Voorstel voor een verordening betreffende het EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust) [eerste lezing] - Algemene oriëntatie - Hoofdinhoud
Contents
Documentdatum | 27-02-2015 |
---|---|
Publicatiedatum | 01-03-2015 |
Kenmerk | 6643/15 |
Van | Presidency |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Raad van de Europese Unie Brussel, 27 februari 2015 (OR. en)
6643/15
Interinstitutioneel dossier: 2013/0256 (COD) i
EUROJUST 59 EPPO 20 CATS 37 COPEN 67 CODEC 266 CSC 49
NOTA van: het voorzitterschap aan: Raad nr. vorig doc.: 6298/15 EUROJUST 47 EPPO 17 CATS 32 COPEN 53 CODEC 204
CSC 40 16139/14 EUROJUST 212 EPPO 73 CATS 196 COPEN 306 CODEC 2374
Nr. Comdoc.: 12566/13 EUROJUST 59 EPPO 4 CATS 36 COPEN 109 CODEC 2163
Betreft: Voorstel voor een verordening betreffende het EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust) [eerste lezing]
-
-Algemene oriëntatie
I. INLEIDING
-
1.Op 17 juli 2013 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor een verordening van het
Europees Parlement en de Raad betreffende het EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken.
-
2.Het Verenigd Koninkrijk en Ierland hebben geen kennis gegeven van hun wens om, overeenkomstig artikel 3 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, deel te nemen aan de aanneming en toepassing van de voorgestelde verordening.
-
3.Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van deze verordening, die bijgevolg niet bindend is voor, noch van toepassing is in Denemarken.
-
4.Het Commissievoorstel heeft ten doel de efficiëntie van Eurojust te verhogen door een nieuw bestuursmodel in te voeren. Tevens wordt ernaar gestreefd de operationele doeltreffendheid van Eurojust te vergroten door de status en de bevoegdheden van de nationale leden homogeen vast te stellen.
-
5.Op de voorgestelde verordening is de gewone wetgevingsprocedure van toepassing. Het
Europees Parlement heeft vooralsnog geen standpunt ten aanzien van het voorstel vastgesteld.
-
6.De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming heeft op 5 maart 2014 zijn advies over het Commissievoorstel uitgebracht.
II. STAND VAN ZAKEN
-
7.De Groep samenwerking in strafzaken (Eurojust) heeft op 19 september 2013, onder het
Litouwse voorzitterschap, de bespreking van de tekst aangevat met een algemene gedachtewisseling over elk hoofdstuk. Vervolgens heeft de groep de diverse hoofdstukken van de ontwerpverordening artikelsgewijs besproken onder respectievelijk het Litouwse en het Griekse voorzitterschap.
-
8.Onder het Griekse voorzitterschap hebben de ministers hun goedkeuring gehecht aan een alternatief bestuursmodel waarbij het college zich in hoofdzaak kan concentreren op operationele aangelegenheden doordat de voorbereiding van alle niet-operationele aangelegenheden wordt toevertrouwd aan een nieuwe raad van bestuur.
-
9.Het Italiaanse voorzitterschap is de onderhandelingen blijven vooruithelpen en heeft diverse compromisvoorstellen voorbereid op basis van de schriftelijke bijdragen van de delegaties, het resultaat van de vergaderingen van de groep en de raadpleging van een scala aan belanghebbenden, waaronder Eurojust. Die inspanning resulteerde tijdens de Raad van 4 december 2014 in overeenstemming over een partiële algemene oriëntatie met betrekking tot de hoofdstukken I tot en met III en V tot en met IX, met uitzondering van de bepalingen die betrekking hebben op het Europees Openbaar Ministerie (EPPO), gegevensbescherming en de regels inzake vertrouwelijkheid en beveiliging van gerubriceerde en niet-gerubriceerde gevoelige informatie.
-
10.Het Coördinatiecomité op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken
(CATS) heeft besloten de bepalingen inzake het EPPO niet op te nemen, omdat de besprekingen over het verordeningsvoorstel tot oprichting van het EPPO nog onvoldoende gevorderd zijn om de precieze aard van de toekomstige verhouding ervan tot Eurojust te bepalen.
-
11.Het Letse voorzitterschap heeft sinds januari 2015 drie vergaderingen van de Groep samenwerking in strafzaken georganiseerd, waarbij de klemtoon lag op hoofdstuk IV over gegevensbescherming en op de bepalingen die verband houden met regels inzake vertrouwelijkheid en beveiliging van gerubriceerde en niet-gerubriceerde gevoelige informatie (respectievelijk artikel 59 en artikel 62). Het voorzitterschap legde eveneens een herziene tekst van de overwegingen voor ter bespreking, waarin andere tekstwijzigingen werden meegenomen. Dankzij die inspanning kan het voorzitterschap nu de volledige tekst van het voorstel presenteren als een algemene oriëntatie, uitgezonderd de bepalingen in verband met het EPPO.
-
12.Een ruime meerderheid van de delegaties heeft tijdens de vergadering van het Coreper van
25 februari 2015 zijn steun uitgesproken voor zowel de tekst in de bijlage als het streefdoel van het voorzitterschap om in de Raadszitting op 12-13 maart een algemene oriëntatie te bereiken.
-
13.Die algemene oriëntatie wordt vervolgens het uitgangspunt voor de besprekingen met het
Europees Parlement. Het is de bedoeling het Coreper om een nieuw mandaat voor bespreking van de EPPO-gerelateerde bepalingen te verzoeken, doch in een later stadium van de besprekingen met het Parlement, wanneer de ontwerpverordening inzake het EPPO voldoend is gevorderd.
-
14.Wijzigingen in de tekst van de ontwerpverordening ten opzichte van het voorstel van de
Commissie zijn vetgedrukt en gecursiveerd en met [...] aangegeven. Geschrapte tekst is aangeduid met (…). Tekst die verband houdt met het EPPO, staat tussen […] met desbetreffende voetnoot, in afwachting van een nieuw mandaat voor de bespreking ervan.
-
15.De Commissie handhaaft haar voorbehouden bij de volgende bepalingen; artikel 3, lid 1, punt a), artikel 3, lid 4, artikel 5, artikel 7, lid 7, artikel 10, lid 1, artikel 11a, artikel 11, lid 5, artikel 17, artikel 18, lid 2, artikel 18, lid 4, punt b), artikel 21, lid 5, artikel 34, lid b, punt 3, artikel 35, artikel 52, lid 3, artikel 58, lid 2, en artikel 67 en overwegingen 3a, 6 en 15. Zij maakt ook een voorbehoud bij hoofdstuk IV.
III. CONCLUSIE
-
16.De Raad wordt verzocht een algemene oriëntatie te bereiken over de tekst in de bijlage, die vervolgens het uitgangspunt zal vormen voor de onderhandelingen met het Europees Parlement in de context van de gewone wetgevingsprocedure in artikel 294, VWEU, met dien verstande dat het Coreper om een nieuw mandaat voor bespreking van de bepalingen in verband met het EPPO zal worden verzocht, wanneer er voldoende vooruitgang zal zijn geboekt met de ontwerpverordening inzake het EPPO.
___________________ BIJLAGE
Voorstel voor een
VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
betreffende het EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 85,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
[...]
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) Eurojust is bij Besluit 2002/187 i/JBZ van de Raad 1 opgericht als een orgaan van de Europese
Unie met rechtspersoonlijkheid, met als doel de coördinatie en de samenwerking tussen de bevoegde justitiële autoriteiten van de lidstaten te bevorderen en te verbeteren, met name in verband met ernstige georganiseerde misdaad. Het rechtskader van Eurojust is gewijzigd bij
Besluit 2003/659 i/JBZ 2 van de Raad en Besluit 2009/426 i/JBZ 3 van de Raad inzake het
versterken van Eurojust.
1 PB L 63 van 6.3.2002, blz. 1.
2 PB L 245 van 29.9.2003, blz. 44.
3 PB L 138 van 4.6.2009, blz. 14.
(2) Artikel 85 van het Verdrag bepaalt dat nadere regelingen over Eurojust bij verordening worden vastgesteld volgens de gewone wetgevingsprocedure. Het vereist ook dat wordt bepaald op welke wijze het Europees Parlement en de nationale parlementen bij de evaluatie van de activiteiten van Eurojust worden betrokken.
(3) Artikel 85 van het Verdrag bepaalt ook dat de opdracht van Eurojust bestaat in het ondersteunen en versterken van de coördinatie en de samenwerking tussen de nationale autoriteiten die belast zijn met het onderzoek naar en de vervolging van zware criminaliteit welke twee of meer lidstaten schaadt of een vervolging op gemeenschappelijke basis vereist, op basis van de door de autoriteiten van de lidstaten en Europol uitgevoerde operaties en verstrekte informatie.
(3a) Doel van deze verordening is de wijziging en uitbreiding van de bepalingen van de
Besluiten 2002/187 i/JBZ en 2009/426 i/JBZ. Aangezien de door te voeren wijzigingen talrijk en ingrijpend zijn, dienen deze besluiten, ter wille van de duidelijkheid, in hun geheel te worden vervangen met betrekking tot de lidstaten die door deze verordening worden gebonden.
[(4) Aangezien het Europees Openbaar Ministerie op de grondslag van Eurojust dient te worden opgericht, bevat deze verordening de bepalingen die noodzakelijk zijn om de betrekkingen tussen Eurojust en het Europees Openbaar Ministerie te regelen.
(5) Terwijl het Europees Openbaar Ministerie exclusief bevoegd dient te zijn voor het onderzoeken en vervolgen van strafbare feiten die de financiële belangen van de Unie schaden, dient Eurojust de nationale autoriteiten te kunnen ondersteunen wanneer zij deze vormen van criminaliteit onderzoeken en vervolgen in overeenstemming met de
verordening tot oprichting van het Europees Openbaar Ministerie.] 4
4 De overwegingen 4 en 5 hebben betrekking op het EPPO en vallen buiten de algemene
oriëntatie.
(6) Opdat Eurojust zijn opdracht zou kunnen vervullen en zijn gehele potentieel zou kunnen ontwikkelen op het gebied van de bestrijding van zware grensoverschrijdende criminaliteit, dienen zijn operationele taken te worden versterkt door de administratieve werklast voor de nationale leden te verminderen, en dient de Europese dimensie van Eurojust te worden versterkt door de deelname van de Commissie aan de [...] raad van bestuur en door de grotere betrokkenheid van het Europees Parlement en de nationale parlementen bij de
evaluatie van zijn activiteiten.
(7) Daarom dienen [...] [...] bij deze verordening regelingen voor parlementaire betrokkenheid te worden vastgesteld, waarbij de structuur van Eurojust wordt gemoderniseerd en zijn huidige rechtskader wordt vereenvoudigd, met behoud van de elementen die efficiënt zijn gebleken voor het functioneren ervan.
(8) [...].
(9) De vormen van zware criminaliteit welke twee of meer lidstaten schaden, waarvoor Eurojust bevoegd is, dienen te worden vastgesteld. Daarnaast dient te worden bepaald welke zaken
die geen betrekking hebben op twee of meer lidstaten, toch een vervolging op gemeenschappelijke basis vereisen.[...]
(9a) Met vervolging op gemeenschappelijke basis wordt bedoeld zaken van vervolging en onderzoek waarbij mogelijk slechts één lidstaat en een derde land betrokken zijn, wanneer met dat derde land een overeenkomst is gesloten of wanneer er mogelijk een specifieke behoefte is om Eurojust bij de zaak te betrekken. Zij kan ook betrekking hebben op zaken waarbij één lidstaat en de Unie betrokken zijn.
(10) Bij de uitoefening van zijn operationele taken met betrekking tot concrete strafzaken dient Eurojust, op verzoek van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten of op eigen initiatief, te handelen hetzij door middel van een of meer van de nationale leden, hetzij als college.
Door op eigen initiatief te handelen kan Eurojust een meer proactieve rol spelen bij het coördineren van zaken, bijvoorbeeld door de nationale autoriteiten te ondersteunen bij hun onderzoeken en vervolgingen. Dit kan onder andere door lidstaten die mogelijk niet in eerste instantie bij het dossier zijn betrokken, bij de zaak te betrekken, en door verbanden tussen dossiers te leggen op basis van de informatie die het van Europol,
OLAF, [het Europees Openbaar Ministerie] 5 en de nationale autoriteiten ontvangt.
Het stelt Eurojust ook in staat richtsnoeren, beleidsdocumenten en analyses in verband met zaken te publiceren, als onderdeel van zijn strategische werkzaamheden. Wanneer Eurojust op eigen initiatief handelt, dient dat in overeenstemming met deze verordening te zijn.
(10a) Eurojust kan, op verzoek van een bevoegde autoriteit van een van de lidstaten of de Commissie, ook bijstand verlenen bij onderzoeken waarbij alleen die lidstaat betrokken is, maar die gevolgen hebben op het niveau van de Unie. Zaken die
gevolgen hebben op het niveau van de Unie zijn bijvoorbeeld die waarbij een lid van een instelling of orgaan van de EU is betrokken. Ook zaken waarbij een aanzienlijk aantal lidstaten is betrokken en die mogelijk een gecoördineerde Europese respons vereisen, behoren hiertoe.
(11) Om ervoor te zorgen dat Eurojust grensoverschrijdende onderzoeken passend kan ondersteunen en coördineren, is het nodig dat alle nationale leden dezelfde operationele bevoegdheden hebben ten aanzien van hun lidstaat van oorsprong, zodat zij op een meer doeltreffende wijze kunnen samenwerken, zowel onderling als met de nationale autoriteiten. Aan de nationale leden dienen de bevoegdheden te worden verleend waarmee Eurojust zijn opdracht naar behoren kan uitvoeren. Die bevoegdheden zijn onder meer het toegang krijgen tot relevante informatie in de nationale openbare registers [...] [...], en het rechtstreeks contact opnemen en uitwisselen van informatie met de bevoegde autoriteiten. [...] [...] De nationale leden kunnen, in overeenstemming met hun nationaal recht, de bevoegdheden behouden die uit hun rol van nationale autoriteit voortvloeien.
5 Voor het EPPO worden vierkante haken gebruikt, aangezien het niet onder de algemene
oriëntatie valt.
(11a) In beginsel dienen de bevoegde nationale autoriteiten onderzoeksmaatregelen en gecontroleerde afleveringen te gelasten, verzoeken om wederzijdse rechtshulp en om erkenning in te dienen en ten uitvoer te leggen, en deel te nemen aan gemeenschappelijke onderzoeksteams. De nationale leden kunnen die bevoegdheden evenwel eveneens uitoefenen in samenspraak met de bevoegde nationale autoriteiten of in geval van urgentie. Aangezien die bevoegdheden worden uitgeoefend in overeenstemming met het nationaal recht, dienen de rechtscolleges van de lidstaten bevoegd te zijn zich over deze maatregelen uit te spreken overeenkomstig de in het nationaal recht
vastgelegde voorschriften en procedures.
(12) Het is noodzakelijk Eurojust uit te rusten met een bestuurs- en beheersstructuur waarmee het zijn taken op een meer doeltreffende wijze kan uitvoeren en die in overeenstemming zijn met de beginselen die voor de agentschappen van de Unie gelden, zonder afbreuk te doen aan de speciale kenmerken van Eurojust en zonder dat hierdoor afbreuk wordt gedaan aan zijn onafhankelijkheid bij de uitoefening van zijn operationele taken. Daartoe dienen de functies van de nationale leden, het college en de administratief directeur te worden
verduidelijkt en dient een raad van bestuur te worden ingesteld.
(13) Er dienen bepalingen te worden vastgesteld waarin een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen de operationele en de beheerstaken van het college, hetgeen de administratieve lasten voor de nationale leden tot een minimum moet beperken zodat de nadruk op de operationele werkzaamheden van Eurojust komt te liggen. De beheerstaken van het college bestaan onder meer in de goedkeuring van de werkprogramma’s, de begroting en het jaarlijks activiteitenverslag
[...] van Eurojust, alsmede van de werkafspraken die Eurojust met de partners sluit. Het college dient de bevoegdheden van het tot aanstelling bevoegde gezag uit te oefenen met betrekking tot [...] de administratief directeur. Het college dient tevens het reglement van orde van Eurojust vast te stellen. Aangezien dat reglement gevolgen voor de justitiële activiteiten van de lidstaten kan hebben, is het van het grootste belang dat aan de Raad uitvoeringsbevoegdheden tot goedkeuring van dat reglement worden verleend.
(14) Om het beheer van Eurojust te verbeteren en de procedures te stroomlijnen, dient een raad van bestuur te worden ingesteld die het college in zijn beheerstaken bijstaat en zorgt voor gestroomlijnde besluitvorming inzake niet-operationele en strategische kwesties.
(15) De Commissie dient [...] vertegenwoordigd te zijn [...] in de raad van bestuur, om het nietoperationeel toezicht en de strategische aansturing van Eurojust te garanderen.
(16) Om te zorgen voor een efficiënt dagelijks bestuur van Eurojust, dient de administratief directeur ook de wettelijke vertegenwoordiger en beheerder van Eurojust te zijn, die
verantwoording verschuldigd is aan het college [...]. De administratief directeur dient
de besluiten van het college en de raad van bestuur voor te bereiden en uit te voeren.
(16a) Het college dient uit de nationale leden een voorzitter en twee vicevoorzitters te kiezen voor een ambtstermijn van vier jaar. Wanneer een nationaal lid tot een van deze twee ambten wordt verkozen, mag de betrokken lidstaat een andere voldoende gekwalificeerde persoon afvaardigen naar het nationale bureau en een verzoek tot vergoeding uit de Eurojustbegroting indienen.
(16b) Voldoende gekwalificeerde personen zijn personen die over de noodzakelijke kwalificaties en ervaring beschikken om de taken uit te voeren die nodig zijn voor het doeltreffend functioneren van het nationaal bureau. In dit opzicht kunnen zij de in artikel 7 bedoelde status van adjunct of medewerker hebben, of een voornamelijk administratieve of technische functie bekleden. Elke lidstaat mag in dit verband over zijn eigen voorwaarden beslissen.
(16c) Aangezien de vaststelling van het vergoedingsmodel gevolgen heeft voor de begroting, dienen bij deze verordening aan de Raad uitvoeringsbevoegdheden tot vaststelling van dat model te worden verleend.
(17) Binnen Eurojust dient een coördinatie met oproepdienst (OCC) te worden opgezet om
Eurojust permanent beschikbaar te maken en dit orgaan in staat te stellen in dringende gevallen op te treden. Het dient tot de verantwoordelijkheid van elke lidstaat te behoren ervoor te zorgen dat hun vertegenwoordigers in de OCC 24 uur per dag en 7 dagen per week inzetbaar zijn.
(18) In de lidstaten dienen nationale coördinatiesystemen voor Eurojust te worden opgezet om de werkzaamheden te coördineren van de nationale correspondenten voor Eurojust, de nationale correspondent voor Eurojust voor terrorisme, de nationale correspondent voor het Europees justitieel netwerk en maximaal drie andere contactpunten, alsmede van vertegenwoordigers in het netwerk voor gemeenschappelijke onderzoeksteams en van de netwerken die zijn opgezet bij Besluit 2002/494 i/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 tot instelling van een Europees netwerk van aanspreekpunten inzake personen die verantwoordelijk
zijn voor genocide, misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdrijven 6 ,
Besluit 2007/845 i/JBZ van de Raad van 6 december 2007 betreffende de samenwerking tussen de nationale bureaus voor de ontneming van vermogensbestanddelen op het gebied van de opsporing en de identificatie van opbrengsten van misdrijven of andere vermogensbestanddelen
die hun oorsprong vinden in misdrijven 7 [...], Besluit 2008/852 i/JBZ van de
Raad van 24 oktober 2008 inzake een netwerk van contactpunten ter bestrijding van
corruptie 8 en, in voorkomend geval, elke andere relevante justitiële autoriteit.
(19) Om de coördinatie en de samenwerking tussen nationale onderzoeks- en vervolgingsautoriteiten te kunnen stimuleren en versterken, is het van cruciaal belang dat Eurojust van de nationale autoriteiten de relevante informatie ontvangt die nodig is voor de uitvoering van zijn taken. Hiertoe dienen de nationale bevoegde autoriteiten hun nationale leden te informeren over het opzetten van gemeenschappelijke onderzoeksteams en de resultaten daarvan, over zaken die onder de bevoegdheid van Eurojust vallen en waarbij ten minste drie lidstaten rechtstreeks betrokken zijn en waarvoor verzoeken of besluiten inzake justitiële samenwerking naar ten minste twee lidstaten zijn gestuurd, alsmede, in bepaalde omstandigheden, over jurisdictiegeschillen, gecontroleerde afleveringen en herhaalde problemen op het gebied van justitiële samenwerking.
(20) Terwijl bij Eurojust de verwerking van administratieve persoonsgegevens valt binnen het toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 45/2001 i van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke
personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire
instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens 9 , vallen de
verwerking van persoonsgegevens door de autoriteiten van de lidstaat en de overdracht
van dergelijke gegevens aan Eurojust onder Conventie 108 van de Raad van Europa
[te vervangen door de desbetreffende richtlijn die van kracht is op het moment van de
vaststelling].
6 PB L 167 van 26.6.2002, blz. 1.
7 PB L 332 van 18.12.2007, blz. 103.
8 PB L 301 van 12.11.2008, blz. 38.
9 PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1
(20a) Om burgers een hoog beschermingsniveau te garanderen met betrekking tot de verwerking van hun persoonsgegevens, dienen de voorschriften inzake gegevensbescherming bij Eurojust te worden verscherpt en gebaseerd op de beginselen die
ten grondslag liggen aan Verordening (EG) nr. 45/2001 i 10 . Aangezien in de aan het
Verdrag gehechte Verklaring nr. 21 de specifieke aard wordt erkend van de verwerking van persoonsgegevens op het gebied van justitiële samenwerking in strafzaken, dienen de gegevensbeschermingsregels van Eurojust specifiek te zijn en te zijn afgestemd op andere relevante gegevensbeschermingsinstrumenten die van toepassing zijn op justitiële samenwerking in de Unie, met name de Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die
gegevens 11 .
(20b) Eurojust dient gegevens bij te houden over de toegang tot en het verzamelen, wijzigen, bekendmaken, samenvoegen, doorsturen of uitwissen van persoonsgegevens teneinde te controleren of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controles uit te oefenen en de integriteit en de beveiliging van de gegevens te waarborgen. Eurojust dient te
worden verplicht met de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming samen te werken en de registratiegegevens of documentatie op verzoek beschikbaar te maken, zodat deze kunnen worden gebruikt voor de controle van de verwerkingsoperaties.
(20c) Eurojust dient een gegevensbeschermingsfunctionaris te benoemen om het interne toezicht op de gegevensbescherming te waarborgen en het agentschap te helpen bij de controle op de naleving van deze verordening. De gegevensbeschermingsfunctionaris dient in de gelegenheid te worden gesteld zijn functie en taken op onafhankelijke en doelmatige wijze uit te voeren.
10 PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.
11 Er wordt van uitgegaan dat de ontwerprichtlijn (onderdeel van het pakket
gegevensbescherming, doc. 5833/12) eerder dan de Eurojustverordening zal worden vastgesteld. Zo niet, dan zal later een algemenere verwijzing naar Uniewetgeving worden ingelast.
(20d) De nationale toezichthoudende autoriteiten dienen bevoegd te zijn voor het toezicht op de verwerking van operationele persoonsgegevens en dienen met name te controleren of de uitwisseling van operationele persoonsgegevens tussen de lidstaten en Eurojust
rechtmatig is. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming dient te controleren of de gegevensverwerking door Eurojust rechtmatig is en dient hiervoor zijn taken in volkomen onafhankelijkheid uit te voeren.
(20e) De plichten en bevoegdheden van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, zoals de bevoegdheid Eurojust te gelasten tot de correctie, afscherming, uitwissing, of vernietiging van operationele persoonsgegevens bij de verwerking waarvan de in deze verordening vastgelegde bepalingen inzake gegevensbescherming werden geschonden, mogen niet worden uitgebreid tot de persoonsgegevens die in de nationale dossiers over de zaak vervat zitten.
(20f) Het is van belang Eurojust aan sterker, effectief toezicht te onderwerpen en te garanderen dat de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming over de nodige expertise inzake gegevensbescherming bij justitiële samenwerking beschikt, wanneer hij tot taak krijgt toezicht te houden op de gegevensbescherming bij Eurojust. In specifieke gevallen waarbij nationale betrokkenheid vereist is, en om een coherente toepassing van deze verordening in de gehele Unie te garanderen, dienen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de nationale toezichthouders nauw samen te werken. Opdat de specialistische expertise gehandhaafd zou worden, dient de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming bij de vervulling van zijn taken met de nationale toezichthoudende autoriteiten samen te werken op basis van deze verordening, met het oog op het gebruik van hun beider expertise en ervaring, en dient op nationaal en op uniaal niveau maximaal gebruik te worden gemaakt van de beschikbare middelen en de expertise te worden gebundeld.
(20g) Om hun samenwerking te vergemakkelijken dienen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de nationale toezichthouders regelmatig bijeen te komen in de samenwerkingsraad, die zorgt voor adviezen, richtsnoeren, aanbevelingen en beste
praktijken in diverse aangelegenheden die nationale betrokkenheid vergen.
(20h) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming dient klachten van betrokkenen te behandelen en te onderzoeken. De toezichthoudende autoriteit dient de betrokkene binnen een redelijke termijn te informeren over de voortgang en het resultaat van de klacht.
(20i) Iedere burger moet het recht hebben op een voorziening in rechte tegen een beslissing van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming die op hem betrekking
heeft.
(21) Wanneer Eurojust operationele persoonsgegevens doorgeeft aan een autoriteit van een derde land of aan een internationale organisatie [...] uit hoofde van een internationale
overeenkomst die is gesloten overeenkomstig artikel 218 van het Verdrag, dienen de passende garanties ten aanzien van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de fundamentele rechten en vrijheden van personen ervoor te zorgen dat de bepalingen inzake gegevensbescherming van deze verordening worden nageleefd.
(22) Eurojust dient gemachtigd te zijn tot het verwerken van bepaalde operationele persoonsgegevens betreffende personen die conform het nationaal recht van de betrokken lidstaten verdacht worden van het plegen van of deelnemen aan een strafbaar feit dat onder de bevoegdheid van Eurojust valt of die veroordeeld zijn voor een dergelijk strafbaar feit. [...]
(23) Eurojust dient in uitzonderlijke gevallen in staat [...] te zijn om de termijnen voor het bewaren van operationele persoonsgegevens te verlengen, met inachtneming van het doelbindingsbeginsel dat van toepassing is op de verwerking van persoonsgegevens in het kader van alle activiteiten van Eurojust, teneinde zijn doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Deze besluiten dienen te worden genomen na zorgvuldige afweging van alle belangen die op het spel staan, inclusief die van de betrokkenen op wie de gegevens betrekking hebben. Tot verlenging van de termijnen voor de verwerking van persoonsgegevens na het tijdstip waarop in alle lidstaten de geldende termijn voor verjaring van het recht van strafvordering is verstreken, mag alleen worden besloten in geval van een bijzondere noodzaak tot verlening van bijstand krachtens deze verordening.
(24) Eurojust dient bevoorrechte relaties met het Europees justitieel netwerk te onderhouden, gebaseerd op overleg en complementariteit. Deze verordening dient de respectieve rollen van Eurojust en het Europees justitieel netwerk en hun onderlinge relatie te helpen
verduidelijken en tegelijkertijd het specifieke karakter van het Europees justitieel netwerk in stand te houden.
(25) Eurojust dient samenwerkingsverbanden te onderhouden met andere organen en
agentschappen van de Unie, [met het Europees Openbaar Ministerie] 12 , met de bevoegde
autoriteiten van derde landen en met internationale organisaties, voor zover deze nodig zijn voor de uitvoering van zijn taken.
12 Voor het EPPO worden vierkante haken gebruikt, aangezien het niet onder de algemene
oriëntatie valt.
(26) Om de operationele samenwerking tussen Eurojust en Europol te verbeteren, en met name verbanden te leggen tussen gegevens die reeds in het bezit zijn van een van beide of beide organen, dient Eurojust Europol op basis van een hit/no hit-systeem toegang te verschaffen tot gegevens die bij Eurojust beschikbaar zijn [...].
(26a) Eurojust en Europol dienen ervoor te zorgen dat de nodige regelingen worden getroffen voor een optimale operationele samenwerking, waarin recht wordt gedaan aan hun taken en opdrachten en aan de belangen van de lidstaten. In het bijzonder dienen Europol en Eurojust elkaar op de hoogte te houden van elke activiteit waarbij gemeenschappelijke onderzoeksteams worden gefinancierd.
(27) Voor zover nodig voor de verrichting van zijn taken, dient Eurojust operationele persoonsgegevens te kunnen uitwisselen met andere organen van de Unie.
(28) Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid dat Eurojust verbindingsmagistraten in derde landen detacheert met het oog op het bereiken van soortgelijke doelen als die welke worden nagestreefd door de verbindingsmagistraten die door de lidstaten worden gedetacheerd uit
hoofde van Gemeenschappelijk Optreden 96/277/JBZ van de Raad van 22 april 1996 inzake een kader voor de uitwisseling van verbindingsmagistraten ter verbetering van de justitiële
samenwerking tussen de lidstaten van de Europese Unie 13 .
(29) Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid dat Eurojust, met het akkoord van de betrokken lidstaten, de tenuitvoerlegging van verzoeken om justitiële samenwerking van een derde land [...] kan coördineren wanneer tenuitvoerlegging van die verzoeken in ten minste twee lidstaten vereist is als onderdeel van hetzelfde onderzoek.
(30) Om de volledige autonomie en onafhankelijkheid van Eurojust te garanderen, dient het een eigen begroting te krijgen met inkomsten die hoofdzakelijk uit een bijdrage van de begroting van de Unie komen, met uitzondering van de salarissen en emolumenten van de nationale
leden en hun medewerkers, die ten laste komen van hun lidstaat van oorsprong. De begrotingsprocedure van de Unie dient van toepassing te zijn op de bijdrage van de Unie en eventuele andere subsidies die ten laste komen van de algemene begroting van de Unie. De Rekenkamer dient de rekeningen te controleren.
13 PB L 105 van 27.04.1996, blz. 1.
(31) Om de transparantie van en het democratisch toezicht op Eurojust te vergroten, dient te worden voorzien in regelingen die het Europees Parlement en de nationale parlementen betrekken bij de evaluatie van de activiteiten van Eurojust. Dit mag geen belemmering vormen voor de beginselen van onafhankelijkheid ten aanzien van maatregelen die zijn genomen in specifieke operationele zaken of voor de zwijg- en geheimhoudingsplicht.
(32) Het is van belang dat de toepassing van deze verordening regelmatig wordt geëvalueerd.
(32a) Verordening (EG) nr. 1049/2001 i van het Europees Parlement en de Raad van
30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie is van toepassing op de documenten die verband houden met de administratieve taken van Eurojust. Documenten die betrekking hebben op operationele taken dienen te worden uitgesloten, gezien het inherente risico dat de openbaarmaking van deze documenten lopende onderzoeken en gerechtelijke
procedures bij de gerechtelijke autoriteiten van de lidstaten in gevaar brengt. 14
(32aa) Niets in deze verordening beoogt het recht van het publiek op inzage in documenten te beperken voor zover dat recht gewaarborgd is in de Unie en in de lidstaten, meer bepaald uit hoofde van artikel 42 van het Handvest en andere relevante bepalingen.
(33) Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van Verordening (EG,
Euratom) nr. 1605/2002 15 dient van toepassing te zijn op Eurojust.
(34) Verordening (EG) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad [...] betreffende
onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) 16 dient van
toepassing te zijn op Eurojust.
14 SE en FI: voorbehoud.
15 PB L 298 van 26.10.2012, blz. 1.
16 PB L 248 van 18.9.2013, blz. 1
(35) De noodzakelijke bepalingen betreffende de huisvesting van Eurojust in de lidstaat waar zijn hoofdkwartier is gevestigd, Nederland, en de specifieke voorschriften die gelden voor het
personeel van Eurojust en hun gezinnen, dienen te worden vastgelegd in een zetelovereenkomst. [...]
(36) Aangezien Eurojust, zoals ingesteld bij deze verordening, in de plaats komt en de opvolger is van Eurojust, zoals opgericht krachtens Besluit 2002/187 i/JBZ, dient het ook de rechtsopvolger
te zijn van Eurojust met betrekking tot al zijn contractuele verplichtingen, met inbegrip van arbeidsovereenkomsten, aansprakelijkheid en eigendommen. Internationale overeenkomsten die zijn gesloten door Eurojust, zoals opgericht bij dat besluit, dienen van kracht te blijven.
(37) Aangezien de doelstelling van deze verordening, namelijk de oprichting van een entiteit die als taak heeft het ondersteunen en versterken van de coördinatie en de samenwerking tussen justitiële autoriteiten van de lidstaten met betrekking tot zware criminaliteit welke twee of meer lidstaten schaadt of een vervolging op gemeenschappelijke basis vereist, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en wegens de omvang of de gevolgen van het optreden beter door de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel 5 neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.
(38) [...] Overeenkomstig de artikelen 1 2 en 4 bis, lid 1, van het Protocol (nr. 21) betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid,
veiligheid en recht, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en onverminderd artikel 4 van dat Protocol, nemen Ierland en het Verenigd Koninkrijk [...] niet deel aan de vaststelling van deze verordening, die derhalve niet bindend is voor, noch van toepassing is in die lidstaten. [...]
(39) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol (Nr. 22) betreffende de positie van
Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van deze verordening, die bijgevolg niet bindend is voor, noch van toepassing is in Denemarken,
(39a) De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd en heeft op 5 maart 2014 advies uitgebracht.
(39b) Deze verordening neemt de grondrechten in acht en gaat uit van de beginselen die met name in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zijn vastgelegd.
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
DOELSTELLINGEN EN TAKEN
Artikel 1 Het EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken
-
1.Er wordt een EU-Agentschap voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust) opgericht.
-
2.Eurojust wordt bij deze verordening opgericht ter vervanging en opvolging [...] van
Eurojust als opgericht bij Besluit 2002/187 i/JBZ van de Raad.
-
3.In elke lidstaat heeft Eurojust rechtspersoonlijkheid [...] die volgens de geldende wetgeving aan rechtspersonen wordt toegekend. [...]
Artikel 1a
Definities 17
In deze verordening wordt verstaan onder:
a) “internationale organisaties”: internationale organisaties en de daaronder ressorterende internationaal-publiekrechtelijke organen of andere organen die zijn opgericht bij of op grond van een overeenkomst tussen twee of meer landen alsook Interpol.
17 De definities worden in de toekomst wellicht herzien, met inachtneming van de lopende
onderhandelingen over het "pakket gegevensbescherming".
b) "persoonsgegevens": alle informatie over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon (hierna "de betrokkene" genoemd); als identificeerbare persoon wordt beschouwd een persoon die direct of indirect kan worden geïdentificeerd, in het bijzonder aan de hand van een identificatienummer of van een of meer elementen die kenmerkend zijn voor zijn fysieke, fysiologische, economische, culturele of sociale identiteit;
c) "operationele persoonsgegevens": alle persoonsgegevens die door Eurojust worden verwerkt om de in artikel 2 vastgestelde taken te vervullen;
d) "administratieve persoonsgegevens": alle persoonsgegevens die door Eurojust worden verwerkt in het kader van andere taken dan die, vastgesteld in artikel 2;
e) "verwerking van persoonsgegevens" (hierna "verwerking" genoemd): elke verwerking of elk geheel van verwerkingen met betrekking tot persoonsgegevens, al dan niet uitgevoerd met behulp van geautomatiseerde procedés, zoals het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, onthullen door middel van verstrekken, verspreiden of op een andere wijze beschikbaar stellen, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, afschermen, wissen of vernietigen van gegevens;
f) "overdracht van persoonsgegevens": het mededelen van persoonsgegevens die actief ter beschikking worden gesteld van een beperkt aantal geïdentificeerde partijen,
waarbij de zender zich ervan bewust is of beoogt de ontvanger toegang tot de persoonsgegevens te verlenen;
g) "nationale toezichthoudende autoriteit(en)": de door de lidstaten aangewezen bevoegde nationale autoriteit of autoriteiten die op onafhankelijke wijze toezicht moeten houden op de verwerking van persoonsgegevens in die specifieke lidstaat. Artikel 2
Taken
-
1.Eurojust ondersteunt en versterkt de coördinatie en de samenwerking tussen de nationale autoriteiten die belast zijn met het onderzoek en de vervolging van zware criminaliteit
welke twee of meer lidstaten schaadt of een vervolging op gemeenschappelijke basis vereist, op basis van de door de autoriteiten van de lidstaten en Europol uitgevoerde operaties en verstrekte informatie.
-
2.Bij de uitvoering van zijn taken moet Eurojust:
-
a)rekening houden met elk verzoek dat uitgaat van een bevoegde autoriteit van een lidstaat of met alle informatie die wordt verstrekt door deze autoriteiten, door instellingen, of door een ander orgaan dat bevoegd is krachtens de in het kader van de Verdragen vastgestelde bepalingen, of die door Eurojust zelf is verzameld;
-
b)de tenuitvoerlegging van verzoeken om en besluiten inzake justitiële samenwerking vergemakkelijken, waaronder die welke zijn gebaseerd op instrumenten waarmee uitvoering wordt gegeven aan het beginsel van wederzijdse erkenning.
-
-
3.Eurojust oefent zijn taken uit op verzoek van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten of op eigen initiatief.
Artikel 3 Bevoegdheid van Eurojust
-
1.De bevoegdheid van Eurojust bestrijkt de in bijlage 1 genoemde vormen van criminaliteit. [Eurojust is echter niet bevoegd voor de strafbare feiten die onder de bevoegdheid van het
Europees Openbaar Ministerie vallen.] 18
1a Eurojust kan daarnaast, overeenkomstig zijn taken en op verzoek van een bevoegde autoriteit van een lidstaat, bijstand verlenen bij onderzoek en vervolging in verband met andere dan de in bijlage 1 opgesomde strafbare feiten.
-
2.De bevoegdheid van Eurojust strekt zich ook uit tot de daarmee samenhangende strafbare feiten. De volgende feiten worden als zodanig beschouwd:
-
a)strafbare feiten die zijn gepleegd om zich de middelen te verschaffen voor het plegen van in bijlage 1 genoemde strafbare feiten;
-
b)strafbare feiten die zijn gepleegd om in bijlage 1 genoemde strafbare feiten te vergemakkelijken of uit te voeren;
-
c)strafbare feiten die zijn gepleegd om in bijlage 1 genoemde strafbare feiten ongestraft te doen blijven;
-
-
3.Op verzoek van een bevoegde autoriteit van een lidstaat kan Eurojust ook bijstand verlenen in geval van onderzoek of vervolging waarbij alleen die lidstaat en een derde land betrokken zijn, wanneer met dat derde land een samenwerkingsovereenkomst is gesloten of een afspraak tot samenwerking is gemaakt krachtens artikel 43 of wanneer er, in een specifieke zaak, een essentieel belang bestaat om die bijstand te verlenen.
-
4.Op verzoek van hetzij een bevoegde autoriteit van een lidstaat, hetzij de Commissie, kan
Eurojust ook bijstand verlenen aan onderzoeken en vervolgingen waarbij alleen die lidstaat [...] is betrokken, maar die gevolgen hebben op het niveau van de Unie. Wanneer er wordt opgetreden op verzoek van de Commissie, is voor bijstand door Eurojust de voorafgaande instemming van de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat vereist.
18 De tekst tussen vierkante haken is een verwijzing naar bevoegdheden van het Europees
Openbaar Ministerie (EPPO) die buiten deze algemene oriëntatie vallen.
Artikel 4 Operationele taken van Eurojust
-
1.Eurojust:
-
a)informeert de bevoegde autoriteiten van de lidstaten over het onderzoek en de vervolging waarvan het kennis heeft gekregen en die gevolgen hebben op
Unieniveau of gevolgen kunnen hebben voor andere dan de rechtstreeks betrokken lidstaten;
-
b)staat de bevoegde autoriteiten van de lidstaten bij met het oog op een optimale coördinatie van het onderzoek en vervolging;
-
c)verleent steun om de samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten te verbeteren, onder meer op basis van de door Europol verrichte analyses;
-
d)werkt samen en treedt in overleg met het Europees justitieel netwerk in strafzaken, onder meer gebruik makend van de documentaire gegevensbank van het Europees justitieel netwerk en bijdragend tot de verbetering daarvan;
-
e)biedt operationele, technische en financiële ondersteuning bij grensoverschrijdende operaties en onderzoeken van lidstaten, inclusief gemeenschappelijke
onderzoeksteams.
-
-
2.Bij het verrichten van zijn taken kan Europol de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten, onder vermelding van de reden, verzoeken:
-
a)ter zake van bepaalde feiten onderzoek of vervolging in te stellen;
-
b)te aanvaarden dat een van hen beter in staat is ter zake van bepaalde feiten onderzoek of vervolging in te stellen;
-
c)het optreden van de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten te coördineren; d) overeenkomstig de toepasselijke samenwerkingsregelingen een gemeenschappelijk onderzoeksteam in te stellen;
-
e)alle gegevens te verstrekken die Eurojust nodig heeft om zijn taken te verrichten;
-
f)speciale onderzoeksmaatregelen te treffen;
-
g)alle andere voor het onderzoek of de vervolging gerechtvaardigde maatregelen te treffen.
-
-
3.Eurojust kan ook:
-
a)Europol adviezen geven op basis van de analyses van Europol;
-
b)logistieke steun verlenen, met name steun voor vertaling, vertolking en organisatie van coördinatievergaderingen.
-
-
4.Wanneer twee of meer lidstaten het niet eens kunnen worden over wie van hen onderzoek of vervolging moet instellen naar aanleiding van een verzoek overeenkomstig lid 2, onder a) en b), geeft Eurojust schriftelijk advies over de zaak. Dat niet-bindend advies wordt de betrokken lidstaten onverwijld toegezonden.
-
5.Op verzoek van een bevoegde autoriteit brengt Eurojust schriftelijk advies uit over [...] herhaalde weigeringen of moeilijkheden in verband met de uitvoering van verzoeken en besluiten inzake justitiële samenwerking, met name die welke zijn gebaseerd op
instrumenten waarmee uitvoering wordt gegeven aan het beginsel van wederzijdse erkenning, voor zover de kwestie niet in onderlinge overeenstemming door de bevoegde nationale autoriteiten of door tussenkomst van de betrokken nationale leden kon worden opgelost. Dat niet-bindend advies wordt de betrokken lidstaten onverwijld toegezonden.
6. De bevoegde nationale autoriteiten behandelen de verzoeken en uitgebrachte adviezen van Eurojust zonder nodeloze vertraging. Indien de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat besluiten geen gevolg te geven aan een verzoek als bedoeld in artikel 4, lid 2, of aan een schriftelijk advies als bedoeld in artikel 4, leden 4 of 5, stellen zij Eurojust daarvan zonder nodeloze vertraging in kennis, met opgave van redenen. Wanneer de redenen voor de weigering om aan een verzoek te voldoen niet kunnen worden opgegeven omdat zulks wezenlijke nationale veiligheidsbelangen zou schaden of de veiligheid van personen in gevaar zou brengen, mogen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten operationele redenen aanvoeren.
Artikel 5 Uitvoering van operationele en andere taken
-
1.Eurojust handelt door middel van één of meer van de betrokken nationale leden wanneer het een van de in artikel 4, leden 1 of 2, bedoelde taken verricht. Onverminderd lid 2
concentreert het college zich op operationele aangelegenheden en andere kwesties die rechtstreeks verband houden met de operationele aangelegenheden. Het wordt alleen bij administratieve kwesties betrokken voor zover dat nodig is om te waarborgen dat
zijn operationele taken worden vervuld.
-
2.Eurojust handelt als college:
-
a)bij het verrichten van een van de in artikel 4, leden 1 of 2, bedoelde taken:
-
i)wanneer een of meer nationale leden die betrokken zijn bij een door Eurojust behandelde zaak, daarom verzoeken;
-
ii)wanneer de zaak betrekking heeft op onderzoek dat of vervolging die gevolgen heeft op Unieniveau of gevolgen kan hebben voor andere dan de rechtstreeks
betrokken lidstaten;
-
-
b)bij het verrichten van een van de in artikel 4, leden 3, 4 of 5, bedoelde taken;
-
c)wanneer een algemene vraag in verband met de verwezenlijking van zijn operationele doelstellingen aan de orde is;
d) [...]
e)bij het vaststellen van de jaarlijkse begroting van Eurojust [...];
f)bij de vaststelling van het jaarlijks en het meerjarenprogramma en bij de aanneming van het jaarlijks verslag over de activiteiten van Eurojust;
g)bij het verkiezen of het ontslaan van de voorzitter en de vicevoorzitters overeenkomstig artikel 11;
h)bij de benoeming van de administratief directeur en, indien relevant, bij de verlenging van diens ambtstermijn of bij de ontheffing uit diens functie overeenkomstig
artikel 17;
i) bij de vaststelling van werkafspraken die overeenkomstig artikel 38, lid 2a, en artikel 43 worden gemaakt;
j)bij de vaststelling van regels ter voorkoming en beheersing van belangenconflicten met betrekking tot de nationale leden;
-
k)bij het opstellen van strategische verslagen, oriënterende nota's, richtsnoeren ter attentie van de nationale autoriteiten en adviezen in verband met de operationele werkzaamheden van Eurojust.
l)bij het aanstellen van verbindingsmagistraten overeenkomstig artikel 46;
m)bij het nemen van alle andere besluiten waarvoor de raad van bestuur niet uitdrukkelijk bevoegd is op grond van deze verordening of waarvoor de administratief directeur niet verantwoordelijk is overeenkomstig artikel 18;
-
n)wanneer in deze verordening anders is bepaald.
-
-
3.Bij het verrichten van zijn taken geeft Eurojust aan of het handelt door middel van een of meer van de nationale leden, dan wel als college.
4. Het college kan de administratief directeur en de raad van bestuur volgens de operationele behoeften bijkomende beheerstaken toewijzen naast de taken die zijn voorzien in de artikelen 16 en 18.
5. Het college stelt het reglement van orde van Eurojust vast op basis van een tweederdemeerderheid van zijn leden. Ingeval er geen overeenstemming op basis van een tweederdemeerderheid kan worden bereikt, wordt het besluit met een gewone meerderheid vastgesteld. De Raad keurt het reglement van orde door middel van uitvoeringshandelingen goed. [...]
HOOFDSTUK II
STRUCTUUR EN ORGANISATIE VAN EUROJUST
A FDELING I
S TRUCTUUR
Artikel 6 Structuur van Eurojust
De structuur van Eurojust omvat:
-
a)de nationale leden;
-
b)het college;
-
c)de raad van bestuur;
-
d)de administratief directeur
A FDELING II N ATIONALE LEDEN
Artikel 7 Status van nationale leden
-
1.Eurojust bestaat uit één door elke lidstaat overeenkomstig zijn rechtsstelsel gedetacheerd nationaal lid, dat zijn of haar vaste werkplek heeft op het hoofdkwartier van Eurojust.
-
2.Elk nationaal lid wordt bijgestaan door een adjunct en door een medewerker. De adjunct en de medewerker hebben in beginsel hun vaste werkplek op het hoofdkwartier van
Eurojust. De lidstaten kunnen besluiten dat de adjunct en/of de medewerker in de lidstaat van herkomst werken en stellen het college daarvan in kennis. Indien de operationele behoeften van Eurojust dit vereisen, kan het college de lidstaat verzoeken zijn beslissing om de adjunct en de medewerker in de lidstaat van herkomst te vestigen, te rechtvaardigen. De lidstaat geeft zonder nodeloze vertraging gehoor aan het verzoek van het college.
2a. Het nationale lid kan daarnaast worden bijgestaan door andere adjuncten of medewerkers, die zo nodig en met instemming van het college hun vaste werkplek bij Eurojust kunnen
hebben. De lidstaat stelt Eurojust en de Commissie in kennis van de aanstelling van nationale leden, adjuncten en medewerkers.
-
3.De nationale leden en hun adjuncten hebben de status van openbaar aanklager, rechter of politieofficier met een gelijkwaardige bevoegdheid. De [...] nationale leden beschikken ten minste over [...]de in deze verordening beschreven bevoegdheden zodat zij hun taken kunnen verrichten.
3a. De ambtstermijn van de nationale leden en hun adjuncten bedraagt vier jaar en kan worden verlengd.
-
4.De adjunct kan optreden namens of als vervanger van het nationale lid. Een medewerker kan eveneens namens of als vervanger van het nationale lid optreden indien hij een in lid 3 bedoelde status heeft.
-
5.Tussen Eurojust en de lidstaten uitgewisselde operationele gegevens worden doorgezonden via de nationale leden.
6. [...]
-
7.De salarissen en emolumenten van de nationale leden, hun adjuncten en medewerkers komen ten laste van hun lidstaat van herkomst, onverminderd artikel 11a.
-
8.Wanneer de nationale leden, hun adjuncten en medewerkers in het kader van de taken van Eurojust handelen, worden de desbetreffende relevante uitgaven beschouwd als
operationele uitgaven.
Artikel 8 Bevoegdheden van nationale leden
-
1.De nationale leden zijn bevoegd om:
-
a)de afgifte en uitvoering van een verzoek om wederzijdse rechtshulp of wederzijdse erkenning te vergemakkelijken of anderszins te ondersteunen;
-
b)rechtstreeks contact op te nemen en informatie uit te wisselen met een nationale bevoegde autoriteit van de lidstaat;
-
c)rechtstreeks contact op te nemen en informatie uit te wisselen met een bevoegde internationale autoriteit in overeenstemming met de internationale afspraken van hun lidstaat;
d) [...]
-
1a. Onverminderd lid 1 kunnen de lidstaten in overeenstemming met de nationale wetgeving aanvullende bevoegdheden toekennen aan de nationale leden. De lidstaat stelt de Commissie en het college formeel in kennis van deze bevoegdheden.
-
2.In overleg met hun bevoegde nationale autoriteit kunnen de nationale leden [...] in overeenstemming met het nationaal recht:
a)een verzoek tot wederzijdse bijstand of wederzijdse erkenning afgeven en uitvoeren;
b) onderzoeksmaatregelen gelasten of daarom verzoeken [...] en uitvoeren als bedoeld in Richtlijn 2014/41 i/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende het Europees onderzoeksbevel in strafzaken;
[c)[...] d)indien nodig deelnemen aan gemeenschappelijke onderzoeksteams, inclusief aan het instellen ervan. Indien het gemeenschappelijke onderzoeksteam echter door de Unie wordt gefinancierd, zullen de betrokken nationale leden altijd worden verzocht deel te nemen.
-
3.In dringende gevallen [...], en voor zover het niet mogelijk is de bevoegde nationale autoriteit tijdig te vinden of te contacteren, zijn de nationale leden bevoegd om de in lid 2 bedoelde maatregelen te nemen in overeenstemming met het nationaal recht; zij stellen de nationale bevoegde autoriteit daarvan zo snel mogelijk in kennis.
4. Indien het verlenen van de in de leden 2 en 3 bedoelde bevoegdheden aan het nationaal lid strijdig is met de in een lidstaat geldende
a)grondwettelijke regels,
of
b)essentiële kenmerken van het nationaal strafrechtelijk bestel:
i)betreffende de bevoegdheidsverdeling tussen politie, openbare aanklagers en rechters,
ii)betreffende de functionele taakverdeling tussen vervolgingsinstanties,
of
iii)met betrekking tot de federale structuur van de betrokken lidstaat,
dan is het nationaal lid bevoegd om bij de bevoegde nationale autoriteit die verantwoordelijk is voor het uitvoeren van de in de leden 2 en 3 bedoelde maatregelen, een voorstel in te dienen.
5. De lidstaten zorgen ervoor dat de bevoegde nationale autoriteit in de in lid 4 bedoelde gevallen het verzoek van het nationaal lid zonder nodeloze vertraging behandelt.
Artikel 9 Toegang tot nationale registers
De nationale leden hebben toegang tot, of kunnen ten minste de informatie verkrijgen die aanwezig is in de volgende soorten registers van hun lidstaat, overeenkomstig het nationaal recht:
-
a)strafregisters;
-
b)registers van aangehouden personen;
-
c)onderzoeksregisters;
-
d)DNA-registers;
-
e)andere registers van openbare autoriteiten van hun lidstaten indien dergelijke informatie nodig is om hun taken te vervullen.
A FDELING III
H ET COLLEGE
Artikel 10 Samenstelling van het college
-
1.Het college is samengesteld uit alle nationale leden.
a) [...]
b) [...]
2. [...]
3. De administratief directeur woont de [...] vergaderingen van het college bij wanneer beheersvraagstukken worden besproken, maar heeft geen stemrecht.
-
4.Het college kan elkeen van wie het advies dienstig kan zijn, uitnodigen om als waarnemer de vergaderingen bij te wonen.
-
5.De leden van het college kunnen zich laten bijstaan door adviseurs of deskundigen, overeenkomstig de wijze die in het reglement van orde van het college is vastgesteld.
Artikel 11 De voorzitter en vicevoorzitter van Eurojust
-
1.Het college kiest een voorzitter en twee vicevoorzitters uit de nationale leden met een meerderheid van twee derde van zijn leden. Ingeval er geen tweederdemeerderheid kan worden bereikt, vindt de verkiezing overeenkomstig het reglement van orde van Eurojust plaats.
1a. De voorzitter oefent zijn ambt namens en onder het gezag van het college uit. De voorzitter:
i)vertegenwoordigt Eurojust;
ii)roept de vergaderingen van het college en de raad van bestuur bijeen en zit deze voor,
en houdt het college op de hoogte van aangelegenheden die voor het college van belang
zijn;
iii)leidt de werkzaamheden van het college en oefent toezicht uit op het dagelijks beheer door de administratief directeur;
iv) [...] oefent eventueel andere functies uit [...] als omschreven in het reglement van orde van Eurojust.
-
2.De vicevoorzitters oefenen de in lid 1a vermelde taken uit die de voorzitter hun toevertrouwt. Zij vervangen de voorzitter als deze niet in staat is zijn taken te verrichten. De voorzitter en de vicevoorzitters worden bij [...] het uitvoeren van hun specifieke taken bijgestaan door het administratief personeel.
-
3.De ambtstermijn van de voorzitter en de vicevoorzitters bedraagt vier jaar. Zij kunnen eenmaal worden herkozen.
3a. Wanneer een nationaal lid tot voorzitter of vicevoorzitter van Eurojust wordt verkozen, wordt zijn ambtstermijn verlengd om ervoor te zorgen dat hij de opdracht als voorzitter of vicevoorzitter kan vervullen.
4. Indien de voorzitter of een vicevoorzitter niet langer voldoet aan de voorwaarden voor de uitvoering van zijn taken, kan hij door het college worden ontslagen op voorstel van een derde van de leden. Het besluit moet worden aangenomen met een meerderheid van twee derde van de leden van het college, de betrokken voorzitter of vicevoorzitter niet inbegrepen.
5. Wanneer een nationaal lid tot voorzitter of vicevoorzitter van Eurojust wordt verkozen, mag de betrokken lidstaat een andere voldoende gekwalificeerde persoon afvaardigen
om het nationale bureau te versterken gedurende de ambtstermijn van het nationaal lid als voorzitter of vicevoorzitter. Als een lidstaat besluit zo iemand af te vaardigen, heeft hij het recht een compensatie aan te vragen overeenkomstig artikel 11a.
Artikel 11a
Compensatieregeling voor de functies van voorzitter en vicevoorzitter
1. Uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening neemt de Raad op voorstel van de Commissie door middel van uitvoeringshandelingen een compensatiemodel aan voor de toepassing van artikel 11, lid 5, ten gunste van lidstaten waarvan het nationaal lid tot voorzitter of vicevoorzitter wordt verkozen.
-
2.De compensatie staat ter beschikking van ongeacht welke lidstaat indien
i) hun nationaal lid is verkozen tot voorzitter of vicevoorzitter
en
ii) zij het college om compensatie verzoeken en de noodzaak om het nationaal bureau te
versterken op grond van de toegenomen werklast, motiveren.
3. De compensatie is gelijk aan 70 % van het nationale salaris van de gedetacheerde persoon. Kosten van levensonderhoud en daarmee gepaard gaande kosten worden op vergelijkbare wijze vergoed als die van EU-ambtenaren of andere naar het buitenland
gedetacheerde ambtenaren. 19
4. Het compensatiemechanisme komt ten laste van de begroting van Eurojust.
Artikel 12 Vergaderingen van het college
-
1.De voorzitter roept de vergaderingen van het college bijeen.
-
2.Het college houdt ten minste één [...] vergadering per maand. [...] Daarnaast komt het college bijeen op initiatief van zijn voorzitter [...] of op verzoek van ten minste een derde van zijn leden.
-
3.[De Europese openbare aanklager ontvangt de agenda’s van de vergaderingen van het college en heeft het recht om zonder stemrecht deel te nemen aan deze vergaderingen wanneer kwesties worden besproken die hij of zij relevant acht voor de werking van het
Europees Openbaar Ministerie.] 20
19 Verwijzing naar de specifieke regels inzake deze detachering van EU-ambtenaren of andere
ambtenaren toevoegen.
20 Aangezien artikel 12, lid 3, verband houdt met het EPPO, valt het niet onder de algemene
oriëntatie.
Artikel 13 Stemprocedure van het college
-
1.Tenzij anders is bepaald, stelt het college zijn besluiten vast bij meerderheid van zijn leden.
-
2.Elk lid heeft één stem. Bij afwezigheid van een stemgerechtigd lid kunnen de adjunct en de medewerkers het stemrecht uitoefenen in overeenstemming met artikel 7, lid 4.
Artikel 14 […]
(…)
Artikel 15 […]
(…)
A FDELING IV D E RAAD VAN BESTUUR
Artikel 16 Werking van de raad van bestuur
-
1.Het college wordt bijgestaan door een raad van bestuur. De raad van bestuur is verantwoordelijk voor het nemen van de voornaamste beheersbeslissingen om de goede werking van Eurojust te waarborgen. Hij onderneemt tevens de noodzakelijke voorbereidende werkzaamheden voor andere beheerskwesties waarvoor overeenkomstig artikel 5, lid 2, de goedkeuring door het college is vereist. Hij is niet betrokken bij de operationele taken van Eurojust als bedoeld in de artikelen 4 en 5.
1a. De raad van bestuur kan het college raadplegen bij het opstellen van de jaarlijkse begroting van Eurojust, het jaarlijks verslag en de jaarlijkse en de meerjarige
werkprogramma's, en kan bij het college andere niet-operationele inlichtingen opvragen indien die voor de uitvoering van zijn taken noodzakelijk zijn.
-
2.De raad van bestuur [...]
-
a)De raad van bestuur heeft daarnaast de volgende taken:
-
a)[...] hij keurt het jaarlijkse en het meerjarig werkprogramma van Eurojust goed op basis van de ontwerpen die door de administratief directeur zijn opgesteld, en stuurt dit met het oog op vaststelling door aan het college [...];
-
b)hij stelt een fraudebestrijdingsstrategie [...] voor Eurojust vast op basis van een ontwerp dat door de administratief directeur is opgesteld;
-
-
c)hij stelt toepasselijke regels vast ten behoeve van de uitvoering van het Statuut en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden overeenkomstig artikel 110 van het Statuut;
-
d)hij zorgt voor een passende opvolging van de resultaten en aanbevelingen die voortvloeien uit de interne of externe auditverslagen, beoordelingen en onderzoeken, voor zover die geen verband houden met de operationele werkzaamheden van het college, waaronder die van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
(EDPS) en het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF);
-
e)hij neemt alle beslissingen betreffende het opzetten en, waar nodig, het wijzigen van de interne administratieve structuren van Eurojust;
f) [...]
g) [...]
-
h)[...] aa) hij verricht alle bijkomende beheerstaken die hem uit hoofde van artikel 5, lid 4, door het college worden toegewezen;
bb) hij stelt de jaarlijkse begroting van Eurojust op met het oog op vaststelling door het college [...];
cc) hij keurt het jaarlijks verslag over de activiteiten van Eurojust goed en stuurt het met het oog op aanneming door aan het college.
dd) hij stelt de financiële regeling die op Eurojust van toepassing is, vast overeenkomstig artikel 52;
ee) hij benoemt een rekenplichtige en een functionaris voor gegevensbescherming, die functioneel onafhankelijk zijn bij de uitvoering van hun taken;
ff) hij stelt overeenkomstig artikel 110 van het Statuut, en op grond van artikel 2, lid 1, van het Statuut en van artikel 6 van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, een besluit vast ter delegatie van de bevoegdheden tot aanstelling aan de administratief directeur en ter bepaling van de voorwaarden
voor de schorsing van die bevoegdheidsdelegatie. De administratief directeur mag deze bevoegdheid op zijn beurt subdelegeren.
3. [...]
-
4.De raad van bestuur is samengesteld uit de voorzitter en de vicevoorzitters van het college, één vertegenwoordiger van de Commissie en twee andere leden van het college die in overeenstemming met het reglement van orde van het college op basis van een toerbeurtsysteem voor twee jaar worden benoemd. De administratief directeur woont de vergaderingen van de raad van bestuur bij , maar heeft geen stemrecht.
4a. De voorzitter van het college is de voorzitter van de raad van bestuur. De raad van bestuur besluit bij meerderheid van de stemmen van zijn leden. Elk lid [...] heeft één stem. Bij staking van stemmen brengt de voorzitter de beslissende stem uit.
-
5.[...] De ambtstermijn van de leden van de raad van bestuur eindigt wanneer hun mandaat als nationaal lid, voorzitter of vicevoorzitter eindigt.
-
6.De raad van bestuur komt [...] ten minste één keer per maand [...] bijeen. Daarnaast komt de raad bijeen op initiatief van zijn voorzitter of op verzoek van de Commissie of van ten minste twee van zijn andere leden.
[7. De Europese openbare aanklager ontvangt de agenda’s van alle vergaderingen van de raad van bestuur en kan, zonder stemrecht, aan dergelijke vergaderingen deelnemen wanneer er onderwerpen worden besproken die hij of zij van belang voor het functioneren van het
Europees Openbaar Ministerie acht.
-
8.De Europese openbare aanklager kan schriftelijke adviezen richten tot de raad van bestuur,
waarop de raad van bestuur zonder nodeloze vertraging schriftelijk reageert.] 21
Artikel 16a 22
Jaarlijkse en meerjarenprogrammering
-
1.Uiterlijk op [30 november van elk jaar] stelt het college een programmeringsdocument vast met een jaarlijks en een meerjarig werkprogramma op basis van een ontwerp van de administratief directeur dat is goedgekeurd door de raad van bestuur. Het stuurt dit door naar het Europees Parlement, de Raad en de Commissie. Het werkprogramma wordt definitief na de definitieve vaststelling van de algemene begroting en wordt, indien nodig,
dienovereenkomstig aangepast.
-
2.Het jaarlijkse werkprogramma omvat een gedetailleerde beschrijving van de doelstellingen en de beoogde resultaten, inclusief prestatie-indicatoren. Het bevat ook een beschrijving van de te financieren activiteiten en een indicatie van de financiële en personele middelen die aan iedere activiteit worden toegewezen, overeenkomstig de beginselen die gelden voor
activiteitsgestuurde begroting en beheer.
21 Aangezien de leden 7 en 8 van artikel 16 betrekking hebben op het EPPO, vallen zij buiten
de algemene oriëntatie.
22 Voorheen artikel 15 van het Commissievoorstel.
Het jaarlijkse werkprogramma is consistent met het meerjarige werkprogramma als bedoeld in lid 4. Het vermeldt duidelijk welke taken zijn toegevoegd, gewijzigd of geschrapt ten opzichte
van het vorige begrotingsjaar.
-
3.De raad van bestuur past het vastgestelde jaarlijkse werkprogramma aan als Europol een nieuwe taak krijgt toegewezen. Iedere wezenlijke verandering van het jaarlijkse werkprogramma
wordt vastgesteld door middel van dezelfde procedure als het oorspronkelijke jaarlijkse werkprogramma. De raad van bestuur kan aan de administratief directeur de bevoegdheid delegeren om niet-wezenlijke veranderingen door te voeren in het jaarlijkse werkprogramma en de raad van bestuur van elke wijziging op de hoogte te houden.
-
4.Het meerjarige werkprogramma omvat de algemene strategische programmering, met inbegrip van doelstellingen, beoogde resultaten en prestatie-indicatoren. Het bevat ook de programmering van de middelen, met inbegrip van de meerjarenbegroting en personele middelen. De programmering van de middelen wordt jaarlijks bijgewerkt. De strategische programmering wordt in voorkomend geval bijgewerkt, met name om rekening te houden met de resultaten van de in artikel 56 bedoelde evaluatie.
A FDELING V D E ADMINISTRATIEF DIRECTEUR
(…)
Artikel 17 Status van de administratief directeur
-
1.De administratief directeur wordt aangesteld als tijdelijk functionaris van Eurojust op grond van artikel 2, onder a), van de Regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie.
-
2.De administratief directeur wordt, na een open en transparante selectieprocedure overeenkomstig het reglement van orde van Eurojust, door het college benoemd uit een lijst van door de [...] raad van bestuur voorgedragen kandidaten. Voor het sluiten van de arbeidsovereenkomst met de administratief directeur wordt Eurojust vertegenwoordigd door de voorzitter van het college.
-
3.De ambtstermijn van de administratief directeur bedraagt [...] vier jaar. Aan het eind van deze termijn stelt de [...] raad van bestuur een beoordeling op waarin rekening wordt gehouden
met een evaluatie van de prestaties van de administratief directeur.
-
4.Op grond van een voorstel van de [...] raad van bestuur, waarin rekening wordt gehouden met de in lid 3 bedoelde beoordeling, kan het college de ambtstermijn van de administratief directeur eenmaal verlengen, voor ten hoogste [...] vier jaar.
-
5.Een administratief directeur wiens ambtstermijn is verlengd, is aan het eind van de volledige termijn uitgesloten van een andere selectieprocedure voor dezelfde functie.
-
6.De administratief directeur legt verantwoording af aan het college [...].
-
7.De administratief directeur kan uitsluitend uit zijn functie worden ontheven bij een besluit van het college dat is genomen met een meerderheid van twee derde van zijn leden. [...]
Artikel 18 Verantwoordelijkheden van de administratief directeur
-
1.Voor administratieve doeleinden wordt Eurojust geleid door de administratief directeur.
-
2.Onverminderd de bevoegdheden van [...] het college of de raad van bestuur, voert de administratief directeur zijn taken op onafhankelijke wijze uit, zonder instructies te vragen aan of te ontvangen van regeringen of andere organen.
-
3.De administratief directeur is de wettelijke vertegenwoordiger van Eurojust.
-
4.De administratief directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de administratieve taken die Eurojust zijn toegekend. De administratief directeur is in het bijzonder belast met:
-
a)het dagelijks bestuur van Eurojust en het personeelsbeheer;
-
b)de uitvoering van de besluiten van het college en de raad van bestuur;
-
c)de opstelling van het [...] jaarlijks en meerjarig werkprogramma en [...] het voorleggen daarvan ter goedkeuring [...] aan de raad van bestuur [...]
-
d)de uitvoering van het [...] jaarlijks en meerjarig werkprogramma en de rapportage over die uitvoering aan de raad van bestuur;
-
e)de opstelling van het jaarverslag van de activiteiten van Eurojust en de presentatie daarvan ter goedkeuring [...] aan de raad van bestuur;
-
f)de opstelling van een actieplan voor de opvolging van conclusies van de interne of externe auditverslagen, beoordelingen en onderzoeken, waaronder die van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en OLAF, en de halfjaarlijkse
verslaglegging over de voortgang aan de raad van bestuur, het college, de Commissie en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming;
g) [...]
-
g)de opstelling van een fraudebestrijdingsstrategie voor Eurojust en de aanbieding daarvan ter goedkeuring aan de raad van bestuur;
-
h)de opstelling van een ontwerp van de financiële regels die op Eurojust van toepassing zijn;
-
i)de opstelling van Eurojusts ontwerpraming van ontvangsten en uitgaven, en de uitvoering van de begroting;
-
j) de uitoefening, met betrekking tot het personeel van het agentschap, van de
bevoegdheden die krachtens het Statuut 23 zijn verleend aan het tot aanstelling
bevoegde gezag en die krachtens de Regeling welke van toepassing is op de andere
personeelsleden 24 zijn verleend aan het tot het sluiten van arbeidscontracten
bevoegde gezag ("de bevoegdheid tot aanstelling");
k) [...] het verstrekken van de noodzakelijke administratieve steun om de operationele werkzaamheden van Eurojust te faciliteren.
l) het bieden van ondersteuning aan de voorzitter en vicevoorzitters bij het vervullen van hun taken.
5. De Raad kan de administratief directeur verzoeken om verslag te doen over de uitvoering van zijn of haar taken.
23 Verordening nr. 31/EEG, nr. 11/EGA van 18 december 1961 tot vaststelling van het statuut
van de ambtenaren en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB P 45 van 14.6.1962, blz. 1385), met name gewijzigd bij de nadien zelf gewijzigde Verordening nr. 259/68 i van 29 februari 1968 (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 1).
24 Verordening nr. 31/EEG, nr. 11/EGA van 18 december 1961 tot vaststelling van het statuut
van de ambtenaren en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Economische Gemeenschap en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (PB P 45 van 14.6.1962, blz. 1385), met name gewijzigd bij de nadien zelf gewijzigde Verordening nr. 259/68 i van 29 februari 1968 (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 1).
HOOFDSTUK III
OPERATIONELE AANGELEGENHEDEN
Artikel 19 Coördinatie met oproepdienst (OCC)
-
1.Teneinde zijn taken in dringende gevallen te vervullen, beschikt Eurojust over een coördinatie met oproepdienst die te allen tijde aan Eurojust gerichte verzoeken in ontvangst kan nemen en behandelen. De coördinatie met oproepdienst is 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar [...].
-
2.De coördinatie met oproepdienst doet een beroep op één vertegenwoordiger (de OCC- vertegenwoordiger) per lidstaat, die het nationale lid zelf of zijn adjunct kan zijn, [...] een medewerker die gemachtigd is om het nationale lid te vervangen, of een andere autoriteit die daartoe krachtens het nationaal recht is aangewezen. De OCC-vertegenwoordiger is 24 uur per dag en 7 dagen per week inzetbaar.
-
3.De OCC-vertegenwoordigers ondernemen onverwijld actie met betrekking tot de uitvoering van het verzoek in hun lidstaat. Nationale leden die vertegenwoordigers zijn, ondernemen actie door het uitoefenen van de bevoegdheden waarover zij overeenkomstig artikel 8 beschikken.
Artikel 20 Nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust
-
1.Elke lidstaat wijst één of meer nationale correspondenten voor Eurojust aan.
-
2.Elke lidstaat zet een nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust op om te zorgen voor de coördinatie van de werkzaamheden verricht door:
-
a)de nationale correspondenten voor Eurojust;
-
b)de nationale correspondent voor Eurojust voor terrorismebestrijding; c) de nationale correspondent voor het Europees justitieel netwerk in strafzaken en ten hoogste drie andere contactpunten van dat Europees justitieel netwerk;
-
d)nationale leden of contactpunten van het netwerk voor gemeenschappelijke onderzoeksteams en van de netwerken die zijn opgezet bij Besluit 2002/494 i/JBZ, Besluit 2007/845 i/JBZ en Besluit 2008/852 i/JBZ.
e) in voorkomend geval, elke andere relevante justitiële autoriteit.
-
-
3.De in de leden 1 en 2 bedoelde personen behouden de positie en de status waarover zij krachtens het nationaal recht beschikken.
-
4.De nationale correspondenten voor Eurojust zijn verantwoordelijk voor de werking van het nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust. Indien verschillende nationale correspondenten voor Eurojust zijn aangewezen, is een van hen verantwoordelijk voor de werking van het
nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust.
4a. Het nationale lid van Eurojust wordt geïnformeerd over alle vergaderingen van het nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust waar aangelegenheden in verband met zaken worden besproken , en kan deze zo nodig bijwonen.
-
5.Het nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust vergemakkelijkt in de lidstaat de taakvervulling van Eurojust, met name door:
-
a)ervoor te zorgen dat het in artikel 24 bedoelde casemanagementsysteem op efficiënte en betrouwbare wijze gegevens in verband met de betrokken lidstaat ontvangt;
-
b)te helpen bepalen of een [...]verzoek met bijstand van Eurojust of van het Europees justitieel netwerk moet worden behandeld;
-
c)het nationale lid te helpen bepalen welke autoriteiten bevoegd zijn voor de tenuitvoerlegging van verzoeken en besluiten inzake justitiële samenwerking, waaronder die welke zijn gebaseerd op instrumenten waarmee uitvoering wordt gegeven aan het beginsel van wederzijdse erkenning;
-
d)nauwe betrekkingen te onderhouden met de nationale Europol-eenheid, andere contactpunten van het Europees justitieel netwerk en andere betrokken
bevoegde nationale autoriteiten.
-
-
6.Voor de verwezenlijking van de in lid 5 bedoelde doelstellingen worden de in lid 1 en lid 2, onder a), b) en c), bedoelde personen op het casemanagementsysteem aangesloten en kunnen de in lid 2, onder d) en e) bedoelde personen of autoriteiten hierop worden aangesloten
overeenkomstig dit artikel, en de artikelen 24, 25, 26 en 30. De aansluiting op het casemanagementsysteem
komt ten laste van de algemene begroting van de Europese Unie.
-
7.Het opzetten van het nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust en de aanwijzing van nationale correspondenten staat niet in de weg aan rechtstreekse contacten tussen het
nationale lid en de bevoegde autoriteiten van zijn lidstaat.
Artikel 21
Uitwisseling van informatie met de lidstaten en tussen nationale leden
-
1.De bevoegde autoriteiten van de lidstaten wisselen met Eurojust alle informatie uit die nodig is voor de uitvoering van zijn taken overeenkomstig de artikelen 2 en 4 en de in deze verordening vastgestelde voorschriften inzake gegevensbescherming. Daarbij gaat het ten minste om de in de leden 4, 5 en 6 [...] bedoelde informatie [...].
-
2.De doorgifte van informatie aan Eurojust wordt alleen als een verzoek om bijstand van
Eurojust opgevat indien een bevoegde autoriteit dat in het betrokken geval specifiek vermeldt.
-
3.De nationale leden wisselen, zonder voorafgaande toestemming, onderling of met de bevoegde autoriteiten van hun lidstaat alle voor de vervulling van de taken van Eurojust vereiste gegevens uit. In het bijzonder brengen de bevoegde nationale autoriteiten hun nationale leden onverwijld op de hoogte van een hen betreffende zaak.
-
4.De nationale bevoegde autoriteiten brengen hun nationale leden op de hoogte van het instellen van gemeenschappelijke onderzoeksteams en van de resultaten van dergelijke teams.
-
5.De nationale bevoegde autoriteiten stellen hun nationale leden zonder nodeloze vertraging in kennis van elke zaak [...] waarbij ten minste drie lidstaten rechtstreeks betrokken zijn, waarin verzoeken of besluiten inzake justitiële samenwerking, waaronder die welke
gebaseerd zijn op instrumenten waarmee uitvoering wordt gegeven aan het beginsel van wederzijdse erkenning, aan ten minste twee lidstaten zijn toegezonden, en
a) het betrokken strafbaar feit in de verzoekende of de uitvaardigende lidstaat strafbaar wordt gesteld met een vrijheidsstraf of een tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel met een maximum van ten minste vijf of zes jaar, naar gelang van de beslissing van de betrokken lidstaat, en is opgenomen in de onderstaande lijst:
i) mensenhandel;
ii) seksueel misbruik en seksuele uitbuiting inclusief kinderpornografie en het benaderen van kinderen voor seksuele doeleinden;
iii) drugshandel;
iv) illegale handel in [...] wapens [...], munitie en explosieven;
v) corruptie;
vi) misdrijven tegen de financiële belangen van de Unie;
vii) valsemunterij en vervalsing van betaalmiddelen;
viii) witwasactiviteiten;
ix) computercriminaliteit;
of b)er concrete aanwijzingen zijn van betrokkenheid van een criminele organisatie;
of
c)er aanwijzingen zijn dat de zaak een ernstige grensoverschrijdende dimensie of ernstige gevolgen kan hebben op het niveau van de Europese Unie, of gevolgen kan hebben voor andere dan de rechtstreeks betrokken lidstaten.
-
6.De nationale bevoegde autoriteiten stellen hun nationale leden in kennis van:
-
a)zaken waarin jurisdictiegeschillen zijn ontstaan of kunnen ontstaan;
-
b)gecontroleerde afleveringen waarbij ten minste drie landen betrokken zijn, waaronder ten minste twee lidstaten;
-
c)herhaalde problemen met of weigeringen van het uitvoeren van verzoeken en besluiten inzake justitiële samenwerking, waaronder die welke gebaseerd zijn op instrumenten
waarmee uitvoering wordt gegeven aan het beginsel van wederzijdse erkenning.
-
-
7.Nationale autoriteiten zijn in afzonderlijke gevallen niet verplicht informatie te verstrekken indien daardoor:
-
a)wezenlijke nationale veiligheidsbelangen kunnen worden geschaad, of
-
b)de veiligheid van een persoon in gevaar wordt gebracht.
-
-
8.Dit artikel laat in bilaterale of multilaterale overeenkomsten of regelingen tussen lidstaten en derde landen gestelde voorwaarden, met inbegrip van door derde landen gestelde
voorwaarden betreffende het gebruik van informatie nadat deze verstrekt is, onverlet.
8a. Dit artikel laat de andere verplichtingen inzake overdracht van gegevens aan Eurojust, daaronder begrepen die welke voortvloeien uit Besluit 2005/671 i/JBZ van de Raad van 20 september 2005 betreffende informatie-uitwisseling en samenwerking in verband
met strafbare feiten van terroristische aard, onverlet. 25
25 PB L 167 van 26.6.2002, blz. 1.
-
9.De in dit artikel bedoelde gegevens worden op gestructureerde, door Eurojust vastgestelde wijze verstrekt. De nationale autoriteit hoeft deze informatie niet te verstrekken indien deze reeds in overeenstemming met andere bepalingen van deze verordening aan
Eurojust is doorgegeven.
Artikel 22 Door Eurojust aan de bevoegde nationale autoriteiten verstrekte gegevens
-
1.Eurojust verstrekt de bevoegde nationale autoriteiten gegevens en feedback over de resultaten van het verwerken van gegevens, onder meer over het bestaan van verbanden met reeds in het casemanagementsysteem opgenomen zaken. Deze informatie kan
persoonsgegevens omvatten.
-
2.Wanneer een bevoegde nationale autoriteit Eurojust om gegevens verzoekt, verstrekt
Eurojust deze gegevens binnen de door die autoriteit vastgestelde termijn.
Artikel 23 […]
(…)
Artikel 24 Casemanagementsysteem, register en tijdelijke werkbestanden
-
1.Eurojust zet een casemanagementsysteem op dat bestaat uit tijdelijke werkbestanden en een register met in bijlage 2 genoemde persoonsgegevens en andere dan persoonsgegevens
-
2.Doel van het casemanagementsysteem is:
-
a)het ondersteunen van het beheer en de coördinatie van onderzoeken en vervolgingen die Eurojust helpt coördineren, met name door vergelijking van informatie;
-
b)het vergemakkelijken van de toegang tot informatie over lopende onderzoeken en vervolgingen;
-
c)het vergemakkelijken van het toezicht op de rechtmatigheid van de gegevensverwerking en op de naleving van de desbetreffende bepalingen van deze verordening.
-
-
3.Het casemanagementsysteem kan worden verbonden met de beveiligde telecommunicatieverbinding bedoeld in artikel 9 van Besluit 2008/976 i/JBZ.
-
4.Het register bevat verwijzingen naar de tijdelijke werkbestanden die in het kader van
Eurojust worden aangemaakt en mag geen andere persoonsgegevens bevatten dan die welke worden genoemd in de punten 1, onder a) tot en met i), k) en m), en 2, van bijlage 2.
-
5.Bij het vervullen van hun taken mogen de nationale leden gegevens betreffende de individuele zaken die zij in behandeling hebben, verwerken in een tijdelijk werkbestand. [...] Telkens wanneer een nieuw tijdelijk werkbestand met persoonsgegevens wordt aangemaakt, stelt het betrokken nationale lid de functionaris voor gegevensbescherming daarvan in kennis. Bij het vervullen van hun taken bieden de nationale leden de functionaris voor gegevensbescherming toegang tot de tijdelijke werkbestanden.
-
6.Voor de verwerking van operationele persoonsgegevens kan Eurojust geen ander geautomatiseerd bestand aanmaken dan het casemanagementsysteem [...]. Het nationale lid kan persoonsgegevens echter tijdelijk opslaan en analyseren om na te gaan of die gegevens van belang zijn voor het verrichten van de taken van Eurojust en of zij in het casemanagementsysteem kunnen worden opgenomen. De betrokken gegevens mogen ten hoogste drie maanden worden bewaard.
[7. Het casemanagementsysteem en zijn tijdelijke werkbestanden worden voor gebruik door het Europees Openbaar Ministerie beschikbaar gesteld.
-
8.De bepalingen inzake de toegang tot het casemanagementsysteem en de tijdelijke werkbestanden zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op het Europees Openbaar
Ministerie. De informatie die door het Europees Openbaar Ministerie in het casemanagementsysteem, de tijdelijke werkbestanden en het register is opgenomen, is echter
niet toegankelijk op nationaal niveau.] 26
Artikel 25 Functioneren van de tijdelijke werkbestanden en van het register
-
1.Het betrokken nationale lid maakt voor iedere zaak waarover hem informatie wordt verstrekt, een tijdelijk werkbestand aan, voor zover die informatieverstrekking in
overeenstemming is met deze verordening [...]. Het nationale lid is verantwoordelijk voor het beheer van de door hem aangemaakte tijdelijke werkbestanden.
-
2.Het nationale lid dat een tijdelijk werkbestand heeft aangemaakt, besluit per geval om hetzij de toegang tot het tijdelijk werkbestand beperkt te houden, hetzij toegang tot dit bestand of tot delen ervan te verlenen aan andere nationale leden, aan personeelsleden van Eurojust of aan eenieder die namens Eurojust werkt [...] en van de administratief directeur de
vereiste machtiging heeft verkregen.
-
3.Het nationale lid dat een tijdelijk werkbestand heeft aangemaakt, besluit welke informatie betreffende dit tijdelijke werkbestand in het register wordt opgenomen.
26 Aangezien de leden 7 en 8 van artikel 24 betrekking hebben op het EPPO, vallen zij buiten
de algemene oriëntatie.
Artikel 26 Toegang tot het casemanagementsysteem op nationaal niveau
-
1.De in artikel 20, lid 2, bedoelde personen, voor zover zij op het casemanagementsysteem zijn aangesloten, mogen alleen toegang hebben tot:
-
a)het register, tenzij het nationale lid dat besloten heeft de gegevens in het register op te nemen, die toegang uitdrukkelijk heeft geweigerd;
-
-
b)door het nationale lid van hun lidstaat aangemaakte tijdelijke werkbestanden;
-
c)door nationale leden van andere lidstaten aangemaakte tijdelijke werkbestanden waartoe het nationale lid van hun lidstaat toegang heeft gekregen, tenzij het nationale lid dat het tijdelijke werkbestand heeft aangemaakt, deze toegang uitdrukkelijk heeft geweigerd.
-
-
2.Het nationale lid besluit, binnen de in lid 1 bepaalde grenzen, over de mate waarin in zijn of haar lidstaat toegang tot de tijdelijke werkbestanden wordt verleend aan de in artikel 20, lid 2, bedoelde personen, voor zover die op het casemanagementsysteem zijn aangesloten.
-
3.Elke lidstaat besluit na overleg met zijn nationale lid over de mate waarin in die lidstaat toegang tot het register wordt verleend aan de in artikel 20, lid 2, bedoelde personen, voor zover die op het casemanagementsysteem zijn aangesloten. De lidstaten stellen Eurojust en de Commissie in kennis van hun besluit met betrekking tot de toepassing van dit lid. De Commissie stelt de andere lidstaten daarvan in kennis.
-
4.Personen aan wie overeenkomstig lid 2 toegang is verleend, hebben ten minste toegang tot het register voor zover die toegang noodzakelijk is voor de toegang tot de tijdelijke werkbestanden waartoe hun toegang is verleend.
Hoofdstuk IV
27 Informatieverwerking
Artikel x
Definities
Artikel 26a
Algemene beginselen inzake gegevensbescherming
Persoonsgegevens dienen:
a) op eerlijke en rechtmatige wijze te worden verwerkt;
b) voor specifieke, expliciete en gerechtvaardigde doeleinden te worden verzameld en niet verder te worden verwerkt op een manier die onverenigbaar is met
deze doeleinden. Verdere verwerking van persoonsgegevens voor historische, statistische of wetenschappelijke doeleinden wordt niet als onverenigbaar beschouwd als Eurojust passende voorzorgsmaatregelen neemt, met name om ervoor te zorgen dat de gegevens niet voor andere doeleinden worden verwerkt;
c) adequaat, relevant en niet buitensporig te zijn in het licht van de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt;
27 De Commissie maakt een voorbehoud bij hoofdstuk IV en stelt dat Verordening nr. 45/2001 i
van toepassing moet zijn op alle bij Eurojust verwerkte gegevens.
d) nauwkeurig te zijn en te worden bijgewerkt; alle redelijke stappen moeten worden genomen om ervoor te zorgen dat persoonsgegevens die niet nauwkeurig zijn met betrekking tot de doeleinden waarvoor ze zijn verwerkt,
onverwijld worden gewist of gecorrigeerd;
e) te worden bewaard in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenen te identificeren en zulks niet langer dan nodig is voor de doeleinden waarvoor de persoonsgegevens worden verwerkt [...];
f) te worden verwerkt op een wijze die een afdoende bescherming van persoonsgegevens en de vertrouwelijkheid van de gegevensverwerking garandeert.
Artikel 26b Administratieve persoonsgegevens
1. Verordening (EG) nr. 45/2001 i is van toepassing op alle administratieve persoonsgegevens die in het bezit zijn van Eurojust.
2. Eurojust bepaalt in de bepalingen inzake gegevensbescherming in zijn reglement van orde de bewaartermijnen voor administratieve persoonsgegevens.
Artikel 27 Verwerking van operationele persoonsgegevens
-
1.Voor zover noodzakelijk voor het vervullen van zijn [... ] taken kan Eurojust in het kader van zijn bevoegdheden en om zijn operationele taken uit te voeren, overeenkomstig deze verordening uitsluitend de onder punt 1 van bijlage 2 bedoelde persoonsgegevens verwerken, langs geautomatiseerde weg of in gestructureerde manuele bestanden, van personen die op grond het nationaal recht [...] van de betrokken lidstaten worden verdacht of beschuldigd van het plegen van of deelnemen aan een strafbaar feit ten aanzien waarvan Eurojust bevoegd is, of die veroordeeld zijn voor een dergelijk feit.
-
2.Eurojust mag uitsluitend de onder punt 2 van bijlage 2 bedoelde persoonsgegevens verwerken van personen die op grond van het nationaal recht van de betrokken lidstaten
worden beschouwd als getuigen of slachtoffers in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of een strafrechtelijke vervolging inzake een of meer van de in artikel 3 bedoelde vormen van criminaliteit en strafbare feiten [....]. Dergelijke persoonsgegevens mogen alleen worden verwerkt indien dit [...] noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de [...] taken van Eurojust, in het kader van zijn bevoegdheden en om zijn operationele taken uit te voeren.
-
3.In uitzonderlijke gevallen kan Eurojust voor een bepaalde periode, die niet langer duurt dan nodig is voor het sluiten van de zaak in verband waarmee de gegevens worden verwerkt, ook andere dan de in de leden 1 en 2 bedoelde persoonsgegevens verwerken die betrekking hebben op de omstandigheden van een feit, indien deze gegevens van onmiddellijk belang zijn voor en deel uitmaken van lopende onderzoeken die Eurojust coördineert of helpt coördineren en indien de verwerking [...] noodzakelijk is voor de in lid 1 genoemde doeleinden. De in artikel 31 bedoelde gegevensbeschermingsfunctionaris wordt onmiddellijk in kennis gesteld van de toepassing van dit lid en van de specifieke omstandigheden die de noodzaak van de verwerking van dergelijke persoonsgegevens rechtvaardigen. Wanneer die andere gegevens betrekking hebben op getuigen of slachtoffers in de zin van lid 2, wordt het besluit tot verwerking door [...] de daarvoor in aanmerking komende nationale leden gezamenlijk genomen.
-
4.Langs geautomatiseerde weg of op andere wijze verwerkte operationele persoonsgegevens waaruit ras of etnische afkomst, politieke overtuiging, godsdienstige of andere levensbeschouwing of lidmaatschap van een vakvereniging blijkt, alsmede genetische gegevens of gegevens die betrekking hebben op gezondheid of seksueel gedrag, mogen door Eurojust alleen worden verwerkt wanneer deze gegevens strikt noodzakelijk zijn voor het betrokken nationale onderzoek alsmede voor de coördinatie binnen Eurojust en als zij andere reeds verwerkte operationele persoonsgegevens over dezelfde persoon aanvullen. De gegevensbeschermingsfunctionaris wordt onmiddellijk in kennis gesteld van de toepassing van dit lid en van de specifieke omstandigheden die de noodzaak van de verwerking van dergelijke persoonsgegevens rechtvaardigen. Deze gegevens mogen niet worden verwerkt in het in artikel 24, lid 4, bedoelde register. Wanneer die andere gegevens betrekking hebben op getuigen of slachtoffers in de zin van lid 3, wordt het besluit tot verwerking door de [...] daarvoor in aanmerking komende nationale leden genomen.
4a. Besluiten met ongunstige rechtsgevolgen voor een betrokkene mogen niet louter worden gebaseerd op geautomatiseerde verwerking van gegevens als bedoeld in lid 4.
5. [...]
Artikel 28 Bewaartermijn van operationele persoonsgegevens
-
1.Eurojust slaat de operationele persoonsgegevens die het verwerkt niet langer op dan noodzakelijk is voor de verwezenlijking van zijn taken. Zonder afbreuk te doen aan lid 3, mogen met name de in artikel 27 bedoelde persoonsgegevens niet langer worden bewaard dan het moment waarop de eerste van de volgende data van toepassing is:
-
a)de datum waarop in alle bij de opsporing en vervolging betrokken lidstaten de geldende termijn voor verjaring van het recht van strafvordering is verstreken;
-
b)de datum waarop aan Eurojust wordt meegedeeld dat de betrokkene wordt vrijgesproken en de rechterlijke uitspraak definitief is geworden. Wanneer de rechterlijke uitspraak definitief is, stelt de betrokken lidstaat Eurojust
onverwijld daarvan in kennis;
-
c)drie jaar na de definitieve rechterlijke uitspraak in de laatste van de lidstaten die betrokken zijn bij de opsporing of de vervolging;
-
d)de datum waarop Eurojust en de betrokken lidstaten in onderling overleg hebben geconstateerd of zijn overeengekomen dat Eurojust de coördinatie van het onderzoek en de vervolging niet meer hoeft voort te zetten, tenzij er overeenkomstig artikel 21, lid 5 of lid 6, een verplichting is om Eurojust deze informatie te verstrekken;
-
e)drie jaar na de datum waarop overeenkomstig artikel 21, lid 4 [...] of lid 5 [...], gegevens werden verstrekt.
-
-
2.De naleving van de in lid 1 [....] bedoelde bewaartermijn wordt permanent gecontroleerd door middel van adequate geautomatiseerde verwerking, met name vanaf het moment waarop de zaak door Eurojust wordt afgesloten. Na de invoering van de gegevens
wordt evengoed om de drie jaar nagegaan of de bewaring noodzakelijk is; daarbij wordt naar de gehele zaak gekeken. Als persoonsgegevens zoals bedoeld in artikel 27, lid 4, worden opgeslagen gedurende een periode van meer dan vijf jaar, wordt de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming hiervan in kennis gesteld.
-
3.Wanneer een in lid 1 [...] bedoelde termijn is verstreken, controleert Eurojust of het nodig is de gegevens verder te bewaren teneinde zijn taken te verwezenlijken en kan Eurojust
besluiten om de gegevens bij wijze van afwijking tot de volgende controle te bewaren. De redenen voor verdere bewaring worden onderbouwd en geregistreerd. Als er bij de controle niet wordt besloten tot verdere bewaring van de persoonsgegevens, worden deze gegevens onmiddellijk gewist. [...]. [...] [...]
-
4.Wanneer gegevens overeenkomstig lid 3 langer zijn bewaard dan de in lid 1 bedoelde data, wordt om de drie jaar door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming nagegaan of de bewaring noodzakelijk is.
-
5.[...][...] Wanneer de bewaartermijn van het laatste geautomatiseerde gegeven uit het dossier verstreken is, worden alle stukken van het dossier [...] vernietigd, met uitzondering van
de oorspronkelijke stukken die Eurojust van nationale autoriteiten heeft ontvangen en die aan de afzender moeten worden teruggestuurd.
-
6.Indien Eurojust een onderzoek of vervolging heeft gecoördineerd, stellen de betrokken nationale leden de andere betrokken nationale leden in kennis wanneer zij informatie ontvangen dat de zaak is verworpen of dat alle rechterlijke uitspraken in verband met de zaak definitief zijn geworden. [...] [...]
Artikel 28a Beveiliging van operationele persoonsgegevens
1. Eurojust en elke lidstaat, voor zover de door Eurojust toegezonden gegevens hem betreffen, beschermen, wat de verwerking van persoonsgegevens in het kader van deze verordening betreft, de persoonsgegevens tegen toevallige of onrechtmatige vernietiging, toevallig verlies of ongeoorloofde verspreiding, wijziging of toegang, alsmede tegen elke andere vorm van niet-geoorloofde verwerking.
2. Eurojust en elke lidstaat nemen passende technische en organisatorische maatregelen ten aanzien van de beveiliging van de gegevens, met name maatregelen om:
a) te verhinderen dat onbevoegden toegang krijgen tot apparatuur voor de verwerking van persoonsgegevens (controle op de toegang tot de
apparatuur);
b) te voorkomen dat onbevoegden de gegevensdragers lezen, kopiëren, wijzigen of meenemen (controle op de gegevensdragers);
c) te voorkomen dat onbevoegden gegevens invoeren of opgeslagen persoonsgegevens lezen, wijzigen of verwijderen (opslagcontrole);
d) te voorkomen dat onbevoegden de systemen voor geautomatiseerde gegevensverwerking gebruiken met behulp van datatransmissieapparatuur (gebruikerscontrole);
e) te waarborgen dat degenen die bevoegd zijn om een systeem voor geautomatiseerde gegevensverwerking te gebruiken, uitsluitend toegang hebben tot de gegevens
waarvoor hun recht van toegang geldt (controle op de toegang tot de gegevens);
f) te waarborgen dat kan worden nagegaan en vastgesteld aan welke instanties persoonsgegevens worden verstrekt in geval van datatransmissie (controle op de verstrekking);
g) ervoor te zorgen dat achteraf kan worden nagegaan en vastgesteld welke persoonsgegevens wanneer en door wie in een geautomatiseerd
gegevensverwerkingssysteem zijn ingevoerd (invoercontrole);
h) te voorkomen dat bij de overdracht van persoonsgegevens of bij het vervoer van gegevensdragers onbevoegden gegevens lezen, kopiëren, wijzigen of verwijderen (transportcontrole);
i) te waarborgen dat de gebruikte systemen in geval van storing onverwijld opnieuw ingezet kunnen worden (herstel);
j) te waarborgen dat de functies van het systeem foutloos verlopen, dat eventuele functionele storingen onmiddellijk worden gesignaleerd (betrouwbaarheid) en dat opgeslagen gegevens niet door verkeerd functioneren van het systeem kunnen worden beschadigd (integriteit).
3. Eurojust en de lidstaten stellen mechanismen vast om de beveiliging rond alle informatiesystemen te garanderen.
4. Als de beveiliging wordt geschonden en daardoor persoonsgegevens worden aangetast, doet Eurojust hiervan onverwijld en waar mogelijk binnen 24 uur na de schending te hebben vastgesteld melding aan de gegevensbeschermingsfunctionaris, de Europese Toezichthouder gegevensbescherming en de getroffen lidstaten. Artikel 29
Registratie en documentatie van operationele persoonsgegevens
-
1.Eurojust houdt gegevens bij betreffende de verzameling, wijziging, toegang, bekendmaking, samenvoeging of uitwissing van [...] operationele [...] persoonsgegevens teneinde te controleren of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle uit te oefenen en de integriteit en de beveiliging van de gegevens te waarborgen. Eurojust houdt ook bij welke gegevens aan derden worden verstrekt. Dergelijke registratie of documentatie wordt na 18 maanden weer verwijderd, tenzij ze nog nodig is voor een lopende controle.
-
2.Op grond van lid 1 bijgehouden registratie en documentatie worden op verzoek meegedeeld aan de Europees Toezichthouder voor gegevensverwerking. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming gebruikt die informatie uitsluitend om de gegevensverwerking te controleren, voor een passende gegevensverwerking te zorgen en de integriteit en beveiliging van de gegevens te waarborgen.
Artikel 30 Geautoriseerde toegang tot operationele persoonsgegevens
Alleen de nationale leden, hun adjuncten en hun medewerkers, de in artikel 20, lid 2, bedoelde personen voor zover die op het casemanagementsysteem zijn aangesloten, en het geautoriseerde personeel van Eurojust hebben ter vervulling van de taken van Eurojust en binnen de in de artikelen 24, 25 en 26 gestelde grenzen, toegang tot [...] door Eurojust verwerkte operationele persoonsgegevens.
Artikel 31 Functionaris voor gegevensbescherming
-
1.De raad van bestuur stelt [...] een functionaris voor gegevensbescherming aan, die een speciaal voor dit doel benoemd lid van het personeel wordt. Bij het vervullen van zijn taken treedt hij onafhankelijk op en mag hij geen instructies ontvangen.
1a. De functionaris voor gegevensbescherming wordt gekozen op basis van zijn persoonlijke en professionele kwaliteiten en, met name, zijn deskundigheid inzake gegevensbescherming.
1b. De functionaris voor gegevensbescherming wordt benoemd voor een termijn van vier jaar. Hij kan opnieuw worden benoemd, maar de totale duur van zijn mandaat mag niet meer dan acht jaar bedragen. Hij kan door de raad van bestuur en uitsluitend
met toestemming van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming van zijn functie worden ontheven, indien hij niet langer voldoet aan de voorwaarden voor de verrichting van zijn taken.
-
2.[...] De functionaris voor gegevensbescherming heeft met name de volgende taken met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens:
aa) zorgen voor de naleving door Eurojust van de bepalingen inzake gegevensbescherming van deze verordening, Verordening 45/2001 i en de toepasselijke bepalingen inzake gegevensbescherming in het reglement van orde van Eurojust;
-
a)waarborgen dat de verstrekking en de ontvangst van persoonsgegevens worden bijgehouden overeenkomstig de bepaling en die in het reglement van orde van Eurojust moeten worden opgenomen;
-
b)samenwerken met de personeelsleden van Eurojust die verantwoordelijk zijn voor procedures, opleiding en advies op het gebied van gegevensverwerking en met de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming;
bb) waarborgen dat de betrokkenen op hun verzoek in kennis worden gesteld van hun rechten op grond van deze verordening;
-
c)een jaarverslag opstellen en voorleggen aan het college en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.
-
-
3.Bij het verrichten van zijn taken heeft de functionaris voor gegevensbescherming toegang tot alle door Eurojust verwerkte gegevens en tot alle dienstruimten van Eurojust.
-
4.Voor zover nodig voor de verrichting van hun taken hebben de personeelsleden van
Eurojust die de functionaris voor gegevensverwerking bijstaan bij het verrichten van zijn taken, toegang tot de bij Eurojust verwerkte persoonsgegevens en tot de dienstruimten van Eurojust.
-
5.Indien de functionaris voor gegevensbescherming van oordeel is dat de bepalingen van
Verordening (EG) nr. 45/2001 i over de verwerking van administratieve persoonsgegevens of de bepalingen van onderhavige verordening met betrekking tot de verwerking van operationele persoonsgegevens niet worden nageleefd, stelt hij de administratief directeur hiervan in kennis, waarbij hij hem verzoekt om deze situatie van niet-naleving binnen een bepaalde termijn op te lossen. Indien de administratief directeur deze situatie van niet-naleving niet binnen de gestelde termijn oplost, legt de functionaris voor gegevensbescherming de zaak voor aan het college, en komt hij met het college een bepaalde antwoordtermijn overeen. Indien het college deze situatie van niet-naleving niet binnen de gestelde termijn oplost, legt de functionaris voor gegevensbescherming de zaak voor aan de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.
6. [...]
Artikel 32 Voorschriften inzake de uitoefening van het recht van toegang tot operationele
persoonsgegevens
1.bis Iedere betrokkene heeft recht op toegang tot de hem betreffende, door Eurojust verwerkte persoonsgegevens, onder de voorwaarden van dit artikel.
-
1.Elke betrokkene die het recht van toegang tot hem betreffende en door Eurojust verwerkte operationele persoonsgegevens wil uitoefenen, kan daartoe met redelijke tussenpozen kosteloos een aanvraag indienen bij de [...] nationale toezichthouder [...] in de lidstaat van zijn keuze. Die autoriteit geeft de aanvraag onmiddellijk, en in ieder geval binnen een maand na ontvangst, door aan Eurojust.
-
2.Eurojust beantwoordt de aanvraag onmiddellijk, en in ieder geval binnen drie maanden nadat het deze heeft ontvangen.
2a Toegang tot operationele persoonsgegevens op basis van verzoeken uit hoofde van lid 1 kan worden geweigerd of beperkt, indien dat noodzakelijk is om:
a) Eurojust in staat te stellen zijn taken naar behoren te vervullen;
b) te waarborgen dat een nationaal onderzoek of een nationale vervolging niet in gevaar worden gebracht;
c) de rechten en vrijheden van anderen te beschermen.
Wanneer wordt onderzocht of hiervan moet worden afgeweken, moet rekening worden gehouden met de belangen van de betrokkene.
-
3.Eurojust raadpleegt de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten alvorens een beslissing te nemen. Een besluit betreffende de toegang tot gegevens veronderstelt nauwe samenwerking tussen Eurojust en de lidstaten waarvoor de verstrekking van die gegevens van rechtstreeks belang is. Indien een lidstaat bezwaar maakt tegen het door Eurojust voorgestelde antwoord, stelt hij Eurojust in kennis van de redenen voor dit bezwaar. Eurojust respecteert een dergelijk bezwaar. De bevoegde autoriteiten moeten
vervolgens via de betrokken nationale leden in kennis worden gesteld van de inhoud van het besluit van Eurojust.
4. [...]
5. [...]
-
6.De aanvraag wordt behandeld en er wordt over beslist, namens Eurojust, door de nationale leden voor wie zij bestemd is. [...] Bij gebreke van overeenstemming tussen de leden
verwijzen deze de zaak naar het college, dat met een tweederdenmeerderheid over de aanvraag beslist.
6a Eurojust stelt de betrokkene schriftelijk in kennis van de redenen voor een besluit tot weigering of beperking van toegang, en van diens recht om een klacht in te dienen bij de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. Indien toegang wordt geweigerd of indien er geen persoonsgegevens over de aanvrager door Eurojust
worden verwerkt, stelt Eurojust de aanvrager ervan in kennis dat het de controles heeft verricht, zonder aanwijzingen te geven die kunnen onthullen of de aanvrager al dan niet bekend is.
7. [...]
Artikel 33 Correctie, wissing en afscherming van operationele persoonsgegevens
1a Elke betrokkene die toegang heeft gehad tot hem betreffende operationele persoonsgegevens die door Eurojust zijn verwerkt in overeenstemming met artikel 32, heeft het recht Eurojust te verzoeken om alle hem betreffende operationele persoonsgegevens
die onjuist of onvolledig zijn, of waarvan opneming of bewaring in strijd is met deze verordening, te corrigeren alsmede waar mogelijk en noodzakelijk, aan te vullen of bij te werken.
1b Elke betrokkene die toegang heeft gehad tot hem betreffende operationele persoonsgegevens die door Eurojust zijn verwerkt in overeenstemming met artikel 32, heeft het recht Eurojust te verzoeken om wissing van alle hem betreffende operationele
persoonsgegevens die in het bezit van Eurojust zijn, indien deze gegevens niet langer vereist zijn voor de doeleinden waarvoor ze rechtmatig zijn verzameld of waarvoor ze rechtmatig verder zijn verwerkt.
1c Operationele persoonsgegevens worden daarentegen afgeschermd in plaats van gewist, indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat het wissen van de gegevens de legitieme belangen van de betrokkene zou kunnen schaden. Afgeschermde
gegevens worden alleen gebruikt voor het doel ten behoeve waarvan zij niet zijn gewist.
-
1.Indien de persoonsgegevens die moeten worden gecorrigeerd of gewist of aan de verwerking waarvan beperkingen moeten worden gesteld, [...] aan Eurojust zijn verstrekt door derde landen, internationale organisaties of agentschappen van de Unie [...], corrigeert of wist Eurojust de betrokken gegevens [...] of schermt het deze af.
-
2.Indien de persoonsgegevens die moeten worden gecorrigeerd of gewist of aan de verwerking waarvan beperkingen moeten worden gesteld [...], Eurojust rechtstreeks zijn verstrekt door de lidstaten, corrigeert, wist of [...] schermt Eurojust de verwerking van de betrokken gegevens in samenwerking met de lidstaten af.
-
3.Indien onjuiste gegevens via een andere passende weg zijn verstrekt of indien de onjuistheden in de door de lidstaten verstrekte gegevens te wijten zijn aan foutieve doorgifte of in strijd met deze verordening werden verstrekt of indien de onjuistheden het gevolg zijn van foutieve of met deze verordening strijdige invoer, verwerking of opslag door Eurojust, corrigeert of wist Eurojust deze gegevens, in samenwerking met de betrokken lidstaten.
4. [...]
-
5.Eurojust stelt de betrokkene er onverwijld en in ieder geval binnen drie maanden na ontvangst van het verzoek schriftelijk van in kennis dat de hem betreffende gegevens zijn gecorrigeerd of gewist, of dat de verwerking ervan [...] is afgeschermd.
-
6.Eurojust stelt de betrokkene schriftelijk in kennis van elke weigering om over te gaan tot correctie of uitwissing of tot beperking van de verwerking, en van de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming of om een rechtsmiddel in te stellen.
6a Op verzoek en onder verantwoordelijkheid van de bevoegde autoriteiten, het nationale lid of, in voorkomend geval, de nationale correspondent van een lidstaat corrigeert of wist Eurojust de persoonsgegevens die het verwerkt en die door die lidstaat, zijn nationale lid of zijn nationale correspondent zijn doorgegeven of ingevoerd.
6b In de in de leden 1 en 2 genoemde gevallen worden alle verstrekkers en ontvangers van de gegevens onverwijld op de hoogte gebracht. Overeenkomstig de toepasselijke regels corrigeren of wissen de ontvangers deze gegevens, of schermen zij de
verwerking ervan in hun eigen systemen af.
Artikel 34 Verantwoordelijkheid voor de gegevensbescherming
-
1.Eurojust verwerkt operationele persoonsgegevens zodanig dat kan worden vastgesteld welke instantie de gegevens heeft verstrekt of uit welke bron de [...] gegevens afkomstig zijn.
-
2.De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de operationele persoonsgegevens ligt bij de lidstaat die de [...] gegevens aan Eurojust heeft verstrekt, of bij Eurojust voor operationele gegevens die zijn verstrekt door EU-organen, derde landen of internationale organisaties, alsmede voor operationele persoonsgegevens die door Eurojust zijn ontleend aan openbare bronnen.
-
3.De verantwoordelijkheid voor de naleving van Verordening (EG) nr. 45/2001 i en de onderhavige verordening ligt bij Eurojust. De verantwoordelijkheid voor de rechtmatigheid van de overdracht van operationele persoonsgegevens die door de lidstaten aan Eurojust worden verstrekt, ligt bij de lidstaat die de [...] gegevens verstrekt, en de verantwoordelijkheid voor de rechtmatigheid van de overdracht van operationele persoonsgegevens die door Eurojust aan de lidstaten, EU-organen en derde landen of organisaties worden verstrekt, ligt bij Eurojust.
-
4.Onverminderd andere bepalingen van deze verordening is Eurojust verantwoordelijk voor alle gegevens die het verwerkt.
Artikel 34a
Toezicht door de nationale toezichthouder
De nationale toezichthouders houden de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming op de hoogte van alle stappen die zij nemen in verband met de overdracht, de opvraging of andere verstrekking van operationele persoonsgegevens uit hoofde van deze verordening door de lidstaat aan Eurojust.
Artikel 34b
Toezicht door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
1. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming houdt toezicht op en waarborgt de toepassing van de bepalingen van deze verordening betreffende de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van natuurlijke personen bij de verwerking van operationele persoonsgegevens door Eurojust, en verleent Eurojust en de betrokkenen advies over alles wat de verwerking van operationele persoonsgegevens betreft. Daartoe vervult hij de bij lid 2 opgedragen taken, oefent hij de bij lid 3 verleende bevoegdheden uit en werkt hij overeenkomstig artikel 35 samen met de nationale toezichthouders.
2. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is ingevolge deze verordening belast met de volgende taken:
a) klachten behandelen en onderzoeken en de betrokkene op de hoogte brengen van de conclusie binnen een redelijke termijn;
b) op eigen initiatief of naar aanleiding van een klacht onderzoek uitvoeren, en de betrokkene binnen een redelijke termijn op de hoogte brengen van de
resultaten; c) toezien op en zorgen voor de toepassing door Eurojust van de bepalingen van
deze verordening met betrekking tot de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van operationele persoonsgegevens;
d) Eurojust op eigen initiatief of naar aanleiding van een raadpleging adviseren over alles wat de verwerking van operationele persoonsgegevens betreft, met name voordat Eurojust interne regels opstelt betreffende de bescherming van fundamentele rechten en vrijheden bij de verwerking van operationele
persoonsgegevens;
3. 28 De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming mag ingevolge deze
verordening en met inachtneming van de gevolgen voor door lidstaten uitgevoerde opsporingen en vervolgingen:
a) betrokkenen adviseren bij de uitoefening van hun rechten;
b) de zaak voorleggen aan Eurojust in het geval van een vermeende inbreuk op de bepalingen betreffende de verwerking van operationele persoonsgegevens en, eventueel, voorstellen doen om de inbreuk ongedaan te maken en de
betrokkenen beter te beschermen;
c) de inwilliging gelasten van verzoeken om uitoefening van bepaalde met operationele persoonsgegevens samenhangende rechten, wanneer die verzoeken, in strijd met de artikelen 39 en 40, zijn geweigerd;
d) Eurojust waarschuwen;
e) Eurojust gelasten operationele persoonsgegevens die in strijd met de bepalingen inzake de verwerking van operationele persoonsgegevens door Eurojust zijn
verwerkt, te corrigeren, af te schermen, te wissen of te vernietigen, en hiervan kennis te geven aan derden aan wie die gegevens zijn bekendgemaakt;
28 De Commissie maakt een studievoorbehoud bij de schrapping van het punt "Eurojust een
tijdelijk of definitief verbod opleggen op specifieke verwerkingsoperaties die in strijd zijn met de bepalingen inzake de verwerking van persoonsgegevens", dat formeel was opgenomen in de herziene tekst.
g) de zaak voorleggen aan Eurojust en, indien nodig, aan het Europees Parlement, de Raad en de Commissie;
h) de zaak voorleggen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie overeenkomstig de in het Verdrag vastgestelde voorwaarden;
i) tussenkomen in procedures die aanhangig zijn gemaakt bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.
4. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is bevoegd:
a) van Eurojust toegang te verkrijgen tot alle operationele persoonsgegevens en alle informatie die hij nodigt heeft voor zijn onderzoeken;
b) toegang te verkrijgen tot de dienstruimten waar Eurojust zijn activiteiten uitvoert wanneer op redelijke gronden kan worden aangenomen dat een activiteit waarop deze verordening betrekking heeft, daar wordt uitgevoerd.
5. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming stelt een jaarverslag op over de controleactiviteiten met betrekking tot Eurojust. De nationale toezichthouders
worden uitgenodigd opmerkingen over dit verslag te maken, voordat het onderdeel wordt van het in artikel 48 van Verordening (EG) nr. 45/2001 i bedoelde jaarverslag van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming houdt zo veel mogelijk rekening met de opmerkingen van de nationale controleorganen en maakt er in ieder geval melding van in het jaarverslag.
Artikel 35 29
Samenwerking tussen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de nationale gegevensbeschermingsinstanties
-
1.De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming werkt nauw samen met de nationale toezichthouders [...] voor [...] kwesties waarvoor nationale betrokkenheid vereist is, met name in het geval dat de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
of een nationale toezichthouder [...] grote verschillen constateert tussen praktijken van de lidstaten of een potentieel onrechtmatige gegevensoverdracht via de kanalen van Eurojust, dan wel in de context van vragen van een of meer nationale toezichthouders over de uitvoering en de uitlegging van deze verordening.
29 De Commissie maakt een voorbehoud bij artikel 35 en is van oordeel dat nauwe
samenwerking tussen de lidstaten en de EDPS nuttig is en in de Eurojust-verordening moet worden vastgelegd. In dit verband zou een "coördinerende raad" een goed platform kunnen bieden voor debatten en informatie-uitwisseling tussen deskundigen. Zo'n raad zou ook een bron van advies voor de ESPS kunnen zijn. Dergelijke functies zouden kunnen ingaan tegen of een overlapping kunnen zijn van de functie van het toekomstig Europees Comité voor gegevensbescherming waarvan sprake is in de hervormingsvoorstellen gegevensbescherming, waarin ook nationale gegevensbeschermingsinstanties en de EDPS zitten, en zouden onnodig leiden tot nieuwe fragmentering en verwarring over de verantwoordelijkheden die beide instanties dan hebben. Voorts schuilt in de diverse en cumulatieve verplichtingen voor de EDPS het risico van interferentie met zijn bevoegdheden en van ondermijning van zijn onafhankelijkheid.
-
2.De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming maakt bij het uitvoeren van zijn taken gebruik van de deskundigheid en de ervaring van de nationale
toezichthouders. De leden en het personeel van nationale toezichthouders hebben, wanneer zij samen met de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming inspecties uitvoeren, met inachtneming van het subsidiariteits- en evenredigheidsbeginsel, bevoegdheden die gelijkwaardig zijn aan die in artikel 34b, lid 4, en zijn dan gebonden aan een verplichting die gelijkwaardig is aan die in artikel 59.[...] [...] De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de nationale autoriteiten die bevoegd zijn voor het toezicht op gegevensbescherming, wisselen, elk binnen de eigen bevoegdheden, relevante informatie uit [...] en staan elkaar bij in de uitvoering van audits en inspecties [...]
2a. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming houdt de nationale toezichthouders ten volle op de hoogte van alle aangelegenheden die hen rechtstreeks of anderszins raken. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming informeert nationale toezichthouders op verzoek van een of meerdere van hen over specifieke aangelegenheden.
2b. In zaken in verband met gegevens die afkomstig zijn van een of meer lidstaten, met name in de in artikel 36, lid 2, bedoelde gevallen, raadpleegt de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming de betrokken nationale toezichthouders. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming neemt pas een besluit over verdere maatregelen nadat de nationale toezichthouders hem binnen de door hem gestelde termijn van een tot drie maanden hun standpunt kenbaar hebben gemaakt. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming houdt zorgvuldig rekening met het standpunt van de betrokken nationale toezichthouders. Indien hij van plan is hun standpunt niet te volgen, laat hij hun dat met opgave van redenen weten, [...] en legt hij de zaak voor aan de in lid 3 bedoelde samenwerkingsraad.
In gevallen die de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming uiterst dringend acht, mag hij besluiten onmiddellijk actie te ondernemen. In dergelijke gevallen brengt de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming de nationale toezichthouders onmiddellijk op de hoogte en licht hij het dringende karakter van de situatie, en de door hem ondernomen actie, toe.
-
3.De nationale toezichthouders en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming komen, voor de in dit artikel vastgestelde doeleinden, zo vaak als nodig, doch ten minste twee maal per jaar bijeen in een samenwerkingsraad, die hierbij wordt opgericht. De kosten en logistieke ondersteuning van deze bijeenkomsten komen ten laste van de
Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. Het reglement van orde van de samenwerkingsraad wordt tijdens de eerste bijeenkomst bij gewone meerderheid van stemmen vastgesteld. Indien noodzakelijk worden in onderling overleg verdere werkmethoden ontwikkeld.
4. De samenwerkingsraad bestaat uit een vertegenwoordiger van één toezichthouder per lidstaat en de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.
5. Bij de uitvoering van zijn taken overeenkomstig artikel 6 handelt de samenwerkingsraad onafhankelijk en vraagt noch ontvangt hij instructies van enige instantie.
5a De samenwerkingsraad onderzoekt de hem door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming voorgelegde gevallen overeenkomstig lid 2b, en kan de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming zo nodig verzoeken zijn standpunt te heroverwegen. De samenwerkingsraad stelt dergelijke besluiten vast met een meerderheid van twee derden van zijn leden.
6. De samenwerkingsraad heeft tot taak:
(a) het algemene beleid en de algemene strategie inzake het toezicht op de gegevensbescherming door Eurojust te bespreken en uit te maken of de overdracht, opvraging en verstrekking van persoonsgegevens aan Eurojust door de lidstaten is toegestaan;
(b) moeilijkheden bij de uitlegging of toepassing van deze verordening te bespreken;
c) algemene problemen in verband met het onafhankelijk toezicht of de uitoefening van de rechten van de betrokkenen te bestuderen;
d) geharmoniseerde voorstellen inzake gezamenlijke oplossingen voor de in lid 1 bedoelde aangelegenheden uit te werken en te behandelen;
e) de door nationale toezichthouders voorgelegde zaken te bespreken; en
f) meer bekendheid te geven aan de gegevensbeschermingsrechten.
7. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming en de nationale toezichthouders houden, elk overeenkomstig zijn bevoegdheid, zo veel mogelijk rekening met de adviezen, richtsnoeren, aanbevelingen en beste praktijken waarover de samenwerkingsraad overeenstemming heeft bereikt.
Artikel 36 Recht om een klacht aangaande operationele persoonsgegevens in te dienen bij de Europese
Toezichthouder voor gegevensbescherming
1.bis Elke betrokkene heeft het recht om een klacht in te dienen bij de Europese
Toezichthouder voor gegevensbescherming, indien hij van oordeel is dat de verwerking van zijn operationele persoonsgegevens door Eurojust niet voldoet aan de bepalingen van deze verordening.
-
1.Indien een door een betrokkene ingediende klacht betrekking heeft op een besluit als bedoeld in artikel 32 of 33, raadpleegt de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming de nationale toezichthouders [...] of de bevoegde rechter van de lidstaat waarvan de gegevens afkomstig zijn dan wel van de rechtstreeks betrokken lidstaat. De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming houdt bij zijn beslissing, die een weigering kan inhouden om gegevens te verstrekken, rekening met het standpunt van de nationale toezichthouder [...] of de bevoegde rechter.
-
2.Indien de klacht betrekking heeft op de verwerking van door een lidstaat aan Eurojust verstrekte gegevens, vergewist de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming zich ervan dat de nodige controles correct zijn uitgevoerd, en dit in nauw overleg met de nationale toezichthouder [...] van de lidstaat die de gegevens heeft verstrekt.
-
3.Indien de klacht betrekking heeft op de verwerking van door organen van de Unie, derde landen of organisaties of private partijen aan Eurojust verstrekte gegevens, vergewist de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming zich ervan dat Eurojust de nodige controles heeft uitgevoerd.
Artikel 36a
Recht op beroep tegen de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming
Bij het Hof van Justitie van de Europese Unie kan beroep worden ingesteld tegen beslissingen inzake operationele persoonsgegevens van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.
Artikel 37 Aansprakelijkheid voor ongeoorloofde of onjuiste verwerking van gegevens
-
1.Eurojust is overeenkomstig artikel 340 van het Verdrag aansprakelijk voor elke schade die aan een particulier is berokkend als gevolg van ongeoorloofde of onjuiste verwerking van gegevens door Eurojust.
-
2.Klachten tegen Eurojust op grond van de in lid 1 bedoelde aansprakelijkheid worden ingediend bij het Hof van Justitie overeenkomstig artikel 268 van het Verdrag.
-
3.Elke lidstaat is, overeenkomstig zijn nationaal recht, aansprakelijk voor elke schade die aan een particulier is berokkend als gevolg van ongeoorloofde of onjuiste verwerking door die lidstaat van gegevens die aan Eurojust zijn meegedeeld.
HOOFDSTUK V
BETREKKINGEN MET PARTNERS
AFDELING I GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN
Artikel 38 Gemeenschappelijke bepalingen
-
2.Voor zover noodzakelijk voor de verrichting van zijn taken kan Eurojust samenwerkingsverbanden aangaan en onderhouden met organen en agentschappen van de Unie overeenkomstig de doelstellingen van deze organen en agentschappen, alsook met de bevoegde autoriteiten van derde landen en internationale organisaties.[...]
-
3.Voor zover relevant voor de verrichting van zijn taken en behoudens de beperkingen op grond van artikel 21, lid 8, en artikel 62 kan Eurojust direct alle informatie, met uitzondering van persoonsgegevens, uitwisselen met de in lid 1 bedoelde entiteiten.
2a. Eurojust kan voor de in de leden 1 en 2 vermelde doeleinden werkafspraken maken met de in lid 1 bedoelde entiteiten. Deze werkafspraken vormen geen grondslag voor het toestaan van uitwisseling van persoonsgegevens en zijn niet bindend voor de Unie of de lidstaten.
-
3.Eurojust kan persoonsgegevens van de in lid 1 bedoelde entiteiten [...] ontvangen en verwerken voor zover nodig voor het verrichten van zijn taken en behoudens de bepalingen van afdeling IV.
-
4.Persoonsgegevens mogen door Eurojust alleen aan organen van de Unie, derde landen en internationale organisaties [...] worden doorgegeven indien dit nodig is voor[...] de
uitvoering van zijn taken en in overeenstemming is met de artikelen 44 en 45. Indien de over te dragen gegevens zijn verstrekt door een lidstaat, [...] verzoekt Eurojust eerst om toestemming van de betrokken bevoegde autoriteit in die lidstaat, tenzij [...]
a) [...]
[...]) de lidstaat aan een dergelijke verdere overdracht zijn voorafgaande goedkeuring heeft gegeven, in algemene zin dan wel behoudens specifieke voorwaarden. Deze goedkeuring kan te allen tijde worden ingetrokken.
-
5.Verdere doorgifte aan derden van persoonsgegevens die lidstaten, organen of agentschappen van de Unie, derde landen of [...] internationale organisaties [...] hebben ontvangen van
Eurojust is verboden, tenzij Eurojust vooraf toestemming heeft verkregen van de lidstaat die de gegevens heeft verstrekt en, na de omstandigheden van het betrokken geval te hebben onderzocht, hiervoor uitdrukkelijk toestemming heeft verleend en uitsluitend mits doorgifte een specifiek doel dient dat niet onverenigbaar is met het doel waarvoor de gegevens waren toegezonden.
AFDELING II BETREKKINGEN MET PARTNERS
Artikel 39 Samenwerking met het Europees justitieel netwerk en andere netwerken van de Europese
Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken
-
6.Eurojust en het Europees justitieel netwerk in strafzaken onderhouden met elkaar bevoorrechte betrekkingen, die gebaseerd zijn op overleg en complementariteit, met name tussen het nationale lid, de contactpunten van het Europees justitieel netwerk van een zelfde lidstaat en de nationale correspondenten voor Eurojust en het Europees justitieel netwerk. Ten behoeve van een efficiënte samenwerking worden de volgende maatregelen genomen:
-
a)de nationale leden brengen de contactpunten van het Europees justitieel netwerk per geval op de hoogte van alle zaken die in hun ogen beter door het netwerk kunnen worden behandeld;
-
b)het secretariaat van het Europees justitieel netwerk maakt deel uit van het personeel van Eurojust. Het vormt een aparte eenheid. Het kan beschikken over de administratieve middelen van Eurojust die het nodig heeft om de taken van het Europees justitieel netwerk te vervullen, onder meer voor dekking van de kosten van de plenaire vergaderingen van het netwerk;
-
c)De contactpunten van het Europees justitieel netwerk kunnen ad hoc worden uitgenodigd voor de vergaderingen van Eurojust;
d) Eurojust en het Europees justitieel netwerk kunnen gebruik maken van het nationaal coördinatiesysteem voor Eurojust om te bepalen of een verzoek met bijstand van Eurojust of van het Europees justitieel netwerk moet worden
behandeld in overeenstemming met artikel 20, lid 5, onder b).
-
-
2.De medewerkers van de secretariaten van het netwerk voor gemeenschappelijke onderzoeksteams en van het bij Besluit 2002/494 i/JBZ opgezette netwerk behoren tot het personeel van Eurojust. Deze secretariaten vormen aparte eenheden. Zij kunnen beschikken over de administratieve middelen van Eurojust die zij nodig hebben om hun taken te vervullen. Eurojust zorgt voor de coördinatie tussen de secretariaten. Dit lid is van toepassing op het secretariaat van elk bij Raadsbesluit opgezet nieuw netwerk indien in dat besluit wordt bepaald dat Eurojust daarvoor het secretariaat levert.
-
3.Het bij Besluit 2008/852 i/JBZ opgezette netwerk kan Eurojust verzoeken een secretariaat voor het netwerk te leveren. Indien dat verzoek wordt gedaan, is lid 2 van toepassing.
Artikel 40 Betrekkingen met Europol
-
1.Eurojust neemt alle nodige maatregelen om Europol in staat te stellen om binnen de grenzen van zijn mandaat op basis van een hit/no hit-systeem indirecte toegang te verkrijgen tot
informatie die aan Eurojust is verstrekt, onverminderd eventuele beperkingen die door de informatieverstrekkers – de lidstaten, organen van de Unie, derde landen [...] en internationale organisaties – zijn gesteld. Indien een zoekopdracht een hit oplevert, start Eurojust de procedure op grond waarvan de informatie die tot de hit heeft geleid, mag worden gedeeld, met inachtneming van het besluit van [...] degene die de informatie aan Eurojust heeft verstrekt.
-
2.Zoekopdrachten naar informatie overeenkomstig lid 1 worden slechts uitgevoerd om na te gaan of informatie die beschikbaar is bij [...] Europol, overeenkomt met door [...]
Eurojust verwerkte informatie.
-
3.Eurojust staat zoekopdrachten overeenkomstig lid 1 slechts toe nadat het van Europol heeft vernomen welke personeelsleden zijn gemachtigd om dergelijke zoekopdrachten uit te voeren.
-
4.Indien tijdens de informatieverwerkingsactiviteiten van Eurojust met betrekking tot een individueel onderzoek Eurojust of een lidstaat coördinatie, samenwerking of ondersteuning overeenkomstig het mandaat van Europol nodig acht, brengt Eurojust hen hiervan op de hoogte en start het de procedure voor informatie-uitwisseling, met inachtneming van het besluit van de lidstaat die de informatie heeft verstrekt. In een dergelijk geval overlegt Eurojust met Europol.
-
5.Europol neemt de algemene of specifieke toegangs- of gebruiksbeperkingen in acht die lidstaten, organen of agentschappen van de Unie, derde landen of internationale organisaties [...] hebben gesteld. [...]
Artikel 41 Betrekkingen met het Europees Openbaar Ministerie
[1. Eurojust creëert en onderhoudt een bijzondere band met het Europees Openbaar Ministerie, die gebaseerd is op nauwe samenwerking en de ontwikkeling van de hieronder beschreven operationele, administratieve en beheersmatige verbanden tussen beide organen. Daartoe
komen de Europese openbare aanklager en de voorzitter van Eurojust regelmatig bijeen om kwesties van gemeenschappelijk belang te bespreken.
-
2.Eurojust zal elk verzoek om ondersteuning van het Europees Openbaar Ministerie onverwijld in behandeling nemen en dergelijke verzoeken in voorkomend geval
behandelen alsof zij afkomstig waren van een voor justitiële samenwerking bevoegde nationale autoriteit.
-
3.Indien nodig maakt Eurojust gebruik van de overeenkomstig artikel 20 opgezette nationale coördinatiesystemen van Eurojust, alsook van de betrekkingen die het heeft aangeknoopt
met derde landen, met inbegrip van zijn verbindingsmagistraten, teneinde de overeenkomstig lid 1 tot stand gebrachte samenwerking te ondersteunen.
-
4.De samenwerking die overeenkomstig lid 1 is aangegaan, houdt de uitwisseling in van informatie, waaronder persoonsgegevens. Aldus uitgewisselde gegevens worden alleen gebruikt voor de doeleinden waarvoor zij zijn verstrekt. Elk ander gebruik van de gegevens is slechts toegestaan voor zover dergelijk gebruik binnen de opdracht valt van het orgaan dat de gegevens ontvangt en met voorafgaande toestemming van het orgaan dat de
gegevens heeft verstrekt.
-
5.Om na te gaan of informatie die beschikbaar is bij Eurojust overeenkomt met de door het Europees Openbaar Ministerie verwerkte informatie, stelt Eurojust een mechanisme in voor automatische kruiscontrole van in zijn casemanagementsysteem opgenomen gegevens. Telkens wanneer een overeenkomst wordt gevonden tussen gegevens die het Europees Openbaar Ministerie in het casemanagementsysteem heeft ingevoerd en die welke daarin door Eurojust zijn ingevoerd, wordt het feit dat er een overeenkomst is, meegedeeld aan zowel Eurojust en het Europees Openbaar Ministerie als de lidstaat die de betrokken gegevens aan Eurojust verstrekte. Wanneer de gegevens door een derde waren verstrekt, deelt Eurojust de ontdekte overeenkomst alleen met toestemming van het
Europees Openbaar Ministerie aan die derde mee.
-
6.Eurojust wijst de personeelsleden aan die bevoegd zijn de resultaten van het kruiscontrolemechanisme in te zien en stelt het Europees Openbaar Ministerie daarvan in kennis.
-
7.Eurojust ondersteunt het functioneren van het Europees Openbaar Ministerie door middel van door zijn personeelsleden te verlenen diensten. Deze ondersteuning omvat in ieder
geval:
-
a)technische ondersteuning bij het opstellen van de jaarlijkse begroting, het programmeringsdocument met de jaarlijkse en meerjarige programmering en het beheersplan;
-
-
b)technische ondersteuning bij personeelswerving en loopbaanbegeleiding;
-
c)beveiligingsdiensten;
-
d)diensten in verband met informatietechnologie;
-
e)diensten op het gebied van financieel beheer, boekhouding en audit;
-
f)overige diensten van gezamenlijk belang.
De details van de te verlenen diensten worden vastgelegd in een overeenkomst tussen Eurojust en het Europees Openbaar Ministerie.
-
-
8.De Europese openbare aanklager kan schriftelijke adviezen richten tot het college, waarop het college onverwijld schriftelijk reageert. Dergelijke schriftelijke adviezen worden in
ieder geval aangeboden bij iedere vaststelling door het college van de jaarlijkse begroting
en het jaarlijkse werkprogramma.] 30
Artikel 42 Betrekkingen met andere organen en agentschappen van de Unie
-
1.Eurojust zal samenwerkingsverbanden aangaan en onderhouden met het Europees netwerk voor justitiële opleiding.
-
2.OLAF [...] draagt bij [...] aan de coördinatiewerkzaamheden van Eurojust op het gebied van de bescherming van de financiële belangen van de Unie in overeenstemming met zijn mandaat krachtens Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1073/1999 i van het Europees Parlement en van de Raad en Verordening (Euratom) nr. 1074/1999 van de Raad.
30 Artikel 41 heeft betrekking op het EPPO en maakt dus geen deel uit van de algemene
oriëntatie.
-
3.Ten behoeve van de ontvangst en de overdracht van gegevens tussen Eurojust en OLAF en onverminderd artikel 8, zien de lidstaten erop toe dat de nationale leden van Eurojust uitsluitend ter fine van toepassing van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende onderzoeken door het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) [...] [...], door de lidstaten als bevoegde autoriteit worden
aangemerkt. 31 De gegevensuitwisseling tussen OLAF en de nationale leden laat de
informatie die krachtens deze verordeningen aan andere bevoegde instanties moet worden verstrekt, onverlet.
31 PB L 136 van 31.5.1999, blz. 8.
A FDELING III INTERNATIONALE SAMENWERKING
Artikel 43 Betrekkingen met organen van de Unie, de autoriteiten van derde landen en internationale
organisaties
-
1.[...] De in artikel 28, lid 2a, bedoelde werkafspraken kunnen onder meer de detachering van verbindingsmagistraten naar Eurojust betreffen.
-
2.Eurojust kan ter bevordering van de samenwerking met instemming van de betrokken bevoegde autoriteiten contactpunten in derde landen aanwijzen, naargelang de
operationele behoeften van Eurojust.
Artikel [...] 43a In derde landen gedetacheerde verbindingsmagistraten
-
1.Ter vergemakkelijking van de justitiële samenwerking met derde landen in zaken waarin Eurojust bijstand biedt overeenkomstig deze verordening, kan het college verbindingsmagistraten detacheren in een derde land, onder voorbehoud van een werkafspraak met dat derde land zoals bedoeld in artikel 38, lid 2a.
1(a) Tot de taken van de verbindingsmagistraten behoren alle activiteiten die tot doel hebben alle vormen van justitiële samenwerking in strafzaken te bevorderen en te versnellen, met name door het leggen van rechtstreekse contacten met de bevoegde autoriteiten van de gaststaat. De verbindingsmagistraat kan met de bevoegde autoriteiten van de betrokken staat operationele persoonsgegevens uitwisselen in het kader van de uitoefening van hun taken overeenkomstig artikel 45.
-
2.De in lid 1 bedoelde verbindingsmagistraat moet ervaring hebben met Eurojust en een toereikende kennis hebben van justitiële samenwerking en van de werking van Eurojust. Voor detachering van een verbindingsmagistraat namens Eurojust is voorafgaande
instemming van de magistraat en van diens lidstaat vereist.
-
3.Indien de bij Eurojust gedetacheerde verbindingsmagistraat verkozen is uit nationale leden, adjuncten of medewerkers,
-
a)wordt hij of zij door de betrokken lidstaat in zijn of haar functie als nationaal lid, adjunct of medewerker vervangen;
-
b)mag hij of zij niet meer de hem of haar door artikel 8 toegekende bevoegdheden uitoefenen.
-
-
4.Onverminderd artikel 110 van het Statuut stelt het college de voorwaarden op voor de detachering van verbindingsmagistraten, waaronder hun bezoldiging, en stelt het de
daarvoor nodige uitvoeringsregeling vast, in overleg met de Commissie.
-
5.Op de activiteiten van de door Eurojust gedetacheerde verbindingsmagistraten wordt toezicht uitgeoefend door de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming. De verbindingsmagistraten brengen verslag uit aan het college, dat op passende wijze het Europees Parlement en de Raad in het jaarverslag informeert over hun activiteiten. De verbindingsmagistraten brengen de nationale leden en de bevoegde nationale autoriteiten op de hoogte van alle hun lidstaat betreffende zaken.
-
6.De bevoegde autoriteiten van de lidstaten en de in lid 1 bedoelde verbindingsmagistraten kunnen rechtstreeks met elkaar in contact treden. In dat geval brengt de
verbindingsmagistraat het betrokken nationale lid op de hoogte van een dergelijk contact.
-
7.De in lid 1 bedoelde verbindingsmagistraten worden aangesloten op het casemanagementsysteem.
Artikel [...] 43b Verzoeken om justitiële samenwerking aan en van derde landen
-
1.Eurojust kan, met het akkoord van de betrokken lidstaten, de tenuitvoerlegging van verzoeken om justitiële samenwerking van een derde land coördineren wanneer [...]
tenuitvoerlegging in ten minste twee lidstaten vereist is als onderdeel van hetzelfde onderzoek. Dergelijke verzoeken mogen ook door een bevoegde nationale instantie aan Eurojust worden doorgegeven.
-
2.In noodgevallen, en overeenkomstig artikel 19, kan de coördinatie met oproepdienst (OCC) de in lid 1 van dit artikel bedoelde verzoeken van een derde staat die een
samenwerkingsovereenkomst of een werkafspraak met Eurojust heeft gemaakt, in ontvangst nemen en doorsturen.
-
3.Onverminderd artikel 3, lid 4[...], faciliteert Eurojust, wanneer er door een betrokken lidstaat verzoeken voor justitiële samenwerking worden gedaan die op hetzelfde onderzoek betrekking hebben en tenuitvoerlegging in een derde land vergen, justitiële samenwerking met dat derde land.
AFDELING IV DOORGIFTE VAN PERSOONSGEGEVENS
Artikel 44 Doorgifte van operationele persoonsgegevens aan organen of agentschappen van de Unie
Behoudens eventuele beperkingen op grond van artikel 21, lid 8, en artikel 62 en onverminderd artikel 38, lid 4, kan Eurojust persoonsgegevens direct aan de organen of agentschappen van de Unie doorgeven, voor zover dit nodig is voor de verrichting van zijn taken of van die van het ontvangende orgaan of agentschap van de Unie.
Artikel 45 Doorgifte van operationele persoonsgegevens aan derde landen en internationale organisaties
-
1.Behoudens eventuele beperkingen op grond van artikel 62 en onverminderd artikel 38, lid 4, kan Eurojust, voor zover nodig voor de verrichting van zijn taken, persoonsgegevens
doorgeven aan een autoriteit van een derde land of aan een internationale organisatie [...], zulks op basis van:
-
a)een besluit van de Commissie, vastgesteld overeenkomstig [...] artikel 34 van de Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feitenof de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer
-
van die gegevens 32 , dat het derde land of een grondgebied of een verwerkingssector in dat derde
land, of de internationale organisatie in kwestie een adequaat niveau van bescherming bieden (adequaatheidsbesluit); of
32 Deze ontwerprichtlijn is een onderdeel van het pakket gegevensbescherming, doc. 5833/12
en 11624/1/13 REV 1, dat waarschijnlijk eerder dan de Eurojustverordening zal worden vastgesteld. Als dat niet het geval is zal worden verwezen naar de ter zake doende bepalingen van de bestaande richtlijn (artikelen 25 en 31 van 95/46/EG) of zal een algemene verwijzing worden gemaakt naar Uniewetgeving, zoals passend.
-
b)een internationale overeenkomst tussen de Unie en dat derde land of die internationale organisatie op grond van artikel 218 van het Verdrag, waarin passende waarborgen zijn opgenomen betreffende de bescherming van het privéleven en van de fundamentele rechten en vrijheden van burgers; of
-
c)een tussen Eurojust en dat derde land of die internationale organisatie overeenkomstig artikel 27 van Besluit 2002/187 i/JBZ gesloten samenwerkingsovereenkomst.
Voor dergelijke doorgiften is geen nadere toestemming nodig. [...] De in artikel 38, lid 2a, bedoelde werkafspraken kunnen worden gebruikt om de nadere regelingen voor de toepassing van deze overeenkomsten of adequaatheidsbesluiten vast te stellen.
1(a)Eurojust publiceert een lijst van adequaatheidsbesluiten, overeenkomsten, administratieve regelingen en andere instrumenten met betrekking tot de doorgifte van operationele persoonsgegevens in overeenstemming met lid 1, en houdt deze lijst bij.
-
2.[...] Onder voorbehoud van de in artikel 62 genoemde beperkingen en onverminderd artikel 38, lid 4, kan Eurojust, in aanvulling op lid 1, de doorgifte van operationele
persoonsgegevens aan derde landen of internationale organisaties [...] in individuele gevallen toestaan indien:
-
a)de doorgifte van de gegevens absoluut noodzakelijk is om de essentiële belangen van een of meer lidstaten overeenkomstig de taken van Eurojust te beschermen;
-
b)de doorgifte van de gegevens absoluut noodzakelijk is om een dreigend gevaar met betrekking tot criminaliteit of terroristische misdrijven af te wenden;
-
c)de doorgifte anderszins noodzakelijk is of wettelijk verplicht is vanwege zwaarwegende algemene belangen van de Unie of haar lidstaten, zoals erkend in het recht van de Unie of het nationale recht, of voor de vaststelling, de uitoefening of de verdediging van een rechtsvordering; of
-
d)de doorgifte noodzakelijk is om vitale belangen van de betrokkene of een andere persoon te beschermen.
-
-
3.Onverminderd de in artikel 62 genoemde beperkingen en onverminderd artikel 38, lid 4, kan het college, in overleg met de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, een reeks doorgiften overeenkomstig de bovenstaande punten a) tot en met d) toestaan, met
inachtneming van de waarborgen betreffende de bescherming van het privéleven en van de fundamentele rechten en vrijheden van burgers, voor een verlengbare periode van maximaal een jaar.
-
4.De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming wordt in kennis gesteld van gevallen waarin lid 2 is toegepast.
5. [...]
Artikelen 46 en 47
[...] 33
HOOFDSTUK VI
FINANCIËLE BEPALINGEN
Artikel 48
Begroting
-
1.Voor elk begrotingsjaar, dat samenvalt met het kalenderjaar, worden alle ontvangsten en uitgaven van Eurojust geraamd en vervolgens in de begroting van Eurojust weergegeven.
-
2.De ontvangsten en uitgaven van Eurojust moeten in evenwicht zijn.
-
3.Onverminderd andere inkomsten, omvatten de ontvangsten van Eurojust:
-
a)een bijdrage van de Unie die wordt opgenomen in de algemene begroting van de Europese Unie;
-
b)eventuele vrijwillige financiële bijdragen van de lidstaten;
-
c)vergoedingen voor publicaties en andere door Eurojust verrichte diensten;
-
d)ad-hocsubsidies.
-
-
4.De uitgaven van Eurojust omvatten de bezoldiging van het personeel, uitgaven voor administratie en infrastructuur en operationele uitgaven, waaronder de financiering van de gezamenlijke onderzoeksteams.
33 Verplaatst naar 43a en 43b.
Artikel 49 Vaststelling van de begroting
-
1.Elk jaar stelt de administratief directeur een ontwerpraming op van de ontvangsten en uitgaven van Eurojust voor het volgende begrotingsjaar, inclusief de personeelsformatie,
en zendt deze toe aan de [...] raad van bestuur. [Het Europees Openbaar Ministerie 34 ],
het Europees justitieel netwerk en de andere in artikel 39 bedoelde netwerken worden tijdig vóór de toezending van de raming aan de Commissie in kennis gesteld van de onderdelen die betrekking hebben op hun activiteiten.
-
2.Op basis van dit ontwerp stelt de raad van bestuur voor het volgende begrotingsjaar een voorlopige ontwerpraming van de ontvangsten en uitgaven van Eurojust op, die aan het college wordt toegezonden voor vaststelling.
-
3.De voorlopige ontwerpraming van de ontvangsten en uitgaven van Eurojust wordt elk jaar uiterlijk op 31 januari aan de Europese Commissie toegezonden. Eurojust zendt de Commissie uiterlijk op 31 maart een definitieve ontwerpraming toe, die tevens een ontwerp van personeelsformatie bevat.
-
4.De Commissie zendt de raming, samen met het ontwerp van algemene begroting van de
Europese Unie, toe aan het Europees Parlement en de Raad (de begrotingsautoriteit).
-
5.Op basis van de raming neemt de Commissie de geraamde bedragen die zij nodig acht voor de personeelsformatie alsook de bijdrage ten laste van de algemene begroting op in het ontwerp
van algemene begroting van de Europese Unie, dat zij overeenkomstig de artikelen 313 en 314 van het Verdrag voorlegt aan de begrotingsautoriteit.
-
6.De begrotingsautoriteit keurt de kredieten voor de bijdrage van de Europese Unie aan
Eurojust goed [...].
-
7.De begrotingsautoriteit stelt het formatieplan van Eurojust vast.
34 Voor het EPPO worden vierkante haken gebruikt, aangezien het niet onder de algemene
oriëntatie valt.
De begroting van Eurojust wordt door het college vastgesteld. De begroting wordt definitief na de definitieve vaststelling van de algemene begroting van de Europese Unie. Indien nodig wordt de begroting dienovereenkomstig aangepast door het college.
-
9.Op bouwprojecten die aanzienlijke gevolgen kunnen hebben voor de begroting van Eurojust, zijn de bepalingen van artikel 88 van Verordening (EU) nr. 1271/2013 i van toepassing.
[...]
10. [...].
[...].
[...].
[...].
11. [...].
Artikel 50 Uitvoering van de begroting
De administratief directeur treedt op als ordonnateur van Eurojust en voert de begroting van
Eurojust uit onder zijn of haar eigen verantwoordelijkheid en binnen de in de begroting gestelde grenzen.
Artikel 51 Indiening van de rekeningen en kwijting
-
1.Uiterlijk op 1 maart van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar dient de rekenplichtige van Eurojust de voorlopige rekeningen in bij de rekenplichtige van de Commissie en bij de Rekenkamer.
-
2.Eurojust zendt het verslag over het budgettaire en financiële beheer uiterlijk op 31 maart van het volgende begrotingsjaar toe aan het Europees Parlement, de Raad en de Rekenkamer.
-
3.Uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar zendt de rekenplichtige van de Commissie de voorlopige rekeningen van Eurojust na consolidatie met de rekeningen van de Commissie toe aan de Rekenkamer.
-
4.Overeenkomstig artikel 148, lid 1, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 maakt de Rekenkamer haar opmerkingen over de voorlopige rekeningen van Eurojust uiterlijk op 1 juni van het volgende jaar bekend.
-
5.Na ontvangst van de opmerkingen van de Rekenkamer over de voorlopige rekeningen van Eurojust overeenkomstig artikel 148 van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 maakt de administratief directeur de definitieve rekeningen van Eurojust onder zijn eigen
verantwoordelijkheid op en dient deze voor advies in bij de [...] raad van bestuur.
-
6.De [...] raad van bestuur brengt advies uit over de definitieve rekeningen van Eurojust.
-
7.Uiterlijk op 1 juli van het jaar dat volgt op het afgesloten begrotingsjaar zendt de [...] rekenplichtige van Eurojust de definitieve rekeningen, samen met het advies van de [...] raad van bestuur, toe aan het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de
Rekenkamer.
-
8.De definitieve rekeningen van Eurojust worden uiterlijk op 15 november van het jaar volgend op het betrokken begrotingsjaar bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
-
9.De administratief directeur zendt de Rekenkamer uiterlijk op 30 september van het volgende jaar een antwoord op haar opmerkingen toe. De administratief directeur zendt dit antwoord
ook toe aan [...] de raad van bestuur en aan de Commissie.
-
10.[...] 35
-
11.De administratief directeur verstrekt het Europees Parlement op verzoek alle inlichtingen die nodig zijn voor het goede verloop van de kwijtingsprocedure voor het betrokken
begrotingsjaar, overeenkomstig artikel 165, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012.
-
12.Vóór 15 mei van het jaar N+2 verleent het Europees Parlement op aanbeveling van de Raad, die met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit, de administratief directeur
kwijting voor de uitvoering van de begroting van het begrotingsjaar N.
Artikel 52 Financiële regels
-
1.De financiële regels die op Eurojust van toepassing zijn, worden door de raad van bestuur overeenkomstig [...] Gedelegeerde Verordening nr. 1271/2013 van de Commissie van 30 september 2013 houdende de financiële kaderregeling van de organen bedoeld in artikel [...] 208 van Verordening nr. 966/2012 i en [na overleg met de Commissie] vastgesteld. Deze financiële regels mogen slechts afwijken van [...] [Verordening nr. 1271/2013 indien dit in verband met de activiteiten van Eurojust een specifieke vereiste is en de Commissie vooraf toestemming heeft verleend.
35 De tweede zin van artikel 51, lid 10, is verplaatst naar artikel 18, lid 5.
2. Eurojust mag subsidies toekennen in verband met de uitvoering van zijn taken bedoeld in artikel 4, lid 1. Subsidies voor werkzaamheden in het kader van artikel 4, lid 1, onder e), kunnen worden toegekend zonder een oproep tot het indienen van voorstellen aan de lidstaten.
3. Voor de financiële steun aan de activiteiten van gemeenschappelijke onderzoeksteams stelt Eurojust in samenwerking met Europol de regels en voorwaarden vast volgens
welke de aanvragen worden verwerkt. 36
HOOFDSTUK VII
BEPALINGEN INZAKE PERSONEEL
Artikel 53 Algemene bepalingen
-
1.Het Statuut van de Europese Unie, de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden en de voorschriften die in overleg zijn vastgesteld door de instellingen van de Europese Unie ten behoeve van de uitvoering van dit Statuut en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden, zijn van toepassing op de personeelsleden van Eurojust.
2. Het personeel van Eurojust bestaat uit personen die overeenkomstig de op de ambtenaren en andere personeelsleden van de Europese Unie toepasselijke verordeningen en regels zijn aangenomen, rekening houdend met alle criteria vermeld in artikel 27 van het bij Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 vastgestelde Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, met name de geografische spreiding. [...]
36 Deze bepaling moet ook worden opgenomen in de verordening betreffende Europol.
Artikel 54 Gedetacheerde nationale deskundigen en andere personeelsleden
-
1.Eurojust kan, behalve op zijn eigen personeel, een beroep doen op gedetacheerde nationale deskundigen of andere personeelsleden die niet bij Eurojust in dienst zijn.
-
2.Het college stelt een besluit vast met de voorschriften voor de detachering van nationale deskundigen bij Eurojust.
HOOFDSTUK VIII
EVALUATIE EN RAPPORTAGE
Artikel 55 Betrokkenheid van de Europese [...] instellingen en de nationale parlementen
-
1.Eurojust dient zijn jaarverslag in bij het Europees Parlement, de Raad en de nationale parlementen, die opmerkingen en conclusies kunnen formuleren.
-
2.De voorzitter van het college verschijnt op verzoek voor het Europees Parlement of de Raad om kwesties betreffende Eurojust te bespreken en met name om de jaarverslagen van Eurojust te presenteren, met inachtneming van de zwijg- en geheimhoudingsplicht. In de besprekingen wordt niet rechtstreeks of onrechtstreeks verwezen naar concrete acties in verband met
specifieke operationele zaken.
-
3.Behalve de andere in deze verordening opgenomen informatie- en raadplegingsverplichtingen dient Eurojust bij het Europees Parlement en de nationale parlementen in de respectieve
officiële talen ter informatie het volgende in:
-
a)de resultaten van studies en strategische projecten die door Eurojust zijn uitgewerkt of opgedragen;
-
b)werkafspraken met derden; c) het jaarverslag van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.
-
4. [...]
Artikel 56
Evaluatie en herziening
-
1.Ten laatste [vijf jaar na de inwerkingtreding van deze verordening] en daarna elke vijf jaar geeft de Commissie de opdracht om de uitvoering en de gevolgen van deze verordening te evalueren, alsmede de doeltreffendheid en efficiëntie van Eurojust en zijn werkmethoden. [...]. [...]Het college wordt betrokken bij de evaluatie.
-
2.De Commissie zendt het evaluatieverslag samen met haar conclusies toe aan het Europees Parlement, de nationale parlementen, de Raad en het college. De resultaten van de evaluatie worden openbaar gemaakt.
3. [...]
HOOFDSTUK IX
ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 57 Voorrechten en immuniteiten
Op Eurojust en zijn personeel is het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie van toepassing.
Artikel 58
Talenregeling
-
1.Verordening nr. 1 37 is van toepassing op Eurojust.
1(a)Het college neemt met een tweederdemeerderheid van zijn leden een besluit over de interne talenregeling van Eurojust.
-
2.De voor het functioneren van Eurojust vereiste vertaaldiensten worden verricht door het
Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie, tenzij de urgentie van de zaak vereist dat een andere oplossing wordt gekozen.
Artikel 59 Vertrouwelijkheid
-
1.Voor de nationale leden, hun adjuncten en hun medewerkers als bedoeld in artikel 7, het personeel van Eurojust, de nationale correspondenten, [...] de gedetacheerde nationale deskundigen,[...] de gegevensbeschermingsfunctionaris en het personeel van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming geldt een geheimhoudingsplicht met betrekking tot alle informatie die in de uitoefening van hun taken te hunner kennis is gekomen.
-
2.De geheimhoudingsplicht geldt ten aanzien van alle personen en organen die met Eurojust moeten samenwerken.
-
3.De geheimhoudingsplicht blijft ook gelden na beëindiging van de functie, het dienstverband of de activiteit van de in de leden 1 en 2 bedoelde personen.
37 PB L 17 van 6.10.1958, blz. 385 .
-
4.De geheimhoudingsplicht geldt voor alle informatie die Eurojust ontvangt, tenzij die informatie reeds op rechtmatige wijze openbaar [...] is gemaakt.
5. [...]
Artikel 59a Voorwaarden inzake vertrouwelijkheid van nationale procedures
1. Wanneer er via Eurojust informatie wordt ontvangen of uitgewisseld, mag de instantie van de lidstaat die de informatie heeft verstrekt, onverminderd artikel 21, lid 3, overeenkomstig haar nationaal recht voorwaarden formuleren betreffende het gebruik van die informatie in nationale procedures door de ontvangende instantie.
2. De instantie van de lidstaat die de informatie ontvangt is aan deze voorwaarden gehouden.
Artikel 60 38
Transparantie
-
1.Verordening (EG) nr. 1049/2001 i is van toepassing op documenten die betrekking hebben op de administratieve taken van Eurojust.
-
2.[...] De raad van bestuur stelt binnen zes maanden nadat hij een eerste keer heeft vergaderd, gedetailleerde voorschriften voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1049/2001 i op, die door het college moeten worden vastgesteld.
38 Voorbehoud van SE en FI. SE en FI hebben een verklaring voor de notulen van de Raad
ingediend (doc. 17046/14).
-
3.Besluiten die door Eurojust worden genomen op grond van artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 i kunnen voorwerp zijn van een klacht bij de Ombudsman of een procedure die aanhangig wordt gemaakt bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn vastgelegd in respectievelijk artikel 228 en artikel 263 van het Verdrag.
Artikel 61 OLAF en de Europese Rekenkamer
-
1.Teneinde de bestrijding van fraude, corruptie en andere onwettige activiteiten krachtens
Verordening (EG) nr. [...] 883/2013 te vereenvoudigen, treedt Eurojust binnen zes maanden na de inwerkingtreding van deze verordening toe tot het Interinstitutioneel Akkoord van 25 mei 1999 betreffende de interne onderzoeken verricht door het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) en stelt het op basis van het model in de bijlage bij dat akkoord passende voorschriften op voor [...] alle nationale leden, hun adjuncten en medewerkers, gedetacheerde nationale deskundigen en personeel van Eurojust.
-
2.De Europese Rekenkamer is bevoegd om bij alle begunstigden van subsidies, contractanten en subcontractanten die van Eurojust EU-middelen hebben ontvangen, controles op stukken en controles ter plaatse te verrichten.
-
3.Overeenkomstig de bepalingen en procedures van Verordening (EG) nr. 883/2013 en
Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 39 van de Raad kan OLAF onderzoeken, waaronder
controles en inspecties ter plaatse, uitvoeren om vast te stellen of er sprake is van onregelmatigheden waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad in verband met uitgaven die door Eurojust worden gefinancierd.
-
4.Onverminderd de leden 1, 2 en 3, moeten in werkafspraken met derde landen en internationale organisaties en Interpol, overeenkomsten, subsidieovereenkomsten en - besluiten van Eurojust bepalingen worden opgenomen die de Europese Rekenkamer en OLAF uitdrukkelijk de bevoegdheid verlenen dergelijke controles en onderzoeken te verrichten overeenkomstig hun respectieve bevoegdheden.
39 PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2.
Artikel 62 Voorschriften inzake de bescherming van gevoelige niet-gerubriceerde informatie en van
gerubriceerde informatie
1. Eurojust stelt interne voorschriften inzake de bescherming van gevoelige nietgerubriceerde informatie vast, onder meer inzake het tot stand brengen en verwerken van die informatie bij [...]Eurojust.
-
2.Eurojust stelt interne voorschriften inzake de bescherming van gerubriceerde informatie van de Europese Unie vast die stroken met Besluit 2013/488 i/EU van de Raad, teneinde een
gelijkwaardig beschermingsniveau voor die informatie te waarborgen. 40
Artikel 63 Administratieve onderzoeken
De administratieve activiteiten van Eurojust kunnen worden onderzocht door de Europese
Ombudsman overeenkomstig artikel 228 van het Verdrag.
Artikel 64 Aansprakelijkheid voor andere aangelegenheden dan ongeoorloofde of onjuiste verwerking
van gegevens
-
1.De contractuele aansprakelijkheid van Eurojust wordt beheerst door het recht dat van toepassing is op de betrokken overeenkomst.
-
2.Het Hof van Justitie van de Europese Unie is bevoegd om uitspraak te doen krachtens arbitrageclausules in de door Eurojust gesloten overeenkomsten.
40 PB L 317 van 3.12.2001, blz. 1.
-
3.In geval van niet-contractuele aansprakelijkheid vergoedt Eurojust, los van enige aansprakelijkheid overeenkomstig artikel 37, alle door het college of zijn personeelsleden bij de uitoefening van hun functie veroorzaakte schade overeenkomstig de gemeenschappelijke rechtsbeginselen van de lidstaten.
-
4.Lid 3 is ook van toepassing op de door een nationaal lid, een adjunct of een medewerker in de uitoefening van zijn functie veroorzaakte schade. Wanneer hij of zij echter optreedt op grond van de hem of haar uit hoofde van artikel 8 verleende bevoegdheden, vergoedt zijn of haar lidstaat van oorsprong aan Eurojust de bedragen die Eurojust heeft betaald om de schade in kwestie te vergoeden.
-
5.Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft rechtsmacht voor geschillen over de vergoeding van de in lid 3 bedoelde schade.
-
6.Welke nationale rechter bevoegd is om kennis te nemen van geschillen omtrent de in dit artikel bedoelde aansprakelijkheid van Eurojust, wordt vastgesteld op basis van Verordening
(EG) nr. 44/2001 41 .
-
7.De persoonlijke aansprakelijkheid van de personeelsleden jegens Eurojust wordt beheerst door de bepalingen van het Statuut of de regeling die op hen van toepassing is.
Artikel 65 Zetelovereenkomst en exploitatievoorwaarden
-
1.Eurojust is gevestigd in Den Haag in Nederland.
-
2.De noodzakelijke bepalingen betreffende de huisvesting van Eurojust in Nederland en de door Nederland ter beschikking te stellen voorzieningen, alsook de specifieke voorschriften die in Nederland gelden voor de administratief directeur, de leden van het college, de personeelsleden van Eurojust en hun gezinsleden, worden vastgesteld in een zetelovereenkomst tussen Eurojust en Nederland, die wordt gesloten nadat het college daarmee heeft ingestemd.
41 PB L 12 van 16.1.2001, blz. 1. Verordening (EG) nr. 44/2001 i is met ingang van 10 januari
2015 vervangen door Verordening (EU) nr. 1215/2012 i.
3. [...]
Artikel 66 Overgangsregelingen
-
1.Eurojust is de algemene rechtsopvolger voor alle overeenkomsten, financiële verplichtingen en eigendommen van Eurojust, zoals opgericht bij Besluit 2002/187 i/JBZ van de Raad.
-
2.De nationale leden van Eurojust die overeenkomstig Besluit 2002/187 i/JBZ door iedere lidstaat zijn gedetacheerd, nemen overeenkomstig afdeling II van hoofdstuk II van deze verordening de rol op zich van nationaal lid van Eurojust. [...]
-
3.De voorzitter en de vicevoorzitters van Eurojust op het tijdstip van de inwerkingtreding van deze verordening, fungeren overeenkomstig artikel 11 als voorzitter en vicevoorzitters van Eurojust tot hun ambtstermijn overeenkomstig Besluit 2002/187 i/JBZ afloopt. Zij kunnen
eenmaal worden herkozen na de inwerkingtreding van deze verordening op grond van artikel
11, lid 3, ervan, ongeacht een eerdere herverkiezing.
-
4.De administratief directeur die als laatste op grond van artikel 29 van Besluit 2002/187 i/JBZ is benoemd, fungeert op grond van artikel 17 als administratief directeur tot zijn of haar
ambtstermijn overeenkomstig Besluit 2002/187 i/JBZ afloopt. De ambtstermijn van de administratief directeur kan eenmaal worden verlengd na de inwerkingtreding van deze verordening.
-
5.Deze verordening doet geen afbreuk aan de rechtsgeldigheid van overeenkomsten die zijn gesloten door Eurojust, zoals opgericht bij Besluit 2002/187 i/JBZ. In het bijzonder blijven alle internationale overeenkomsten rechtsgeldig die door Eurojust zijn gesloten en die in
werking zijn getreden vóór de inwerkingtreding van deze verordening.
6. De kwijtingsprocedure met betrekking tot de begrotingen die zijn goedgekeurd op grond van artikel 35 van Besluit 2002/187 i/JBZ, wordt uitgevoerd overeenkomstig de voorschriften van artikel 36 van Besluit 2002/187 i/JBZ.
7. De verordening heeft geen gevolgen voor de arbeidsovereenkomsten die in overeenstemming met artikel 31 vóór de inwerkingtreding van deze verordening zijn gesloten. De gegevensbeschermingsfunctionaris die als laatste op grond van artikel 17 van Besluit 2002/187 i/JBZ is benoemd, neemt op grond van artikel 31 de rol van gegevensbeschermingsfunctionaris op zich.
Artikel 67 [...] Vervanging
-
1.[...] Besluit 2002/187 i/JBZ, Besluit 2003/659 i/JBZ en Besluit 2009/426 i/JBZ worden voor de lidstaten die door deze verordening worden gebonden, met ingang van [datum van toepassing van deze verordening] vervangen.
-
2.Ten aanzien van de lidstaten die door deze verordening zijn gebonden, gelden verwijzingen naar de in lid 1 genoemde [...] besluiten van de Raad als verwijzingen naar deze verordening.
Artikel 68 Inwerkingtreding
-
1.Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
-
2.Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.
3. Zij is van toepassing met ingang van XXX 42 .
_______________
42 1 jaar na de inwerkingtreding.
BIJLAGE 1
Lijst van vormen van ernstige criminaliteit waarvoor Eurojust overeenkomstig artikel 3, lid 1, bevoegd is:
– terrorisme,
– georganiseerde misdaad,
– drugshandel,
– witwasactiviteiten,
– criminaliteit in verband met nucleaire en radioactieve stoffen,
– migrantensmokkel,
– mensenhandel,
– criminaliteit in verband met motorvoertuigen,
– moord, zware mishandeling,
– illegale handel in menselijke organen en weefsels,
– ontvoering, wederrechtelijke vrijheidsberoving en gijzeling,
– racisme en vreemdelingenhaat,
– georganiseerde diefstal en diefstal met verzwarende omstandigheden,
– illegale handel in cultuurgoederen, met inbegrip van antiquiteiten en kunstvoorwerpen,
– oplichting en fraude,
– misdrijven tegen de financiële belangen van de Unie,
– handel met voorkennis en manipulatie van de financiële markten,
– racketeering en afpersing,
– namaak van producten en productpiraterij,
– vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten,
– valsemunterij en vervalsing van betaalmiddelen,
– computercriminaliteit,
– corruptie,
– illegale handel in wapens, munitie en explosieven,
– illegale handel in bedreigde diersoorten,
– illegale handel in bedreigde planten- en boomsoorten,
– milieucriminaliteit, met inbegrip van verontreiniging vanaf schepen,
– illegale handel in hormonale stoffen en andere groeibevorderaars,
– seksueel misbruik en seksuele uitbuiting inclusief kinderpornografie en het benaderen van kinderen voor seksuele doeleinden,
– genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden.
– kaping van vliegtuigen en schepen
BIJLAGE 2
In artikel 27 bedoelde categorieën operationele persoonsgegevens
-
1.a) naam, meisjesnaam, voornamen en, in voorkomend geval, aliassen of gebruikte namen;
-
b)geboortedatum en geboorteplaats;
-
c)nationaliteit;
-
d)geslacht;
-
e)woonplaats, beroep en verblijfplaats van de betrokkene;
-
f)socialezekerheidsnummers of andere officiële nummers die in de lidstaten worden gebruikt voor het identificeren van personen, rijbewijzen, identificatiedocumenten en paspoortgegevens, douanenummers en fiscale identificatienummers;
-
g)informatie betreffende rechtspersonen, indien deze informatie gegevens bevat betreffende geïdentificeerde of identificeerbare individuen tegen wie een onderzoek of vervolging loopt;
-
-
h)[...] nadere gegevens [...] van rekeningen bij banken of andere financiële instellingen;
-
i)de beschrijving en de aard van de vermeende feiten, de datum waarop zij werden gepleegd, de strafrechtelijke kwalificatie en de stand van het onderzoek;
-
j)de feitelijke elementen op grond waarvan kan worden aangenomen dat het geval een internationale dimensie heeft gekregen;
-
k)nadere gegevens omtrent vermeend lidmaatschap van een criminele organisatie;
-
l)telefoonnummers, e-mailadressen, verkeers- en locatiegegevens, en [...] alle daarmee verband houdende gegevens die nodig zijn om de abonnee of gebruiker te
identificeren; m) gegevens uit kentekenregisters;
-
n)op basis van het niet-gecodeerde gedeelte van het DNA vastgestelde DNA-profielen, foto's en vingerafdrukken.
-
-
2.a) naam, meisjesnaam, voornamen en, in voorkomend geval, aliassen of gebruikte namen;
-
b)geboortedatum en geboorteplaats;
-
c)nationaliteit;
-
d)geslacht;
-
e)woonplaats, beroep en verblijfplaats van de betrokkene;
-
f)de beschrijving en de aard van de hen betreffende feiten, de datum waarop zij werden gepleegd, de strafrechtelijke kwalificatie en de stand van het onderzoek.
g) socialezekerheidsnummers of andere officiële nummers die de lidstaten gebruiken voor het identificeren van personen, rijbewijzen, identificatiedocumenten en paspoortgegevens, douanenummers en fiscale identificatienummers;
h) nadere gegevens van rekeningen bij banken en andere financiële instellingen;
i) telefoonnummers, e-mailadressen, verkeers- en locatiegegevens, en alle daarmee verband houdende gegevens die nodig zijn om de abonnee of gebruiker te identificeren;
j) gegevens uit kentekenregisters.
-