Artikel III-251: Meerjarenkaderprogramma voor financiering Europese onderzoeksactiviteiten

III-250
Artikel III-251
III-252
  • 1. 
    Bij Europese wet wordt het meerjarenkaderprogramma vastgesteld waarin alle activiteiten die door de Unie worden gefinancierd, zijn opgenomen. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

    In het kaderprogramma:

    • a) 
      worden de wetenschappelijke en technologische doelstellingen die met de in artikel III-249 i bedoelde activiteiten moeten worden verwezenlijkt, alsmede de daarmee samenhangende prioriteiten, vastgesteld;
    • b) 
      worden de grote lijnen van deze activiteiten aangegeven;
    • c) 
      worden het totale maximumbedrag van en gedetailleerde regels voor de financiële deelneming van de Unie aan het kaderprogramma, alsmede de onderscheiden deelbedragen voor elk van de voorgenomen activiteiten, vastgelegd.
  • 2. 
    Het meerjarenkaderprogramma wordt naar gelang van de ontwikkeling van de situatie aangepast of aangevuld.
  • 3. 
    Bij Europese wet van de Raad worden de specifieke programma's vastgesteld ter uitvoering van het meerjarenkaderprogramma binnen iedere activiteit. In ieder specifiek programma worden de bepalingen voor de uitvoering ervan, de looptijd en de nodig geachte middelen vastgelegd. Het totaal van de in de specifieke programma's vastgelegde nodig geachte bedragen mag niet meer belopen dan het voor het kaderprogramma en voor iedere activiteit vastgelegde totale maximumbedrag. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement en van het Economisch en Sociaal Comité.
  • 4. 
    Ter aanvulling op de in het meerjarenkaderprogramma geplande activiteiten worden bij Europese wet de maatregelen vastgesteld die nodig zijn om de Europese onderzoeksruimte te realiseren. Zij wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

1.

Toelichting Nederlandse regering

[geen]

2.

Toelichting Belgische regering

Het optreden van de Unie blijft in hoofdzaak gericht op de financiële ondersteuning van het Europese onderzoek door middel van kaderprogramma's en specifieke programma's. Bovendien kan de Europese wet de maatregelen vaststellen die noodzakelijk zijn om de Europese onderzoeksruimte te realiseren (artikel III-251, lid 4).

Het volledige beleid van de Unie inzake ruimte en onderzoek is onderworpen aan de gewone wetgevende procedure, met uitzondering van de specifieke programma's waarvoor alleen de raadpleging van het Europees Parlement vereist is.

3.

Ontwikkeling artikel

2003
  • 1. 
    Bij Europese wet wordt het meerjarenkaderprogramma vastgesteld waarin alle activiteiten van de Unie zijn opgenomen. Deze wet wordt aangenomen na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

    In dit kaderprogramma:

    • a) 
      worden de wetenschappelijke en technologische doelstellingen die met de in [ex artikel 164] i bedoelde activiteiten moeten worden verwezenlijkt, alsmede de daarmee samenhangende prioriteiten vastgesteld;
    • b) 
      worden de grote lijnen van deze activiteiten aangegeven;
    • c) 
      worden het totale maximumbedrag van en nadere regels voor de financiële deelneming van de Unie aan het kaderprogramma alsmede de onderscheiden deelbedragen voor elk van de overwogen activiteiten vastgesteld.
  • 2. 
    Het kaderprogramma wordt naar gelang van de ontwikkeling van de situatie aangepast of aangevuld.
  • 3. 
    Het kaderprogramma wordt uitgevoerd door middel van specifieke programma's die binnen elke activiteit worden ontwikkeld. In elk specifiek programma worden de nadere bepalingen voor de uitvoering ervan, de looptijd en de noodzakelijk geachte middelen vastgesteld. Het totaal van de in de specifieke programma's vastgestelde noodzakelijk geachte bedragen mag niet meer belopen dan het voor het kaderprogramma en voor elke activiteit vastgestelde totale maximumbedrag.
  • 4. 
    De Raad stelt, op voorstel van de Commissie, de Europese verordeningen of besluiten houdende de specifieke programma's vast. Hij besluit na raadpleging van het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité.
2003
  • 1. 
    Bij Europese wet wordt het meerjarenkaderprogramma vastgesteld waarin alle activiteiten van de Unie op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling zijn opgenomen. Deze wet wordt aangenomen na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

    In het kaderprogramma:

    • a) 
      worden de wetenschappelijke en technologische doelstellingen die met de in artikel III-147 i bedoelde activiteiten moeten worden verwezenlijkt, alsmede de daarmee samenhangende prioriteiten, vastgesteld;
    • b) 
      worden de grote lijnen van deze activiteiten aangegeven;
    • c) 
      worden het totale maximumbedrag van en regels voor de financiële deelneming van de Unie aan het kaderprogramma, alsmede de onderscheiden deelbedragen voor elk van de voorgenomen activiteiten, vastgelegd.
  • 2. 
    Het kaderprogramma wordt naar gelang van de ontwikkeling van de situatie aangepast of aangevuld.
  • 3. 
    Het kaderprogramma wordt uitgevoerd door middel van specifieke programma's die binnen iedere activiteit worden ontwikkeld. In ieder specifiek programma worden de bepalingen voor de uitvoering ervan, de looptijd en de nodig geachte middelen vastgelegd. Het totaal van de in de specifieke programma's vastgelegde bedragen mag niet meer belopen dan het voor het kaderprogramma en voor iedere activiteit vastgelegde totale maximumbedrag.
  • 4. 
    De Raad van Ministers stelt op voorstel van de Europese Commissie de Europese verordeningen of besluiten houdende de specifieke programma's vast. Hij besluit na raadpleging van het Europees Parlement en van het Economisch en Sociaal Comité.
2003
  • 1. 
    Bij Europese wet wordt het meerjarenkaderprogramma vastgesteld waarin alle activiteiten die door de Unie worden gefinancierd, zijn opgenomen. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

In het kaderprogramma:

  • a) 
    worden de wetenschappelijke en technologische doelstellingen die met de in artikel III-147 i bedoelde activiteiten moeten worden verwezenlijkt, alsmede de daarmee samenhangende prioriteiten, vastgesteld;
  • b) 
    worden de grote lijnen van deze activiteiten aangegeven;
  • c) 
    worden het totale maximumbedrag van en regels voor de financiële deelneming van de Unie aan het kaderprogramma, alsmede de onderscheiden deelbedragen voor elk van de voorgenomen activiteiten, vastgelegd.
  • 2. 
    Het kaderprogramma wordt naar gelang van de ontwikkeling van de situatie aangepast of aangevuld.
  • 3. 
    Bij Europese wet van de Raad worden de specifieke programma's vastgesteld ter uitvoering van het kaderprogramma waarbinnen iedere activiteit wordt ontwikkeld. In ieder specifiek programma worden de bepalingen voor de uitvoering ervan, de looptijd en de nodig geachte middelen vastgelegd. Het totaal van de in de specifieke programma's vastgelegde bedragen mag niet meer belopen dan het voor het kaderprogramma en voor iedere activiteit vastgelegde totale maximumbedrag. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement en van het Economisch en Sociaal Comité.
  • 4. 
    Ter aanvulling op de in het meerjarenkaderprogramma geplande activiteiten worden bij Europese wet van de Raad de maatregelen vastgesteld die nodig zijn om de Europese onderzoekruimte te realiseren. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité. [*]

 

Noot [*] PDC bij lid 4

In de voorbereiding op de afsluitende Europese Raad van 17-18 juni 2004 (document CIG 81/04) heeft de IGC de raadpleging van het Europees Parlement geschrapt in de laatste zin van lid 4. De tekst van deze laatste zin luidde:

"Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement en van het Economisch en Sociaal Comité."

2004
  • 1. 
    Bij Europese wet wordt het meerjarenkaderprogramma vastgesteld waarin alle activiteiten die door de Unie worden gefinancierd, zijn opgenomen. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.

    In het kaderprogramma:

    • a) 
      worden de wetenschappelijke en technologische doelstellingen die met de in artikel III-249 i bedoelde activiteiten moeten worden verwezenlijkt, alsmede de daarmee samenhangende prioriteiten, vastgesteld;
    • b) 
      worden de grote lijnen van deze activiteiten aangegeven;
    • c) 
      worden het totale maximumbedrag van en gedetailleerde regels voor de financiële deelneming van de Unie aan het kaderprogramma, alsmede de onderscheiden deelbedragen voor elk van de voorgenomen activiteiten, vastgelegd.
  • 2. 
    Het meerjarenkaderprogramma wordt naar gelang van de ontwikkeling van de situatie aangepast of aangevuld.
  • 3. 
    Bij Europese wet van de Raad worden de specifieke programma's vastgesteld ter uitvoering van het meerjarenkaderprogramma binnen iedere activiteit. In ieder specifiek programma worden de bepalingen voor de uitvoering ervan, de looptijd en de nodig geachte middelen vastgelegd. Het totaal van de in de specifieke programma's vastgelegde nodig geachte bedragen mag niet meer belopen dan het voor het kaderprogramma en voor iedere activiteit vastgelegde totale maximumbedrag. Deze wet wordt vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement en van het Economisch en Sociaal Comité.
  • 4. 
    Ter aanvulling op de in het meerjarenkaderprogramma geplande activiteiten worden bij Europese wet de maatregelen vastgesteld die nodig zijn om de Europese onderzoeksruimte te realiseren. Zij wordt vastgesteld na raadpleging van het Economisch en Sociaal Comité.