Toelichting bij COM(2022)363 - Standpunt EU in het Comité voor het wegvervoer mbt de specificaties voor het Informatiesysteem interne markt (IMI) door het Verenigd Koninkrijk en hun bijdrage - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2022)363 - Standpunt EU in het Comité voor het wegvervoer mbt de specificaties voor het Informatiesysteem interne markt (IMI) door het ... |
|---|---|
| bron | COM(2022)363   |
| datum | 28-07-2022 |
De Commissie stelt voor dat de Raad het standpunt vaststelt dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gespecialiseerd Comité voor het wegvervoer, dat is ingesteld bij de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds, wat betreft de deelname van het Verenigd Koninkrijk aan de administratieve samenwerking op grond van deel A, afdeling 2, artikel 6, van bijlage 31 bij de handels- en samenwerkingsovereenkomst, en het bedrag en de voorwaarden van de financiële bijdrage van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland aan de algemene begroting van de Unie met betrekking tot de kosten die voortvloeien uit zijn deelname aan het Informatiesysteem interne markt.
2. Achtergrond van het voorstel
Het Informatiesysteem interne markt (IMI) is ingesteld bij Verordening (EU) nr. 1024/2012 1 . Een van de functies ervan maakt de verwerking van detacheringsverklaringen mogelijk overeenkomstig de regels van Richtlijn 96/71/EG, Richtlijn 2014/67/EU en Richtlijn (EU) 2020/1057. Het doel van die regels is de opstelling van een lijst van arbeidsvoorwaarden die in het gastland aan gedetacheerde werknemers moeten worden toegekend. In deel A, afdeling 2, artikel 6, lid 1, punt a), van bijlage 31 bij de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk is voorzien dat exploitanten die gevestigd zijn in een van de partijen bij de handels- en samenwerkingsovereenkomst, een detacheringsverklaring moeten indienen bij de nationale bevoegde instanties van de andere partij of, in het geval van de Europese Unie, van de lidstaat waarin de bestuurder is gedetacheerd. Daarvoor moet vanaf 2 februari 2022 gebruik worden gemaakt van een meertalig standaardformulier in de openbare interface die met het IMI is verbonden.
Overeenkomstig deel A, afdeling 2, artikel 7, lid 5, van bijlage 31 bij de handels- en samenwerkingsovereenkomst stelt het Gespecialiseerd Comité voor het wegvervoer de technische en procedurele specificaties voor het gebruik van het Informatiesysteem interne markt (IMI) door het Verenigd Koninkrijk vast. Het voorgestelde besluit van het Gespecialiseerd Comité bevat de nodige specificaties zodat wegvervoerders en nationale instanties op het IMI kunnen worden aangesloten. Daardoor kunnen exploitanten hun detacheringsverklaringen indienen via het IMI en kunnen nationale instanties deelnemen aan de administratieve samenwerking die nodig is om de doelstellingen van de detacheringsregels voor bestuurders te halen. De specificaties van Uitvoeringsverordening (EU) 2021/2179 van de Commissie 2 zijn aangepast aan het kader van de handels- en samenwerkingsovereenkomst.
3. Namens de Unie in te nemen standpunt
Het standpunt van de Unie moet er derhalve in bestaan steun te verlenen aan de vaststelling van een besluit van het Gespecialiseerd Comité voor het wegvervoer, in overeenstemming met het ontwerpbesluit bij dit voorstel.
4. Rechtsgrondslag
Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten van de Raad tot bepaling van “de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst”.
Het door het Gespecialiseerd Comité voor het wegvervoer vast te stellen besluit is een handeling met rechtsgevolgen. De beoogde handeling strekt niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de handels- en samenwerkingsovereenkomst. De procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 218, lid 9, VWEU.
5. Bekendmaking van de beoogde handeling
Het is passend het besluit van het Gespecialiseerd Comité voor het wegvervoer na de vaststelling ervan bekend te maken in het Publicatieblad van de Europese Unie.