Mr. M.P.H. Strens - Hoofdinhoud
Niet-praktizerende katholiek, medestander van Thorbecke. Tweede Kamerlid voor Limburg en na 1848 voor het district Roermond. Vervulde rechterlijke functies en werd in het eerste kabinet-Thorbecke i minister van Justitie en van RK Eredienst. Die laatste functie bekleedde hij ook in het kabinet-Van Zuylen van Nijevelt/Van Heemstra i. Speelde in 1853 een belangrijke rol bij het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland. Was als Kamerlid mede-initiatiefnemer van de parlementaire enquête naar de Maas en Zuid-Willemsvaart i.
moderaat of gematigd liberaal, 'pragmatisch' liberaal, liberaal
in de periode 1844-1862: lid Tweede Kamer, minister
Inhoudsopgave
Roermond, 28 maart 1807
overlijdensplaats en -datum
Maastricht, 22 juli 1875
begraafplaats en -datum
Swalmen, 26 juli 1875 (na uitvaartdienst in Maastricht) stroming(en)
-
-moderaat of gematigd liberaal (voor 1849)
-
-'pragmatisch' liberaal (conservatief op koloniaal gebied)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 21 oktober 1844 tot 23 oktober 1846 (voor het hertogdom Limburg)
-
-minister van Justitie, van 15 juli 1852 tot 19 april 1853
-
-tijdelijk minister voor de Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst, van 16 oktober 1852 tot 19 april 1853
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 juni 1853 tot 14 maart 1861 (voor het kiesdistrict Roermond)
-
-wethouder van Roermond, van 10 oktober 1857 tot 14 maart 1861
-
-minister voor de Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst, van 14 maart 1861 tot 31 januari 1862
-
-minister van Buitenlandse Zaken ad interim, van 10 november 1861 tot 31 januari 1862 (na het aftreden van minister Van Zuylen van Nijevelt)
-
-procureur-generaal Gerechtshof te Maastricht, van 1 oktober 1865 tot 22 juli 1875 (tevens tijdelijk directeur van politie)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
lid College van regenten Huis van Arrest te Roermond, van 8 december 1856 tot maart 1861afgeleide functies, presidia etc.
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van november 1854 tot februari 1855
-
-lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van september 1860 tot februari 1861
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër (2/6)-
-Diende in 1859 met Thorbecke en Gevers Deynoot een voorstel in om een parlementaire enquête te houden naar de toestand van de Zuid-Willemsvaart
-
-Sloot zich in 1860 aan bij de conservatieve minderheid die vóór de begroting van Koloniën van minister Rochussen stemde
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
algemeen-
-Werd in 1844 als eerste op de aanbeveling voor een benoeming in de Hoge Raad geplaatst, maar deze werd later ingetrokken. De koning wilde hem, ondanks zijn liberale gezindheid, liever behouden als Kamerlid, om zo de verkiezing van een separatist te voorkomen.
-
-Werd in 1846 wederom als eerste op de aanbeveling voor een benoeming in de Hoge Raad geplaatst, maar ook deze aanbeveling werd later ingetrokken
-
-Werd in september 1856 als tweede op de voordracht voor het Tweede Kamervoorzitterschap gezet
uit de privésfeer
-
-Zijn vader was lid van de stedelijke raad van Roermond (1816-1817)
verkiezingen
-
-Werd in 1853 in het district Roermond samen met De Lom de Berg in de eerste stemmingsronde gekozen; derde (verliezend) kandidaat was J.J.A. van Wylick. Was verliezend kandidaat in het district Maastricht
-
-Werd in 1856 bij de periodieke verkiezingen zonder tegenkandidaten gekozen
-
-Versloeg in 1860 bij de periodieke verkiezingen na herstemming K.L.J. Cornelis
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
In het digitale biografisch archief van PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie van deze pagina aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, opleiding en wetenswaardigheden. Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.