Verordening 2006/1922 - Europees Instituut voor gendergelijkheid

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1.

Stand van zaken

Deze verordening is op 30 december 2006 gepubliceerd en is op 19 januari 2007 in werking getreden.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Verordening (EG) nr. 1922/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Instituut voor gendergelijkheid

officiële Engelstalige titel

Regulation (EC) No 1922/2006 of the European Parliament and of the Council of 20 December 2006 on establishing a European Institute for Gender Equality
 
Rechtsinstrument Verordening
Wetgevingsnummer Verordening 2006/1922
Origineel voorstel COM(2005)81 NLEN
Celex-nummer i 32006R1922

3.

Key dates

Document 20-12-2006
Bekendmaking in Publicatieblad 30-12-2006; Special edition in Croatian: Chapter 01 Volume 013,OJ L 403, 30.12.2006,Special edition in Romanian: Chapter 01 Volume 007,Special edition in Bulgarian: Chapter 01 Volume 007
Inwerkingtreding 19-01-2007; in werking datum publicatie + 20 zie art
Einde geldigheid 31-12-9999

4.

Wettekst

30.12.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 403/9

 

VERORDENING (EG) Nr. 1922/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 20 december 2006

tot oprichting van een Europees Instituut voor gendergelijkheid

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 13, lid 2, en artikel 141, lid 3,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Gelijkheid van vrouwen en mannen is een grondbeginsel van de Europese Unie. De artikelen 21 en 23 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie verbieden discriminatie op grond van geslacht en bepalen dat de gelijkheid van vrouwen en mannen op alle gebieden moet worden gewaarborgd.

 

(2)

In artikel 2 van het Verdrag wordt het bevorderen van gelijkheid van vrouwen en mannen een van de hoofdtaken van de Gemeenschap genoemd. Voorts bepaalt artikel 3, lid 2, van het Verdrag dat de Gemeenschap bij elk optreden ernaar moet streven ongelijkheden tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van vrouwen en mannen te bevorderen, zodat de dimensie van gendergelijkheid in al het communautaire beleid wordt geïntegreerd.

 

(3)

Artikel 13 van het Verdrag geeft de Raad de bevoegdheid passende maatregelen te nemen om discriminatie, onder andere op grond van geslacht, op alle gebieden waarop de Gemeenschap bevoegd is, te bestrijden.

 

(4)

Het beginsel van gelijke kansen en gelijke behandeling van vrouwen en mannen in werkgelegenheid en beroep is verankerd in artikel 141 van het Verdrag en er bestaat al uitgebreide wetgeving voor de gelijke behandeling van vrouwen en mannen wat betreft toegang tot het arbeidsproces en arbeidsvoorwaarden, waaronder gelijke beloning.

 

(5)

In het eerste aan de voorjaarsbijeenkomst van de Raad van 2004 gerichte jaarverslag van de Commissie over de gelijkheid van vrouwen en mannen werd geconcludeerd dat er op de meeste beleidsterreinen grote genderverschillen bestaan, dat ongelijkheid van vrouwen en mannen een multidimensionaal verschijnsel is dat moet worden aangepakt door een combinatie van veel verschillende beleidsmaatregelen, en dat er meer inspanning vereist is om de doelen van de strategie van Lissabon te verwezenlijken.

 

(6)

De Europese Raad van Nice van 7-9 december 2000 verklaarde dat er moest worden gewerkt aan „verbetering van de kennis, aan bundeling van de middelen en aan uitwisseling van de ervaringen, met name door een Europees Instituut voor gendergelijkheid tot stand te brengen”.

 

(7)

Uit de haalbaarheidsstudie (3) die in opdracht van de Commissie is uitgevoerd, kwam naar voren dat er een duidelijke rol is weggelegd voor een Europees instituut voor gendergelijkheid wat betreft de uitvoering van sommige van de taken die de bestaande instellingen thans niet verrichten, met name op het gebied van de coördinatie, centralisatie en verspreiding van onderzoeksgegevens en informatie, de opbouw van netwerken, het zichtbaarder maken van de gelijkheid van vrouwen en mannen, het belichten van het genderperspectief en de ontwikkeling van hulpmiddelen voor een betere integratie van gendergelijkheid in al het communautaire beleid.

 

(8)

Het Europees Parlement riep de Commissie in zijn resolutie van 10 maart 2004 over het beleid van de Europese Unie inzake de gelijkheid van vrouwen en mannen (4) op sneller werk te maken van de oprichting van een instituut.

 

(9)

De Raad Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken van 1-2 juni 2004 en de Europese Raad van 17-18 juni 2004 steunden de oprichting van een Europees Instituut voor...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

5.

Origineel voorstel

 

6.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

7.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de samenvatting van wetgeving, de geconsolideerde versie, de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en tot slot de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

8.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.