Brief minister inzake aanbieding van de Nota Mobiliteitsmanagement (kamerstuk 28736, nr. 2) - Mobiliteitsmanagement

Deze brief is onder nr. 1 toegevoegd aan dossier 28736 - Mobiliteitsmanagement.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Mobiliteitsmanagement; Brief minister inzake aanbieding van de Nota Mobiliteitsmanagement (kamerstuk 28736, nr. 2) 
Document­datum 13-12-2002
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST65780
Kenmerk 28736, nr. 1
Van Verkeer en Waterstaat (VW)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2002–2003

28 736

Mobiliteitsmanagement

Nr. 1

BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 december 2002

Het is mij een genoegen u hierbij aan te bieden een nota over mobiliteits-management. Deze nota is u toegezegd door mijn ambtsvoorganger per brief van 1 maart 2002 (27 455, nr. 59). Tijdens de begrotingsbehandeling heb ik het toezenden van deze nota aan u bevestigd.

De nota geeft een beeld van de stand van zaken op het punt van mobiliteitsmanagement, en beoogt tevens een richtinggevend en samenhangend kader te scheppen voor de diverse toekomstige activiteiten van de vele betrokken partijen en organisaties.

Kort samengevat bevat de nota de volgende lijn. Uitgangspunt is de verplaatsbehoefte van de reiziger, en het streven van de overheid om deze behoefte zo goed mogelijk te faciliteren. Anders dan benutten en bouwen richt mobiliteitsmanagement zich niet zozeer op het voldoen aan de vraag naar gebruik (van met name auto-infrastructuur), maar op het verleggen van deze vraag. Mobiliteitsmanagement wordt in deze nota dan ook opgevat is een geheel van («verleidende») activiteiten gericht op het verleggen van de reizigersvraag, naar andere reisdoelen, andere vervoerwijzen, andere reistijden en andere routekeuzen. Mobiliteitsmanagement kan overigens niet alleen een substantiële bijdrage leveren aan betere bereikbaarheid, het kan ook een bijdrage leveren aan de lokale leefbaarheid en milieu- en klimaatdoelstellingen.

Mobiliteitsmanagement is in zijn aard veelvormig: een groep van op zichzelf zeer uiteenlopende instrumenten, die echter steeds gemeen hebben dat zij inspelen op voordelen voor de reiziger van bepaalde verplaats-keuzen: gemak, snelheid, kosten etc.

Binnen het totaal aan dagelijkse verplaatsingen richt deze nota de aandacht op vier deelgebieden: verplaatsingen binnen een gebied, korte verplaatsingen, werkgerelateerde verplaatsingen en sociaal-recreatieve verplaatsingen. In termen van bijdragen aan genoemde doelstellingen acht ik deze richtingen de meest kansrijke.

In de nota wordt vervolgens ingegaan op de mogelijkheden die verschillende groepen partijen hebben, om met hun activiteiten rechtstreeks invloed uit te oefenen op het keuze-patroon van reizigers: decentrale overheden, werkgevers en publiekstrekkers, private producten van mobiliteitsvoorzieningen en de rijksoverheid (in uitvoerende zin, bijvoorbeeld als wegbeheerder). Uitgangspunt van V&W is, dat deze partijen uit welbegrepen eigenbelang tot beleid of activiteiten komen. Daarbij worden zij overigens wel ondersteund en of gestimuleerd door hun koepels of brancheorganisaties, kennisinstituten en maatschappelijke organisaties. De «niet-uitvoerende» rol van de rijksoverheid laat zich kenschetsen met de trefwoorden faciliterend, voorwaardenscheppend, samenbindend, monitorend. Een agenda van de voornemens van V&W op dit punt treft u aan in het laatste hoofdstuk van de nota.

In de aanloop naar deze nota is nauw samengewerkt met vertegenwoordigers van decentrale overheden en andere relevante partijen, zoals bijvoorbeeld vertegenwoordigd in het Overlegorgaan Personenvervoer. Formeel echter en om tijdswille steunt de nota niet op commitment van de decentrale partners. Met hen is wel afgesproken dat zij hun reacties op de nota binnenkort aan mij kenbaar maken. Ik zal u van de resultaten van deze formele reacties op de hoogte stellen.

Mede met het oog op het voorgaande beschouw ik de voorliggende nota daarom tevens als bouwsteen voor het in voorbereiding zijnde NVVP. In het NVVP zullen nadere afspraken met partijen op basis van deze nota geconcretiseerd worden.

Overigens en tenslotte wijs ik u erop dat ik met deze nota tevens antwoord geef op de «Motie Van Gijzel» over mobiliteitscentra van 26 maart 2002.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, R. H. de Boer

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.