Memorie van toelichting - Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten - Hoofdinhoud
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 32179 (R1899) - Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten i.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten; Memorie van toelichting |
---|---|
Documentdatum | 17-10-2009 |
Publicatiedatum | 24-10-2009 |
Nummer | KST135988 |
Kenmerk | 32179, nr. 3 |
Van | Justitie (JUS) Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2009–2010
32 179 (R 1899)
Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten
Nr. 3
Kamerstukken II 2006/07, 30 800 IV, nr. 9.
MEMORIE VAN TOELICHTING
Algemeen
Tijdens het bestuurlijk overleg over de toekomstige staatkundige positie van Curac¸ao en Sint Maarten op 2 november 2006 te Den Haag is overeengekomen dat de beoogde status van Sint Maarten die van land binnen het Koninkrijk is.1 De regering van het Koninkrijk zal in het nieuwe land Sint Maarten worden vertegenwoordigd door de Gouverneur van Sint Maarten. Het onderhavige wetsvoorstel strekt tot het vaststellen van een Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten. De staatsrechtelijke positie en de hiermee verband houdende bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de Gouverneur van Sint Maarten zullen niet verschillen van die van de Gouverneur van Aruba of van die van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen. Om deze reden is er in inhoudelijk opzicht geen nieuw reglement ontworpen en zijn het Reglement voor de Gouverneur van Aruba en het Reglement voor de Gouverneur van de Nederlandse Antillen bij het onderhavige wetsvoorstel als uitgangspunt genomen. Hieronder wordt artikelsgewijs toegelicht op welke punten het Reglement voor de Gouverneur van Sint Maarten afwijkt van de Reglementen voor de Gouverneurs van Aruba en de Nederlandse Antillen. De artikelen die niet afwijken van bovengenoemde reglementen behoeven geen toelichting.
Artikelsgewijs
Artikel 7
Bloed- of aanverwantschap tot en met de tweede graad of huwelijk mag niet bestaan tussen de Gouverneur enerzijds en de vice-voorzitter, een overig lid of een buitengewoon lid van de Raad van Advies, een minister of de Gevolmachtigde minister anderzijds. Volgens de ontwerp-Staatsrege-ling van Sint Maarten kan de Gouverneur het voorzitterschap van de Raad bekleden, zo dikwijls hij dit nodig oordeelt. Om deze reden wordt in artikel 7 de vice-voorzitter van de Raad van Advies genoemd en niet de voorzitter. Dit komt overeen met het Reglement voor de Gouverneur van Curac¸ao en wijkt af van het Reglement voor de Gouverneur van Aruba. In Aruba is de Gouverneur geen voorzitter van de Raad van Advies. Hiernaast opent de ontwerp-Staatsregeling van Sint Maarten de mogelijk-
heid tot het benoemen van buitengewone leden van de Raad van Advies. In artikel 7 worden dan ook, anders dan in de Reglementen voor de Gouverneurs van Aruba en van Curac¸ao, de buitengewone leden van de Raad van Advies genoemd.
Artikel 14, tweede lid
De woorden «bij zijn eerste optreden als zodanig» zijn uit het tweede lid van artikel 14 geschrapt omdat dit in de praktijk tot de onwenselijke situatie leidde dat de Gouverneur het land diende te verlaten om de installatie van zijn waarnemer in de Staten mogelijk te maken.
Artikel 15
derde lid
Voorgesteld wordt om in het Reglement op te nemen dat de MinisterPresident en de ministers van het Koninkrijk met de Gouverneur kunnen overleggen. Aangezien de Gouverneur als Koninkrijksorgaan een rol speelt bij de behartiging van Koninkrijksaangelegenheden, is het nuttig als er overleg plaatsvindt tussen de Gouverneurs en de ministers van het Koninkrijk. De minister-president overlegt met de Gouverneur in zijn hoedanigheid van voorzitter van de raad van ministers van het Koninkrijk.
vierde lid
De Gouverneur is als koninkrijksorgaan verantwoording verschuldigd aan de regering van het Koninkrijk en de voor Koninkrijksaangelegenheden verantwoordelijke ministers. Het is daarom gewenst dat er afstemming plaatsvindt tussen aan de ene kant de Gouverneur in diens hoedanigheid van koninkrijksorgaan en aan de andere kant de ministers van het Koninkrijk. Ten minste tweemaal per jaar voert de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vanwege zijn verantwoordelijkheid voor de waarborgtaak van het Koninkrijk en voor de goede uitvoering van de reglementen voor de Gouverneurs overleg met de Gouverneur, de Gouverneur van Aruba en de Gouverneur van Curac¸ao. Ook andere koninkrijksaangelegenheden kunnen bij het overleg aan de orde komen, indien en voor zover de Gouverneur als koninkrijksorgaan een rol speelt bij de behartiging van die aangelegenheden. In dat geval wordt de minister die binnen de Koninkrijksregering voor de betreffende Koninkrijksaangelegenheden de verantwoordelijkheid draagt daarvan tijdig op de hoogte gesteld. De betreffende minister kan vervolgens deelnemen aan het overleg over de Koninkrijksaangelegenheid in kwestie. Ook kan hij desgewenst separaat overleg voeren (zie derde lid).
In het overleg zullen alleen aangelegenheden van het Koninkrijk besproken worden. De Gouverneur neemt deel aan het overleg in zijn hoedanigheid van vertegenwoordiger van de regering van het Koninkrijk. De Gouverneur neemt niet aan het overleg deel in zijn hoedanigheid van hoofd van de landsregering. In die hoedanigheid zijn de ministers van het land verantwoordelijk.
vijfde lid
De minister-president kan te allen tijde aan het overleg tussen de Gouverneurs en een minister van het Koninkrijk deelnemen en zit in dat geval de vergadering voor.
Artikel 24
Aangezien het land Sint Maarten één bestuurslaag zal kennen, hoeft er in artikel 24 niet worden opgenomen dat de organen van de eilandgebieden op verzoek van de Gouverneur hun medewerking verlenen bij de uitoefe-
ning van de hem in dit reglement toegekende bevoegdheden. Dit is uiteraard ook niet opgenomen in het Reglement voor de Gouverneur van Aruba, maar wel in het Reglement voor de Gouverneur van de Nederlandse Antillen.
De minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A. Th. B. Bijleveld-Schouten