussers. De opleiding zal gericht zijn op de groene economie, de blauwe economie 29 , persoonlijke diensten, gezondheids- en sociale diensten, de bevordering van cultureel erfgoed en culturele activiteiten. Het opleidingsaanbod omvat ook opleidingen op het gebied van digitale vaardigheden (tot 90 uur) en van beroepskwalificaties die in de nationale of regionale catalogi zijn opgenomen;

–steun bij het oprichten van een bedrijf: werknemers die zich als zelfstandige willen vestigen, krijgen groeps-/individuele mentorsessies, die betrekking kunnen hebben op planning, het uitvoeren van haalbaarheidsstudies, het opstellen van bedrijfsplannen, hulp bij het identificeren van financieringsmogelijkheden enz. Zij zullen hiervoor het instrument voor ondernemersvaardigheden “WeRentrepreneur” 30 kunnen gebruiken;

–bijdrage aan het opstarten van een bedrijf: begunstigden die een eigen bedrijf oprichten of als zelfstandige beginnen, ontvangen elk een opstartpremie van maximaal 22 000 EUR;

–stimulansen en bijdragen voor specifieke kosten: 1) aanmoedigingspremie voor het aanwerven van werknemers: ondernemingen die voormalige werknemers van Air Italy aanwerven, ontvangen 3 500 EUR voor een voltijds contract voor onbepaalde tijd en 1 500 EUR voor een contract voor bepaalde tijd; 2) terugbetaling van mobiliteitskosten: ter ondersteuning van de geografische mobiliteit van de werknemers wordt voorzien in een vergoeding van de verhuiskosten in geval van wedertewerkstelling in een onderneming in een andere regio of op een afstand van 200 km of meer van de woonplaats van de werknemer 31 ; 3) bijdrage in de reis- en verblijfskosten voor deelname aan opleiding met betrekking tot bevoegdheidsbewijzen 32 ; 4) toelage voor het zoeken naar werk: voor elke dag waarop zij aan de maatregelen deelnemen, ontvangen de werknemers ontvangen een toelage die gelijk is aan een dagvergoeding overeenkomstig de Italiaanse CIGS-regeling 33 .

30. De maatregelen zijn zo gepland dat ze passen in de Italiaanse nationale strategie voor duurzame ontwikkeling (SNSvS) 34 . De opleiding op het gebied van digitale vaardigheden (algemene IT-opleiding op middelhoog niveau, IT-beveiliging en internet) is bedoeld voor de verspreiding van de vaardigheden die vereist zijn in het digitale industriële tijdperk en in een hulpbronnenefficiënte economie, overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de EFG-verordening.

31. Het voorgestelde gecoördineerde pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen zijn actieve arbeidsmarktmaatregelen die behoren tot de in artikel 7 van de EFG-verordening vastgestelde subsidiabele maatregelen. De voorgestelde steunmaatregelen komen niet in de plaats van maatregelen die gericht zijn op passieve sociale bescherming.

32. Italië heeft de nodige informatie verstrekt over maatregelen waartoe het betrokken bedrijf krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten verplicht is. Italië heeft bevestigd dat een financiële bijdrage uit het EFG deze maatregelen niet zal vervangen.

10.

Geraamd budget


33. De totale kosten worden op 4 558 400 EUR geraamd, met inbegrip van uitgaven ten belope van 4 376 000 EUR voor gepersonaliseerde steunmaatregelen en van 182 400 EUR voor activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, controle en rapportage.

34. Van het EFG wordt in totaal een financiële bijdrage van 3 874 640 EUR (85 % van de totale kosten) gevraagd.

35. De nationale voorfinanciering en medefinanciering worden verstrekt door de Regione Sardegna.

MaatregelenGeraamd aantal deelnemersGeraamde kosten per deelnemer
(in EUR) 35
Geraamde totale kosten

(in EUR) 36
Gepersonaliseerde steunmaatregelen (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 2, punt a), van de EFG-verordening)
Algemene voorlichting en beroepskeuzebegeleiding
(Presa in carico e orientamento)
611327200 000
Hulp bij het zoeken naar werk
(Assistenza alla ricerca e servizi di accompagnamento al lavoro)
569439250 000
Opleiding
(Formazione e riqualificazione professionale. Voucher formativo specialistico)
61124551 500 000
Steun bij het oprichten van een bedrijf
(Assistenza all’autoimprenditorialità)
4250021 000
Bijdrage voor het opstarten van een bedrijf
(Bonus per la creazione di un’impresa)
4220 952880 000
Subtotaal a):

Percentage van het pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen:
2 851 000
(65,15 %)
Toelagen en premies (maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 2, punt b), van de EFG-verordening)
Aanwervingspremies
(Incentivo all’assunzione)
4002 5001 000 000
Terugbetaling van mobiliteitskosten
(Bonus per la mobilità territoriale)
1001 500150 000
Bijdrage in de reis- en verblijfskosten tijdens de opleiding
(Contributo per le spese di formazione: viaggi e pernottamenti)
22133975 000
Toelagen voor het zoeken naar werk
(Indennità CIGS)
611491300 000

Subtotaal b):

Percentage van het pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen:
1 525 000
(34,85 %)
Maatregelen overeenkomstig artikel 7, lid 5, van de EFG-verordening
1. Voorbereidende activiteiten
65 000
2. Beheer
60 000
3. Voorlichting en publiciteit
8 000
4. Controle en rapportage
49 400
Subtotaal c):

Percentage van de totale kosten:
182 400
(4,00 %)
Totale kosten (a + b + c):4 558 400
EFG-bijdrage (85 % van de totale kosten):3 874 640

36. De kosten van de in de bovenstaande tabel opgenomen maatregelen die vallen onder artikel 7, lid 2, punt b), van de EFG-verordening, bedragen niet meer dan 35 % van de totale kosten voor het gecoördineerde pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen. Italië heeft bevestigd dat deze maatregelen afhangen van de actieve deelname van de beoogde begunstigden aan opleidingsactiviteiten en activiteiten in verband met het zoeken van een baan.

37. Italië heeft bevestigd dat de investeringskosten voor wie zich als zelfstandige vestigt of een eigen bedrijf opricht en voor overnames door werknemers per begunstigde niet meer dan 22 000 EUR zullen bedragen.

11.

Periode waarbinnen de uitgaven subsidiabel zijn


38. Italië heeft de beoogde begunstigden met ingang van 4 november 2020 gepersonaliseerde steunmaatregelen verstrekt. De uitgaven voor de maatregelen komen derhalve vanaf 4 november 2020 tot 24 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking.

39. Op 4 november 2020 heeft Italië de eerste administratieve uitgaven gedaan met het oog op de implementatie van het EFG. De uitgaven voor de activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer, voorlichting en publiciteit, controle en rapportage zullen derhalve van 4 november 2020 tot 31 maanden na de datum van inwerkingtreding van het financieringsbesluit voor een financiële bijdrage uit het EFG in aanmerking komen.

12.

Complementariteit met maatregelen die door nationale of EU-fondsen worden gefinancierd


40. Italië heeft bevestigd dat de hierboven beschreven maatregelen die een financiële bijdrage uit het EFG ontvangen, niet ook financiële steun van andere financiële instrumenten van de Unie zullen ontvangen.

41. Het gecoördineerde pakket van gepersonaliseerde steunmaatregelen vormt een aanvulling op maatregelen die uit andere nationale of EU-fondsen worden gefinancierd, zoals de herplaatsingsondersteunende diensten in het kader van de regeling betreffende de loonkostensubsidie, of de ondersteuning voor de verlenging van de bevoegdheidsbewijzen die door Air Italy wordt verstrekt.

13.

Overleg met de beoogde begunstigden, hun vertegenwoordigers of de sociale partners, alsook plaatselijke en regionale autoriteiten


42. Op 6 november 2020 hebben de Regione Sardegna en het ASPAL per videoconferentie met Air Italy en de betrokken vakbonden 37 gesproken over het geplande pakket maatregelen ter bevordering van de wedertewerkstelling van de bij Air Italy ontslagen werknemers.

Beheers- en controlesystemen

43. De aanvraag bevat een beschrijving van de beheers- en controlesystemen, waarin de verantwoordelijkheden van de betrokken instanties zijn vastgesteld. Italië heeft de Commissie ervan in kennis gesteld dat de financiële bijdrage als volgt door het Agenzia Nazionale per le Politiche Attive del Lavoro (ANPAL) 38 zal worden beheerd: ANPAL — Divisione IV zal optreden als beheersautoriteit en ANPAL — Divisione VI als certificerende autoriteit. Het Ministerie voor Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (Ministero del lavoro e delle politiche sociali) — Segretariato Generale zal optreden als auditautoriteit. Het ASPAL zal fungeren als de intermediaire instantie voor de beheersautoriteit.

Toezeggingen door de betrokken lidstaat

44. Italië heeft op de volgende punten de nodige garanties geboden:

–bij de toegang tot de voorgestelde maatregelen en de uitvoering ervan zullen de beginselen van gelijke behandeling en non-discriminatie worden gerespecteerd;

–er is voldaan aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving inzake collectieve ontslagen;

–dubbele financiering wordt voorkomen;

–de financiële bijdrage uit het EFG zal voldoen aan de procedurele en materiële EU-regels inzake overheidssteun.

GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Begrotingsvoorstel

45. Overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021‑2027 mag het EFG het jaarlijks maximumbedrag van 186 miljoen EUR (prijzen van 2018) niet overschrijden 39 .

46. Na te hebben onderzocht of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van artikel 13, leden 1 en 2, van de EFG-verordening, en rekening houdend met het aantal beoogde begunstigden, de voorgestelde maatregelen en de geraamde kosten, stelt de Commissie voor om uit het EFG een bedrag van 3 874 640 EUR beschikbaar te stellen — hetgeen overeenkomt met 85 % van de totale kosten van de voorgestelde maatregelen — teneinde een financiële bijdrage te leveren in het kader van de aanvraag.

47. Overeenkomstig punt 9 van het Interinstitutioneel Akkoord van 16 december 2020 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Europese Commissie betreffende de begrotingsdiscipline, de samenwerking in begrotingszaken en een goed financieel beheer, alsmede betreffende nieuwe eigen middelen, met inbegrip van een routekaart voor de invoering van nieuwe eigen middelen 40 , zal het voorgestelde besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen gezamenlijk door het Europees Parlement en de Raad worden genomen.

Met dit besluit samenhangende handelingen

48. Samen met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel in voor een overschrijving van 3 874 640 EUR naar het desbetreffende begrotingsonderdeel.

49. Tegelijk met dit voorstel voor een besluit om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, heeft de Commissie ook een besluit over een financiële bijdrage vastgesteld dat een financieringsbesluit is in de zin van artikel 110 van het Financieel Reglement 41 . Dat financieringsbesluit treedt in werking op de datum waarop het Europees Parlement en de Raad de Commissie in kennis stellen van de goedkeuring van de begrotingsoverschrijving.