Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende een economisch partnerschap - Hoofdinhoud
Documentdatum | 29-06-2018 |
---|---|
Publicatiedatum | 30-06-2018 |
Kenmerk | 7965/18 ADD 4 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Raad van de Europese Unie
Brussel, 29 juni 2018 (OR. en)
7965/18 ADD 4
Interinstitutioneel Dossier: 2018/0092 (NLE) i
WTO 69 SERVICES 18 COASI 86
WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN
Betreft: Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende een economisch partnerschap
BIJLAGE 8-A
SAMENWERKING OP REGELGEVINGSGEBIED INZAKE FINANCIËLE REGELGEVING
Samenwerking op regelgevingsgebied
-
1.De partijen werken samen op bilateraal niveau en in internationale organen met de doelstelling van een verdere versterking van de mondiale financiële stabiliteit, eerlijke en doeltreffende markten en de bescherming van investeerders, spaarders, polishouders of personen aan wie een fiduciair recht verschuldigd is door een financiële dienstverlener (hierna in deze bijlage "samenwerking op regelgevingsgebied" genoemd).
-
2.Bij hun samenwerking op regelgevingsgebied baseren de partijen zich op de beginselen en de prudentiële normen die op multilateraal niveau zijn overeengekomen en volgen zij de
beginselen die zijn vervat in de punten 5 tot en met 12 zoals geïmplementeerd in het in de punten 19 tot en met 21 geschetste kader.
Reikwijdte van samenwerking op regelgevingsgebied
-
3.De samenwerking op regelgevingsgebied bestrijkt de gehele sector financiële diensten, waaronder kaders voor financiële verslaglegging en controle van jaarrekeningen, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 1
-
4.Deze bijlage laat de verdeling en uitoefening van bevoegdheden van de regelgevende en toezichthoudende autoriteiten van de partijen onverlet. De partijen erkennen als uitgangspunt bij hun samenwerking op regelgevingsgebied dat zij naar behoren acht zullen slaan op de eventuele verschillen in marktstructuren en bedrijfsmodellen tussen de partijen op het gebied van financiële diensten.
Beginselen van samenwerking op regelgevingsgebied
-
5.Elke partij stelt alles in het werk opdat internationaal overeengekomen normen voor regelgeving en het toezicht op het gebied van financiële diensten op haar grondgebied worden geïmplementeerd en toegepast. Die internationaal overeengekomen normen zijn onder meer de normen en beginselen die door het Bazels Comité voor bankentoezicht, de Internationale vereniging van verzekeringstoezichthouders, de Internationale organisatie van
effectentoezichthouders en de Raad voor financiële stabiliteit zijn gepubliceerd.
-
6.De partijen doen hun uiterste best om te komen tot wederzijdse compatibiliteit van hun respectieve regelgevings- en toezichtskader voor financiële diensten op een wijze die de in de punten 1 en 2 bedoelde doelstellingen ondersteunt.
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 2
-
7.Onverminderd haar eigen wetgevingsprocedures stelt elke partij alles in het werk om de andere partij de gelegenheid te bieden in een vroeg stadium op de hoogte te worden gesteld van en opmerkingen in te dienen over haar voorgenomen regelgevingsinitiatieven op het gebied van financiële diensten die relevant kunnen zijn voor de andere partij.
-
8.De partijen zullen waar mogelijk elkaars voorschriften en toezicht als gelijkwaardig aanvaarden. Het voorgaande doet geen afbreuk aan het recht van elke partij om op basis van haar eigen voorschriften, met name criteria voor het als gelijkwaardig kunnen aanvaarden, het regelgevings- en toezichtskader van de andere partij te beoordelen teneinde vast te stellen in hoeverre dat als gelijkwaardig kan worden aanvaard. Wat die beoordeling aangaat, verlangt een partij niet dat de voorschriften en het toezicht van de andere partij identiek zijn aan haar eigen voorschriften en toezicht, maar baseert zij haar beoordeling op de effecten van de regelgeving.
-
9.De partijen houden elkaar op de hoogte van de wijze waarop zij voorzien in effectief toezicht en effectieve handhaving van voorschriften voor de toepassing van internationaal
overeengekomen normen of andere voorschriften, met name op de gebieden waarvoor een van
de partijen het regelgevings- en toezichtskader van de andere als gelijkwaardig aanvaard.
-
10.Elke partij houdt, bij de formulering van haar voorgenomen regelgevingsinitiatieven op het gebied van financiële diensten, terdege rekening met de gevolgen van dat initiatief voor de marktdeelnemers en de jurisdictie van de andere partij.
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 3
-
11.Elke partij onderzoekt een maatregel die de andere partij in een specifiek schriftelijk verzoek onder haar aandacht heeft gebracht en die van invloed kan zijn op het vermogen van
marktdeelnemers om financiële diensten te verlenen op het grondgebied van de partijen, teneinde, voor zover mogelijk, de maatregel onderling verenigbaar te laten zijn.
-
12.Elke partij kan te allen tijde haar besluit om het regelgevings- en toezichtskader van de andere partij als gelijkwaardig te aanvaarden, herroepen en terugkeren naar de toepassing en
handhaving van haar eigen voorschriften, indien de voorschriften en het toezicht van de andere partij niet langer gelijkwaardig zijn wat de effecten ervan betreft, de andere partij haar voorschriften niet daadwerkelijk handhaaft of onvoldoende medewerking verleent inzake het toezicht op financiële instellingen. Alvorens terug te keren naar de toepassing en handhaving van hun eigen voorschriften, plegen de partijen op passende wijze overleg met elkaar.
Gemengd forum financiële regelgeving Europese Unie-Japan
-
13.De partijen stellen per de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst het Gemengd forum financiële regelgeving Europese Unie-Japan in (hierna in deze bijlage "het forum"
genoemd).
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 4
-
14.Het forum is belast met de aansturing van samenwerking op regelgevingsgebied tussen de partijen. Het forum maakt met name de balans op van de voortgang en plant de samenwerking op regelgevingsgebied zorgvuldig. Het forum eerbiedigt de beginselen van samenwerking op regelgevingsgebied die zijn vervat in de punten 5 tot en met 12 zoals geïmplementeerd in het in de punten 19 tot en met 21 geschetste kader.
-
15.Het forum is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie en van de overheid van Japan, met inbegrip van het "Financial Services Agency" (Bureau inzake
financiële diensten, hierna: "Financial Services Agency"), die zich op technisch niveau met regelgevingsaangelegenheden betreffende financiële diensten bezighouden. Elke partij kan, onverminderd haar recht om te beslissen over de samenstelling van haar vertegenwoordiging in het forum, de andere partij verzoeken om vertegenwoordigers van andere financiële regelgevende of toezichthoudende autoriteiten op het grondgebied van de andere partij uit te nodigen, met het oog op het leveren van een bijdrage aan de discussies en de voorbereidende werkzaamheden van het forum inzake aangelegenheden die verband houden met de activiteiten van die financiële regelgevende of toezichthoudende instanties. De andere partij dient zo'n verzoek in welwillende overweging te nemen.
-
16.De bijeenkomsten van het forum worden gezamenlijk voorgezeten door hoge ambtenaren van de Europese Commissie en van het "Financial Services Agency" van Japan.
-
17.Elke partij in het forum wijst een contactpunt aan om de samenwerking op regelgevingsgebied te vergemakkelijken. Het forum kan deskundigenwerkgroepen instellen om specifieke kwesties te onderzoeken.
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 5
-
18.De bijeenkomsten van het forum worden afwisselend gehouden in Tokyo, Japan en in
Brussel, België; dit ten minste eenmaal per jaar, en telkens wanneer de leden van het forum dat nodig achten.
Kader voor samenwerking op regelgevingsgebied
-
19.Het forum ontwikkelt een kader voor samenwerking op regelgevingsgebied en past dat toe ter implementatie van de in de punten 5 tot en met 12 vervatte beginselen.
-
20.Het kader voor samenwerking op regelgevingsgebied omvat:
-
a)een mechanisme voor informatie-uitwisseling en overleg met de andere partij, in passende vorm, over voorgenomen regelgevingsinitiatieven, zonder afbreuk te doen aan de wetgevende en bestuurlijke processen van elke partij;
-
b)richtsnoeren inzake het als gelijkwaardig aanvaarden van elkaars regelgevings- en toezichtskader, indien mogelijk aangepast voor elk specifiek gebied van financiële regelgeving;
-
c)een procedure voor onderzoek van een maatregel als bedoeld in punt 11, die door een specifiek verzoek van de andere partij onder de aandacht van een partij is gebracht;
-
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 6
-
d)richtsnoeren betreffende de governance van het forum;
-
e)een procedure voor de technische bemiddeling als bedoeld in de punten 22 tot en met 26, en
-
f)indien hiermee wordt ingestemd, enige andere regeling ter versterking van de samenwerking op het gebied van regelgeving.
-
21.Het kader voor samenwerking op regelgevingsgebied kan tevens voorzien in specifieke regelingen om de samenwerking op het gebied van grensoverschrijdend toezicht en
handhaving te vergemakkelijken.
Technische bemiddeling
-
22.De bepalingen van deze bijlage komen niet in aanmerking voor geschillenbeslechting uit hoofde van hoofdstuk 21.
-
23.Onverminderd punt 22 kan elke partij de andere partij schriftelijk verzoeken om technische bemiddeling te initiëren met betrekking tot de in de punten 5 tot en met 12 vervatte beginselen inzake samenwerking op regelgevingsgebied. De technische bemiddeling kan enkel worden geïnitieerd nadat de partijen het erover eens zijn daarvan voor een specifieke aangelegenheid gebruik te maken.
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 7
-
24.Bij overeenstemming tussen de partijen om de bemiddeling te initiëren uit hoofde van punt 23, stelt het forum een werkgroep voor technische bemiddeling in. Deze werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van elke partij en wordt voorgezeten door een ter zake deskundige bemiddelaar die onafhankelijk is van de partijen en die wordt benoemd door het forum.
-
25.De uit hoofde van punt 24 benoemde voorzitter dient bij de medevoorzitters van het forum een verslag in met de resultaten van de technische bemiddeling.
-
26.De partijen handelen te goeder trouw bij elke poging om een geschil dat zich in het kader van het bepaalde in deze bijlage voordoet, te beslechten.
______________
EU/JP/Bijlage 8-A/nl 8 BIJLAGE 8-B
LIJSTEN VOOR HOOFDSTUK 8
EU/JP/Bijlage 8-B/nl 1
BIJLAGE I
VOORBEHOUDEN VOOR BESTAANDE MAATREGELEN
Lijst van de Europese Unie
Algemene aantekeningen
-
1.De lijst van de Europese Unie bevat, overeenkomstig de artikelen 8.12 en 8.18, de voorbehouden van de Europese Unie met betrekking tot bestaande maatregelen die niet in overeenstemming zijn met de verplichtingen die voortvloeien uit:
-
a)artikel 8.7 of artikel 8.15;
-
b)artikel 8.8 of artikel 8.16;
-
c)artikel 8.9 of artikel 8.17;
-
d)artikel 8.10, of
-
e)artikel 8.11.
-
-
2.De voorbehouden van een partij laten de rechten en verplichtingen van de partijen uit hoofde van de GATS onverlet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 1
-
3.Elk voorbehoud bevat de volgende elementen:
-
a)"sector" verwijst naar de algemene sector waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt;
-
b)"subsector" verwijst naar de specifieke sector waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt;
-
c)"bedrijfstakkenclassificatie" verwijst, waar van toepassing, naar de activiteit waarop het voorbehoud betrekking heeft overeenkomstig de CPC, ISIC Rev 3.1, of zoals
uitdrukkelijk anders omschreven in dat voorbehoud;
-
d)"type voorbehoud" bepaalt de in punt 1 bedoelde verplichting waarvoor een voorbehoud wordt gemaakt;
-
e)"bestuursniveau" geeft aan op welk bestuursniveau de maatregel waarvoor een voorbehoud wordt gemaakt, wordt gehandhaafd;
-
f)"maatregelen" geeft de in voorkomend geval door het element "omschrijving" nader bepaalde wet- en regelgeving of andere maatregelen aan waarvoor het voorbehoud
wordt gemaakt. Een "maatregel" die onder "maatregelen" is vermeld:
-
i)betreft de maatregel zoals gewijzigd, gehandhaafd of verlengd met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst;
-
ii)omvat elke ondergeschikte maatregel die krachtens de maatregel is vastgesteld of wordt gehandhaafd en daarmee verenigbaar is, en
-
-
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 2
-
iii)omvat alle wet- en regelgeving of andere maatregelen voor de implementatie van een richtlijn door de lidstaten, en
-
g)"omschrijving" vermeldt de niet-conforme aspecten van de bestaande maatregel waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt. Dit element kan ook verbintenissen tot liberalisering bevatten.
-
4.Bij de interpretatie van een voorbehoud wordt met alle elementen van het voorbehoud rekening gehouden. Een voorbehoud moet worden geïnterpreteerd in het licht van de relevante verplichtingen van de afdelingen ten aanzien waarvan het wordt gemaakt. Voor zover:
-
a)het element "maatregelen" nader wordt bepaald door een liberaliseringsverbintenis uit het element "omschrijving", heeft het aldus bepaalde element "maatregelen" voorrang op alle andere elementen, en
-
b)het element "maatregelen" niet op dergelijke wijze nader wordt bepaald, heeft het element "maatregelen" voorrang op de andere elementen, tenzij er tussen het element "maatregelen" en de andere elementen in hun geheel beschouwd een dermate
wezenlijke en aanzienlijke discrepantie bestaat dat het onredelijk zou zijn te besluiten dat het element "maatregelen" voorrang moet hebben; in dat geval hebben de andere elementen voorrang voor zover het die discrepantie betreft.
-
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 3
-
5.Voor de toepassing van de lijst van de Europese Unie wordt onder "ISIC Rev 3.1" verstaan de Internationale industriële standaardclassificatie (International Standard Industrial
Classification) van alle takken van economische bedrijvigheid zoals bedoeld in de "Statistical Papers, Series M, No.4, ISIC Rev 3.1, 2002" van het Bureau voor de Statistiek van de Verenigde Naties.
-
6.Een voorbehoud op het niveau van de Europese Unie is zowel van toepassing op een maatregel van de Europese Unie, op een maatregel van een lidstaat van de Europese Unie op centraal niveau als op een maatregel van een overheid binnen een lidstaat van de Europese Unie, tenzij in het voorbehoud een lidstaat van de Europese Unie wordt uitgesloten. Een voorbehoud van een lidstaat van de Europese Unie is van toepassing op een maatregel van een overheid op centraal, regionaal of lokaal niveau in die lidstaat. In het kader van de
voorbehouden van België omvat het centrale overheidsniveau de federale overheid en de overheden van de gewesten en de gemeenschappen omdat elk van hen gelijkwaardige wetgevende bevoegdheden bezit. Voor de toepassing van de voorbehouden van de Europese Unie en haar lidstaten worden de Ålandeilanden beschouwd als een regionaal bestuursniveau in Finland.
-
7.De lijst is uitsluitend van toepassing op de grondgebieden van de Europese Unie overeenkomstig artikel 1.3, lid 1, onder a), en is enkel relevant in het kader van de handelsbetrekkingen van de Europese Unie en haar lidstaten met Japan. De lijst laat de uit het EU-recht voortvloeiende rechten en verplichtingen van de lidstaten onverlet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 4
-
8.Onderstaande lijst van voorbehouden omvat geen maatregelen met betrekking tot kwalificatievereisten en -procedures, technische normen en vergunningsvereisten en -procedures, waar zij geen beperking inzake markttoegang of nationale behandeling vormen in de zin van de artikelen 8.7, 8.8, 8.15 en 8.16. Die maatregelen (zoals een vergunningsverplichting, universeledienstverplichting, verplichte erkenning van kwalificaties in gereglementeerde sectoren, verplichting om specifieke examens (met inbegrip van taalexamens) af te leggen, en niet-discriminerende verplichtingen dat bepaalde activiteiten niet mogen worden uitgeoefend in beschermde gebieden) zijn steeds van toepassing, ook al zijn zij niet in de lijst opgenomen.
-
9.Voor alle duidelijkheid: de verplichting voor de Europese Unie om nationale behandeling toe te kennen houdt geen vereiste in van uitbreiding tot natuurlijke of rechtspersonen van Japan, van de behandeling die in een lidstaat, op grond van het VWEU of van uit hoofde van dat
verdrag genomen maatregelen, met inbegrip van de implementatie ervan in de lidstaten, wordt
toegekend aan:
-
i)natuurlijke personen, of ingezetenen van een lidstaat, of
-
ii)rechtspersonen opgericht of georganiseerd naar het recht van een andere lidstaat of van de Europese Unie en die hun statutaire zetel, hun hoofdbestuur of hun hoofdvestiging in een lidstaat hebben.
Een dergelijke nationale behandeling wordt toegekend aan rechtspersonen die zijn opgericht of georganiseerd naar het recht van een lidstaat of de Europese Unie en die hun statutaire zetel, hun hoofdbestuur of hun hoofdvestiging in een lidstaat hebben, met inbegrip van rechtspersonen die eigendom zijn van of onder zeggenschap staan van natuurlijke of rechtspersonen van Japan.
-
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 5
-
10.Voor alle duidelijkheid: niet-discriminerende maatregelen vormen geen beperking inzake markttoegang in de zin van de artikelen 8.7 en 8.15 wat betreft:
-
a)maatregelen op grond waarvan, met het oog op eerlijke mededinging, de eigendom van de infrastructuur moet worden gescheiden van de eigendom van de via die infrastructuur geleverde goederen of verleende diensten, bijvoorbeeld op het gebied van energie,
vervoer en telecommunicatie;
-
b)maatregelen die, met het oog op eerlijke mededinging, de concentratie van eigendom beperken;
-
c)maatregelen die beogen het behoud en de bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en het milieu te verzekeren, met inbegrip van een beperking van de beschikbaarheid, het aantal en de reikwijdte van verleende concessies alsmede de instelling van een
moratorium of een verbod;
-
d)maatregelen die het aantal verleende vergunningen wegens technische of fysieke beperkingen, bijvoorbeeld telecommunicatiespectra en telecommunicatiefrequenties, aan banden leggen, of
-
e)maatregelen volgens welke een bepaald percentage aandeelhouders, eigenaren, vennoten of bestuurders van een onderneming over bepaalde kwalificaties moet beschikken of een bepaald beroep moet uitoefenen, zoals dat van advocaat of
accountant.
-
-
11.Maatregelen die gevolgen hebben voor cabotage in het zeevervoer zijn niet opgenomen in deze lijst, aangezien zij op grond van artikel 8.6, lid 2, onder a), zijn uitgesloten van het
toepassingsgebied van hoofdstuk 8, afdeling B, en op grond van artikel 8.14, lid 2, onder a), van dat van hoofdstuk 8, afdeling C.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 6
-
12.In de onderstaande lijst worden de volgende voorbehouden gebruikt:
EU De Europese Unie, met inbegrip van al haar lidstaten AT Oostenrijk BE België BG Bulgarije CY Cyprus CZ Tsjechië DE Duitsland DK Denemarken EE Estland EL Griekenland ES Spanje FI Finland FR Frankrijk HR Kroatië HU Hongarije IE Ierland IT Italië LT Litouwen LU Luxemburg LV Letland MT Malta NL Nederland PL Polen PT Portugal RO Roemenië SE Zweden
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 7 SI Slovenië
SK Slowakije UK Verenigd Koninkrijk
Lijst van voorbehouden
Voorbehoud nr. 1 — Alle sectoren
Voorbehoud nr. 2 — Vrije beroepen (alle behalve gezondheidszorg)
Voorbehoud nr. 3 — Vrije beroepen (gezondheidszorg en detailhandel in geneesmiddelen) Voorbehoud nr. 4 — Onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten
Voorbehoud nr. 5 — Onroerend-goeddiensten
Voorbehoud nr. 6 — Zakelijke dienstverlening
Voorbehoud nr. 7 — Communicatiediensten
Voorbehoud nr. 8 — Distributiediensten
Voorbehoud nr. 9 — Onderwijsdiensten
Voorbehoud nr. 10 — Milieudiensten
Voorbehoud nr. 11 — Financiële diensten
Voorbehoud nr. 12 — Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening
Voorbehoud nr. 13 — Diensten in verband met toerisme en reizen
Voorbehoud nr. 14 — Diensten in verband met cultuur, sport en recreatie
Voorbehoud nr. 15 — Vervoer en ondersteunende diensten in verband met vervoer
Voorbehoud nr. 16 — Energiegerelateerde activiteiten
Voorbehoud nr. 17 — Landbouw, visserij en be- en verwerkende industrie
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 8 Voorbehoud nr. 1 — Alle sectoren
Sector: Alle sectoren
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Verbod op prestatie-eisen
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 9 Omschrijving:
-
a)Soort vestiging
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling:
De EU: Alle vennootschappen of bedrijven die in overeenstemming met de wet- en regelgeving van de Europese Unie of een lidstaat van de Europese Unie zijn opgericht en die hun statutaire zetel, hun hoofdbestuur of hun hoofdvestiging in de Europese Unie hebben, met inbegrip van die welke door investeerders van Japan in de lidstaten van de Europese Unie zijn gevestigd, hebben recht op de bij artikel 54 VWEU toegekende behandeling. Deze behandeling wordt niet toegekend aan filialen of agentschappen van vennootschappen of bedrijven die buiten de Europese Unie zijn gevestigd.
De behandeling die wordt toegekend aan vennootschappen of bedrijven die door investeerders
van Japan in overeenstemming met het recht van een EU-lidstaat zijn opgericht en die hun
statutaire zetel, hun hoofdbestuur of hun hoofdvestiging in de Europese Unie hebben, laat
eventuele voorwaarden en verplichtingen, in overeenstemming met afdeling B, die aan
dergelijke vennootschappen of bedrijven kunnen zijn opgelegd wanneer zij zich in de
Europese Unie hebben gevestigd en die van toepassing blijven, onverlet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 10
Maatregelen:
EU: Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
De EU (geldt tevens voor het regionale bestuursniveau): Elke lidstaat die activa van of haar aandelen in een bestaande staatsonderneming of een bestaande overheidsentiteit die gezondheids-, maatschappelijke of onderwijsdiensten (CPC 93, 92) verstrekt, verkoopt of anderszins vervreemdt, kan met betrekking tot ondernemers uit Japan of hun ondernemingen, een verbod of beperkingen opleggen ten aanzien van de eigendom van dergelijke aandelen of activa, alsmede eventuele zeggenschap over een daaruit voortvloeiende onderneming verbieden of ten aanzien van die zeggenschap beperkingen opleggen. Met betrekking tot een dergelijke verkoop of vervreemding anderszins kan elke EU-lidstaat maatregelen vaststellen of handhaven inzake de nationaliteit van het hogere management of de leden van de raden van bestuur, en maatregelen vaststellen of handhaven ter beperking van het aantal aanbieders.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 11 Voor de toepassing van dit voorbehoud:
-
i)wordt als een bestaande maatregel beschouwd elke maatregel die na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst wordt gehandhaafd of vastgesteld en die op het tijdstip van de verkoop of vervreemding anderszins een verbod of beperkingen oplegt ten aanzien van de eigendom van aandelen of activa, nationaliteitsvereisten stelt of het aantal aanbieders zoals omschreven in dit voorbehoud beperkt, en
-
ii)wordt onder "staatsonderneming" verstaan een onderneming die eigendom is van of waarover door eigendomsbelangen zeggenschap wordt uitgeoefend door een EU-
lidstaat, met inbegrip van ondernemingen die na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst uitsluitend zijn opgericht met het oog op de verkoop of vervreemding anderszins van aandelen in of activa van een bestaande staatsonderneming of overheidsentiteit.
Maatregelen:
EU: Zoals hierboven toegelicht in het element "Omschrijving".
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 12 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In AT: Voor de exploitatie van een filiaal moeten vennootschappen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) ten minste één voor de vertegenwoordiging ervan verantwoordelijke persoon benoemen die ingezetene van Oostenrijk is. Leidinggevend personeel (directeuren, natuurlijke personen) dat verantwoordelijk is voor de naleving van de Oostenrijkse handelswetgeving (Gewerbeordnung) moet zijn woonplaats in Oostenrijk hebben.
Maatregelen:
AT: Aktiengesetz, BGBL. Nr. 98/1965, § 254 (2);
GmbH-Gesetz, RGBL. Nr. 58/1906, § 107 (2), en
Gewerbeordnung, BGBL. Nr. 194/1994, § 39 (2a).
In BG: Buitenlandse rechtspersonen, tenzij die overeenkomstig de wetgeving van een lidstaat van de Europese Unie of van de EER zijn opgericht, mogen zaken doen en activiteiten uitoefenen indien zij in de Republiek Bulgarije zijn gevestigd in de vorm van een in het handelsregister ingeschreven vennootschap. Voor de oprichting van filialen is een machtiging vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 13 Vertegenwoordigingskantoren van buitenlandse ondernemingen moeten worden ingeschreven bij de Bulgaarse Kamer van Koophandel, mogen geen economische activiteiten ontplooien en mogen enkel reclame maken voor hun eigenaar en optreden als vertegenwoordiger of agent.
Maatregelen:
BG: Handelswet, art. 17a, en
Wet betreffende de stimulering van investeringen, artikel 24.
In EE: Een buitenlandse onderneming moet een directeur of directeuren voor een filiaal benoemen. Een directeur van een filiaal moet een handelingsbevoegde natuurlijke persoon zijn. Ten minste één directeur van een filiaal moet ingezetene van de EER of de Zwitserse Bondsstaat zijn.
Maatregelen:
EE: Äriseadustik (Handelswetboek), § 385.
In FI: Ten minste een van de vennoten van een vennootschap onder firma of ten minste een van de beherende vennoten van een commanditaire vennootschap moet EER-ingezetene zijn of, indien de vennoot een rechtspersoon is, in de EER gevestigd zijn (filialen niet toegestaan). De registratieautoriteit kan vrijstellingen verlenen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 14 Om als particulier ondernemer een handelsactiviteit uit te voeren, is ingezetenschap in de EER vereist.
Indien een buitenlandse organisatie uit een lidstaat buiten de EER een bedrijf of handelsonderneming wil voeren door een filiaal in Finland te vestigen, is een handelsvergunning nodig.
Ingezetenschap in de EER vereist voor ten minste een van de gewone en een van de plaatsvervangende leden van de raad van bestuur alsook voor de directeur. De registratieautoriteit kan voor bepaalde ondernemingen vrijstellingen verlenen.
Maatregelen:
FI: Laki elinkeinon harjoittamisen oikeudesta (Wet op het recht om een handelsactiviteit uit te voeren) (122/1919), s. 1;
Osuuskuntalaki (Wet inzake coöperaties) 1488/2001;
Osakeyhtiölaki (Wet op de vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid) (624/2006), en Laki luottolaitostoiminnasta (Wet inzake kredietinstellingen) (121/2007).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 15 In SE: Een buitenlandse onderneming die geen rechtspersoon heeft opgericht in Zweden of die zaken doet via een handelsagent, moet haar handelstransacties laten verlopen via een in Zweden geregistreerd filiaal met een onafhankelijke leiding en gescheiden rekeningen. De directeur en de vicedirecteur, indien benoemd, van het filiaal moeten ingezetenen van de EER zijn. Niet in de EER woonachtige natuurlijke personen die commerciële activiteiten in Zweden verrichten, moeten een ingezetene als vertegenwoordiger aanwijzen die verantwoordelijk is voor de activiteiten in Zweden, en deze vertegenwoordiger laten registreren. Voor de activiteiten in Zweden moeten afzonderlijke rekeningen worden bijgehouden. In individuele gevallen kan de bevoegde autoriteit vrijstelling verlenen van de filiaal- en ingezetenschapsvereisten. Bouwprojecten met een duur van minder dan een jaar die worden ondernomen door een onderneming die buiten de EER is gevestigd of een natuurlijke persoon die geen ingezetene van de EER is, zijn vrijgesteld van de verplichting een filiaal te vestigen of een ingezeten vertegenwoordiger te benoemen.
Zweedse vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid mogen worden opgericht door natuurlijke personen die ingezetene van de EER zijn, Zweedse rechtspersonen of volgens het recht van een lidstaat van de EER opgerichte rechtspersonen die hun statutaire zetel, hoofdkantoor of hoofdvestiging binnen de EER hebben. Personenvennootschappen kunnen eveneens oprichters zijn, maar enkel indien alle eigenaren met onbeperkte persoonlijke aansprakelijkheid ingezetenen van de EER zijn. Oprichters van buiten de EER kunnen de bevoegde autoriteit om toestemming verzoeken.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 16 Wat besloten vennootschappen en coöperatieve verenigingen betreft, moeten ten minste 50 % van de leden van de raad van bestuur, ten minste 50 % van de plaatsvervangende bestuursleden, de directeur, de vicedirecteur en ten minste een van de tot tekening voor de onderneming gemachtigde personen (voor zover van toepassing) EER-ingezetene zijn. De bevoegde autoriteit kan vrijstelling verlenen van die vereiste. Indien geen van de vertegenwoordigers van de onderneming/vennootschap ingezetene van Zweden is, moet de raad van bestuur een ingezetene van Zweden aanwijzen en laten registeren die namens de onderneming of vennootschap officiële stukken mag ontvangen.
Vergelijkbare voorwaarden gelden voor de oprichting van alle andere soorten rechtspersonen.
Maatregelen:
SE: Lag om utländska filialer m.m (Wet op buitenlandse filialen) (1992:160);
Aktiebolagslagen (Vennootschapswet) (2005:551);
Wet op coöperatieve economische verenigingen (1987: 667), en
Wet betreffende de Europese economische samenwerkingsverbanden (1994:1927).
In SK: Buitenlandse natuurlijke personen wier naam in het handelsregister moet worden opgenomen als gemachtigde die namens een ondernemer mag optreden, dienen een vergunning tot verblijf in Slowakije aan te vragen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 17 Maatregelen:
SK: Wet 513/1991 inzake het wetboek van koophandel (artikel 21), en
Wet nr. 404/2011 inzake het verblijf van vreemdelingen (artikelen 22 en 32).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, verbod van prestatie-eisen:
In BG: Gevestigde ondernemingen kunnen onderdanen van derde landen enkel in dienst nemen voor functies waarvoor geen vereiste van Bulgaarse nationaliteit geldt, mits het totale aantal door hen tewerkgestelde onderdanen van derde landen gedurende de afgelopen 12 maanden niet meer bedraagt dan 10 procent van het gemiddelde aantal Bulgaarse onderdanen, onderdanen van andere lidstaten van de Europese Unie, van staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of van de Zwitserse Bondsstaat die zijn aangeworven op basis van een arbeidsovereenkomst. Onderdanen van derde landen kunnen niet in dienst worden genomen voor functies waarvoor de Bulgaarse nationaliteit vereist is. Voor het in dienst nemen van onderdanen van derde landen is een onderzoek naar de economische behoefte vereist.
Maatregelen:
BG: Wet inzake migratie en arbeidsmobiliteit van werknemers (artikel 7).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 18 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In PL: Een vertegenwoordigingskantoor mag zich operationeel alleen met reclame en promotie voor de vertegenwoordigde buitenlandse moederonderneming bezighouden. Voor alle sectoren, met uitzondering van rechtskundige diensten, geldt dat investeerders van buiten de Europese Unie uitsluitend economische activiteiten mogen uitoefenen in de vorm van een commanditaire vennootschap, een commanditaire vennootschap op aandelen, een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid of een naamloze vennootschap, terwijl binnenlandse ondernemingen ook niet-commerciële vennootschapsvormen mogen hebben (vennootschap onder firma en vennootschap met onbeperkte aansprakelijkheid).
Maatregelen:
PL: Wet van 2 juli 2004 betreffende de vrijheid van economische activiteit, artikelen 13.3 en 95.1.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 19 b) Verwerving van vastgoed
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling:
In AT (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Voor de verwerving, aankoop, verhuur
of pacht van onroerend goed door natuurlijke personen en ondernemingen van buiten de
Europese Unie is een vergunning vereist van de bevoegde regionale autoriteiten (Länder).
Vergunningen worden slechts verleend indien de verwerving wordt geacht in het algemeen
belang te zijn (met name op economisch, sociaal en cultureel vlak).
Maatregelen: AT: Burgenländisches Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 25/2007; Kärntner Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 9/2004; NÖ- Grundverkehrsgesetz, LGBL. 6800; OÖ- Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 88/1994; Salzburger Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 9/2002; Steiermärkisches Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 134/1993; Tiroler Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 61/1996; Voralberger Grundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 42/2004, en Wiener Ausländergrundverkehrsgesetz, LGBL. Nr. 11/1998.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 20
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CZ: Landbouwgrond en bos kan worden verworven door buitenlandse natuurlijke personen die permanent ingezetene in de Tsjechische Republiek zijn en door ondernemingen die in de Tsjechische Republiek gevestigd zijn.
Voor landbouwgrond en bos in handen van de overheid gelden specifieke regels.
Landbouwgrond en bos in handen van de overheid kan uitsluitend door Tsjechische onderdanen, gemeenten en openbare universiteiten (voor opleiding en onderzoek) worden verworven. Rechtspersonen (ongeacht hun rechtsvorm of vestigingsplaats) kunnen landbouwgrond in handen van de overheid enkel verwerven indien daarop een gebouw is gebouwd waarvan zij reeds eigenaar zijn of indien die grond absoluut noodzakelijk is voor het gebruik van een dergelijk gebouw. Bos in handen van de overheid kan uitsluitend door gemeenten en openbare universiteiten worden verworven.
Maatregelen:
CZ: Wet nr. 95/1999 Coll. (betreffende voorwaarden inzake de overdracht van landbouwgrond en bossen in staatseigendom naar eigendom van andere entiteiten), en Wet nr. 503/2012 Coll. betreffende het staatskadaster.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 21 In DK: Natuurlijke personen die geen ingezetene van Denemarken zijn, en die niet eerder ingezetene van Denemarken waren gedurende een totale periode van vijf jaar, moeten overeenkomstig de Deense wet betreffende eigendomsverwerving toestemming van het ministerie van Justitie krijgen voor de verwerving van onroerend goed in Denemarken. Dit geldt tevens voor niet in Denemarken ingeschreven rechtspersonen. Voor natuurlijke personen wordt de verwerving van onroerend goed toegestaan indien de aanvrager het onroerend goed zal gebruiken als zijn hoofdverblijfplaats. Voor niet in Denemarken ingeschreven rechtspersonen zal de verwerving van onroerend goed over het algemeen worden toegestaan, indien de verwerving een eerste vereiste voor de zakelijke activiteiten van de koper is.
Toestemming is eveneens vereist indien de aanvrager het onroerend goed zal gebruiken als tweede woning. Die toestemming wordt alleen verleend als de aanvrager op grond van een algemene en concrete beoordeling wordt geacht bijzonder nauwe banden met Denemarken te hebben.
Toestemming in het kader van de wet op de eigendomsverkrijging wordt slechts verleend voor de verwerving van een specifiek onroerend goed.
Specifiek wordt de verwerving van landbouwgrond door natuurlijke of rechtspersonen tevens geregeld door de Deense Wet inzake landbouwbedrijven, die beperkingen oplegt aan alle personen, Deens of buitenlands, ten aanzien van de verwerving van agrarische eigendommen. Natuurlijke of rechtspersonen die agrarisch onroerend goed wensen te verwerven, moeten tevens aan de voorschriften van deze wet voldoen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 22 Maatregelen:
DK: Deense Wet inzake de verwerving van onroerend goed (Geconsolideerde wet nr. 265 van 21 maart 2014 betreffende de verwerving van onroerend goed); Uitvoeringsdecreet inzake verwerving (Uitvoeringsdecreet nr. 764 van 18 september 1995), en
Wet op de Landbouwbedrijven (Geconsolideerde wet nr. 26 van 14 januari 2015).
In HR: Buitenlandse ondernemingen mogen alleen onroerend goed verwerven met het oog op het verlenen van diensten indien zij als rechtspersonen naar Kroatisch recht gevestigd en opgericht zijn. Voor de overname van onroerend goed dat nodig is voor de levering van diensten door filialen, is de goedkeuring van het ministerie van Justitie vereist. Buitenlanders kunnen geen landbouwgrond verwerven.
Maatregelen:
HR: Wet inzake het bezit en andere zakelijke rechten (OG 91/96, 68/98, 137/99, 22/00, 73/00, 114/01, 79/06, 141/06, 146/08, 38/09 en 153/09);
Wet op de landbouwgrond (OG 152/08, 25/09, 153/09, 21/10, 31/11 en 63/11), artikel 2;
Wet inzake eigendom en andere met eigendom verband houdende rechten, artikelen 354 tot en met 358.b;
Wet op de landbouwgrond, en
Algemene wet inzake administratieve procedures.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 23 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling
In CY: Cyprioten of personen van Cypriotische herkomst en onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie mogen zonder beperkingen goederen in Cyprus verwerven. Zonder toestemming van de ministerraad kunnen buitenlanders geen onroerend goed verwerven, tenzij als gevolg van een overlijden. Voor buitenlanders geldt dat wanneer het verworven onroerend goed de omvang overschrijdt die nodig is voor het optrekken van een huis of een gebouw voor commerciële doeleinden, of de oppervlakte van twee donum (2 676 m²) overschrijdt, elke door de ministerraad verleende vergunning is onderworpen aan de voorwaarden, beperkingen en criteria die door de ministerraad bij verordeningen zijn vastgesteld en goedgekeurd door het Huis van Afgevaardigden. Een buitenlander is een persoon die geen burger is van de Republiek Cyprus, ondernemingen waarover buitenlandse zeggenschap bestaat, daaronder begrepen. Onder dit begrip vallen geen buitenlanders van Cypriotische herkomst of niet-Cypriotische echtgenoten van burgers van de Republiek Cyprus.
Maatregelen:
CY: Wet verwerving onroerend goed (vreemdelingen) (hoofdstuk 109), zoals gewijzigd bij de wetten nrs. 52 van 1969, 55 van 1972, 50 van 1990, 54(I) van 2003 en 161(I)/2011.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 24 In EL: Voor buitenlandse natuurlijke of rechtspersonen is discretionaire toestemming van het ministerie van Defensie nodig voor de verwerving van onroerend goed in de grensgebieden, hetzij rechtstreeks hetzij via aandelen in een bedrijf dat niet genoteerd is op de Griekse beurs en dat onroerend goed bezit in de betreffende gebieden, en voor elke wijziging wat betreft de personen die aandeelhouder zijn van het betreffende bedrijf.
Maatregelen:
EL: Wet 1892/1990, zoals gewijzigd bij artikel 114 van wet nr. 3978/2011, in combinatie, voor zover het de aanvraag betreft, met het ministeriële besluit nr. 110/3/330340/Σ.120/7-4-14 van het ministerie van Defensie.
In HU: De aankoop van onroerend goed door niet-ingezetenen is onderworpen aan een vergunning van de bevoegde administratieve autoriteit die verantwoordelijk is voor de geografische ligging van het onroerend goed.
Maatregelen:
HU: Regeringsdecreet nr. 251/2014 (X. 2.) betreffende de verwerving door buitenlandse onderdanen van onroerend goed niet zijnde grond gebruikt voor land- of bosbouwdoeleinden, en
Wet LXXVIII van 1993 (Artikel ("paragraph") 1/A).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 25 In MT: Personen die geen onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie kunnen geen onroerend goed verwerven voor commerciële doeleinden. Bedrijven waarvan 25 % of meer van de aandeelhouders van buiten de Europese Unie zijn, moeten een vergunning verkrijgen van de bevoegde autoriteit (minister van Financiën) om onroerend goed voor commerciële of zakelijke doeleinden te kopen. De bevoegde autoriteit zal beslissen of de voorgestelde aankoop een nettovoordeel voor de Maltese economie vertegenwoordigt.
Maatregelen:
MT: Immoveable Property (Acquisition By Non-Residents) Act (Cap. 246), en
Protocol nr. 6 van het toetredingsverdrag tot de EU inzake de verwerving van tweede woningen op Malta.
In PL: Voor de rechtstreekse en onrechtstreekse verwerving van onroerend door buitenlanders is een vergunning vereist. De vergunning wordt verleend bij administratief besluit van de minister van Binnenlandse Zaken, met instemming van de minister van Nationale Defensie, en, in het geval van landbouw-onroerendgoed, ook met instemming van de minister van Landbouw en Plattelandsontwikkeling.
Maatregelen:
PL: Wet van 24 maart 1920 betreffende de verwerving van onroerend goed door buitenlanders (Pools staatsblad van 2016, punt 1061, zoals gewijzigd).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 26 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In LV: Verwerving van grond in steden door onderdanen van Japan is toegestaan via opgerichte ondernemingen die in Letland of in andere lidstaten van de Europese Unie zijn ingeschreven:
-
i)indien meer dan 50 % van het aandelenkapitaal ervan in handen is van onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie, de Letse overheid of een gemeente, afzonderlijk of in totaal;
-
ii)indien meer dan 50 % van het aandelenkapitaal ervan in handen is van natuurlijke personen en ondernemingen van derde landen waarmee Letland bilaterale
overeenkomsten met betrekking tot de bevordering en de wederzijdse bescherming van
investeringen heeft gesloten en die vóór 31 december 1996 door het Letse parlement
zijn goedgekeurd;
-
iii)indien meer dan 50 % van het aandelenkapitaal ervan in handen is van natuurlijke personen en ondernemingen van derde landen waarmee Letland na 31 december 1996 bilaterale overeenkomsten met betrekking tot de bevordering en de wederzijdse
bescherming van investeringen heeft gesloten, indien in deze overeenkomsten de rechten van Letse natuurlijke personen en ondernemingen op de verwerving van grond in het betreffende derde land zijn vastgesteld;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 27 iv) indien meer dan 50 % van het aandelenkapitaal ervan in handen is van de onder i) tot en
met iii) bedoelde personen gezamenlijk, of
-
v)die openbare naamloze vennootschappen zijn, indien hun aandelen op de beurs genoteerd zijn.
Voor zover Japan toestaat dat onderdanen en ondernemingen van Letland stedelijk onroerend goed op zijn grondgebied kopen, staat Letland toe dat onderdanen en ondernemingen van Japan stedelijk onroerend goed in Letland kopen onder dezelfde voorwaarden als Letse onderdanen.
Maatregelen:
LV: Wet op de landhervorming in de steden van de Republiek Letland, artikelen
("section") 20 en 21.
In RO: Buitenlanders, staatlozen en buitenlandse rechtspersonen (andere dan onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie en onderdanen van een lidstaat van de EER) kunnen eigendomsrechten ten aanzien van grond verwerven onder de voorwaarden geregeld in internationale verdragen, op basis van wederkerigheid. Buitenlanders, staatlozen en buitenlandse rechtspersonen kunnen geen eigendomsrechten ten aanzien van grond verwerven onder gunstigere voorwaarden dan die welke gelden voor de onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie en voor rechtspersonen naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 28 Maatregelen:
RO: Wet nr. 17/2014 betreffende bepaalde maatregelen ter regeling van de verkoop en aankoop van buiten de stad gelegen landbouwgrond en wijzigingen daarop, en Wet nr. 268/2001 op de privatisering van ondernemingen die grond bezitten die staatseigendom is en op privaat beheer van de staat voor landbouw en tot instelling van het agentschap voor staatsdomeinen, met inbegrip van latere wijzigingen daarop.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In DE: Bepaalde voorwaarden van wederkerigheid kunnen van toepassing zijn voor de verwerving van onroerend goed.
Maatregelen:
DE: Inleidende wet bij het Duitse burgerlijk wetboek (Einführungsgesetz zum Bürgerlichen Gesetzbuch, EGBGB).
In ES: Voor buitenlandse investeringen in activiteiten die rechtstreeks betrekking hebben op investeringen in onroerend goed voor de diplomatieke missies door staten die geen lidstaat van de Europese Unie zijn, is een administratieve vergunning van de Spaanse ministerraad vereist, tenzij er sprake is van een wederzijdse liberaliseringsovereenkomst.
Maatregelen:
ES: Koninklijk besluit 664/1999 van 23 april 1999 betreffende buitenlandse investeringen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 29 Voorbehoud nr. 2 — Vrije beroepen (alle behalve gezondheidszorg)
Sector – subsector: Vrije beroepen – rechtskundige diensten; octrooigemachtigde, industriële-eigendomgemachtigde, intellectuele-eigendomadvocaat; boekhoudkundige diensten; auditdiensten, diensten van
belastingconsulenten, diensten van architecten en stedenbouwkundigen, diensten van ingenieurs en geïntegreerde diensten van ingenieurs
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 861, 862, 863, 8671, 8672, 8673, 8674, deel van 879
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 30 Omschrijving:
-
a)Rechtskundige diensten (deel van CPC 861)
Voor alle duidelijkheid: in overeenstemming met de Algemene aantekeningen, met name punt 9, kunnen vereisten van inschrijving bij een balie de vereiste omvatten dat een rechtendiploma
in het gastland of daaraan gelijkwaardig moet zijn behaald, of dat een bepaalde mate van opleiding moet zijn genoten onder toezicht van een gekwalificeerde advocaat, of dat er bij lidmaatschap sprake moet zijn van een kantoor of een postadres binnen de jurisdictie van de orde van advocaten. Voor zover deze vereisten niet discriminerend zijn, zijn zij niet in de lijst opgenomen.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland alsmede ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot internationaal publiekrecht en het recht van het land van herkomst is alleen toegestaan op grensoverschrijdende basis. Enkel advocaten met de nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland mogen rechtskundige diensten verlenen via een commerciële aanwezigheid. De deelneming van buitenlandse advocaten (die in hun land van herkomst volledig gekwalificeerd moeten zijn) in het aandelenkapitaal van een advocatenkantoor en hun aandeel in het bedrijfsresultaat daarin mogen maximaal 25 % bedragen; het overige deel moet in handen zijn van volledig gekwalificeerde advocaten van een lidstaat van de EER of van Zwitserland en alleen deze laatsten mogen een beslissende invloed hebben op de besluitvorming van het advocatenkantoor.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 31
Maatregelen:
AT: Rechtsanwaltsordnung (Advocatenwet) - RAO, RGBl. Nr. 96/1868, artikelen 1 en 21c.
In BE: Ingezetenschap is vereist voor de volledige toelating tot de balie, en noodzakelijk voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot het Belgische interne recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Voor volledige toelating tot de balie moeten buitenlandse advocaten ten minste zes jaar ingezetene van het land zijn, te rekenen vanaf de datum van de aanvraag tot inschrijving, of drie jaar onder bepaalde voorwaarden. Zij moeten in het bezit zijn van een door de Belgische minister van Buitenlandse Zaken afgegeven certificaat waaruit blijkt dat het nationale recht of internationale verdrag wederkerigheid toestaat (wederkerigheidsvoorwaarde). Voor vertegenwoordiging voor het Hof van Cassatie geldt een quotaregeling.
Maatregelen:
BE: Belgisch Gerechtelijk Wetboek (artikelen 428-508); Koninklijk besluit van
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 32 In BG (tevens met betrekking tot meestbegunstigingsbehandeling): Het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties, is voorbehouden aan onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie of buitenlandse onderdanen die gekwalificeerd advocaat zijn en een diploma bezitten dat hen in staat stelt die diensten te verlenen in een lidstaat van de Europese Unie. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. Buitenlandse advocaten kunnen bij besluit van de algemene raad van de orde van advocaten toestemming krijgen om als advocaat op te treden en moeten in het centraal register van buitenlandse advocaten zijn ingeschreven. Ondernemingen moeten in Bulgarije als personenvennootschap van advocaten ("advokatsko sadrujie") of advocatenkantoor (advokatsko drujestvo") zijn ingeschreven. De naam van het advocatenkantoor mag alleen de namen van de ingeschreven partners omvatten. Buitenlandse advocaten moeten zich bij vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties door een Bulgaarse advocaat laten vergezellen. Voor het verlenen van juridische-bemiddelingsdiensten is permanent ingezetenschap vereist. In Bulgarije kan volledige nationale behandeling wat de vestiging en exploitatie van ondernemingen alsmede het verlenen van diensten betreft, alleen worden uitgebreid tot ondernemingen die gevestigd zijn in landen waarmee bilaterale overeenkomsten inzake wederzijdse juridische bijstand zijn of zullen worden gesloten en tot burgers van die landen.
Maatregelen:
BG: Wet op de advocatuur; Wet inzake bemiddeling, en Wet op het notarisambt en de notariële activiteit.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 33 In CY: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Alleen advocaten die bij de balie zijn ingeschreven, mogen vennoot, aandeelhouder of lid van de raad van bestuur van een advocatenkantoor op Cyprus zijn. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
CY: Advocatenwet (hoofdstuk 2), als gewijzigd bij de wetten 42 van 1961, 20 van 1963, 46 van 1970, 40 van 1975, 55 van 1978, 71 van 1981, 92 van 1983, 98 van 1984, 17 van 1985, 52 van 1985, 9 van 1989, 175 van 1991, 212 of 1991, 9(I) van 1993, 56(I) van 1993, 83(I) van 1994, 76(I) van 1995, 103(I) van 1996, 79(I) van 2000, 31(I) van 2001, 41(I) van 2002, 180(I) van 2002, 117(I) van 2003, 130(I) van 2003, 199(I) van 2004, 264(I) van 2004, 21(I) van 2005, 65(I) van 2005, 124(I) van 2005, 158(I) van 2005, 175(I) van 2006, 117(I) van 2007, 103(I) van 2008, 109(I) van 2008, 11(I) van 2009, 130(I) van 2009, 4(I) van 2010, 65(I) van 2010, 14(I) van 2011, 144(I) van 2011, 116(I) van 2012 en 18(Ι) van 2013.
In CZ: Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. Voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot het EU-recht en het recht van een lidstaat van de EU, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties, is volledige toelating tot de balie vereist. Voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties, zijn de nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap in de Tsjechische Republiek vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 34 Maatregelen:
CZ: Wet nr. 85/1996 Coll., Wet op de juridische beroepen.
In DE: Alleen advocaten met een kwalificatie van een lidstaat van de EER of Zwitserland kunnen worden toegelaten tot de balie en zijn dus gerechtigd rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht verlenen. Voor volledige toelating tot de balie is commerciële aanwezigheid vereist. De bevoegde orde van advocaten kan uitzonderingen toestaan. Buitenlandse advocaten (andere dan met een kwalificatie van een lidstaat van de EER of Zwitserland) kunnen enkel een minderheidsbelang verwerven als zij commercieel aanwezig willen zijn in de vorm van een Anwalts-GmbH of Anwalts-AG. Buitenlandse advocaten mogen rechtskundige diensten met betrekking tot buitenlands recht aanbieden wanneer zij aantonen dat zij ter zake deskundig zijn en registratie is vereist is voor rechtskundige diensten in Duitsland.
Maatregelen:
DE: § 59e, § 59f, § 206 Bundesrechtsanwaltsordnung (BRAO; Federale advocatenwet);
Gesetz über die Tätigkeit europäischer Rechtsanwälte in Deutschland (EuRAG), en
§ 10 Rechtsdienstleistungsgesetz (RDG).
In DK: Voorschriften gelden voor het verlenen van rechtskundige diensten onder de titel
"advokat" (advocaat). Voor advocatenkantoren gelden er niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. Voorts moet 90 procent van de aandelen van een Deens advocatenkantoor in handen zijn van advocaten met een Deense vergunning, van advocaten die in een lidstaat van de Europese Unie gekwalificeerd en in Denemarken geregistreerd zijn of van in Denemarken geregistreerde advocatenkantoren.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 35 Maatregelen:
DK: Lovbekendtgørelse nr. 1257 af 13. Oktober 2016 (Wet nr. 1257 van 13 oktober 2016 op het procesrecht).
In EE: Ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging in strafzaken voor de hoogste gerechtelijke instantie ("Supreme Court"). Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
EE: Advokatuuriseadus (Wet op de advocatuur);
Notariaadiseadus (Wet op het notarisambt);
Kohtutäituri seadus (Deurwaarderswet), tsiviilkohtumenetluse seadustik (Wetboek van burgerlijke rechtsvordering); halduskohtumenetluse seadus (wetboek van bestuursprocesrecht); kriminaalmenetluse seadustik (wetboek van strafvordering); en väiäirteomenetluse seadustik (wetboek van strafvordering).
In EL: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap
(commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 36 Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
EL: Nieuwe advocatenwet nr. 4194/2013
In ES: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland is vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. De bevoegde instanties kunnen ontheffing van nationaliteitsvereisten verlenen. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
ES: Estatuto General de la Abogacía Española, aprobado por Real Decreto 658/2001, artikel 13.1ª.
In FI: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en lidmaatschap van de balie zijn vereist voor het gebruik van de beroepstitel "advocaat" (in het Fins "asianajaja"; in het Zweeds "advokat"). Rechtskundige diensten, met inbegrip van diensten met betrekking tot intern Fins recht, kunnen ook worden verleend door personen die geen lid zijn van de balie.
Maatregelen:
FI: Laki asianajajista (Advocatenwet) (496/1958), ss. 1 en 3, en
Oikeudenkäymiskaari (4/1734) (Wetboek van procesrecht).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 37 In FR: Ingezetenschap of vestiging vereist voor de volledige toelating tot de balie, noodzakelijk voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot het Franse interne recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. In een advocatenkantoor dat diensten verleent met betrekking tot Frans recht of EU-recht, kan er ten aanzien van het houden van aandelen en stemrechten sprake zijn van kwantitatieve beperkingen in verband met de beroepsactiviteit van de partners. Voor vertegenwoordiging voor het "Cour de Cassation" en de "Conseil d'Etat" gelden quota's.
Maatregelen:
FR: Loi du 31 décembre 1971, artikel 56, Loi 90-1258 relative à l'exercice sous forme de société des professions libérales, Loi 90- 1259 du 31 décembre 1990, artikel 7.
In HR: Nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Bij gerechtelijke procedures waarbij internationaal recht aan de orde komt, kunnen de partijen wel door advocaten die lid zijn van de balie in hun land van herkomst, worden vertegenwoordigd voor arbitragerechten en ad-hocgerechten.
Maatregelen:
HR: Wet op de juridische beroepen (OG 9/94, 51/01, 117/08, 75/09, 18/11).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 38 In HU: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
Buitenlandse advocaten mogen juridisch advies verstrekken over het recht van het land van herkomst en internationaal recht in partnerschap met een Hongaarse advocaat of een Hongaars advocatenkantoor. Commerciële aanwezigheid moet de vorm aannemen van een personenvennootschap met een Hongaarse advocaat (ügyvéd) of een Hongaars advocatenkantoor (ügyvédi iroda).
Maatregelen:
HU: Wet XI van 1998 inzake advocaten.
In IE: Ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) is vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern Iers recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
IE: Solicitors Acts 1954-2011.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 39 In IT: Ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) is vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
IT: Koninklijk besluit 1578/1933, art. 17 van de Wet op de juridische beroepen.
In LT: (Tevens met betrekking tot meestbegunstigingsbehandeling) Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat), met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. Advocaten uit andere landen mogen uitsluitend ingevolge bilaterale overeenkomsten inzake wederzijdse rechtsbijstand als advocaat voor de gerechtelijke instanties optreden.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 40 Voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot het EU-recht en het recht van een lidstaat van de EU, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties, is volledige toelating tot de balie vereist. Voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern recht (EU-recht en recht lidstaat) kan de vereiste gelden dat commerciële aanwezigheid plaatsvindt in een van de rechtsvormen die uit hoofde van de nationale wetgeving op niet-discriminerende basis zijn toegestaan. Bepaalde rechtsvormen kunnen uitsluitend voorbehouden zijn aan advocaten die tot de balie zijn toegelaten, ook op niet-discriminerende basis. Alleen onderdanen van een lidstaat van de EER of de Zwitserse Bondsstaat kunnen worden toegelaten tot de balie en mogen derhalve rechtskundige diensten met betrekking tot het interne recht verlenen. Advocaten uit andere landen mogen uitsluitend ingevolge bilaterale overeenkomsten inzake rechtsbijstand als advocaat voor de gerechtelijke instanties optreden.
Maatregelen:
LT: Wet op de balie van de Republiek Litouwen van 18 maart 2004 nr. IX-2066, zoals laatstelijk gewijzigd op 17 november 2011 nr. XI-1688.
In LU: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap
(commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern Luxemburgs recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
De raad van de orde kan, op basis van wederkerigheid, vrijstelling verlenen van het nationaliteitsvereiste voor een buitenlands onderdaan. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 41 Maatregelen:
LU: Loi du 16 décembre 2011 modifiant la loi du 10 août 1991 sur la profession d'avocat.
In LV (tevens met betrekking tot meestbegunstigingsbehandeling): Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland is vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot Lets intern strafrecht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties. Advocaten uit andere landen mogen uitsluitend ingevolge bilaterale overeenkomsten inzake wederzijdse rechtsbijstand als advocaat voor de rechtbank optreden.
Voor advocaten uit de Europese Unie of buitenlandse advocaten gelden bijzondere eisen.
Deelname aan gerechtelijke procedures in strafzaken is bijvoorbeeld alleen toegestaan in samenwerking met een advocaat van het Letse college van beëdigde advocaten. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
LV: Wetboek van strafvordering, s. 79, en Wet op de advocatuur van de Republiek Letland, s. 4.
In MT: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap
(commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern Maltees recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 42 Maatregelen:
MT: Code of Organisation and Civil Procedure (Cap. 12).
In NL: Alleen lokaal erkende advocaten die zijn ingeschreven in het Nederlandse register mogen de titel "advocaat" gebruiken. In plaats van gebruik te maken van de volledige term "advocaat", moeten (niet-ingeschreven) buitenlandse advocaten in het kader van hun activiteiten in Nederland hun beroepsorganisatie uit hun land van herkomst vermelden.
Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
NL: Advocatenwet.
In PL: Buitenlandse advocaten mogen zich uitsluitend vestigen als geregistreerde personenvennootschap, commanditaire vennootschap of commanditaire vennootschap op aandelen.
Maatregelen:
PL: Wet van 5 juli 2002 betreffende de verlening van rechtsbijstand in de Republiek Polen door buitenlandse advocaten, artikel 19.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 43
In PT (tevens met betrekking tot meestbegunstigingsbehandeling): ingezetenschap
(commerciële aanwezigheid) is vereist voor het beoefenen van de rechtspraktijk met betrekking tot Portugees intern recht. Voor vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties is volledige toelating tot de balie vereist. Buitenlanders in het bezit van een diploma dat is afgegeven door een faculteit der rechtsgeleerdheid in Portugal, kunnen zich inschrijven bij de Portugese balie (Ordem dos Advogados), onder dezelfde voorwaarden als voor Portugese onderdanen gelden, indien hun respectieve land een op wederkerigheid berustende behandeling aan Portugese onderdanen toekent.
Andere buitenlanders die een graad in de rechten hebben behaald die door een faculteit der rechtsgeleerdheid in Portugal wordt erkend, kunnen zich inschrijven als lid van de orde van advocaten, op voorwaarde dat ze de vereiste opleiding ondergaan en de definitieve beoordeling en het toelatingsexamen met goed gevolg doorstaan. Om rechtskundige diensten te mogen verlenen, kan commerciële aanwezigheid worden verlangd in de vorm van een van de rechtsvormen die uit hoofde van de nationale wetgeving zijn toegestaan, op nietdiscriminerende basis. Alleen advocatenkantoren waarvan de aandelen uitsluitend in handen zijn van advocaten die tot de Portugese balie zijn toegelaten, mogen als zodanig in Portugal de rechtspraktijk beoefenen.
Maatregelen:
PT: Wet 15/2005, artikelen 203, 194;
Statuut Portugese balie (Estatuto da Ordem dos Advogados) en Wetsbesluit 229/2004, artikel 5, artikelen 7-9;
Wetsbesluit nr. 88/2003, artikelen 77 en 102;
Statuut van de beroepsvereniging voor solicitadores (Estatuto da Câmara dos Solicitadores), zoals gewijzigd bij Wet nr. 49/2004, bij Wet nr. 14/2006 en bij Wetsbesluit nr. 226/2008;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 44 Wet 78/2001, artikelen 31, 4;
Verordening inzake gezins- en arbeidsbemiddeling (Verordening 282/2010 i);
Wet 21/2007 inzake criminele bemiddeling, artikel 12;
Wet 32/2004 (zoals gewijzigd bij Wetsbesluit nr. 282/2007 en Wet 34/2009) inzake het beroep van curator, onder meer de artikelen 3 en 5, en onder andere, Wetsbesluit 54/2004, artikel 1 (Regime jurídico das sociedades de administradores de insolvência).
In RO: Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm. Een buitenlandse advocaat mag geen mondelinge conclusies nemen of schriftelijke conclusies indienen bij gerechtelijke instanties en andere rechterlijke entiteiten, behalve voor internationale arbitrage.
Maatregelen:
RO: Wet op de advocatuur;
Wet inzake bemiddeling, en
Wet op het notarisambt en de notariële activiteit.
In SE: Ingezetenschap van een lidstaat van de EER of Zwitserland vereist voor toelating tot de balie en gebruik van de titel "advokat".
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 45 De Raad van de Zweedse orde van advocaten kan vrijstellingen verlenen. Geen toelating tot de balie vereist voor de beoefening van Zweeds intern recht. Een lid van de Zweedse orde van advocaten kan alleen te werk worden gesteld door een lid van de balie of een onderneming die de activiteiten van een lid van de balie verricht. Niettemin mag een lid van de balie te werk worden gesteld in een buitenlandse onderneming die de activiteiten van een advocaat verricht, mits die onderneming is gevestigd in een lidstaat van de EU, de EER, of in Zwitserland. Mits de Raad van de Zweedse orde van advocaten een vrijstelling verleent, kan een lid van de Zweedse orde van advocaten ook te werk worden gesteld in een advocatenkantoor van buiten de Europese Unie. Leden van de balie die hun rechtspraktijk uitoefenen in de vorm van een onderneming of een personenvennootschap, mogen geen andere doelstelling hebben en geen andere activiteiten verrichten dan het beroep van advocaat uitoefenen. Samenwerking met andere advocatenkantoren is toegestaan, maar voor samenwerking met buitenlandse kantoren is toestemming van de Raad van de orde van advocaten vereist.
Alleen leden van de balie mogen rechtstreeks of onrechtstreeks, of via een onderneming, het beroep van advocaat uitoefenen, aandelen bezitten van de onderneming of vennoot zijn. Alleen leden mogen lid of plaatsvervangend lid van de raad van bestuur, vicedirecteur, gevolmachtigde ondertekenaar of secretaris van de onderneming of de personenvennootschap zijn.
Maatregelen:
SE: Rättegångsbalken (Zweeds Wetboek van procesrecht) (1942:740), en de op 29 augustus 2008 aangenomen gedragscode van de Zweedse balie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 46 In SI: Voor vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties tegen betaling is commerciële aanwezigheid in Slovenië vereist. Een buitenlandse advocaat die in het buitenland zijn beroep mag uitoefenen, kan rechtskundige diensten verlenen of het recht beoefenen op de voorwaarden van artikel 34 bis van de advocatenwet, mits is voldaan aan de voorwaarde van feitelijke wederkerigheid. Of aan deze laatste voorwaarde is voldaan, wordt gecontroleerd door het ministerie van Justitie. Commerciële aanwezigheid voor door de Sloveense balie aangewezen advocaten is beperkt tot uitsluitend individueel gevestigde advocaten, advocatenkantoren in de vorm van een personenvennootschap met beperkte aansprakelijkheid of advocatenkantoren met onbeperkte aansprakelijkheid (personenvennootschap). De activiteiten van advocatenkantoren zijn beperkt tot het beoefenen van de rechtspraktijk. Alleen advocaten mogen vennoot zijn in een advocatenkantoor.
Maatregelen:
SI: Zakon o odvetništvu (Neuradno prečiščeno besedilo-ZOdv-NPB2 Državnega Zbora RS z dne 21.5.2009 (Advocatenwet) niet-officiële geconsolideerde tekst van het Sloveens Parlement van 21.5.2009).
In SK: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland en ingezetenschap
(commerciële aanwezigheid) zijn vereist voor het verlenen van rechtskundige diensten met betrekking tot intern Slowaaks recht, met inbegrip van vertegenwoordiging voor gerechtelijke instanties.
Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 47 Maatregelen:
SK: Wet 586/2003 op de advocatuur, artikelen 2 en 12.
In UK: Ingezetenschap (commerciële aanwezigheid) kan worden vereist door de bevoegde beroeps- of regelgevingsinstantie voor de verlening van rechtskundige diensten met betrekking tot intern Brits recht. Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
Maatregelen:
UK: Voor Engeland en Wales, de Solicitors Act 1974, de Administration of Justice Act 1985 en de Legal Services Act 2007. Voor Schotland, de Solicitors (Scotland) Act 1980 en de Legal Services (Scotland) Act 2010. Voor Noord-Ierland, de Solicitors (Northern Ireland) Order 1976. Voorts omvatten de in elke jurisdictie toepasselijke maatregelen de door de beroeps- en regelgevingsinstanties vastgestelde eisen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 48 b) Octrooigemachtigden, industriële-eigendomgemachtigden, intellectueleeigendomadvocaten
(deel van CPC 879, 861, 8613)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG, CY, EE en LT: Vereiste van nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland voor het verlenen van diensten van octrooigemachtigden.
In DE: Alleen octrooi-advocaten met een Duitse kwalificatie kunnen worden toegelaten tot de balie en mogen aldus diensten van octrooigemachtigden verlenen in Duitsland met betrekking tot intern recht. Buitenlandse octrooi-advocaten mogen rechtskundige diensten met betrekking
tot buitenlands recht aanbieden wanneer zij aantonen dat zij ter zake deskundig zijn en registratie is vereist is voor rechtskundige diensten in Duitsland. Buitenlandse (andere dan met een kwalificatie van een lidstaat van de EER of Zwitserland) octrooiadvocaten mogen niet met nationale octrooiadvocaten gezamenlijk een kantoor oprichten.
Buitenlandse (andere dan van een lidstaat van de EER of Zwitserland) octrooiadvocaten mogen alleen in de vorm van een Patentanwalts-GmbH of een Patentanwalt-AG commercieel aanwezig zijn en kunnen alleen een minderheidsbelang verwerven.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 49
In EE, FI en HU: Ingezetenschap van een lidstaat van de EER is vereist voor het uitoefenen van diensten van octrooigemachtigden, in EE permanent ingezetenschap.
In ES en PT: Vereiste van nationaliteit van een lidstaat van de EER voor het verlenen van diensten van industriële-eigendomgemachtigden.
In IE: Ingezetenschap in een lidstaat van de EER, commerciële aanwezigheid in een lidstaat van de EER en verplichte onderwijs- en beroepskwalificaties zijn vereist voor het verlenen van diensten van octrooi- of intellectuele-eigendomadvocaten. Rechtens formeel vereist dat ten minste een van de bestuurders, vennoten, managers of werknemers van een vennootschap in Ierland is ingeschreven als octrooi- of intellectuele-eigendomsrechtadvocaat. Ad grensoverschrijdende basis vereisten van nationaliteit van een lidstaat van de EER en commerciële aanwezigheid, hoofdvestiging in een lidstaat van de EER, kwalificatie naar het recht van een lidstaat van de EER.
In SI: Houders van of aanvragers voor ingeschreven rechten (bescherming van octrooien, handelsmerken, tekeningen en modellen) die geen ingezetene van Slovenië zijn, moeten een in Slovenië ingeschreven octrooi- of een merk- en tekeningen en modellengemachtigde aanwijzen voor met name diensten in verband met procedures, kennisgevingen, enz.
Maatregelen:
BG: Artikel 4 van de Verordening voor vertegenwoordigers met betrekking tot intellectuele eigendom.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 50 CY: Advocatenwet (hoofdstuk 2), als gewijzigd bij de wetten 42 van 1961, 20 van 1963, 46 van 1970, 40 van 1975, 55 van 1978, 71 van 1981, 92 van 1983, 98 van 1984, 17 van 1985, 52 van 1985, 9 van 1989, 175 van 1991, 212 of 1991, 9(I) van 1993, 56(I) van 1993, 83(I) van 1994, 76(I) van 1995, 103(I) van 1996, 79(I) van 2000, 31(I) van 2001, 41(I) van 2002, 180(I) van 2002, 117(I) van 2003, 130(I) van 2003, 199(I) van 2004, 264(I) van 2004, 21(I) van 2005, 65(I) van 2005, 124(I) van 2005, 158(I) van 2005, 175(I) van 2006, 117(I) van 2007, 103(I) van 2008, 109(I) van 2008, 11(I) van 2009, 130(I) van 2009, 4(I) van 2010, 65(I) van 2010, 14(I) van 2011, 144(I) van 2011, 116(I) van 2012 en 18(Ι) van 2013.
DE: § 52e, § 52 f, § 154a und § 154 b Patentanwaltsordnung (PAO).
EE: Patendivoliniku seadus (Wet inzake octrooigemachtigden) § 2, § 14.
ES: Ley 11/1986, de 20 de marzo, de Patentes de Invención y Modelos de utilidad, artikelen 155-157.
FI: Tavaramerkkilaki (Wet op de handelsmerken) (7/1964);
Wet op toegelaten industriële-eigendomadvocaten (22/2014); en
Laki kasvinjalostajanoikeudesta (Wet inzake plantveredelingsrechten) 1279/2009, en
Mallioikeuslaki (Wet inzake geregistreerde tekeningen en modellen) 221/1971
HU: Wet XXXII van 1995 inzake octrooiadvocaten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 51 IE: Sections 85 en 86 van de Trade Marks Act 1996, zoals gewijzigd; Voorschrift 51 van de Trade Marks Rules 1996, zoals gewijzigd; Sections 106 en 107 van de Trade Marks Act 1992, zoals gewijzigd, en Register of Patent Agent Rules S.I. 580 of 2015.
LT: Merkenwet van 10 oktober 2000 nr. VIII-1981;
Tekeningen- en modellenwet van 7 november 2002 nr. IX-1181;
Octrooiwet van 18 januari 1994 nr. I-372;
Wet van 16 juni 1998 betreffende de rechtsbescherming van topografieën van halfgeleiderproducten, en
Verordening inzake octrooiadvocaten, goedgekeurd bij besluit nr. 362 van de regering van de Republiek Litouwen van 20 mei 1992 nr. 362 (zoals laatstelijk gewijzigd op 8 november 2004 nr. 1410).
PT: Wetsbesluit 15/95, zoals gewijzigd bij Wet nr. 17/2010, bij Portaria 1200/2010, artikel 5, en bij Portaria 239/2013; en
Wet 9/2009.
SI: Zakon o industrijski lastnini (Industrial Property Act), Uradni list RS, št. 51/06 – uradno prečiščeno besedilo in 100/13 (Staatsblad van de Republiek Slovenië, No. 51/06 – officiële geconsolideerde tekst en 100/13).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 52 c) Boekhoudkundige diensten (CPC 8621 andere dan auditdiensten, 86213, 86219 en
86220)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Overeenkomstig het recht van hun land van herkomst gekwalificeerde buitenlandse accountants en boekhouders mogen maximaal 25 % van het kapitaal en de stemrechten van een Oostenrijkse onderneming in handen hebben. De dienstverlener moet een kantoor of zetel in een lidstaat van de EER hebben (CPC 862).
In FR: Buitenlandse accountants en boekhouders moeten toestemming krijgen van de minister
van Economie, Financiën en Industrie, in overleg met de minister van Buitenlandse Zaken.
Dienstverlening is alleen mogelijk via een SEL (anonyme, à responsabilité limitée ou en
commandite par actions), een AGC (Association de gestion et comptabilité) of een SCP
(Société civile professionnelle) (CPC 86213, 86219, 86220).
In IT: Ingezetenschap of plaats van de bedrijfszetel vereist voor inschrijving in het beroepsregister, die noodzakelijk is voor het verlenen van boekhoudkundige diensten (CPC 86213, 86219, 86220).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 53
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CY: Alleen natuurlijke personen hebben toegang. Vergunningsvereiste, hiervoor wordt een onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: de werkgelegenheid in de subsector. Beroepsverenigingen (personenvennootschappen) van natuurlijke personen zijn toegestaan.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In SI: Vereiste van vestiging in de Europese Unie voor het verlenen van boekhoudkundige diensten (CPC 86213, 86219, 86220).
Maatregelen:
AT: Wirtschaftstreuhandberufsgesetz (Wet betreffende gecertificeerde accountants en auditors, BGBl. I Nr. 58/1999), § 12, § 65, § 67, § 68 (1) 4, en Bilanzbuchhaltungsgesetz (BibuG), BGBL. I Nr. 191/2013, §§ 7, 11, 28.
CY: Wet 42(I)/2009.
FR: Ordonnance 45-2138 du 19 septembre 1945, artikelen 3, 7, 7 ter, 7 quinquies, 27 en 42 bis.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 54 IT: Wetsbesluit 139/2005, en
Wet 248/2006.
SI: Wet inzake accountantscontrole (ZRev-2), staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 65/2008, Wet op de ondernemingen (ZGD-1), staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 42/2006, en Wet inzake diensten op de interne markt, staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 21/10.
-
d)Auditdiensten (CPC – 86211 en 86212 andere dan boekhoudkundige)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In EU: De bevoegde autoriteiten van een EU-lidstaat kunnen de gelijkwaardigheid van de kwalificaties van een auditor die onderdaan is van Japan of van een derde land, erkennen zodat deze kan worden toegelaten tot optreden als wettelijk auditor in de Europese Unie, op voorwaarde van wederkerigheid (CPC 8621).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In BG: Er gelden niet-discriminerende voorwaarden inzake de rechtsvorm.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 55
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In SK: Vergunningen voor het uitvoeren van audits in de Slowaakse Republiek kunnen uitsluitend worden verleend aan ondernemingen waarvan ten minste 60 % van het kapitaal of van de stemrechten in handen is van Slowaakse onderdanen of onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Overeenkomstig het recht van hun land van herkomst mogen gekwalificeerde buitenlandse auditors maximaal 25 % van het kapitaal en de stemrechten van een Oostenrijkse onderneming in handen hebben. De dienstverlener moet een kantoor of zetel in een lidstaat van de EER hebben.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 56 In DE: Auditondernemingen ("Wirtschaftsprüfungsgesellschaften") kunnen alleen rechtsvormen aannemen die binnen de Europese Unie of de EER toelaatbaar zijn. Vennootschappen onder firma en commanditaire vennootschappen kunnen als "Wirtschaftsprüfungsgesellschaften" worden erkend indien zij als handelsvennootschap ("trading partnership") in het handelsregister zijn opgenomen op basis van hun fiduciaire activiteiten, art. 27 WPO. Evenwel mogen auditors uit derde landen die overeenkomstig art. 134 WPO zijn ingeschreven, de wettelijke controles van de jaarlijkse financiële overzichten uitvoeren of de geconsolideerde financiële overzichten opstellen van ondernemingen met zetel buiten de Europese Unie, waarvan de effecten op een gereglementeerde markt worden verhandeld.
In DK: Voor het verlenen van wettelijke auditdiensten is Deense toelating als auditor vereist. Voor toelating is ingezetenschap vereist in een lidstaat van de Europese Unie of een lidstaat van de EER. Maximaal 10 % van de stemrechten in toegelaten auditkantoren en niettoegelaten auditkantoren overeenkomstig de regelgeving tot omzetting in nationaal recht van de Achtste Richtlijn 84/253/EEG i van de Raad van 10 april 1984 op de grondslag van artikel 54, lid 3, sub g), van het Verdrag inzake de wettelijke controle van boekhoudbescheiden.
In FI: Ingezetenschap vereist voor ten minste een van de auditors van een Finse vennootschap met beperkte aansprakelijkheid en voor ondernemingen die verplicht zijn een audit uit te voeren. Een auditor moet een plaatselijk erkend auditor of een plaatselijk erkend auditkantoor zijn.
In FR: Voor wettelijke controles geldt: dienstverlening mag via elke bedrijfsvorm, met uitzondering van een SNC (Société en nom collectif) of een SCS (Société en commandité simple).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 57 In HR: Auditdiensten mogen alleen worden verleend door in Kroatië gevestigde rechtspersonen of door natuurlijke personen die ingezetene van Kroatië zijn.
In SE: Alleen in Zweden toegelaten auditors en in Zweden geregistreerde auditkantoren mogen wettelijke controlediensten uitvoeren, waarbij ingezetenschap van een lidstaat van de EER of Zwitserland is vereist. De titels "toegelaten auditor" en "erkend auditor" mogen alleen worden gebruikt door auditors die zijn toegelaten of erkend in Zweden. Auditors van coöperatieve verenigingen of bepaalde andere ondernemingen die niet gecertificeerde of toegelaten accountant zijn, moeten ingezetene van de EER zijn; tenzij de overheid of een door de overheid aangewezen instantie in een specifiek geval anders toestaat.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In ES: Wettelijke auditors moeten de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie hebben. Dit voorbehoud is niet van toepassing op de audits van ondernemingen van buiten de Europese Unie die op een Spaanse gereglementeerde markt zijn genoteerd.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 58 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CY: Alleen natuurlijke personen hebben toegang. Vergunningsvereiste, hiervoor wordt een onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: de werkgelegenheid in de subsector. Beroepsverenigingen (personenvennootschappen) van natuurlijke personen zijn toegestaan.
In PL: Voor het verlenen van auditdiensten is vestiging in de Europese Unie vereist.
Vereisten inzake de rechtsvorm.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In BE: Vereiste van vestiging in België waar de beroepsactiviteit zal plaatsvinden en waar daarmee verband houdende handelingen, documenten en correspondentie plaatsvinden, en vereiste dat ten minste één administrateur of manager van de vestiging toegelaten auditor is.
In SI: Commerciële aanwezigheid vereist. Een auditkantoor van een derde land mag aandelen hebben in of een partnerschap vormen met een Sloveens auditkantoor, op voorwaarde dat op grond van de wetgeving van dat derde land het omgekeerde is toegestaan aan Sloveense auditkantoren in dat land. Ten minste één lid van de raad van bestuur van een in Slovenië gevestigd auditkantoor moet permanent ingezetene van Slovenië zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 59 Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In IT: Ingezetenschap vereist voor het verlenen van auditdiensten door natuurlijke personen.
In LT: Vestiging in de EER vereist voor het verlenen van auditdiensten.
Maatregelen:
EU: Richtlijn 2013/34 i/EU van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van Richtlijn 2006/43/EG i van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijnen 78/660/EEG i en 83/349/EEG, en
Richtlijn 2006/43/EG i betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen.
AT: Wirtschaftstreuhandberufsgesetz (Wet betreffende gecertificeerde accountants en auditors, BGBl. I Nr. 58/1999), § 12, § 65, § 67, § 68 (1) 4.
BE: Wet van 22 juli 1953, houdende oprichting van een Instituut van de Bedrijfsrevisoren en tot organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007.
BG: Wet inzake onafhankelijke financiële audits.
CY: Wet inzake auditors en verplichte controle van de jaarrekeningen en de geconsolideerde jaarrekeningen van 2009 (Wet 42(I)/2009), zoals gewijzigd bij Wet 163(I) van 2013.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 60 DE: Handelsgesetzbuch, HGB (Handelswetboek), en Wirtschaftsprüferordnung, WPO, (Wet betreffende gecertificeerde accountants).
DK: Revisorloven (Deense Wet inzake erkende auditors en auditkantoren), Wet nr. 468 van 17 juni 2008.
ES: Ley 22/2015, de 20 de julio, de Auditoría de Cuentas (nieuwe wet inzake accountantscontrole: Wet 22/2015 inzake accountantscontrole).
FI: Tilintarkastuslaki (Wet inzake audits) (459/2007), de sectorale wet- en regelgeving schrijft het gebruik van lokaal toegelaten auditors voor.
FR: Ordonnance 45-2138 du 19 septembre 1945, artikelen 3, 7, 7 ter, 7 quinquies, 27 en 42 bis.
HR: Wet inzake accountantscontrole (OG 146/05, 139/08, 144/12), artikel 3.
IT: Wetsbesluit 58/1998, artikelen 155, 158 en 161;
Decreet 99/1998 van de president van de republiek, en
Wetsbesluit 39/2010, artikel 2.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 61 LT: Wet inzake accountantscontrole van 15 juni 1999 nr. VIII -1227 (een nieuwe versie van 3 juli 2008 nr. X-1676).
PL: Wet van 11 mei 2017 betreffende wettelijke auditors, auditkantoren en overheidstoezicht - Pools staatsblad nr. 2017, punt 1089.
SE: Revisorslagen (Wet betreffende auditors) (2001:883);
Revisionslag (Wet inzake accountantscontrole) (1999:1079);
Aktiebolagslagen (Vennootschapswet) (2005:551);
Lag om ekonomiska föreningar (Wet op coöperatieve economische verenigingen) (1987:667), en andere, waarin de voorwaarden om gebruik te maken van toegelaten auditors zijn geregeld.
SI: Wet inzake accountantscontrole (ZRev-2), staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 65/2008, en
Wet op de ondernemingen (ZGD-1), staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 42/2006.
SK: Wet nr. 423/2015 inzake wettelijke accountantscontroles.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 62 e) Diensten van belastingconsulenten (CPC 863, met uitzondering van rechtskundig advies
en rechtskundige vertegenwoordiging in belastingaangelegenheden, die als rechtskundige diensten moeten worden beschouwd)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Maximaal 25 % van het kapitaal en de stemrechten van een Oostenrijkse onderneming
mag in handen zijn van naar het recht van hun land van herkomst gekwalificeerde
buitenlandse belastingadviseurs. De dienstverlener moet een kantoor of zetel in een lidstaat
van de EER hebben.
In BG: Belastingadviseurs moeten de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie hebben.
In CY: Alleen natuurlijke personen hebben toegang. Vergunningsvereiste, hiervoor wordt een
onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: de
werkgelegenheid in de subsector. Beroepsverenigingen (personenvennootschappen) van
natuurlijke personen zijn toegestaan.
In FR: Dienstverlening mag uitsluitend via een SEL (anonyme, à responsabilité limitée ou en commandite par actions) of een SCP (Société civile professionnelle) geschieden.
In IT: Ingezetenschap vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 63
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In HU: Ingezetenschap van een lidstaat van de EER vereist voor het verlenen van belastingadviesdiensten voor zover verleend door een natuurlijke persoon die zich op het grondgebied van Hongarije bevindt.
Maatregelen:
AT: Wirtschaftstreuhandberufsgesetz (Wet betreffende gecertificeerde accountants en auditors, BGBl. I Nr. 58/1999), § 12, § 65, § 67, § 68 (1) 4.
BG: Wet op de financiële administratie;
Wet inzake onafhankelijke financiële audits;
Wet op de inkomstenbelasting voor natuurlijke personen, en
Wet op de vennootschapsbelasting.
CY: Wet 42(I)/2009.
FR: Ordonnance 45-2138 du 19 septembre 1945, artikelen 3, 7, 7 ter, 7 quinquies, 27 en 42 bis.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 64
HU: Wet XCII van 2003 betreffende de voorschriften inzake belastingheffing, en Decreet nr. 45/2017 van de minister van Nationale Economie betreffende de registratie en de opleiding en nascholing van belastingadviseurs, belastingdeskundigen en beëdigde belastingdeskundigen.
IT: Wetsbesluit 139/2005, en Wet 248/2006.
-
f)Diensten van architecten en stedenbouwkundigen, diensten van ingenieurs en geïntegreerde diensten van ingenieurs (CPC 8671, 8672, 8673, 8674)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In FR: Een architect mag zich alleen in Frankrijk vestigen om architectuurdiensten te verlenen onder een van de volgende rechtsvormen (op niet-discriminerende basis): SA en SARL ("sociétés anonymes, à responsabilité limitée"), EURL ("Entreprise unipersonnelle à responsabilité limitée"), SCP ("en commandite par actions"), SCOP ("Société coopérative et participative"), SELARL ("société d'exercice libéral à responsabilité limitée"), SELAFA ("société d'exercice libéral à forme anonyme"), SELAS ("société d'exercice libéral") of SAS ("Société par actions simplifiée"), of als individu of vennoot in een architectenbureau (CPC 8671).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 65
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Voor bouwkundige of technische projecten van nationaal of regionaal belang moeten buitenlandse investeerders werken in partnerschap met of als onderaannemers van lokale investeerders (CPC 8671, 8672, 8673). Buitenlandse specialisten moeten minstens twee jaar bouwkundige ervaring hebben. Nationaliteit van een lidstaat van de EER vereist voor het verlenen van diensten van stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten (CPC 8674).
In CY: Nationaliteits- en ingezetenschapsvereiste voor het verlenen van diensten van architecten en stedenbouwkundigen, alsmede diensten van ingenieurs en geïntegreerde diensten van ingenieurs (CPC 8671, 8672, 8673, 8674).
In HU: Ingezetenschap van een lidstaat van de EER vereist voor het verlenen van de volgende diensten voor zover verleend door een natuurlijke persoon die zich op het grondgebied van Hongarije bevindt: diensten van architecten, diensten van ingenieurs (alleen van toepassing op afgestudeerde stagiairs), geïntegreerde diensten van ingenieurs en diensten van landschapsarchitecten (CPC 8671, 8672, 8673 en 8674).
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In CZ: Ingezetenschap in een lidstaat van de EER vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 66 In HR: Een ontwerp of een project van een buitenlands architect, ingenieur of stedenbouwkundige moet worden goedgekeurd door een bevoegde natuurlijke of rechtspersoon in Kroatië met het oog op naleving van de Kroatische wetgeving (CPC 8671, 8672, 8673, 8674).
In IT: Ingezetenschap of professionele domicilie/plaats van de bedrijfszetel in Italië is vereist voor inschrijving in het beroepsregister, die noodzakelijk is voor het verlenen van diensten van architecten en ingenieurs (CPC 8672, 8673, 8674).
In SK: Ingezetenschap in een lidstaat van de EER is vereist voor inschrijving bij de beroepsvereniging, die noodzakelijk is voor het verlenen van diensten van architecten en ingenieurs (CPC 8672, 8673, 8674).
Met betrekking tot grensoverschrijdende handel in diensten –nationale behandeling:
In BE: het verlenen van diensten van architecten omvat de controle op de uitvoering van de werken (CPC 8671, 8674). Buitenlandse architecten met een vergunning in hun gastland die hun beroep incidenteel in België willen uitoefenen, moeten voorafgaande toestemming krijgen van de Raad van de Orde van Architecten in het geografische gebied waar zij hun activiteit wensen uit te oefenen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 67 Maatregelen:
BE: Wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect, en
Wet van 26 juni 1963 tot invoering van het Reglement van beroepsplichten van
16 december 1983 voor de orde van architecten, die is vastgesteld door de Nationale Raad van de Orde van Architecten (goedgekeurd bij art. 1 KB van 18 april 1985, MB van 8 mei 1985).
BG: Wet op de ruimtelijke ontwikkeling;
Wet op de Kamer van Bouwnijverheid, en
Wet op de kamers van architecten en ingenieurs voor projectontwikkeling.
CY: Wet 41/1962,
Wet 224/1990, en
Wet 29(i)2001.
CZ: Wet nr. 360/1992 Coll. inzake de praktijk van het beroep van toegelaten architecten en toegelaten ingenieurs en technici die werkzaam zijn op het gebied van bouwkundige constructies.
FR: Loi 90-1258 relative à l'exercice sous forme de société des professions libérales;
Décret 95-129 du 2 février 1995 relatif à l'exercice en commun de la profession d'architecte sous forme de société en participation;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 68 Décret 92-619 du 6 juillet 1992 relatif à l'exercice en commun de la profession d'architecte sous forme de société d'exercice libéral à responsabilité limitée SELARL, société d'exercice libéral à forme anonyme SELAFA, société d'exercice libéral en commandite par actions SELCA, en
Loi 77-2 du 3 janvier 1977, artikelen 12, 13 en 14.
HR: Wet inzake de activiteiten van architecten en ingenieurs op het gebied van ruimtelijke ordening en bouw (OG 152/08, 49/11, 25/13), en
Wet inzake fysieke Planning van 12 december 2013 (011-01/13-01/291).
HU: Wet LVIII van 1996 betreffende de beroepsverenigingen van architecten en ingenieurs.
IT: Koninklijk besluit 2537/1925, regelgeving betreffende het beroep van architect en ingenieur; Wet 1395/1923, en
Decreet van de president van de republiek (D.P.R.) 328/2001.
SK: Wet 138/1992 betreffende architecten en ingenieurs, artikelen 3, 15, 15a, 17a en 18a.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 69 Voorbehoud nr. 3 — Vrije beroepen (gezondheidszorg en detailhandel in geneesmiddelen) Sector – subsector: Vrije beroepen - medisch en (psychologen daaronder begrepen) en
tandheelkundig; verpleegkundigen, fysiotherapeuten en paramedisch
personeel; veterinaire diensten; detailhandel in geneesmiddelen,
medische en orthopedische goederen en andere door apothekers
verleende diensten
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 9312, 93191, 932, 63211
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 70
Omschrijving:
-
a)Medische en tandheelkundige diensten, diensten van verloskundigen, verpleegkundigen, fysiotherapeuten en paramedisch personeel (CPC 852, 9312, 93191)
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In IT: Nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie vereist voor de diensten van psychologen, aan buitenlandse beroepsbeoefenaren kan op basis van wederkerigheid worden toegestaan dat zij hun beroep uitoefenen (deel van CPC 9312).
Maatregelen: IT: Wet 56/1989 betreffende het beroep van psycholoog.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CY: Cypriotische nationaliteit en ingezetenschap zijn vereist voor artsen, tandartsen, verloskundigen, verpleegkundigen, fysiotherapeuten en paramedisch personeel.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 71
Maatregelen:
CY: Wet op de registratie van artsen (hoofdstuk 250);
Wet op de registratie van tandartsen (hoofdstuk 249);
Wet 75(I)/2013 –Podologen;
Wet 33 (I)/2008 -Medische fysica;
Wet 34 (I)/2006 - Ergotherapeuten;
Wet 9 (I)/1996 -Tandtechnici;
Law 68(I)/1995 –Psychologen;
Wet 16(I)/1992; Wet 23(I)/2011 -Radiologen/Radiotherapeuten;
Law 31(I)/1996 -Diëtisten/Voedingsdeskundigen;
Wet 140/1989 –Fysiotherapeuten, en
Wet 214/1988 –Verpleegkundigen.
In DE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Voor inschrijving in het beroepsregister kunnen geografische beperkingen worden opgelegd, die zowel op onderdanen als op nietonderdanen van toepassing zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 72 Artsen (psychologen, psychotherapeuten en tandartsen daaronder begrepen) moeten zich inschrijven bij de regionale verenigingen voor artsen en tandartsen van de wettelijke ziektekostenverzekering ("kassenärztliche" of "kassenzahnärztliche Vereinigungen") als zij patiënten wensen te behandelen die door de wettelijke ziekenfondsen zijn verzekerd. Deze inschrijving kan onderworpen zijn aan kwantitatieve beperkingen op basis van de regionale spreiding van de artsen. Voor tandartsen geldt deze beperking niet. Inschrijving is alleen noodzakelijk voor artsen die werken in het openbare stelsel van gezondheidszorg. Er kunnen niet-discriminerende beperkingen bestaan ten aanzien van de rechtsvorm die vereist is om deze diensten te mogen verlenen (§ 95 SGB V).
Voor artsen, tandartsen en verloskundigen is de toegang beperkt tot natuurlijke personen.
Daarnaast kunnen vestigingseisen gelden.
Telegeneeskunde is alleen toegestaan bij primaire behandelingen waarbij een arts voordien fysiek aanwezig is geweest. Het aantal ICT-aanbieders (informatie- en communicatietechnologie) kan worden beperkt om interoperabiliteit, compatibiliteit en de noodzakelijke veiligheidsnormen te waarborgen. Dit wordt op niet-discriminerende wijze toegepast (CPC 9312, 93191).
Maatregelen:
Bundesärzteordnung (Federale Geneeskunderegelgeving);
Gesetz über die Ausübung der Zahnheilkunde;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 73 Gesetz über die Berufe des Psychologischen Psychotherapeuten und des Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Wet op de psychotherapeutische behandelingen van 16 juli 1998);
Gesetz über die berufsmäßige Ausübung der Heilkunde ohne Bestallung;
Gesetz über den Beruf der Hebamme und des Entbindungspflegers;
Gesetz über die Berufe in der Krankenpflege;
§ 7 Absatz 3 Musterberufordnung fuer Aerzte (Duitse Modelberoepswet voor artsen);
§ 95,§ 99 en seq. SGB V (Wetboek sociale zekerheid nr. V), wettelijke gezondheidsverzekering;
§ 1, leden 2 en 5, Hebammengesetz (Wetboek inzake vroedvrouwen), § 291b SGB V
(Wetboek sociale zekerheid nr. V) betreffende e-gezondheidszorgverstrekkers;
Heilberufekammergesetz des Landes Baden-Württemberg in der Fassung vom 16. 03. 1995, GBl. BW van 17.05.1995 S. 314);
Gesetz über die Berufsausübung, die Berufsvertretungen und die Berufsgerichtsbarkeit der
Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker sowie der Psychologischen Psychotherapeuten und der Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Heilberufe-Kammergesetz - HKaG) in Bayern van 06.02.2002 (BAY GVBl 2002, blz. 42);
Gesetz über die Kammern und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Apotheker,
Psychologischen Psychotherapeuten und Kinder- und Jugendpsychotherapeuten (Berliner
Kammergesetz) van 04.09.1978 (Berliner GVBl. blz 1937, rev. blz. 1980);
§ 31 Heilberufsgesetz Brandenburg (HeilBerG) van 28.04.2003;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 74 Bremisches Gesetz über die Berufsvertretung, die Berufsausübung, die Weiterbildung und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Psychotherapeuten, Tierärzte und Apotheker (Heilberufsgesetz - HeilBerG) van 12.05.2005;
§ 29 Heilberufsgesetz (HeilBG NRW) van 09.05.2000;
§ 20 Heilberufsgesetz (HeilBG Rheinland-Pfalz) van 07.02.2003;
Gesetz über Berufsausübung, Berufsvertretungen und Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte,
Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker sowie der Psychologischen Psychotherapeuten und der
Kinder und Jugendlichenpsychotherapeuten im Freistaat (Sächsisches
Heilberufekammergesetz – SächsHKaG) van 24.05.1994 (SächsGVBl. blz. 935);
Gesetz über die öffentliche Berufsvertretung, die Berufspflichten, die Weiterbildung und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte/ Ärztinnen, Zahnärzte/ Zahnärztinnen, psychologischen Psychotherapeuten/ Psychotherapeutinnen und Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten/- psychotherapeutinnen, Tierärzte/Tierärztinnen und Apotheker/Apothekerinnen im Saarland (Saarländisches Heilberufekammergesetz - SHKG) van 19.11.2007, en Thüringer Heilberufegesetz van 29 januari 2002 (GVBl 2002, 125).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 75 b) Veterinaire diensten (CPC 932)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling:
In PL: Om in Polen het beroep van dierenarts te mogen uitoefenen, moeten onderdanen van landen buiten de Europese Unie een examen in de Poolse taal afleggen, dat wordt georganiseerd door de Poolse kamer van dierenartsen.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In FR: Nationaliteit van een lidstaat van de EER is vereist voor de verlening van veterinaire diensten, maar van het nationaliteitsvereiste kan worden afgeweken op voorwaarde van wederkerigheid. De rechtsvormen die zijn toegestaan voor een onderneming die veterinaire diensten verleent, zijn beperkt tot drie vennootschapsvormen (SEP (Société en participation); SCP (Société civile professionnelle); en SEL (Société d'exercice liberal).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en
grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CY: Nationaliteits- en ingezetenschapsvereiste voor het verlenen van veterinaire diensten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 76
In EL: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland vereist voor het verlenen van veterinaire diensten.
In ES: Lidmaatschap van de beroepsvereniging is vereist voor de uitoefening van het beroep, en vereist de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie, waarvoor ontheffing kan worden verleend door middel van een bilaterale overeenkomst terzake. Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen.
In HR: Alleen natuurlijke en rechtspersonen die zijn gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie met het oog op het verlenen van veterinaire diensten, mogen grensoverschrijdende veterinaire diensten in de Republiek Kroatië verlenen. Alleen onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie mogen een dierenartsenpraktijk in de Republiek Kroatië vestigen.
In HU: De nationaliteit van een lidstaat van de EER is vereist voor lidmaatschap van de
Hongaarse kamer van dierenartsen, dat noodzakelijk is voor het verlenen van veterinaire diensten. Voor vestigingsvergunningen wordt een onderzoek naar de economische behoefte verricht. Belangrijkste criteria: arbeidsmarktomstandigheden in de sector.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CZ: Fysieke aanwezigheid op het grondgebied vereist voor het verlenen van veterinaire diensten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 77 In DE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen. Telegeneeskunde is alleen toegestaan bij primaire behandelingen waarbij een dierenarts voordien fysiek aanwezig is geweest.
In DK en NL: Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen.
In IE: Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen of personenvennootschappen.
In IT en PT: Ingezetenschap vereist voor het verlenen van veterinaire diensten.
In LV: Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen.
In SI: Alleen natuurlijke en rechtspersonen die in een lidstaat van de Europese Unie zijn gevestigd zijn gevestigd om diensten van dierenartsen te verlenen, kunnen grensoverschrijdende veterinaire diensten in de Republiek Slovenië verlenen.
In SK: Ingezetenschap in een lidstaat van de EER is vereist voor registratie bij de beroepsvereniging, die noodzakelijk is voor het uitoefenen van het beroep. Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 78 In UK: Wat het verlenen van veterinaire diensten betreft, is de toegang beperkt tot natuurlijke personen of personenvennootschappen. Voor het verlenen van diergeneeskundige diensten is fysieke aanwezigheid vereist. Het beoefenen van de diergeneeskundige praktijk is voorbehouden aan dierenartsen die lid zijn van het Royal College of Veterinary Surgeons (RCVS).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In AT: Alleen onderdanen van een lidstaat van de EER mogen veterinaire diensten verlenen. Van het nationaliteitsvereiste wordt voor de onderdanen van een land dat geen lidstaat van de EER is, afgeweken op voorwaarde dat er een EU-overeenkomst met dat land bestaat waarin is voorzien in nationale behandeling met betrekking tot investeringen en grensoverschrijdende handel in veterinaire diensten.
Maatregelen:
AT: Tierärztegesetz (Wet op de diergeneeskunde), BGBl. Nr. 16/1975, §3 (2) (3).
CY: Wet 169/1990.
CZ: Wet nr. 166/1999 Coll. (Wet op de diergeneeskunde), § 58-63, 39, en
Wet nr. 381/1991 Coll. (betreffende de kamer van dierenartsen van de Tsjechische
Republiek), artikel ("paragraph") 4.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 79 DE: Bondscode voor dierenartsen (Bundes- Tierärzteordnung in der Fassung der Bekanntmachung vom 20. November 1981 (BGBl. I S. 1193)). Regionaal niveau:
Wetten inzake de adviesraden voor de medische beroepen van de Länder (Heilberufs- und Kammergesetze der Länder) en (hierop gebaseerd) Baden-Württemberg, Gesetz über das Berufsrecht und die Kammern der Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker, Psychologischen Psychotherapeuten sowie der Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Heilberufe Kammergesetz — HBKG) in der Fassung vom 16.03.1995. Bayern, Gesetz über die Berufsausübung, die Berufsvertretungen und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker sowie der Psychologischen Psychotherapeuten und der Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Heilberufe Kammergesetz - HKaG) in der Fassung der Bekanntmachung vom 06.02.2002; Berlin, Gesetz über die Kammern und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker, Psychologischen Psychotherapeuten und Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Berliner Kammergesetz) in der Fassung vom 04.091978 (GVBl. blz. 1937);
Brandenburg, Heilberufsgesetz (HeilBerG) vom 28.04.2003 (GVBl.I/03, Nr. 07, S.126);
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 80 Bremen, Gesetz über die Berufsvertretung, die Berufsausübung, die Weiterbildung und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Psychotherapeuten, Tierärzte und Apotheker (Heilberufsgesetz - HeilBerG) vom 12.05.2005, (Brem.GBl. S. 149); Hamburg, Hamburgisches Kammergesetz für die Heilberufe (HmbKGH) vom 14.12.2005 zum Ausgangs- oder Titeldokument (HmbGVBl. 2005, S. 495); Hessen, Gesetz über die Berufsvertretungen, die Berufsausübung, die Weiterbildung und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker, Psychologischen Psychotherapeuten und Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten (Heilberufsgesetz) in der Fassung vom 07.02.2003;
Mecklenburg-Vorpommern, Heilberufsgesetz (HeilBerG) vom 22.01.1993 (GVOBl. M-V
1993, S. 62);
Niedersachsen, Kammergesetz für die Heilberufe (HKG) in der Fassung vom 08.12.2000;
Nordrhein-Westfalen, Heilberufsgesetz NRW (HeilBerg) vom 9. Mai 2000 (GV. NRW. 2000 S. 403ff.);
Rheinland-Pfalz, Heilberufsgesetz (HeilBG) vom 20.10.1978;
Saarland, Gesetz Nr. 1405 über die öffentliche Berufsvertretung, die Berufspflichten, die
Weiterbildung und die Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte/Ärztinnen, Zahnärzte/Zahnärztinnen, Tierärzte/Tierärztinnen und Apotheker/Apothekerinnen im Saarland (Saarländisches Heilberufekammergesetz - SHKG) vom 11.03.1998;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 81 Sachsen, Gesetz über Berufsausübung, Berufsvertretungen und Berufsgerichtsbarkeit der Ärzte, Zahnärzte, Tierärzte, Apotheker sowie der Psychologischen Psychotherapeuten und der Kinder- und Jugendlichenpsychotherapeuten im Freistaat Sachsen (Sächsisches Heilberufekammergesetz – SächsHKaG) vom 24.05.1994; Sachsen-Anhalt, Gesetz über die Kammern für Heilberufe Sachsen-Anhalt (KGHB-LSA) vom 13.07.1994 (GVBl. LSA 1994, S. 832);
Schleswig-Holstein, Gesetz über die Kammern und die Berufsgerichtsbarkeit für die
Heilberufe (Heilberufekammergesetz - HBKG) vom 29. Februar 1996,
Thüringen, Thüringer Heilberufegesetz (ThürHeilBG) in der Fassung der Bekanntmachung vom 29.01.2002 (GVBl 2002, S. 125); en
Professionele gedragscodes van de raden voor dierenartsen (Berufsordnungen der Kammern).
DK: Wet nr. 1149 van 12 september 2015 betreffende dierenartsen.
EL: Presidentieel decreet 38/2010, Ministerieel besluit 165261/IA/2010 (Grieks staatsblad
2157/B).
ES: Real Decreto 126/2013, de 22 de febrero, por el que se aprueban los Estatutos Generales de la Organización Colegial Veterinaria Española; artikelen 62 en 64.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 82 FR: Code rural et de la pêche maritime: artikelen L241-1; L241-2; L241-2-1.
HR: Wet op de veterinaire diensten (OG 41/07, 55/11), artikelen 89, 106.
HU: Wet CXXVII van 2012 betreffende de Hongaarse kamer van dierenartsen en de voorwaarden voor de verlening van veterinaire diensten.
IE: Veterinary Practice Act 2005.
IT: Wetsbesluit C.P.S. 233/1946, artikelen 7-9, en
Decreet van de president van de republiek (DPR) 221/1950, artikel ("paragraph") 7.
LV: Wet op de diergeneeskunde.
NL: Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde 1990 (WUD).
PL: Wet van 21 december 1990 op het beroep van dierenarts en kamers van dierenartsen.
PT: Wetsbesluit 368/91 (Statuut van de beroepsvereniging voor diergeneeskunde).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 83
SI: Pravilnik o priznavanju poklicnih kvalifikacij veterinarjev (Voorschriften betreffende de
erkenning van beroepskwalificaties van dierenartsen), Uradni list RS, št. (Staatsblad nr.)
71/2008, 7/2011, 59/2014 in 21/2016, Wet betreffende diensten op de internationale markt,
Sloveens Staatsblad No 21/2010.
SK: Wet 442/2004 op particuliere dierenartsen en de kamer van dierenartsen, artikel 2.
UK: Wet op de dierenartsen (1966).
-
c)Detailhandel in geneesmiddelen, medische en orthopedische artikelen en andere door apothekers verleende diensten (CPC 63211)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur:
In AT: De detailhandel in geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek is voorbehouden aan apotheken. Voor het exploiteren van een apotheek is de nationaliteit van een lidstaat van de EER of de Zwitserse Bondsstaat vereist. Voor het huren en beheren van een apotheek is de nationaliteit van een lidstaat van de EER of de Zwitserse Bondsstaat vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 84
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In EL: Nationaliteit van een lidstaat van de EER vereist voor de exploitatie van een apotheek.
In FR: Nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland vereist voor de exploitatie van een apotheek. Aan buitenlandse apothekers kan binnen jaarlijks vastgestelde quota de toestemming worden gegeven zich te vestigen
In HU: Voor de exploitatie van een apotheek is de nationaliteit van een EER-lidstaat vereist.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CY: Nationaliteitsvereiste voor de detailhandel in geneesmiddelen, medische en orthopedische artikelen en voor andere door apothekers verleende diensten (CPC 63211).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 85 In DE: Voor een vergunning om zich als apotheker te vestigen of een apotheek te openen voor de detailhandel in voor het grote publiek bestemde geneesmiddelen en bepaalde medische artikelen is ingezetenschap vereist. Onderdanen van andere landen of personen die het Duitse apothekersexamen niet hebben afgelegd, kunnen alleen een vergunning verkrijgen voor de overname van een apotheek die in de voorgaande drie jaren reeds bestond. Het totale aantal apotheken per persoon is beperkt tot een apotheek en ten hoogste drie filialen. Alleen natuurlijke personen mogen detailhandelsdiensten op het gebied van geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek verlenen.
In EL: Alleen natuurlijke personen die erkend apotheker zijn en door erkende apothekers opgerichte bedrijven mogen detailhandelsdiensten op het gebied van geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek verlenen.
In FR: Het openen van een apotheek is vergunningsplichtig en commerciële aanwezigheid, met inbegrip van verkoop op afstand van geneesmiddelen aan het publiek door middel van diensten van de informatiemaatschappij, moet geschieden in een van de rechtsvormen die zijn toegestaan volgens het nationale recht op niet-discriminerende basis: uitsluitend "anonyme, à responsabilité limitée ou en commandite par actions (SEL), société en noms collectifs (SNC) of SARL".
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 86 In IT: De uitoefening van het beroep is alleen mogelijk voor natuurlijke personen die zijn ingeschreven in het register, en voor rechtspersonen in de vorm van personenvennootschappen, waarbij iedere vennoot van de onderneming een geregistreerd apotheker moet zijn. Voor inschrijving in het beroepsregister van apothekers is de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie of ingezetenschap alsmede de uitoefening van het beroep in Italië vereist. Buitenlanders die over de nodige kwalificaties beschikken, kunnen zich laten inschrijven als zij onderdanen zijn van een land waarmee Italië een aparte overeenkomst heeft waarin de uitoefening van het beroep wordt toegestaan onder voorwaarde van wederkerigheid (D. Lgsl. CPS 233/1946 artikelen. 7-9 en D.P.R. 221/1950, punten ("paragraphs") 3 en 7). Nieuwe apotheken of opnieuw geopende apotheken worden toegestaan na afloop van een openbare aanbesteding. Alleen onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie die zijn ingeschreven in het register van de beroepsorganisatie van apothekers ("albo") kunnen deelnemen aan dergelijke openbare aanbestedingen.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In ES: Alleen natuurlijke personen met een apothekersvergunning mogen detailhandelsdiensten op het gebied van geneesmiddelen en specifieke medische goederen aan het grote publiek verlenen. Elke apotheker kan maximaal één vergunning verkrijgen.
In ES, HR, HU, IT en PT: Voor de verlening van een vestigingsvergunning wordt een onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: bevolkingssituatie en geografische concentratie in het gebied.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 87 In LU: Alleen natuurlijke personen mogen detailhandelsdiensten op het gebied van geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek verlenen.
In MT: Apothekersvergunningen worden afgegeven onder specifieke beperkingen. Niemand mag in eenzelfde stad of dorp meer dan één vergunning hebben op zijn naam (Verordening 5(1) van de Pharmacy Licence Regulations (LN279/07 i)), behalve wanneer er geen andere aanvragen voor die stad of dat dorp zijn (Verordening 5(2) van de Pharmacy Licence Regulations (LN279/07 i)).
In PT: Wat betreft commerciële ondernemingen waarvan het kapitaal is verdeeld in aandelen, moeten deze aandelen op naam zijn. Niemand mag tegelijkertijd, rechtstreeks of onrechtstreeks, eigenaar zijn van meer dan vier apotheken of meer dan vier apotheken exploiteren of beheren.
In SI: Het netwerk van farmaceutische diensten in Slovenië bestaat uit overheidsapotheken, die in handen zijn van gemeenten, en particuliere apotheken met een vergunning (die voor het grootste deel in handen moeten zijn van een erkende apotheker). Postorderverkoop van geneesmiddelen waarvoor een recept vereist is, is verboden.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 88 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling:
In LV: Om een zelfstandige apotheek te beginnen, moet een buitenlandse apotheker of apothekersassistent met een opleiding uit een land dat geen lidstaat is van de Europese Unie of de EER, ten minste een jaar in een apotheek werken onder toezicht van een apotheker.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG en EE: De detailhandel in geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek is voorbehouden aan apotheken.
In BG: De postorderverkoop van geneesmiddelen is verboden. Vereiste van permanent ingezetenschap voor apothekers. De beheerders van apotheken moeten gekwalificeerde apothekers zijn en mogen slechts één apotheek beheren: die waarin zij zelf werken. Er bestaat een quotum voor het aantal apotheken dat eigendom kan zijn van dezelfde persoon.
In EE: Postorderverkoop van geneesmiddelen en de levering van via internet bestelde geneesmiddelen per post of via koeriersdiensten is verboden. Voor de verlening van een vestigingsvergunning wordt een onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: geografische concentratie in het gebied.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 89 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In SK: Voor een vergunning om zich als apotheker te vestigen of een apotheek te openen voor de detailhandel in voor het grote publiek bestemde geneesmiddelen en bepaalde medische artikelen is ingezetenschap vereist.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In DK: Alleen natuurlijke personen aan wie door de Deense Autoriteit voor gezondheidszorg en geneesmiddelen een apothekersvergunning is verleend, mogen detailhandelsdiensten op het gebied van geneesmiddelen en specifieke medische artikelen aan het grote publiek verlenen.
Maatregelen:
AT: Apothekengesetz (Wet op de apotheken), RGBl. nr. 5/1907 zoals gewijzigd, §§ 3, 4, 12; Arzneimittelgesetz (Wet op de geneesmiddelen), BGBl. Nr. 185/1983 zoals gewijzigd, §§ 57, 59, 59a, en
Medizinproduktegesetz (Wet op medische producten), BGBl. Nr. 657/1996 zoals gewijzigd, § 99.
BG: Wet op geneesmiddelen voor menselijke geneeskunde, artikelen 146, 161, 195, 222, 228.
CY: Wet op farmaceutische producten en op vergifstoffen (hoofdstuk 254).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 90 DE: § 2, lid 2, § 11a Apothekengesetz (Duitse Apothekenwet); §§ 43, par. 1, 73 paragraph 1 Nr. 1a, Arzneimittelgesetz (Duitse geneesmiddelenwet), en § 11 Abs. 2 und 3 Medizinproduktegesetz, Verordnung zur Regelung der Abgabe von Medizinprodukten.
DK: Apotekerloven (Deense apothekenwet) LBK nr. 1040 03/09/2014.
EE: Ravimiseadus (Geneesmiddelenwet), RT I 2005, 2, 4; § 29 (2), en Tervishoiuteenuse korraldamise seadus (Wet op de organisatie van diensten in verband met de gezondheidszorg, RT I 2001, 50, 284).
EL: Wet 5607/1932, zoals gewijzigd bij de wetten 1963/1991 en 3918/2011.
ES: Ley 16/1997, de 25 de abril, de regulación de servicios de las oficinas de farmacia
(Wet 16/1997 van 25 april tot regeling van diensten in apotheken), artikel 2 en artikel 3.1, en Real Decreto Legislativo 1/2015, de 24 de julio por el que se aprueba el Texto refundido de la Ley de garantías y uso racional de los medicamentos y productos sanitarios (Ley 29/2006).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 91 FR: Code de la santé publique, articles L4221-1, L4221-13, L5125-10, en Loi 90-1258 relative à l'exercice sous forme de société des professions libérales, modifiée par les lois 2001-1168 du 12 décembre 2001 et 2008-776 du 4 août 2008 (Wet 90-1258 inzake het uitoefenen van vrije beroepen in vennootschapsverband), en Lois 2011-331 du 28 mars 2011 et 2015-990 du 6 août 2015.
HR: Wet op de gezondheidszorg (OG 150/08, 71/10, 139/10, 22/11, 84/11, 12/12, 70/12,
144/12).
HU: Wet XCVIII van 2006 inzake de algemene bepalingen met betrekking tot de betrouwbare en economisch haalbare verstrekking van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen en inzake de distributie van geneesmiddelen.
IT: Wet 362/1991, artikelen 1, 4, 7 en 9;
Wetsbesluit CPS 233/1946, artikelen 7-9, en
Decreet van de president van de republiek (D.P.R.) 221/1950, punten 3 en 7).
LU: Loi du 4 juillet 1973 concernant le régime de la pharmacie (annex a043);
Règlement grand-ducal du 27 mai 1997 relatif à l'octroi des concessions de pharmacie
(annex a041), en
Règlement grand-ducal du 11 février 2002 modifiant le règlement grand-ducal du
27 mai 1997 relatif à l'octroi des concessions de pharmacie (annex a017).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 92 LV: Geneesmiddelenwet, s. 38.
MT: Pharmacy Licence Regulations (LN279/07 i) issued under the Medicines Act (Cap. 458).
PT: Wetsbesluit 307/2007, artikelen 9, 14 en 15, en
SI: Wet op de apothekersdiensten (Sloveens staatsblad nr. 85/2016), en
Wet op de geneesmiddelen (Sloveens staatsblad nr. 17/2014).
SK: Wet nr. 362/1998 inzake geneesmiddelen en medische apparatuur, artikel 35a, en
Wet nr. 578/2004 inzake zorgverleners, medisch personeel en hun beroepsorganisatie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 93 Voorbehoud nr. 4 — Onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten
Sector – subsector: Onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten (O&O)
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 851, 853
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
Omschrijving:
De EU: Voor door de overheid gefinancierde onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten (O&O) die op EU-niveau financiering krijgen van de Europese Unie, kunnen alleen exclusieve rechten of vergunningen worden verleend aan onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie en aan rechtspersonen uit de Europese Unie die hun statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging in de Europese Unie hebben (CPC 851, 853).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 94
Voor door de overheid gefinancierde O&O-diensten die financiering krijgen van een lidstaat, kunnen alleen exclusieve rechten of vergunningen worden verleend aan onderdanen van de desbetreffende EU-lidstaat en aan rechtspersonen uit de desbetreffende lidstaat die hun statutaire zetel, hoofdbestuur of hoofdvestiging in die lidstaat hebben (CPC 851, 853).
Dit voorbehoud laat de uitsluiting door een partij van overheidsopdrachten of van subsidies zoals bedoeld in artikel 8.14, lid 2, onder c) en e), en in artikel 8.12, leden 5 en 6, onverlet.
Maatregelen:
EU: Alle momenteel lopende en toekomstige EU-kaderprogramma's voor onderzoek of innovatie, met inbegrip van alle regels voor deelname aan Horizon 2020 en regelgeving met betrekking tot gemeenschappelijke technologie-initiatieven (GTI's), de besluiten krachtens artikel 185 en het Europees Instituut voor innovatie en technologie (EIT) alsook lopende en toekomstige nationale, regionale of lokale onderzoeksprogramma's.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 95
Voorbehoud nr. 5 — Onroerend-goeddiensten
Sector – subsector: Onroerend goed
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 821, 822
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
Omschrijving:
In CY: Nationaliteits- en ingezetenschapsvereisten voor de verlening van onroerend-goeddiensten.
In CZ: Ingezetenschap is vereist voor natuurlijke personen en vestiging voor rechtspersonen in de Tsjechische Republiek voor de vergunning die noodzakelijk is voor het verlenen van onroerendgoeddiensten.
In PT: Ingezetenschap van een lidstaat van de EEA vereist voor natuurlijke personen. Vereiste van opgericht zijn in een lidstaat van de EEA voor rechtspersonen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 96
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In DK: Wat het verlenen van onroerend-goeddiensten door natuurlijke personen die zich op het grondgebied van Denemarken bevinden betreft, mogen alleen officieel erkende vastgoedmakelaars die natuurlijke personen zijn en die zijn toegelaten tot het makelaarsregister van de Deense zakelijke autoriteit de titel van "onroerend-goedmakelaar" gebruiken. De wet vereist dat de aanvrager ingezetene is van Denemarken of van een andere lidstaat van de Europese Unie, de EER of van Zwitserland.
De Wet op de verkoop van onroerend goed is alleen van toepassing op onroerend-goeddiensten die worden verleend aan consumenten. Voorts is de Wet op de verkoop van onroerend goed niet van toepassing op leasing van onroerend goed (CPC 822).
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In HR: Commerciële aanwezigheid in een lidstaat van de EER vereist voor het verlenen van onroerend-goeddiensten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 97
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling. meestbegunstigingsbehandeling:
In SI: Voor zover Japan toestaat dat onderdanen en ondernemingen van Slovenië bemiddelingsdiensten in onroerend goed verlenen, staat Slovenië toe dat onderdanen en ondernemingen van Japan bemiddelingsdiensten in onroerend goed verlenen onder dezelfde voorwaarden, mits zij voldoen aan de volgende eisen: gerechtigd zijn om in het land van herkomst als makelaar in onroerend goed op te treden, indiening van een verklaring van geen bezwaar of een uittreksel uit het strafregister en inschrijving in het register van makelaars in onroerend goed van het bevoegde (Sloveense) ministerie.
Maatregelen:
CY: Wet 71(1)/2010. op de onroerend-goedmakelaars.
CZ: Wet op de handelsvergunningen.
DK: Lov om omsætning af fast ejendom, 2014 (Wet op de verkoop van onroerend goed).
HR: Wet bemiddeling inzake onroerende goederen (OG 107/07 en 144/12), artikel 2.
PT: Wetsbesluit 211/2004 (artikelen 3 en 25), zoals gewijzigd en opnieuw bekendgemaakt bij
Wetsbesluit 69/2011.
SI: Wet inzake bemiddeling in onroerend goed.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 98
Voorbehoud nr. 6 — Zakelijke diensten
Sector – subsector: Zakelijke diensten - verhuur- of leasediensten zonder bedieningspersoneel; diensten in verband met advies inzake bedrijfsbeheer; technische keuring en analyses; aanverwante wetenschappelijke en technische adviezen; ondersteunende diensten van de landbouw; beveiligingsdiensten; arbeidsbemiddeling; vertalen en tolken en overige zakelijke diensten
Bedrijfstakkenclassificatie: ISIC Rev. 37, deel van CPC 612, deel van 621, deel van 625, 831, deel van 85990, 86602, 8675, 8676, 87201, 87202, 87203, 87204, 87205, 87206, 87209, 87901, 87902, 87909, 88, deel van 893
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 99
Omschrijving:
-
a)Verhuur- of leasediensten zonder bedieningspersoneel (CPC 83103, CPC 831)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In SE: Ingeval van buitenlandse eigenaarsbelangen mag alleen onder Zweedse vlag worden gevaren wanneer kan worden aangetoond dat het Zweedse operationele invloed doorslaggevend is. Doorslaggevende Zweeds operationele invloed betekent dat het schip in Zweden wordt geëxploiteerd. Voor buitenlandse schepen kan een uitzondering op deze regel worden toegestaan wanneer die schepen via rompbevrachtingsovereenkomsten door Zweedse rechtspersonen worden gehuurd of geleased. Om in aanmerking te komen voor een vrijstelling moet de rompbevrachtingsovereenkomst worden overgelegd aan de Zweedse Nationale Dienst voor de Zeevaart en moet hieruit blijken dat de charteraar volledig verantwoordelijk is voor exploitatie en de bemanning van het geleasede of gehuurde schip. De looptijd van de overeenkomst moet ten minste één tot twee jaar bedragen (CPC 83103).
Maatregelen: SE: Sjölagen (Wet op de zeevaart) (1994:1009), hoofdstuk 1, § 1.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 100 Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In SE: Verhuurders en lessors van auto's en bepaalde terreinvoertuigen (terrängmotorfordon) zonder chauffeur die voor minder dan één jaar verhuurd of geleased zijn, zijn verplicht iemand te benoemen die ervoor verantwoordelijk is dat onder meer gewaarborgd wordt dat het contract in overeenstemming met de van toepassing zijnde regels is gesloten en dat de veiligheidsregels voor het wegverkeer worden nageleefd. De verantwoordelijke persoon moet in Zweden wonen (CPC 831).
Maatregelen:
SE: Lag (1998: 424) om biluthyrning (Wet op het huren en leasen van personenwagens).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 101 b) Verhuur- of leasediensten en andere zakelijke diensten in verband met de luchtvaart
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling, en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
De EU: Voor de verhuur of leasing van luchtvaartuigen zonder bemanning (dry lease) die worden gebruikt door een luchtvaartmaatschappij van de Europese Unie gelden de toepasselijke registratievereisten. Een dry lease-overeenkomst waarbij een vervoerder van de Europese Unie partij is, is onderworpen aan vereisten in het EU-recht of de nationale wetgeving op het gebied van de veiligheid van de luchtvaart, zoals voorafgaande toestemming en andere voorwaarden die van toepassing zijn op het gebruik van in derde landen geregistreerde luchtvaartuigen. Voor registratie kan worden verlangd dat luchtvaartuigen eigendom zijn van natuurlijke personen die aan specifieke nationaliteitscriteria voldoen, of van ondernemingen die aan specifieke criteria betreffende eigendom van kapitaal en zeggenschap voldoen (CPC 83104).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 102
Met betrekking tot geautomatiseerde boekingssystemen (CRS) geldt dat wanneer aan luchtvaartmaatschappijen uit de Europese Unie door CRS-aanbieders van buiten de Europese Unie geen behandeling wordt toegekend die gelijkwaardig (d.w.z. niet-discriminerend) is aan die welke in de Europese Unie wordt toegekend, of wanneer aan CRS-aanbieders uit de Europese Unie door luchtvaartmaatschappijen van buiten de Europese Unie geen behandeling wordt toegekend die gelijkwaardig is aan die welke in de Europese Unie wordt toegekend, er maatregelen kunnen worden genomen opdat de aanbieders van CRS-diensten uit de Europese Unie een gelijkwaardige behandeling toekennen aan luchtvaartmaatschappijen van buiten de Europese Unie, en de luchtvaartmaatschappijen uit de Europese Unie een gelijkwaardige behandeling toekennen aan verleners van CRS-diensten van buiten de Europese Unie.
Maatregelen:
EU: Verordening (EG) nr. 1008/2008 i van het Europees Parlement en de Raad van
24 september 2008 inzake gemeenschappelijke regels voor de exploitatie van luchtdiensten in de Gemeenschap (herschikking), en Verordening (EG) nr. 80/2009 i van het Europees Parlement en de Raad van 14 januari 2009 inzake een gedragscode voor geautomatiseerde boekingssystemen en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2299/89 i van de Raad.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 103 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BE: Private (burgerlijke) luchtvaartuigen die eigendom zijn van natuurlijke personen die geen onderdaan zijn van een EU- of een EER-lidstaat, kunnen alleen worden geregistreerd indien de eigenaren hun woonplaats hebben in of ingezetene zijn van België sedert ten minste een ononderbroken jaar. Private (burgerlijke) luchtvaartuigen die eigendom zijn van buitenlandse rechtspersonen die niet zijn opgericht overeenkomstig het recht van een EU- of een EER-lidstaat kunnen alleen worden geregistreerd indien die rechtspersonen sedert ten minste een jaar ononderbroken een bedrijfszetel, een agentschap of een bureau in België hebben (CPC 83104).
Maatregelen: BE: Koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart.
-
c)Diensten in verband met advies inzake bedrijfsbeheer – arbitrage en bemiddeling
(CPC 86602)
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In HU: Voor het uitoefenen van bemiddelingsactiviteiten (zoals arbitrage en verzoening) is een vergunning in de vorm van toelating tot het register nodig die wordt afgegeven door de minister die bevoegd is voor het juridische systeem en die alleen mag worden verleend aan natuurlijke en rechtspersonen die ingezetene van Hongarije zijn of daar zijn gevestigd.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 104
Maatregelen: HU: Wet LV van 2002 inzake bemiddeling.
-
d)Technische keuring en analyses (CPC 8676)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CY: Om diensten van scheikundigen en biologen te mogen verlenen, is de nationaliteit van
een lidstaat van de Europese Unie is vereist.
In FR: Het beroep van bioloog is voorbehouden aan natuurlijke personen en de nationaliteit van een lidstaat van de EER is vereist.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Vestiging in Bulgarije volgens de Bulgaarse Handelswet en inschrijving in het handelsregister vereist voor het grensoverschrijdend verrichten van diensten van technische keuring en analyses.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 105 Voor de periodieke keuring van de technische staat van wegvoertuigen moet de entiteit ingeschreven zijn overeenkomstig de Bulgaarse Handelswet of de Wet rechtspersonen zonder winstoogmerk, of in een andere lidstaat van de EU of van de EER geregistreerd zijn.
De tests en analyses van de samenstelling en zuiverheid van lucht en water mogen alleen worden uitgevoerd door het Bulgaarse ministerie van Milieu en Water, of door haar agentschappen in samenwerking met de Bulgaarse Academie voor wetenschap.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In IT: Voor biologen, chemisch analisten, landbouwkundigen en "periti agrari" zijn ingezetenschap en inschrijving in het beroepsregister vereist. Onderdanen van derde landen kunnen zich laten inschrijven op voorwaarde van wederkerigheid.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 106 Maatregelen:
BG: Wet technische voorschriften voor producten;
Wet inzake metingen;
Wet inzake de nationale accreditatie van instanties voor conformiteitscontrole;
Wet op de luchtverontreiniging, en
Waterwet, Verordening N-32 voor de periodieke keuring van de technische staat van wegvoertuigen.
CY: Wet op de registratie van scheikundigen van 1988 (Wet 157/1988), zoals gewijzigd bij de wetten 24(I) van 1992 en 20(I) van 2004, en
Wet 157/1988.
FR: Articles L 6213-1 à 6213-6 van de Code de la Santé Publique.
IT: Biologen en chemisch analisten: Wet 396/1967 betreffende het beroep van bioloog; en Koninklijk besluit 842/1928 betreffende het beroep van chemisch analist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 107 e) Aanverwante wetenschappelijke en technische adviezen (CPC 8675)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In IT: Ingezetenschap of professionele domicilie in Italië is vereist voor inschrijving in het register van geologen, die noodzakelijk is voor de beoefening van het beroep van landmeter of geoloog met het oog op het verlenen van diensten met betrekking tot de exploratie en de exploitatie van mijnen enz. De nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie is vereist; maar buitenlanders kunnen zich laten inschrijven op voorwaarde van wederkerigheid.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Een professioneel bevoegde instantie is een persoon (natuurlijke of rechtspersoon) die functies met betrekking tot kadastraal onderzoek, geodesie en cartografie mag uitoefenen. Vestigingsvereiste, alsmede de nationaliteit van een lidstaat van de EER of Zwitserland voor natuurlijke personen die activiteiten verrichten met betrekking tot geodesie, kadastraal onderzoek en cartografie in verband met de bestudering van bewegingen van de aardkorst.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 108
In CY: Nationaliteitsvereiste voor het verrichten van de betrokken diensten.
In FR: Landmeetkunde alleen via een SEL (anonyme, à responsabilité limitée ou en commandite par actions), een SCP (Société civile professionnelle), een SA en een SARL (sociétés anonymes, à responsabilité limitée). Buitenlandse investeerders hebben een specifieke vergunning nodig voor exploratie en prospectie.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In HR: Diensten van elementair geologisch, geodetisch onderzoek en adviesdiensten betreffende de mijnbouw, evenals bijbehorende adviesdiensten betreffende onderzoek op het gebied van milieubescherming, mogen op het grondgebied van Kroatië uitsluitend in samenwerking met en/of door binnenlandse rechtspersonen worden verricht.
Maatregelen:
BG: Wet op het kadaster en eigendomsregister, en
Wet landmeetkunde en cartografie.
CY: Wet 224/1990.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 109 FR: Loi 90-1258 relative à l'exercice sous forme de société des professions libérales, modifiée par les lois 2001-1168 du 12 décembre 2001 et 2008-776 du 4 août 2008.
HR: Verordening inzake voorschriften voor de afgifte van goedkeuringen aan rechtspersonen voor het verrichten van professionele activiteiten op het gebied van milieubescherming (OG No.57/10), artikelen 32-35.
IT: Geologen: Wet 112/1963, artikelen 2 en 5; D.P.R. 1403/1965, artikel 1.
-
f)Ondersteunende diensten van de landbouw (deel van CPC 88)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In IT: Voor biologen, chemisch analisten, landbouwkundigen en "periti agrari" zijn ingezetenschap en inschrijving in het beroepsregister vereist. Onderdanen van derde landen kunnen zich laten inschrijven op voorwaarde van wederkerigheid.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 110
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In PT: De beroepen bioloog, chemisch analist en landbouwkundige zijn voorbehouden aan natuurlijke personen.
Maatregelen:
IT: Landbouwkundigen: Wet 3/1976 betreffende het beroep van landbouwkundige ("Periti agrari"): Wet 434/1968, zoals gewijzigd bij Wet 54/1991.
PT: Wetsbesluit 119/92;
Wet 47/2011, en
Wetsbesluit 183/98,
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 111
-
g)Beveiligingsdiensten (CPC 87302, 87303, 87304, 87305, 87309)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en
grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In EE: Ingezetenschap is vereist voor het verlenen van beveiligingsdiensten en voor bewakers.
In IT: Voor de noodzakelijke vergunning om beveiligings- en bewakingsdiensten te verlenen
en waardetransporten te verzorgen, zijn de nationaliteit van een lidstaat van de EU en
ingezetenschap vereist.
In PT: Buitenlandse dienstverleners mogen geen beveiligingsdiensten op grensoverschrijdende basis verlenen.
Er geldt een nationaliteitsvereiste voor gespecialiseerd personeel.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 112
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In DK: Ingezetenschapsvereiste voor individuele personen die een vergunning aanvragen voor het verlenen van beveiligingsdiensten, alsmede voor managers en de meerderheid van de raad van bestuur van een rechtsentiteit die een vergunning aanvraagt voor het verlenen van beveiligingsdiensten. Ingezetenschap is evenwel niet vereist wanneer dit voortvloeit uit internationale verdragen of instructies van de minister van Justitie.
Maatregelen:
DK: Lovbekendtgørelse 2016-01-11 nr. 112 om vagtvirksomhed.
EE: Turvaseadus (Security Act), § 21, § 43.
IT: Wet op de openbare veiligheid (TULPS) 773/1931, artikelen 133-141; Koninklijk besluit 635/1940, artikel 257.
PT: Wet 34/2013, en
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 113 h) Arbeidsbemiddeling (CPC 87201, 87202, 87203, 87204, 87205, 87206, 87209)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en
grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling (tevens van
toepassing voor het regionale bestuursniveau):
In BE: Vlaams Gewest: een ondernemingen die haar maatschappelijke zetel buiten de EER heeft, moet bewijzen dat zij in het land van herkomst arbeidsbemiddelingsdiensten aanbiedt. Waals Gewest: een specifieke rechtsvorm (régulièrement constituée sous la forme d'une personne morale ayant une forme commerciale, soit au sens du droit belge, soit en vertu du droit d'un Etat membre ou régie par celui-ci, quelle que soit sa forme juridique) is vereist om arbeidsbemiddelingsdiensten te mogen aanbieden. Ondernemingen die hun maatschappelijke zetel buiten de EER hebben, moeten bewijzen dat zij voldoen aan de voorwaarden van het decreet (bijvoorbeeld met betrekking tot de rechtsvorm) en moeten bewijzen dat zij in hun land van herkomst arbeidsbemiddelingsdiensten aanbieden. Duitstalige Gemeenschap: Ondernemingen die hun maatschappelijke zetel buiten de EER hebben, moeten bewijzen dat zij in het land van herkomst arbeidsbemiddelingsdiensten aanbieden en zij moeten voldoen aan de in het genoemde decreet vastgestelde toelatingscriteria (CPC 87202).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 114
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In DE: Voor het verkrijgen van een vergunning voor de exploitatie van een uitzendbureau (op grond van "s. 3 paragraphs" 3 tot en met 5, van deze wet op uitzendbureaus (Arbeitnehmerüberlassungsgesetz) is de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie of een commerciële aanwezigheid in de Europese Unie vereist. Het Bondsministerie van Werkgelegenheid en Sociale Zaken kan een verordening vaststellen inzake de plaatsing en werving van personeel uit landen die niet tot de Europese Unie of de EER behoren, voor bepaalde beroepen zoals gezondheidszorggerelateerde beroepen (CPC 87201, 87202, 87203, 87204, 87205, 87206, 87209).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In ES: Vóór de aanvang van de activiteiten moeten arbeidsbemiddelingsbureaus een verklaring onder ede indienen waarin wordt bevestigd dat aan de voorschriften van de huidige wetgeving is voldaan (CPC 87201, 87202).
Maatregelen:
BE: Vlaams Gewest: Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2010 tot uitvoering van het decreet betreffende de private arbeidsbemiddeling.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 115 Waals Gewest: Décret du 3 avril 2009 relatif à l’enregistrement ou à l’agrément des agences de placement (Decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie en de erkenning van de arbeidsbemiddelingsbureaus), artikel 7, en
Arrêté du Gouvernement wallon du 10 décembre 2009 portant exécution du décret du
3 avril 2009 relatif à l’enregistrement ou à l’agrément des agences de placement (Besluit van de Waalse regering van 10 december 2009 tot uitvoering van het decreet van 3 april 2009 betreffende de registratie en de erkenning van arbeidsbemiddelingsbureaus), artikel 4.
Duitstalige Gemeenschap: Dekret über die Zulassung der Leiharbeitsvermittler und die
Überwachung der privaten Arbeitsvermittler / Décret du 11 mai 2009 relatif à l'agrément des agences de travail intérimaire et à la surveillance des agences de placement privées, article 6.
DE: § 1 en 3 Abs 5 Arbeitnehmerüberlassungsgesetz –AÜG § 292 SGB III§ 38
Beschäftigungsverordnung.
ES: Real Decreto-ley 8/2014, de 4 de julio, de aprobación de medidas urgentes para el crecimiento, la competitividad y la eficiencia (tramitado como Ley 18/2014, de 15 de octubre).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 116 i) Vertalen en tolken (CPC 87905)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In BG: Vertaalbureaus moeten een contract hebben met het ministerie van Buitenlandse Zaken om officiële vertalingen te mogen verstrekken.
In CY: Inschrijving in het register van vertalers is noodzakelijk voor het verlenen van diensten van officiële vertaling en certificering. Nationaliteitsvereiste.
In HU: Officiële vertalingen, officiële beëdigingen van vertalingen en gewaarmerkte kopieën
van officiële documenten in vreemde talen mogen uitsluitend worden gemaakt door het
Hongaarse Bureau voor vertaling en legalisatie (OFFI).
In PL: Alleen natuurlijke personen kunnen beëdigd vertaler zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 117
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In FI: Voor beëdigde vertalers is ingezetenschap in de EER vereist.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In EE: Beëdigde vertalers moeten de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie hebben.
In HR: Nationaliteit van een lidstaat van de EER vereist voor gecertificeerde vertalers.
Maatregelen:
BG: Regelgeving inzake de legalisatie, certificering en vertaling van documenten.
CY: Wet op de vestiging, registratie en regulering ten aanzien van diensten van gecertificeerde vertalers in de Republiek Cyprus.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 118
EE: Vandetõlgi seadus § 2 (3), § 16, (Wet inzake beëdigde vertalers).
FI: Laki auktorisoiduista kääntäjistä (Wet op erkende vertalers) (1231/2007), s. 2(1)).
HR: Verordening inzake permanente gerechtstolken (OG 88/2008), artikel 2.
HU: Besluit van de ministerraad nr. 24/1986 inzake officiële vertaling en vertolking.
PL: Wet van 25 november 2004 betreffende het beroep van beëdigd vertaler of tolk (Pools staatsblad nr. 273, punt 2702), artikel 2.1.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 119
-
j)Overige zakelijke diensten (deel van CPC 612, deel van CPC 621, deel van 625, 87901, 87902, 88493, deel van 893, deel van 85990, 87909, ISIC 37)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In SE: Pandjeshuizen moeten worden opgericht in de vorm van een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid of als een filiaal (deel van CPC 87909).
Maatregelen: SE: Wet op pandjeshuizen (1995:1000).
In CZ: Een erkend verpakkingsbedrijf mag alleen diensten verlenen met betrekking tot terugname en verwerking van verpakkingen en moet een als naamloze vennootschap opgerichte rechtspersoon zijn (CPC 88493, ISIC 37).
Maatregelen: CZ: Wet 477/2001 Coll. (Wet op de verpakkingen), par. 16.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 120 In NL: Om waarborgdiensten te mogen verlenen, is commerciële aanwezigheid in Nederland vereist. Het waarborgen van voorwerpen van edelmetaal is momenteel voorbehouden aan twee Nederlandse overheidsmonopolies (deel van CPC 893).
Maatregelen:
NL: Waarborgwet 1986.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In PT: De nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie is vereist voor het verlenen van diensten van incassobureaus en kredietrapportage (CPC 87901, 87902).
Maatregelen:
PT: Wet 49/2004.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 121 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CZ: Voor het verlenen van veilingdiensten is een vergunning vereist. Voor het verkrijgen van een vergunning (voor het verlenen van veilingdiensten in verband met vrijwillige openbare verkopen) moet een onderneming in Tsjechië zijn opgericht en moet een natuurlijke persoon een verblijfsvergunning hebben, en moet de vennootschap of de natuurlijke persoon zijn ingeschreven in het Tsjechische handelsregister (deel van CPC 612, deel van 621, deel van 625, deel van 85990).
Maatregelen:
CZ: Wet nr. no.455/1991 Coll.;
Wet inzake de handelsvergunning, en
Wet nr. 26/2000 Sb., inzake openbare verkopen.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In SE: Het economisch plan voor een woningbouwvereniging moet worden gecertificeerd door twee personen. Deze personen moeten publiekelijk erkend zijn door autoriteiten in de EER (CPC 87909).
Maatregelen:
SE: Wet op coöperatieve woningbouwverenigingen (1991: 614).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 122 Voorbehoud nr. 7 — Communicatiediensten
Sector – subsector: Communicatiediensten - post- en koeriersdiensten
Bedrijfstakkenclassificatie: Deel van CPC 71235, deel van 73210, deel van 751
Type voorbehoud Markttoegang
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 123 Omschrijving:
Post- en koeriersdiensten (deel van CPC 71235, deel van CPC 73210, deel van 751)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
De EU: De organisatie van de plaatsing van brievenbussen op de openbare weg, de uitgave van postzegels en de verzending van aangetekende zendingen voor gerechtelijke of administratieve procedures kan overeenkomstig de nationale wetgeving beperkt zijn. Vergunningssystemen kunnen worden opgezet voor diensten waarvoor een universele dienstverplichting geldt. Deze vergunningen kunnen een specifieke universele dienstverplichting of een financiële bijdrage aan een compensatiefonds omvatten.
Maatregelen:
EU: Richtlijn 97/67/EG i van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 1997 betreffende gemeenschappelijke regels voor de ontwikkeling van de interne markt voor postdiensten in de Gemeenschap en de verbetering van de kwaliteit van de dienst, zoals gewijzigd bij Richtlijn 2002/39/EG i en Richtlijn 2008/06/EG i.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 124
Voorbehoud nr. 8 — Distributiediensten
Sector – subsector: Distributiediensten: algemeen, tabak, alcoholhoudende dranken
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 3546, deel van 621, 6222, 631, deel van 632
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 125 Omschrijving:
-
a)Distributiediensten (CPC 3546, 631, 632 behalve 63211, 63297, 62276, deel van 621);
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In PT: Er bestaat een specifieke regeling voor de vestiging van bepaalde detailhandelszaken en winkelcentra. Dit met betrekking tot winkelcentra met een bruto leasebare oppervlakte van minimaal 8 000 m², en detailhandelbedrijven met een verkoopoppervlakte van minimaal 2 000 m² of meer, indien gelegen buiten winkelcentra. Belangrijkste criteria: bijdrage aan een verscheidenheid van het commerciële aanbod; beoordeling van de diensten die worden verleend aan de consument; kwaliteit van de werkgelegenheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen; integratie in het stedelijk milieu; bijdrage aan eco-efficiëntie (CPC 631, 632 behalve 63211, 63297).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CY: Nationaliteitsvereiste voor distributiediensten voor farmaceutische vertegenwoordigers (CPC 62117).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 126 Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In LT: Voor de distributie van pyrotechnische artikelen is een vergunning vereist. Alleen in
de EU gevestigde rechtspersonen kunnen een vergunning verkrijgen (CPC 3546).
Maatregelen: CY: Law 74(i) 202.
LT: Wet betreffende het toezicht op pyrotechnische artikelen voor burgerdoeleinden (23 maart 2004, nr. IX-2074).
PT: Wetsbesluit nr. 10/2015 van 16 januari.
-
b)Distributie van tabak (deel van CPC 6222 62228, deel van CPC 6310, 63108)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In FR: Staatsmonopolie op de groot- en detailhandel in tabak. Nationaliteitsvereiste voor tabakshandelaren ("buraliste") (deel van CPC 6222, deel van 6310).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 127
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In AT: Alleen natuurlijke personen kunnen een aanvraag indienen voor een vergunning om als tabakshandelaar op te treden. Onderdanen van EER-lidstaten krijgen voorrang (CPC 63108).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In ES: Staatsmonopolie op de detailhandel in tabak. Voor vestiging is de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie vereist. Alleen natuurlijke personen kunnen als tabakshandelaar optreden. Elke tabakshandelaar kan maximaal één vergunning verkrijgen (CPC 63108).
In IT: Voor de handel in en de verkoop van tabak is een vergunning vereist. De vergunning wordt verleend via openbare procedures. Voor de verlening van vergunningen wordt een onderzoek naar de economische behoefte verricht. Belangrijkste criteria: bevolking en geografische concentratie van bestaande verkooppunten (deel van CPC 6222, deel van 6310).
Maatregelen:
AT: Wet op het tabaksmonopolie 1996, § 5 en § 27.
ES: Wet nr. 14/2013 van 27 september 2014.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 128 FR: Code général des impôts, artikel 568, en artikelen 276-279 van bijlage 2 bij deze wet.
IT: Wetsbesluit 184/2003; Wet 165/1962; Wet 3/2003; Wet 1293/1957; Wet 907/1942, en Decreet van de president van de republiek (D.P.R.) 1074/1958.
-
c)Distributie van alcoholhoudende dranken (CPC 62226, 631)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende
handel in diensten – markttoegang:
In SE: Systembolaget AB heeft een overheidsmonopolie op de detailverkoop van alcohol, wijn en bier (met uitzondering van alcoholvrij bier). Alcoholische dranken zijn dranken met een alcoholgehalte van meer dan 2,25 volumepercenten. Voor bier ligt de grens bij een alcoholgehalte van meer dan 3,5 volumepercenten (deel van CPC 631).
Maatregelen: SE: Alcoholwet (2010:1622).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 129
Voorbehoud nr. 9 — Onderwijsdiensten
Sector – subsector: Onderwijsdiensten (particulier gefinancierd)
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 921, 922, 923, 924
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 130 Omschrijving:
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Particulier gefinancierd basis- en middelbaar onderwijs mag alleen worden gegeven door daartoe gemachtigde Bulgaarse ondernemingen (commerciële aanwezigheid is vereist). Bulgaarse kleuterscholen en scholen met buitenlandse deelneming kunnen krachtens een besluit van de raad van ministers op initiatief van de minister van Onderwijs, Jeugd en Wetenschappen worden opgericht of omgevormd op verzoek van in Bulgarije geregistreerde verenigingen, vennootschappen of ondernemingen van Bulgaarse en buitenlandse natuurlijke of rechtspersonen. Kleuterscholen en andere scholen in buitenlandse handen kunnen op verzoek van buitenlandse rechtspersonen in overeenstemming met internationale overeenkomsten en verdragen en op basis van de bovenstaande bepalingen worden opgericht of omgevormd. Buitenlandse middelbare scholen mogen geen filialen vestigen op het grondgebied van Bulgarije. Buitenlandse middelbare scholen mogen alleen faculteiten, departementen, instituten en colleges in Bulgarije openen binnen de structuur van en in samenwerking met Bulgaarse middelbare scholen (CPC 921, 922).
In SI: Particulier gefinancierde basisscholen kunnen alleen worden opgericht door Sloveense natuurlijke of rechtspersonen. De dienstverlener moet een statutaire zetel of filiaal vestigen (CPC 921).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 131
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In CZ en SK: Vestiging in een lidstaat van de Europese Unie is vereist voor het aanvragen van toestemming van de staat om te kunnen optreden als met particuliere middelen gefinancierde instelling voor hoger onderwijs. Dit voorbehoud is niet van toepassing op secundair technisch en beroepsonderwijs (CZ CPC 92390, SK CPC 92).
In ES en IT: Voor de opening van particulier gefinancierde universiteiten die erkende diploma’s of graden afgeven, is een vergunning vereist. Er wordt een onderzoek naar de economische behoefte uitgevoerd. Belangrijkste criteria: bevolking en concentratie van bestaande instellingen.
In ES: De procedure omvat het inwinnen van het advies van het Parlement.
In IT: Dit is gebaseerd op een driejarig programma en alleen Italiaanse rechtspersonen kunnen toestemming krijgen om door de overheid erkende diploma’s uit te reiken (CPC 923).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 132
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In EL: Voor eigenaren en een meerderheid van de leden van de raad van bestuur van particulier gefinancierde basisscholen en middelbare scholen en de leraren van particulier gefinancierde basisscholen en middelbare scholen moeten de nationaliteit van een lidstaat van de EU hebben (CPC 921, 922). Onderwijs op universitair niveau kan uitsluitend worden verstrekt door instellingen die volledig onafhankelijke publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid hebben. Wet 3696/2008 staat echter toe dat ingezetenen van de Europese Unie (natuurlijke of rechtspersonen) particuliere instellingen voor tertiair onderwijs oprichten die certificaten afgeven die niet worden erkend als gelijkwaardig aan een universitair diploma (CPC 923).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 133
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In AT: Voor het aanbieden van particulier gefinancierd onderwijs in de toegepaste wetenschappen op universitair niveau is een vergunning vereist van de bevoegde autoriteit, de raad voor het hoger onderwijs (Fachhochschulrat). Een investeerder die een onderwijsprogramma in de toegepaste wetenschappen wil aanbieden, moet als voornaamste activiteit het verstrekken van dergelijke programma's hebben en ter goedkeuring van het voorgestelde studieprogramma een behoefteanalyse en een marktonderzoek indienen. Het bevoegde ministerie kan de vergunning weigeren indien het programma onverenigbaar met het nationale onderwijsbelang wordt geacht. De aanvrager voor de oprichting van een particuliere universiteit heeft een vergunning van de bevoegde autoriteit (de Oostenrijkse Akkreditierungsrat) nodig. Het bevoegde ministerie kan de goedkeuring weigeren als het besluit van het accrediteringsorgaan niet in overeenstemming is met het nationale onderwijsbelang (CPC 923).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 134
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In FR: Om in een particulier gefinancierde onderwijsinstelling te kunnen lesgeven, is de nationaliteit van een lidstaat van de EU vereist (CPC 921, 922, 923). Onderdanen van Japan kunnen echter van de relevante bevoegde autoriteiten een vergunning krijgen om les te geven in instellingen voor basis-, middelbaar en hoger onderwijs. Onderdanen van Japan kunnen van de relevante bevoegde autoriteiten ook een vergunning krijgen om instellingen voor basis-, middelbaar en hoger onderwijs op te richten of te exploiteren. Dergelijke vergunningen worden op discretionaire basis verleend.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In MT: Dienstverleners die particulier gefinancierd hoger of volwassenenonderwijs willen verlenen, moeten een vergunning verkrijgen van het ministerie van Onderwijs en Werkgelegenheid. De beslissing of een vergunning wordt afgegeven, kan discretionair zijn (CPC 923, 924).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 135
Maatregelen:
AT: Wet inzake universiteiten voor toegepaste wetenschappen, BGBl I Nr. 340/1993, zoals gewijzigd, § 2; Wet inzake particuliere universiteiten, BGBl I Nr. 74/2011, zoals gewijzigd, § 2, en Wet inzake kwaliteitswaarborging in het hoger onderwijs, BGBl. Nr. 74/2011, zoals gewijzigd, § 25 (3).
BG: Wet op het openbaar onderwijs, artikel 12, en
Wet op het hoger onderwijs, punt 4 van de aanvullende bepalingen.
CZ: Wet nr. 111/1998 Coll. (Wet op het hoger onderwijs), § 39, en
Wet nr. 561/2004 Coll. inzake kleuteronderwijs, basisonderwijs, middelbaar, tertiair beroepsonderwijs en andere vormen van onderwijs (de Onderwijswet).
EL: Wetten nrs. 682/1977, 284/1968, 2545/1940, Presidentieel besluit 211/1994, zoals gewijzigd bij Presidentieel besluit 394/1997, Grondwet van de Helleense Republiek, artikel 16, lid 5, en Wet 3549/2007.
ES: Ley Orgánica 6/2001, de 21 de Diciembre, de Universidades (wet 6/2001 van 21 december inzake universiteiten), artikel 4.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 136
FR: Code de l'éducation, artikelen L 444-5, L 914-4, L 441-8, L 731-8, L 731-1 tot en met 8.
IT: Koninklijk besluit 1592/1933 (Wet inzake het middelbaar onderwijs);
Wet 243/1991 (Incidentele overheidsbijdrage voor particuliere universiteiten);
Besluit 20/2003 van het CNVSU (Comitato nazionale per la valutazione del sistema universitario), en
Besluit van de president van de republiek (DPR) nr. 25/1998.
MT: Legal Notice 296 of 2012.
SI: Wet op de organisatie en financiering van het onderwijs (staatsblad van de Republiek Slovenië, nr. 12/1996) en de herzieningen daarvan, artikel 40.
SK: Wet nr. 131 van 21 februari 2002 inzake hoger onderwijs en inzake de wijziging en aanvulling van bepaalde wetten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 137
Voorbehoud nr. 10 — Milieudiensten
Sector – subsector: Milieudiensten - verwerking en recycling van gebruikte batterijen en accu’s, afvalolie, oude auto’s en afgedankte elektrische en
elektronische apparatuur; bescherming van luchtkwaliteit en klimaat (reiniging van uitlaatgassen)
Bedrijfstakkenclassificatie: Deel van CPC 9402, 9404
Type voorbehoud Markttoegang
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
Omschrijving:
In SK: Voor de verwerking en recycling van gebruikte batterijen en accu's, afvalolie, oude auto's en afgedankte elektrische en elektronische apparatuur is oprichting naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie of van een lidstaat van de EER vereist (ingezetenschapsvereiste) (deel van CPC 9402).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 138
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In SE: Alleen in Zweden gevestigde entiteiten of entiteiten die hun belangrijkste vestiging in Zweden hebben, komen in aanmerking voor accreditatie voor het uitvoeren van de controle van uitlaatgassen (CPC 9404).
Maatregelen:
SE: Voertuigenwet (2002:574).
SK: Afvalstoffenwet 79/2015.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 139 Voorbehoud nr. 11 — Financiële diensten
Sector – subsector: Financiële diensten — Verzekeringen en banken
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 140 Omschrijving:
-
a)Verzekeringen
In BG: Voor pensioenverzekeringen is een naamloze vennootschap vereist met een vergunning overeenkomstig het wetboek sociale verzekeringen die is ingeschreven overeenkomstig de Handelswet of de wetgeving van een andere lidstaat van de Europese Unie (filialen niet toegestaan). De initiatiefnemers en aandeelhouders van pensioenverzekeringsmaatschappijen kunnen niet-ingezeten rechtspersonen zijn die als socialeverzekeringsinstelling, commerciële verzekeringsinstelling of andere financiële instelling naar nationaal recht zijn geregistreerd, indien zij door de Nationale Bank van Bulgarije bevestigde bankverklaringen van een buitenlandse eersterangsbank kunnen overleggen. Niet-ingezetenen kunnen geen promotionele activiteiten verrichten voor of aandeelhouder van pensioenverzekeringsmaatschappijen zijn. De inkomsten van de vrijwillige aanvullende pensioenfondsen: en soortgelijke inkomsten die rechtstreeks verband houden met vrijwillige pensioenverzekeringen aangeboden door personen die zijn geregistreerd overeenkomstig de wetgeving van een andere EU-lidstaat en die, in overeenstemming met de desbetreffende wetgeving, vrijwillige pensioenverzekeringsactiviteiten uitvoeren, zijn niet belastbaar volgens de in de wet op de vennootschapsbelasting vastgestelde procedure. De voorzitter van de raad van beheer, de voorzitter van de raad van bestuur, de uitvoerend directeur en de afgevaardigd bestuurder moeten beschikken over een vast adres of in het bezit zijn van een duurzame verblijfsvergunning in Bulgarije.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 141
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Promotionele activiteiten en bemiddeling namens een niet in de Europese Unie gevestigde dochteronderneming of een niet in AT gevestigd filiaal (behalve voor herverzekering en retrocessie) zijn verboden.
In DE en LT: Het verlenen van rechtstreekse verzekeringsdiensten door verzekeringsmaatschappijen die niet in de Europese Unie zijn gevestigd, vereist het opzetten van en een vergunning voor een filiaal.
In DK: In DK mogen geen personen of ondernemingen (met inbegrip van verzekeringsmaatschappijen) andere dan verzekeringsmaatschappijen die hiervoor vergunning hebben verkregen krachtens de Deense wetgeving of van de bevoegde Deense autoriteiten, bedrijfsmatig deelnemen aan de directe verzekering van personen die ingezetenen zijn van DK en van Deense schepen of goederen in DK.
In PL: Verzekeringstussenpersonen moeten hun activiteiten verrichten via een lokale vennootschap (geen filialen).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 142 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Ter verkrijging van een vergunning voor het openen van een filiaal moeten buitenlandse verzekeraars in hun land van herkomst een rechtsvorm hebben die overeenstemt met of vergelijkbaar is met die van een naamloze vennootschap of een onderlinge verzekeringsmaatschappij. Een filiaal moet worden geleid door ten minste twee natuurlijke personen die ingezetenen van AT zijn.
In BG: Een buitenlandse verzekeraar of herverzekeraar die in BG een filiaal of agentschap wil vestigen om verzekeringen aan te bieden, moet in zijn land van herkomst beschikken over een vergunning voor het aanbieden van dezelfde soorten verzekeringen als die hij in BG wenst aan te bieden. Ingezetenschap is vereist voor de leden van de raden van bestuur en toezicht van verzekerings- of herverzekeringsondernemingen en voor elke persoon die dergelijke ondernemingen mag beheren of vertegenwoordigen.
In ES: Voordat een buitenlandse verzekeraar in Spanje een filiaal of agentschap kan vestigen met het oog op het aanbieden van bepaalde soorten verzekeringen, moet hij in zijn land van oorsprong al minstens vijf jaar over een vergunning voor het aanbieden van dezelfde soorten verzekeringen beschikken.
In PT: Buitenlandse verzekeringsondernemingen die een filiaal willen vestigen, moeten minstens vijf jaar praktijkervaring kunnen aantonen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 143 In PT, ES en BG: De oprichting van rechtstreekse filialen is niet toegestaan voor verzekeringsintermediairs, maar is voorbehouden aan ondernemingen die overeenkomstig de wetgeving van een lidstaat van de Europese Unie zijn opgericht.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In EL: Het recht van vestiging strekt zich niet uit tot de oprichting van kantoren of andere permanente vertegenwoordigingen van verzekeringsmaatschappijen, behalve wanneer dergelijke kantoren als agentschappen, filialen of hoofdkantoren worden gevestigd.
Met betrekking tot enkel nationale behandeling;
In SE: Niet in de Europese Unie opgerichte verzekeringsbemiddelaars mogen zich alleen via een filiaal vestigen.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten – Markttoegang, Nationale behandeling:
In IT: De nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie is vereist voor het uitoefenen van het beroep van actuaris, met uitzondering van buitenlandse beroepsbeoefenaren aan wie kan worden toegestaan hun beroep te beoefenen op basis van wederkerigheid.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 144 In SE: Rechtstreekse verzekeringen mogen enkel worden aangeboden via een verlener van verzekeringsdiensten die in Zweden een vergunning heeft verkregen, op voorwaarde dat de buitenlandse dienstverlener en de Zweedse verzekeringsmaatschappij tot dezelfde groep van ondernemingen behoren of een onderlinge samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten.
Maatregelen:
AT: Wet toezicht verzekeringsbedrijf, § 5 (1) 3 (VAG), BGBI. Nr. 569/1978, § 1 (2).
BG: Wet op de verzekeringen, artikelen 12, 56-63, 65, 66 en 80, lid 4.
DE: §§ 67-69 Versicherungsaufsichtsgesetz (VAG) voor alle verzekeringsdiensten - implementeert Solvency 2; met betrekking tot § 105 van de Luftverkehrs-Zulassungs Ordnung (LuftVZO) alleen voor verplichte wettelijke aansprakelijkheidsverzekering in verband met luchtverkeer.
DK: Lov om finansiel virksomhed jf. lovbekendtgørelse 182 af 18. februar 2015.
EL: Wetsbesluit 400/1970.
ES: Reglamento de Ordenación, Supervisión y Solvencia de Entidades Aseguradoras y
Reaseguradoras (RD 1060/2015, de 20 de noviembre de 2015), Artikel 36.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 145 IT: Art. 29 van het Wetboek particuliere verzekeringen (Wetsbesluit nr. 209 van 7 september 2005), en
Wet 194/1942, artikel 4 van wet 4/1999 inzake het register.
LT: Wet inzake verzekeringen, 18 van september, 2 003 m nr. IX-1737, laatstelijk gewijzigd op 15 december 2016; en
Wet nr. XIII-98.
PL: Wet inzake de verzekeringsactiviteit van 22 mei 2003 (Pools staatsblad 2003, nr. 124, punt 1151), en
Wet inzake verzekeringsbemiddeling van mei 22, 2003 (Staatsblad 2003, nr. 124, punt 1154), artikelen 16 en 31.
PT: Artikel 7 van Wetsbesluit nr. 94-B/98 en hoofdstuk I, afdeling VI, van Wetsbesluit 94-
B/98, artikelen 34, nr. 6 van 7, en artikel 7 van Wetsbesluit nr. 144/2006.
SE: Lag om försäkringsförmedling (Wet op verzekeringsbemiddeling) (2005:405), en
Wet op buitenlandse verzekeraars in Zweden (1998:293).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 146 b) Bankdiensten andere financiële diensten
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In HU: Buiten de EER gevestigde ondernemingen mogen financiële diensten of financiële hulpdiensten alleen verlenen via een filiaal in HU.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: De personen die de bank beheren en vertegenwoordigen, moeten persoonlijk aanwezig
zijn op het beheeradres van de bank. De financiële instelling moet haar voornaamste activiteit
op het grondgebied van Bulgarije hebben.
In HU: Ten minste twee leden van de raad van bestuur van een kredietinstelling moeten ingezetenen zijn in de zin van de van toepassing zijnde deviezenwetgeving en sinds ten minste één jaar permanent ingezetenen van HU zijn.
Filialen van buiten de EER gevestigde beheermaatschappijen van beleggingsfondsen mogen geen Europese beleggingsfondsen beheren en mogen geen diensten op het gebied van vermogensbeheer verlenen aan particuliere pensioenfondsen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 147
In RO: Marktdeelnemers zijn rechtspersonen die zijn opgericht in de vorm van een naamloze vennootschap volgens de bepalingen van de wet op de ondernemingen. Alternatieve handelssystemen kunnen worden beheerd door een systeembeheerder die onder de hierboven beschreven voorwaarden is opgericht of door een door de CNVM erkende beleggingsonderneming.
In SE: De oprichter van een spaarbank moet een in een lidstaat van de EER ingezeten natuurlijke persoon zijn.
Met betrekking tot alleen markttoegang:
In PT: Pensioenfondsen mogen uitsluitend worden beheerd door gespecialiseerde ondernemingen die met dat doel naar Portugees recht zijn opgericht, door verzekeringsondernemingen die in PT zijn gevestigd en een vergunning hebben om levensverzekeringen aan te bieden, of door entiteiten die in andere EU-lidstaten pensioenfondsen mogen beheren. De vestiging van rechtstreekse filialen vanuit niet-EU- landen is niet toegestaan.
In SI: Pensioenregelingen kunnen worden aangeboden door een pensioenbeleggingsfonds (dit is geen rechtspersoon en wordt dus beheerd door een verzekeringsmaatschappij, een bank of een pensioenverzekeraar), een pensioenverzekeraar of een verzekeringsmaatschappij. Daarnaast kunnen pensioenregelingen ook worden aangeboden door aanbieders van pensioenregelingen die overeenkomstig de toepasselijke regelgeving in een EU-lidstaat zijn gevestigd.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 148 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In IT: Om met een vestiging in Italië het effectenafwikkelingssysteem of centrale depositodiensten voor effecten te mogen beheren, moet een onderneming naar Italiaans recht zijn opgericht (geen filialen). Voor andere collectieve beleggingsfondsen dan overeenkomstig wetgeving van de EU geharmoniseerde instellingen voor collectieve belegging in effecten (icbe's), moet de beheerder of depositaris naar Italiaans recht of het recht van een andere lidstaat van de EU zijn gevestigd en een filiaal in Italië hebben. Beheermaatschappijen van investeringsfondsen die niet overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie zijn geharmoniseerd, moeten eveneens naar Italiaans recht zijn opgericht (geen filialen). Alleen banken, verzekeringsmaatschappijen, beleggingsondernemingen en ondernemingen die overeenkomstig EU-wetgeving geharmoniseerde icbe's beheren en hun maatschappelijke zetel in de EU hebben, alsook naar Italiaans recht opgerichte icbe's, mogen de middelen van pensioenfondsen beheren. In geval van huis-aan-huis-verkoop moet gebruik worden gemaakt van de diensten van erkende verkopers van financiële producten die ingezetene zijn van een lidstaat van de Europese Unie. Vertegenwoordigingskantoren van tussenpersonen uit landen die niet tot de Europese Unie behoren, mogen geen activiteiten in verband met beleggingsdiensten verrichten, met inbegrip van transacties voor eigen rekening en voor rekening van cliënten en het plaatsen en het overnemen van financiële instrumenten (filiaal vereist).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 149 Maatregelen:
BG: Wet op de kredietinstellingen, artikelen 2 en 17;
Wetboek sociale verzekeringen, art. 121e, en
Monetaire wet, artikel 3.
HU: Wet CCXXXVII van 2013 op kredietinstellingen en financiële ondernemingen;
Wet CCXXXVII van 2013 op kredietinstellingen en financiële ondernemingen, en
Wet CXX van 2001 op de kapitaalmarkt.
IT: Wetsbesluit 58/1998, artikelen 1, 19, 28, 30-33, 38, 69 en 80;
Gezamenlijke verordening van de Italiaanse centrale bank en Consob van 22 februari 1998, artikelen 3 en 41;
Verordening van de Bank van Italië van 25.1.2005, en
Titel V, hoofdstuk VII, afdeling II, Consob-verordening 16190 van 29 oktober 2007, artikelen 17-21, 78-81, 91-111.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 150
PT: Wetsbesluit 12/2006, zoals gewijzigd bij Wetsbesluit 180/2007 Wetsbesluit 357-A/2007, Verordening 7/2007 i-R, zoals gewijzigd bij Verordening 2/2008 i-R, Verordening 19/2008 i-R, Verordening 8/2009 i.
RO: Wet nr. 297/2004 op de kapitaalmarkten, CNVM-verordening nr. 2/2006 i ("Comisia
Nationala a Valorilor Mobiliare") inzake gereglementeerde markten en alternatieve handelssystemen.
SE: Sparbankslagen (Wet inzake spaarkassen) (1987:619), hoofdstuk 2, § 1, deel 2.
SI: Wet op pensioenen en invaliditeitsverzekering (staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 102/15).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 151 Voorbehoud nr. 12 — Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening
Sector – subsector: Gezondheidszorg en sociale diensten
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 931, 933
Type voorbehoud: Markttoegang
Nationale behandeling
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
Omschrijving:
In DE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Reddingsdiensten en "deskundige ambulancevervoersdiensten" worden door de Länder georganiseerd en gereglementeerd. De meeste Länder delegeren de bevoegdheden op het gebied van reddingsdiensten aan gemeenten. De gemeenten mogen voorrang geven aan organisaties zonder winstoogmerk. Dit geldt zowel voor buitenlandse als binnenlandse dienstverleners (CPC 931, 933). Ambulancediensten zijn onderworpen aan eisen inzake planning, vergunning en erkenning. Telegeneeskunde is alleen toegestaan bij primaire behandelingen waarbij een arts voordien fysiek aanwezig is geweest. Het aantal ICT-aanbieders (informatie- en communicatietechnologie) kan worden beperkt om interoperabiliteit, compatibiliteit en de noodzakelijke veiligheidsnormen te waarborgen. Dit wordt op niet-discriminerende wijze toegepast.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 152
In FR: Hoewel voor investeerders uit de Europese Unie andere soorten rechtsvormen beschikbaar zijn, hebben buitenlandse investeerders uitsluitend toegang tot de rechtsvormen "société d'exercice liberal" en "société civile professionnelle". Voor artsen, tandartsen en verloskundigen is de Franse nationaliteit vereist. Toegang voor buitenlanders is evenwel mogelijk binnen jaarlijks vastgestelde quota. Artsen, tandartsen, verloskundigen en verpleegkundigen mogen alleen diensten aanbieden via een SEL (anonyme, à responsabilité limitée ou en commandite par actions) of een SCP. Voor ziekenhuizen, ambulancediensten en intramurale gezondheidszorg, andere dan verpleging in een ziekenhuis, en voor maatschappelijke dienstverlening, is de uitoefening van leidinggevende functies vergunningplichtig. Bij de vergunningsprocedure wordt rekening gehouden met de beschikbaarheid van lokale managers.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Samenwerking van artsen voor ambulante gezondheidszorg, de zogenaamde groepspraktijken, kan alleen geschieden in de rechtsvorm Offene Gesellschaft/OG of Gesellschaft mit beschränkter Haftung/GmbH. Alleen artsen kunnen fungeren als partners van zo'n groepspraktijk. Zij moeten gerechtigd zijn zelfstandig het beroep van arts uit te oefenen, zijn ingeschreven bij de Oostenrijkse kamer van geneesheren en de artspraktijk actief beoefenen. Andere natuurlijke of rechtspersonen kunnen niet optreden als partners van de groepspraktijk en kunnen geen aandeel hebben in de inkomsten of winsten van de praktijk (deel van CPC 9312).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 153
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In HR: Ten aanzien van de vestiging van sommige particulier gefinancierde sociale verzorgingsfaciliteiten kunnen in bepaalde geografische gebieden beperkingen worden gesteld in verband met de behoefte (CPC 9311, 93192, 93193, 933).
In SI: De volgende diensten zijn voorbehouden aan een staatsmonopolie: levering van bloed, bloedpreparaten, verwijdering en bewaring van menselijke organen voor transplantatie, medischsociale, hygiënische, epidemiologische en medisch-ecologische diensten, diensten inzake anatomische pathologie en biomedisch ondersteunde voortplanting (CPC 931).
Maatregelen:
AT: Wet op de geneeskunde, BGBl. I Nr. 169/1998, §§ 52a - 52c;
Federale wet tot regulering van paramedische beroepen van hoog niveau, BGBl. Nr. 460/1992, en Federale wet tot regulering van massagetherapeuten van laag en hoog niveau, BGBl. Nr. 169/2002.
DE: Bundesärzteordnung (Federale Geneeskundewet):
Gesetz über die Ausübung der Zahnheilkunde;
Gesetz über die Berufe des Psychologischen Psychotherapeuten und des Kinder- und
Jugendlichenpsychotherapeuten (Wet op de psychotherapeutische behandelingen van 16 juli 1998); Gesetz über die berufsmäßige Ausübung der Heilkunde ohne Bestallung;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 154
Gesetz über den Beruf der Hebamme und des Entbindungspflegers;
Gesetz über den Beruf der Rettungsassistentin und des Rettungsassistenten;
Gesetz über die Berufe in der Krankenpflege;
Gesetz über die Berufe in der Physiotherapie;
Gesetz über den Beruf des Logopäden;
Gesetz über den Beruf des Orthoptisten und der Orthoptistin;
Gesetz über den Beruf der Podologin und des Podologen;
Gesetz über den Beruf der Diätassitentin und des Diätassistenten;
Gesetz über den Beruf der Ergotherapeutin und des Ergotherapeuten;
Bundesapothekerordnung:
Gesetz über den Beruf des pharmazeutisch-technischen Assistenten;
Gesetz über technische Assistenten in der Medizin, Personenbeförderungsgesetz;
Gesetz über den Rettungsdienst (Rettungsdienstgesetz - RDG) in Baden-Württemberg vom
08.02.2010 (GBl. 2010, page 285);
Bayerisches Rettungsdienstgesetz (BayRDG) vom 22.07.2008 (GVBl 2008, page 429);
Gesetz über den Rettungsdienst für das Land Berlin (Rettungsdienstgesetz) vom 08.07.1993 (GVBl. page 313);
Gesetz über den Rettungsdienst im Land Brandenburg (BbgRettG) in der Fassung vom 18.05.2005; Gesetz über den Rettungsdienst im Lande Bremen (BremRettDG) vom 22.09.1992;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 155
Hamburgisches Rettungsdienstgesetz (HmbRDG) vom 09.06.1992;
Gesetz über den Rettungsdienst für das Land Mecklenburg-Vorpommern (RDGM-V) vom
01.07.1993;
Niedersächsisches Rettungsdienstgesetz (NRettDG) vom 02.10.2007 (GVBl, page 473);
Gesetz über den Rettungsdienst sowie die Notfallrettung und den Krankentransport durch
Unternehmer (RettG NRW) vom 09.11.1992;
Landesgesetz über den Rettungsdienst sowie den Notfall- und Krankentransport (RettDG) vom
22.04.1991;
Saarländisches Rettungsdienstgesetz (SRettG) vom 09.02.1994;
Gesetz zur Neuordnung des Brandschutzes, Rettungsdienstes und Katastrophenschutzes im Freistaat Sachsen vom 24.06.2004;
Rettungsdienstgesetz des Landes Sachsen-Anhalt (RettDG LSA) vom 07.11.1993;
Gesetz über die Notfallrettung und den Krankentransport im Land Schleswig-Holstein (RDG) vom 29.11.1991;
Thüringer Rettungsdienstgesetz (ThüRettG) vom 22.12.1992;
§ 8 Krankenhausfinanzierungsgesetz (Wet betreffende de financiering van ziekenhuizen);
§§ 14, 30 Gewerbeordnung (Duitse Wet tot regeling van ambacht, handel en industrie);
§ 108 Sozialgesetzbuch V (Wetboek sociale zekerheid nr. V);
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 156
wettelijke ziektekostenverzekering:
§ 291b SGB V (Wetboek sociale zekerheid nr. V) betreffende e-gezondheidszorgverstrekkers;
§ 15 Sozialgesetzbuch VI (SGB VI, Wetboek sociale zekerheid nr. VI);
§ 34 Sozialgesetzbuch VII (SGB VII, Wetboek sociale zekerheid nr. VII), Unfallversicherung;
§ 21 Sozialgesetzbuch IX (SGB IX, Wetboek sociale zekerheid nr. IX) Rehabilitation und Teilhabe behinderter Menschen);
§ 72 Sozialgesetzbuch XI (SGB XI, Wetboek sociale zekerheid nr. XI), verzekering voor langdurige zorg;
Landespflegegesetze:
Gesetz zur Umsetzung der Pflegeversicherung in Baden-Württemberg (Landespflegegesetz -
LPflG) vom 11. September 1995;
Gesetz zur Ausführung der Sozialgesetze (AGSG) vom 8. Dezember 2006;
Gesetz zur Planung und Finanzierung von Pflegeeinrichtungen (Landespflegeeinrichtungsgesetz - LPflegEG) vom 19. Juli 2002;
Gesetz zur Umsetzung des Elften Buches Sozialgesetzbuch;
(Landespflegegesetz - LPflegeG) Vom 29. Juni 2004;
Gesetz zur Ausführung des Pflege-Versicherungsgesetzes im Lande Bremen und zur Änderung des Bremischen Ausführungsgesetzes zum Bundessozialhilfegesetz (BremAGPflegeVG) vom 26. März 1996;
Hamburgisches Landespflegegesetz (HmbLPG) vom 18. September 2007;
Hessisches Ausführungsgesetz zum Pflege-Versicherungsgesetz vom 19. Dezember 1994;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 157
Landespflegegesetz (LPflegeG M-V) vom 16. Dezember 2003;
Gesetz zur Planung und Förderung von Pflegeeinrichtungen nach dem Elften Buch
Sozialgesetzbuch (Niedersächsisches Pflegegesetz - NPflegeG) vom 26. Mai 2004;
Gesetz zur Umsetzung des Pflege-Versicherungsgesetzes (Landespflegegesetz Nordrhein-Westfalen - PfG NW) vom 19. März 1996;
Landesgesetz zur Sicherstellung und Weiterentwicklung der pflegerischen Angebotsstruktur
(LPflegeASG) vom 25. Juli 2005 (GVBl 2005, blz. 299) – (Rheinland-Pfalz);
Saarländisches Gesetz Nr. 1355 zur Planung und Förderung von Pflegeeinrichtungen vom
-
21.Juni 1995;
Sächsisches Pflegegesetz (SächsPflegeG) vom 25. März 1996 ist zum 31.12.2002 außer Kraft getreten);
Ausführungsgesetz zum Pflege-Versicherungsgesetz (PflegeV-AG) vom 7. August 1996;
Ausführungsgesetz zum Pflege-Versicherungsgesetz (Landespflegegesetz - LPflegeG) vom
-
10.Februar 1996;
Thüringer Gesetz zur Ausführung des Pflege-Versicherungsgesetzes (ThürAGPflegeVG) vom
-
20.Juli 2005;
Personenbeförderungsgesetz (Wet betreffende openbaar vervoer);
Landeskrankenhausgesetz Baden-Württemberg vom 29.11.2007;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 158
Bavarian Act on Hospitals (Bayerisches Krankenhausgesetz - BayKrG) vom 28.03.2007;
§§ 12, 13, 14 Krankenhausentwicklungsgesetz Brandenburg (BbgKHEG) vom 08.07.2009 (GVBl. I/09, blz. 310);
Berliner Gesetz zur Neuregelung des Krankenhausrechts vom 18.09.2011 (GVBl., blz. 483);
Bremisches Krankenhausgesetz (BrmKrHG) vom 12.04.2011 (Gesetzblatt Bremen vom
29.04.2011);
Hamburgisches Krankenhausgesetz (HmbKHG) vom 17.04.1991 (HmbGVBl., blz. 127;
§§ 17-19 Hessisches Krankenhausgesetz 2011 (HKHG 2011) vom 21.12.2010 (GVBl. I 2010, blz. 587);
Krankenhausgesetz für das Land Mecklenburg-Vorpommern (LKHG M-V) vom 20.05.2011
(GVOBl. M-V 2011, blz. 327);
Niedersächsisches Krankenhausgesetz (NKHG) vom 19.01.2012 (Nds. GVBl. Nr. 1 vom
26.01.2012, blz. 2);
Krankenhausgestaltungsgesetz des Landes Nordrhein-Westfalen (KHGG NRW) vom 11.12.2007 (GV. NRW, blz. 702);
§ 6 Landeskrankenhausgesetz Rheinland-Pfalz (LKG Rh-Pf) in der Fassung vom 01.12.2010
(GVBl., blz. 433);
Saarländisches Krankenhausgesetz (SKHG) vom 13.07.2005;
Gesetz zur Ausführung des Krankenhausfinanzierungsgesetzes (AG-KHG) in Schleswig-Holstein vom 12.12.1986 (GVOBl. Schl.-H., blz. 302);
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 159
§ 3 Krankenhausgesetz Sachsen-Anhalt (KHG LSA) vom 14.04.2005 (GVBl. LSA 2005, blz. 202); Gesetz zur Neuordnung des Krankenhauswesens (Sächsisches Krankenhausgesetz - SächsKHG) vom 19.08.1993 (Sächs GVBl., blz. 675);
§ 4 Thüringischer Krankenhausgesetz (Thür KHG) in der Fassung der Neubekanntmachung
30.04.2003 (GVBl., blz. 262); en
Gesetz zur Neuordnung des Krankenhauswesens (Sächsisches Krankenhausgesetz – SächsKHG) vom 19. August 1993 (SächsGVBl. blz. 675).
FR: Loi 90-1258 relative à l'exercice sous forme de société des professions libérales, modifiée par les lois 2001-1168 du 12 décembre 2001 et 2008-776 du 4 août 2008 et la loi 66-879 du 29 novembre 1966 (SCP), en
Code de la santé publique, articles L6122-1, L6122-2 (Ordonnance2010-177 du 23 février 2010).
HR: Wet op de gezondheidszorg (OG 150/08, 71/10, 139/10, 22/11, 84/11, 12/12, 70/12, 144/12).
SI: Wet op de gezondheidszorg, staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 23/2005, artikelen 1, 3 en 62-64, Wet op onvruchtbaarheidsbehandelingen en biomedisch ondersteunde voortplanting, staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 70/00, artikelen 15 en 16, en Wet op de levering van bloed (ZPKrv-1), staatsblad van de Republiek Slovenië nr. 104/06, artikelen 5 en 8.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 160
Voorbehoud nr. 13 — Diensten in verband met toerisme en reizen
Sector – subsector: Diensten in verband met toerisme en reizen - hotels, restaurants en catering; Reisbureaus en reisorganisatoren (met inbegrip van
reisleiders) Toeristengidsen
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 641, 642, 643, 7471, 7472
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 161 Omschrijving:
In BG: Oprichting als vennootschap (filialen niet toegestaan) is vereist. Diensten in verband met het organiseren van toeristische reizen of diensten van reisbureaus kunnen worden aangeboden door in een lidstaat van de EU of de EER gevestigde personen indien zij bij vestiging op het grondgebied van Bulgarije beschikken over een afschrift van een document ter staving van het recht om dergelijke activiteiten uit te oefenen en een certificaat of een ander document van een kredietinstelling of een verzekeringsmaatschappij waaruit blijkt dat voor die personen een aansprakelijkheidsverzekering bestaat voor schade die zou kunnen voortvloeien uit een verwijtbare schending van de beroepsplicht. Wanneer de overheid (de staat en/of gemeenten) meer dan vijftig procent van de aandelen van een Bulgaarse onderneming bezit, mag het aantal buitenlandse bestuurders het aantal bestuurders die Bulgaars onderdaan zijn, niet overschrijden. EER nationaliteitsvereiste voor toeristengidsen (CPC 641, 642, 643, 7471, 7472).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 162
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In CY: een vergunning om een toeristische onderneming en reisorganisatie te vestigen zal, evenals de verlenging van een bestaande vergunning van een onderneming, enkel worden verleend aan natuurlijke of rechtspersonen uit de Europese Unie. Niet-ingezeten vennootschappen die niet in een andere lidstaat van de Europese Unie gevestigd zijn, mogen in de Republiek Cyprus de in artikel 3 van de bovenvermelde wet bedoelde activiteiten niet uitoefenen op georganiseerde of permanente basis, tenzij vertegenwoordigd door een ingezeten vennootschap. Voor het aanbieden van diensten van toeristengidsen is de nationaliteit van een lidstaat van de EU vereist (CPC 7471, 7472).
In HR: Nationaliteit van een lidstaat van de EER is vereist voor horeca- en cateringdiensten door huishoudens en kleinschalige bedrijven op het platteland (CPC 641, 642, 643, 7471, 7472).
In EL: De burgers van derde landen moeten een diploma van de toeristengidsenscholen van het
Griekse ministerie van Toerisme verkrijgen om het beroep te mogen uitoefenen. Bij wijze van uitzondering kan het recht om het beroep te mogen uitoefenen tijdelijk worden toegekend aan onderdanen van derde landen, in afwijking van bovengenoemde bepaling, indien er geen toeristengids voor een bepaalde taal voorhanden is.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 163
In ES (voor ES geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie vereist voor het aanbieden van diensten van toeristengidsen (CPC 7472).
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang, nationale behandeling:
In HU: Voor het verlenen van grensoverschrijdende diensten van reisbureaus, reisorganisatoren en toeristengidsen is een vergunning van het Hongaarse Bureau voor handelsvergunningen vereist. Vergunningen worden voorbehouden aan onderdanen van lidstaten van de EER alsmede aan rechtspersonen die hun zetel hebben in een lidstaat van de EER (CPC 7471, 7472).
In IT (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Om als professionele toeristengids op te treden is voor gidsen uit niet-EU-landen een specifieke vergunning van de regio vereist. Voor toeristengidsen uit EU-lidstaten is een dergelijke vergunning niet vereist. De vergunning wordt verleend aan toeristengidsen die kunnen aantonen over voldoende bekwaamheid en kennis te beschikken (CP 7472).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 164
Maatregelen:
BG: Wet op het toerisme, artikelen 61, 113, 146.
CY: Wet op toeristische ondernemingen, reisbureaus en toeristengidsen 1995 tot en met 2004
(N.41(I)/1995-2004).
EL: Presidentieel decreet 38/2010, Ministerieel besluit 165261/IA/2010 (Grieks staatsblad 2157/B), artikel 50 van wet 4403/2016.
ES: Andalucía: Decreto 8/2015, de 20 de enero, Regulador de guías de turismo de Andalucía;
Aragón: Decreto 21/2015, de 24 de febrero, Reglamento de Guías de turismo de Aragón;
Cantabria: Decreto 51/2001, de 24 de julio, artikel 4, por el que se modifica el Decreto 32/1997, de 25 de abril, por el que se aprueba el reglamento para el ejercicio de actividades turísticoinformativas privadas;
Castilla y León: Decreto 25/2000, de 10 de febrero, por el que se modifica el Decreto 101/1995, de 25 de mayo, por el que se regula la profesión de guía de turismo de la Comunidad Autónoma de Castilla y León;
Castilla la Mancha: Decreto 86/2006, de 17 de julio, de Ordenación de las Profesiones Turísticas; Cataluña: Decreto Legislativo 3/2010, de 5 de octubre, para la adecuación de normas con rango de ley a la Directiva 2006/123/CE, del Parlamento y del Consejo, de 12 de diciembre de 2006, relativa a los servicios en el mercado interior, artikel 88;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 165
Comunidad de Madrid: Decreto 84/2006, de 26 de octubre del Consejo de Gobierno, por el que se modifica el Decreto 47/1996, de 28 de marzo;
Comunidad Valenciana: Decreto 90/2010, de 21 de mayo, del Consell, por el que se modifica el reglamento regulador de la profesión de guía de turismo en el ámbito territorial de la Comunitat Valenciana, aprobado por el Decreto 62/1996, de 25 de marzo, del Consell; Extremadura: Decreto 37/2015, de 17 de marzo;
Galicia: Decreto 42/2001, de 1 de febrero, de Refundición en materia de agencias de viajes, guias de turismo y turismo activo;
Illes Balears: Decreto 136/2000, de 22 de septiembre, por el cual se modifica el Decreto 112/1996, de 21 de junio, por el que se regula la habilitación de guía turístico en las Islas Baleares; Islas Canarias: Decreto 13/2010, de 11 de febrero, por el que se regula el acceso y ejercicio de la profesión de guía de turismo en la Comunidad Autónoma de Canarias, artikel 5; La Rioja: Decreto 14/2001, de 4 de marzo, Reglamento de desarrollo de la Ley de Turismo de La Rioja;
Navarra: Decreto Foral 288/2004, de 23 de agosto. Reglamento para actividad de empresas de turismo activo y cultural de Navarra. Principado de Asturias: Decreto 59/2007, de 24 de mayo, por el que se aprueba el Reglamento regulador de la profesión de Guía de Turismo en el Principado de Asturias, en
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 166
Región de Murcia: Decreto n.º 37/2011, de 8 de abril, por el que se modifican diversos decretos en materia de turismo para su adaptación a la ley 11/1997, de 12 de diciembre, de turismo de la Región de Murcia tras su modificación por la ley 12/2009, de 11 de diciembre, por la que se modifican diversas leyes para su adaptación a la directiva 2006/123/CE, del Parlamento Europeo y del Consejo de 12 de diciembre de 2006, relativa a los servicios en el mercado interior.
HR: Wet op de horeca en cateringbedrijven (OG 138/06, 152/08, 43/09, 88/10 i 50/12), en
Wet op de toeristische dienstverlening (OG No. 68/07 en 88/10).
HU: Wet CLXIV van 2005 inzake handel, Regeringsbesluit nr. 213/1996 (XII.23.) betreffende de organisatie van reizen en de activiteiten van reisbureaus.
IT: Wet 135/2001, artikelen 7.5 en 6; en
Wet 40/2007 (DL 7/2007).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 167
Voorbehoud nr. 14 — Diensten in verband met cultuur, sport en recreatie
Sector – subsector: Recreatiediensten; andere diensten in verband met sport
Bedrijfstakkenclassificatie: CPC 962, deel van 96419
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 168 Omschrijving:
Andere diensten in verband met sport (CPC 96419)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In AT (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): De exploitatie van skischolen en berggidsdiensten wordt geregeld in de wet- en regelgeving van de deelstaten ("Bundesländer"). Voor het aanbieden van deze diensten kan de nationaliteit van een lidstaat van de EER vereist zijn. Ondernemingen kunnen worden verplicht een directeur aan te stellen die onderdaan is van een lidstaat van de EER.
In CY: Nationaliteitsvereiste voor de vestiging van een dansschool en nationaliteitsvereiste voor sportinstructeurs.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 169
Maatregelen:
AT: Kärntner Schischulgesetz, LGBL. Nr. 53/97;
Kärntner Berg- und Schiführergesetz, LGBL. Nr. 25/98;
NÖ- Sportgesetz, LGBL. Nr. 5710;
OÖ- Sportgesetz, LGBl. Nr. 93/1997;
Salzburger Schischul- und Snowboardschulgesetz, LGBL. Nr. 83/89;
Salzburger Bergführergesetz, LGBL. Nr. 76/81;
Steiermärkisches Schischulgesetz, LGBL. Nr.58/97;
Steiermärkisches Berg- und Schiführergesetz, LGBL. Nr. 53/76;
Tiroler Schischulgesetz. LGBL. Nr. 15/95;
Tiroler Bergsportführergesetz, LGBL. Nr. 7/98;
Vorarlberger Schischulgesetz, LGBL. Nr. 55/02 §4 (2)a;
Vorarlberger Bergführergesetz, LGBL. Nr. 54/02, en
Wenen: Gesetz über die Unterweisung in Wintersportarten, LGBL. Nr. 37/02.
CY: Wet 65(i)/1997, en
Wet 17(i) /1995.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 170 Voorbehoud nr. 15 — Vervoer en ondersteunende diensten voor vervoer
Sector – subsector: Vervoersdiensten - visserij en vervoer over water — elke andere commerciële activiteit die wordt verricht vanaf een schip; vervoer over water en hulpdiensten voor vervoer over water; vervoer per spoor en hulpdiensten voor vervoer per spoor; wegvervoer en hulpdiensten voor wegvervoer; Hulpdiensten voor het luchtvervoer; verlening van diensten van gecombineerd vervoer
Bedrijfstakkenclassificatie: ISIC Rev. 3.1 0501, 0502; CPC 5133, 5223, 711, 712, 721, 741, 742, 743, 744, 745, 748, 749, 7461, 7469, 83103, 86751, 86754, 8730, 882
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 171
Omschrijving:
-
a)Zeevervoer en hulpdiensten voor zeevervoer. Elke andere commerciële activiteit die wordt verricht vanaf een schip (ISIC Rev. 3.1 0501, 0502; CPC 5133, 5223, 721, deel van 742, 745, 74540, 74520, 74590, 882)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur; Grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Het vervoer en elke activiteit in verband met waterbouwkunde en technische werkzaamheden onder water, de prospectie en winning van minerale en andere anorganische rijkdommen, loodsen, bunkeren, ontvangst van afval, mengsels van water en olie en dergelijke, uitgevoerd door schepen op de binnenwateren en de territoriale wateren van Bulgarije, mogen alleen worden uitgevoerd door vaartuigen die onder Bulgaarse vlag varen of onder de vlag van een andere lidstaat van de Europese Unie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 172 Het aantal dienstverleners in de havens kan worden beperkt op basis van de objectieve capaciteit van de haven, die wordt vastgesteld door een door de minister van Vervoer, Informatietechnologie en Communicatie opgericht comité van deskundigen.
Voor ondersteunende diensten geldt een nationaliteitsvereiste. De kapitein en de hoofdwerktuigbouwkundige van het vaartuig moeten onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie of de EER of van de Zwitserse Bondsstaat. Ten minste 25 % van de functies op managements- en operationeel niveau en ten minste 25 % van de functies op ondergeschiktenniveau moeten bezet zijn door Bulgaarse onderdanen (ISIC Rev. 3.1 0501, 0502, CPC 5133, 5223, 721, 74520, 74540, 74590, 882).
Maatregelen:
BG: Koopvaardijwetboek Wet inzake de zee, de binnenwateren en de havens van de
Republiek Bulgarije; Verordening inzake de voorwaarden voor en de volgorde van de selectie van Bulgaarse maatschappijen voor het vervoer van personen en vracht in het kader van internationale verdragen; en
Verordening 3 inzake het onderhoud van onbemande vaartuigen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 173 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling; Grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Het recht om ondersteunende diensten voor openbaar vervoer in Bulgaarse havens en in de havens van nationaal belang uit te voeren, wordt toegekend via een concessieovereenkomst. In de havens van regionaal belang wordt dit recht toegekend via een overeenkomst met de eigenaar van de haven (CPC 74520, 74540, 74590).
Maatregelen:
BG: Koopvaardijwetboek Wet inzake de zee, de binnenwateren en de havens van de
Republiek Bulgarije.
In DK: Loodsen mogen alleen diensten in Denemarken verlenen als zij in een EU-/EER-land wonen en als zij zijn geregistreerd en goedgekeurd door de Deense autoriteiten overeenkomstig de Deense loodswet (CPC 74520).
Maatregelen:
DK: Deense wet op het loodswezen, § 18.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 174 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling, en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In DE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Een vaartuig dat geen eigendom is van een onderdaan van een lidstaat van de Europese Unie mag voor andere activiteiten dan vervoer en hulpdiensten alleen na specifieke toestemming worden gebruikt op de waterwegen van de Bondsrepubliek Duitsland. Ontheffingen voor schepen van buiten de Europese Unie kunnen alleen worden verleend als geen EU-schepen beschikbaar zijn, of als zij wel beschikbaar zijn maar onder zeer ongunstige omstandigheden, of op basis van wederkerigheid. Voor vaartuigen die onder de Japanse vlag varen, kunnen vrijstellingen worden verleend op basis van wederkerigheid (§ 2 para. 3 KüSchVO). Alle activiteiten die onder de werkingssfeer van de Wet op het loodswezen vallen, zijn gereglementeerd en accreditatie is beperkt tot onderdanen van een lidstaat van de EER of de Zwitserse Bondsstaat.
Wat de verhuur of leasing van zeeschepen met of zonder bedieningspersoneel, en de verhuur of leasing van andere dan zeeschepen zonder bedieningspersoneel betreft, kan het sluiten van contracten voor het goederenvervoer door schepen die onder een vreemde vlag varen of het charteren van dergelijke schepen worden beperkt afhankelijk van de beschikbaarheid van schepen onder Duitse vlag of de vlag van een andere lidstaat van de Europese Unie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 175 Transacties tussen ingezetenen en niet-ingezetenen met betrekking tot:
-
i)de verhuur van binnenvaartuigen die niet in de economische ruimte zijn geregistreerd;
-
ii)het vervoer van goederen met dergelijke binnenvaartuigen; of
-
iii)het slepen van dergelijke binnenvaartuigen
binnen de economische zone kunnen worden beperkt (Vervoer over water, ondersteunende diensten voor vervoer over water, verhuur van schepen, leasing van schepen zonder bedieningspersoneel (CPC 721, 745, 83103, 86751, 86754, 8730).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 176 Maatregelen:
DE: §§ 1, 2 Flaggenrechtsgesetz (Wet bescherming vlagrecht);
§ 2 Verordnung über die Küstenschifffahrt vom 05.07. 2002;
§§ 1, 2 Binnenschifffahrtsaufgabengesetz (BinSchAufgG);
Vorschriften aus der (Schifffahrts-) Patentverordnung in der Fassung vom 08.04.2008;
§ 9 Abs.2 Nr. 1 Seelotsgesetz vom 08.12. 2010 (BGBl. I S. 1864);
§ 1 Nr. 9, 10, 11 und 13 Seeaufgabengesetz (SeeAufgG), en
See-Eigensicherungsverordnung vom 19.09.2005 (BGBl. I S. 2787), geändert durch
Artikel 516 Verordnung vom 31.10.2006 (BGBl. I S. 2407).
In FI: ondersteunende diensten voor zeevervoer in Finse territoriale wateren zijn voorbehouden aan vloten die varen onder de nationale vlag, de vlag van een EU-lidstaat of de Noorse vlag (CPC 745).
Maatregelen:
FI: Merilaki (Zeevaartwet) (674/1994); en
Laki elinkeinon harjoittamisen oikeudesta (Wet op het recht om een handelsactiviteit uit te voeren) (122/1919), s. 4.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 177 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In EL: In havengebieden is een overheidsmonopolie ingesteld voor de behandeling van vracht (CPC 741).
Maatregelen:
EL: Wetboek van publiek zeerecht (Wetsbesluit nr. 187/1973).
In IT: Voor de behandeling van zeevracht wordt een onderzoek naar de economische behoefte verricht. Belangrijkste criteria: het aantal bestaande ondernemingen en de gevolgen daarvoor, de bevolkingsdichtheid, de geografische spreiding en potentiële nieuwe werkgelegenheid (CPC 741).
Maatregelen:
IT: Wetboek op de zee- en binnenvaart;
Wet 84/1994, en
Ministerieel decreet 585/1995.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 178 b) Vervoer per spoor en hulpdiensten voor vervoer per spoor (CPC 711, 743)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en
grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In BG: Alleen onderdanen van een lidstaat van de Europese Unie mogen vervoer per spoor aanbieden of ondersteunende diensten daarvoor in Bulgarije verlenen. Vergunningen voor personen- of goederenvervoer per spoor worden door de minister van Vervoer afgegeven aan spoorwegexploitanten die als handelaars zijn geregistreerd (CPC 711, 743).
Maatregelen: BG: Wet op het vervoer per spoor, artikelen 37, 48.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In LT: De exclusieve rechten voor het verlenen van diensten in verband met de doorvoer worden toegekend aan spoorwegondernemingen die eigendom zijn van de staat of waarvan 100 % van de aandelen in handen is van de staat (CPC 711).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 179
Maatregelen: LT: Wet van de Republiek Litouwen van 22 april 2004 inzake vervoer per spoor nr. IX-2152 zoals gewijzigd op 8 juni 2006 nr. X-653
-
c)Vervoer over de weg en hulpdiensten voor vervoer over de weg (CPC 712, 7121, 7122, 71222, 7123)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en
grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In AT: Voor passagiers- en goederenvervoer kunnen exclusieve rechten en vergunningen alleen worden toegekend aan onderdanen van lidstaten van de Europese Unie en aan rechtspersonen van de Europese Unie die hun hoofdkantoor in de Europese Unie hebben (CPC 712).
Maatregelen: AT: Güterbeförderungsgesetz (Wet inzake goederenvervoer), BGBl. Nr. 593/1995; § 5; Gelegenheitsverkehrsgesetz (Wet inzake incidenteel vervoer), BGBl. Nr. 112/1996; § 6, en Kraftfahrliniengesetz (Wet inzake geregeld vervoer), BGBl. I Nr. 203/1999 zoals gewijzigd, §§ 7 en 8.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 180
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In EL: Voor aanbieders van goederenvervoer over de weg. Voor ondernemers die goederenvervoer over de weg willen aanbieden, is een Griekse vergunning vereist. De vergunningen worden verleend op basis van niet-discriminerende voorwaarden, op voorwaarde van wederkerigheid. In Griekenland gevestigde vrachtvervoersondernemers mogen uitsluitend in Griekenland geregistreerde voertuigen gebruiken (CPC 7123).
Maatregelen:
EL: Verlening van vergunningen voor goederenvervoer over de weg: Griekse wet 3887/2010 (Grieks staatsblad A' 174), zoals gewijzigd bij artikel 5 van Wet 4038/2012 (Grieks staatsblad A' 14) - Verordeningen (EG) nr. 1071/09 i en 1072/09 i.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In IE: Onderzoek naar de economische behoefte voor intercitybussen. Belangrijkste criteria: het aantal bestaande ondernemingen en de gevolgen daarvoor, de bevolkingsdichtheid, de geografische spreiding, de gevolgen voor het verkeer en potentiële nieuwe werkgelegenheid (CPC 7121, CPC 7122).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 181 Maatregelen:
IE: Wet van 2009 tot regeling van het openbaar vervoer.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In MT: Taxi's: er gelden beperkingen voor het aantal vergunningen.
Karozzini (door paarden getrokken rijtuigen): Er gelden beperkingen voor het aantal vergunningen (CPC 712).
Maatregelen:
MT: Taxi Services Regulations (SL499.59).
In PT: Onderzoek naar de economische behoefte voor limousines. Belangrijkste criteria: het aantal bestaande ondernemingen en de gevolgen daarvoor, de bevolkingsdichtheid, de geografische spreiding, de gevolgen voor het verkeer en potentiële nieuwe werkgelegenheid (CPC 71222).
Maatregelen:
PT: Wetsbesluit 41/80 van 21 augustus.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 182 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In CZ: Voor het verlenen van wegvervoersdiensten is een naar Tsjechisch recht opgerichte en in Tsjechië ingeschreven onderneming.
Maatregelen:
CZ: Wet nr. 111/1994 Coll. betreffende het vervoer over de weg.
Met betrekking tot grensoverschrijdende handel in diensten – nationale behandeling:
In RO: Aanbieders van goederen- en personenvervoer over de weg mogen uitsluitend in
Roemenië geregistreerde voertuigen gebruiken waarvan de eigendom en het gebruik voldoet aan de bepalingen van de regeringsverordening (CPC 7121, CPC 7122, CPC 7123).
Maatregelen:
RO: Roemeense wet op het wegvervoer (Regeringsverordening nr. 27/2011 i).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 183 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling, en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In SE: Een Zweedse vergunning is vereist voor transporteurs die wegvervoer willen aanbieden. Voor een taxivergunning is onder meer vereist dat de onderneming een natuurlijke persoon heeft benoemd die als vervoermanager optreedt (de facto een ingezetenschapsvereiste – zie het Zweedse voorbehoud ten aanzien van de soorten van vestiging).
Voor vergunningen voor andere aanbieders van wegvervoer geldt onder andere dat de onderneming in de Europese Unie moet zijn gevestigd, een vestiging in Zweden moet hebben en een in de EU ingezeten natuurlijke persoon moet hebben benoemd die als vervoermanager optreedt.
Vergunningen worden verleend op basis van niet-discriminerende voorwaarden, hoewel aanbieders van goederenvervoer en personenvervoer over de weg in de regel alleen voertuigen mogen gebruiken die in het nationale wegverkeersregister zijn ingeschreven. In het buitenland geregistreerde voertuigen van natuurlijke of rechtspersonen die hun hoofdwoonplaats of -vestiging in het buitenland hebben en voor tijdelijk gebruik naar Zweden worden gebracht, mogen tijdelijk worden gebruikt in Zweden. "Tijdelijk gebruik" wordt door het Zweeds Vervoeragentschap in de regel gedefinieerd als niet meer dan een jaar.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 184 Exploitanten van grensoverschrijdend goederen- en personenvervoer over de weg in het buitenland moeten beschikken over een vergunning voor die activiteiten die is afgegeven door de bevoegde instantie in het land waar zij zijn gevestigd. Bilaterale overeenkomsten inzake wegvervoer bevatten mogelijk nog bijkomende vereisten inzake grensoverschrijdende handel. Voor voertuigen waarop dergelijke bilaterale overeenkomsten niet van toepassing zijn, is ook een vergunning van het Zweeds Vervoeragentschap vereist (CPC 712).
Maatregelen:
SE: Yrkestrafiklag (2012:210) (Wet op het beroepsverkeer);
Lag om vägtrafikregister (2001:558) (Wet op het wegverkeersregister); Yrkestrafikförordning (2012:237) (Regeringsbesluit inzake beroepsverkeer);
Taxitrafiklag (2012:211) (Taxiwet), en
Taxitrafikförordning (2012:238) (Regeringsbesluit inzake taxi's).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 185 d) Hulpdiensten voor luchtvaartdiensten
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In PL: Naargelang van de grootte van de luchthaven mogen bepaalde categorieën van diensten met betrekking tot de opslag van diepgevroren of gekoelde goederen en bulkopslag van vloeistoffen of gassen op luchthavens al dan niet worden verleend. Het aantal aanbieders in elke luchthaven kan worden beperkt naargelang van de beschikbare ruimte; bij beperkingen om andere redenen moet het aantal dienstverleners ten minste twee bedragen.
Maatregelen: PL: Poolse wet inzake het luchtverkeer van 3 juli 2002, artikelen 174.2 en 174.3 3.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling, en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling, meestbegunstigingsbehandeling:
In EU: Voor grondafhandelingsdiensten kan vestiging op het grondgebied van de Europese Unie vereist zijn. De mate waarin de grondafhandelingsdiensten zijn opengesteld, is afhankelijk van de grootte van de luchthaven. Het aantal aanbieders in elke luchthaven kan worden beperkt. Voor "grote luchthavens" mag deze beperking niet minder dan twee aanbieders zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 186
Maatregelen:
EU: Richtlijn 96/67/EG i van de Raad van 15 oktober 1996 betreffende de toegang tot de grondafhandelingsmarkt op de luchthavens van de Gemeenschap.
In BE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Voor grondafhandelingsdiensten is wederkerigheid vereist.
Maatregelen:
BE: Koninklijk besluit van 6 november 2010 betreffende de toegang tot de grondafhandelingsmarkt op de luchthaven Brussel-Nationaal (artikel 18); Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de toegang tot de grondafhandelingsmarkt op de Vlaamse regionale luchthavens (artikel 14), en
Arrêté du Gouvernement wallon réglementant l'accès au marché de l'assistance en escale aux aéroports relevant de la Région wallonne (art. 14).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 187 e) Ondersteunende diensten voor alle vervoerswijzen (deel van CPC 748)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
De EU (geldt tevens voor het regionale bestuursniveau): In- en uitklaringsdiensten kunnen
uitsluitend worden verleend door ingezetenen van de Europese Unie.
Maatregelen: EU: Verordening (EU) nr. 952/2013 i van het Europees Parlement en de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 188 f) De verlening van diensten van gecombineerd-vervoer (CPC 711, 712, 7212, 741, 742,
743, 744, 745, 748, 749)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
De EU (geldt tevens voor het regionale bestuursniveau): Met uitzondering van Finland: mogen alleen in een lidstaat van de Europese Unie gevestigde ondernemers van wegvervoer die met betrekking tot het goederenvervoer tussen de lidstaten van de Europese Unie aan de voorwaarden voor toelating tot het beroep en voor toegang tot de vervoermarkt voor goederen voldoen, in het kader van gecombineerd vervoer tussen lidstaten van de Europese Unie al dan niet grensoverschrijdend begin- en/of eindvervoer verrichten dat een integrerend bestanddeel uitmaakt van het gecombineerd vervoer. Er gelden beperkingen voor elke vervoerswijze.
Maatregelen kunnen worden genomen om ervoor te zorgen dat de motorrijtuigenbelasting voor voertuigen die in het kader van gecombineerd vervoer worden vervoerd, wordt verlaagd of terugbetaald (CPC 711, 712, 7212, 741, 742, 743, 744, 745, 748, 749).
Maatregelen: EU: Richtlijn 92/106/EEG i van 7 december 1992 houdende vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor bepaalde vormen van gecombineerd vervoer van goederen tussen lidstaten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 189
Voorbehoud nr. 16 — Energiegerelateerde activiteiten
Sector – subsector: Energiegerelateerde activiteiten — winning van delfstoffen; productie, transmissie en distributie voor eigen rekening van elektriciteit, gas,
stoom en warm water; vervoer van brandstoffen via pijpleidingen; opslag van via pijpleidingen vervoerde brandstoffen, en diensten in verband met de distributie van energie
Bedrijfstakkenclassificatie: ISIC Rev. 3.1 10, 11, 12, 13, 14, 40, CPC 5115, 63297, 713, deel van 742, 8675, 883, 887
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 190
Omschrijving:
-
a)Winning van delfstoffen (ISIC Rev. 3.1 10, 11, 12, 13, 14, CPC 5115, 7131 8675, 883).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In NL: De opsporing en winning van koolwaterstoffen in Nederland wordt altijd gezamenlijk uitgevoerd door een particuliere onderneming en een door de minister van Economische Zaken de aangewezen naamloze of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. In de artikelen 81 en 82 van de Mijnbouwwet is vastgesteld dat alle aandelen van deze aangewezen vennootschap middellijk of onmiddellijk aan de Nederlandse staat moeten behoren (ISIC Rev. 3.1 10, 3.1 11, 3.1 12, 3.1 13, 3.1 14).
Maatregelen: NL: Mijnbouwwet.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In BE: Voor de exploratie en exploitatie van de minerale en andere niet-levende rijkdommen in de territoriale zee en op het continentale plat is een concessie vereist. De concessiehouder moet een dienstadres hebben in België (ISIC rev. 3.1:14).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 191
Maatregelen:
BE: Koninklijk besluit van 1 september 2004 betreffende de voorwaarden en de toekenningsprocedure van concessies voor de exploratie en de exploitatie van de minerale en andere niet-levende rijkdommen in de territoriale zee en op het continentaal plat.
In BG: Voor bepaalde economische activiteiten met betrekking tot de exploitatie of het gebruik van staats- of overheidseigendommen moet toestemming worden verleend krachtens de Concessiewet of andere bijzondere concessiewetten. Voor prospectie of exploratie van ondergrondse natuurlijke rijkdommen op het grondgebied van de Republiek Bulgarije, op het continentale plat en in de exclusieve economische zone in de Zwarte Zee is een vergunning vereist, terwijl voor winning en exploitatie een uit hoofde van de wet op de ondergrondse natuurlijke rijkdommen verleende concessie is vereist.
Ondernemingen die in preferentiële belastingsjurisdicties (d.w.z. offshore) zijn geregistreerd of daarmee rechtstreeks of onrechtstreeks zijn verbonden, mogen niet deelnemen aan openbare procedures voor de verlening van vergunningen of concessies voor prospectie, exploratie of winning van natuurlijke rijkdommen, met inbegrip van uranium- en thoriumerts, mogen geen bestaande vergunning of concessie exploiteren en kunnen de geologische of commerciële ontdekking van een afzetting als gevolg van exploratie niet laten registreren.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 192 Commerciële vennootschappen waarin de lidstaat of een gemeente een aandeel in het kapitaal van meer dan 50 % bezit, mogen geen transacties voor de vervreemding van vaste activa van de vennootschap uitvoeren, zij mogen geen contracten sluiten voor het verwerven van participaties, geen leasingcontracten, contracten voor de uitvoering van gezamenlijke activiteiten, voor het verkrijgen van kredieten of kredietverzekeringen sluiten en geen verbintenissen uit wisselbrieven aangaan, tenzij toegestaan door het privatiseringsagentschap of de gemeenteraad, afhankelijk van welke instantie bevoegd is. Onverminderd artikel 8.4, leden 1 en 2, is overeenkomstig het besluit van de Nationale Assemblee van de Republiek Bulgarije van 18 januari 2012 het gebruik van hydrofracturering (fracking) voor prospectie, exploratie en winning van olie en gas verboden krachtens een besluit van het Parlement. De exploratie en winning van schaliegas is verboden (ISIC Rev. 3.1 10, 3.1 11, 3.112, 3.1 13, 3.1 14).
De winning van uraniumerts is bij Decreet nr. 163 van de raad van ministers van 20 augustus 1992 verboden.
Voor de winning van thoriumertsen is de algemene regeling van concessies voor de mijnbouw van toepassing. Om deel te nemen aan concessies voor de winning van thoriumertsen moet een Japanse onderneming volgens de Bulgaarse Handelswet zijn opgericht en in het handelsregister zijn ingeschreven. Besluiten om de winning van thoriumertsen toe te staan, worden per geval genomen op een niet-discriminerende basis. Het verbod voor ondernemingen die in preferentiële belastingsjurisdicties (d.w.z. offshore) zijn geregistreerd of daarmee rechtstreeks of onrechtstreeks zijn verbonden om deel te nemen aan openbare procedures voor concessies voor de winning van natuurlijke rijkdommen omvat uranium- en thoriumertsen (ISIC Rev. 3.1. 12).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 193 Maatregelen:
BG: Wet op de ondergrondse natuurlijke rijkdommen;
Wet inzake concessies;
Wet inzake de privatisering en het toezicht na de privatisering;
Wet inzake het veilige gebruik van kernenergie;
Wet op de economische en financiële betrekkingen met ondernemingen die geregistreerd zijn in jurisdicties waar een fiscale voorkeursbehandeling geldt, met daarmee verbonden ondernemingen en hun uiteindelijk gerechtigden, en
Wet op onderwaterrijkdommen.
In CY: De ministerraad kan, om redenen van zekerheid van de energievoorziening, de toegang tot en de uitoefening van activiteiten op het gebied van prospectie, exploratie en exploitatie van koolwaterstoffen verbieden aan elke entiteit waarover Japan of Japanse onderdanen de daadwerkelijke zeggenschap hebben. Na het verkrijgen van een vergunning voor de prospectie, exploratie en productie van koolwaterstoffen mag geen enkele entiteit onder de directe of indirecte zeggenschap van Japan of van Japanse onderdanen komen zonder de voorafgaande goedkeuring van de ministerraad. De ministerraad kan een vergunning voor de prospectie, exploratie en productie van koolwaterstoffen weigeren aan een entiteit die daadwerkelijk onder zeggenschap staat van Japan of van een derde land of van een onderdaan van Japan of van een derde land, indien Japan of dat derde land met betrekking tot de toegang tot en de uitoefening van activiteiten op het gebied van prospectie, exploratie en exploitatie van koolwaterstoffen geen behandeling toekent aan entiteiten van de Republiek Cyprus of entiteiten van de lidstaten van de Europese Unie die gelijkwaardig is aan die welke de Republiek Cyprus of de lidstaten van de Europese Unie aan entiteiten van Japan of dat derde land toekennen (ISIC Rev 3.1 1110).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 194 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
Maatregelen:
CY: De koolwaterstoffenwet (Wet inzake prospectie, exploratie en winning) van 2007
(Wet 4(I)/2007), zoals gewijzigd bij de wetten 126(I) van 2013 en 29(I) van 2014.
In IT (geldt ook voor het regionale bestuursniveau voor exploratie): Voor mijnen die eigendom zijn van de staat gelden specifieke regels voor exploratie en winning. Voorafgaand aan elke exploitatie-activiteit is een exploitatievergunning vereist ("Permesso di Ricerca", artikel 4 Koninklijk besluit 1447/1927). Deze vergunning heeft een looptijd, bevat de precieze grenzen van het terrein in kwestie en voor hetzelfde gebied kunnen exploratievergunningen aan verschillende personen of ondernemingen worden verleend (dit type vergunning is niet noodzakelijkerwijs exclusief). Voor de exploitatie van mineralen is een vergunning ("concessione", artikel 14) van de regionale autoriteit vereist (ISIC Rev. 3.1 10, 3.1 11, 3.1 12, 3.1 13, 3.1 14, CPC 8675, 883).
Maatregelen
IT: Exploratie: Koninklijk besluit 1447/1927, en
Wetsbesluit 112/1998, artikel 34.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 195 In SK: Voor de mijnbouw, activiteiten met betrekking tot de mijnbouw en geologische activiteiten is oprichting naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie of de EER vereist (filialen niet toegestaan). Activiteiten met betrekking tot mijnbouw en prospectie die worden bestreken door de Wet van de Slowaakse Republiek nr. 44/1988 inzake de bescherming en de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen, zijn gereguleerd op een nietdiscriminerende basis, onder meer via openbare beleidsmaatregelen die erop gericht zijn het behoud en de bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en het milieu te waarborgen, zoals het toestaan of verbieden van bepaalde mijnbouwtechnologieën. Voor alle duidelijkheid: dergelijke maatregelen omvatten een verbod op het gebruik van cyanide bij de behandeling of de raffinage van mineralen, het vereiste van een specifieke vergunning in het geval van fracking voor activiteiten met betrekking tot prospectie, exploratie en winning van olie en gas, alsmede van voorafgaande goedkeuring door middel van een plaatselijk referendum in het geval van nucleaire of radioactieve delfstoffen. Dit houdt geen uitbreiding in van de nietconforme aspecten van de bestaande maatregel waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt. (ISIC Rev. 3.1 10, 3.1 11, 3.1 12, 3.1 13, 3.1 14, CPC 7131).
Maatregelen
SK: Wet 51/1988 inzake mijnbouw, explosieven en administratie van mijnen door de staat, en Wet 569/2007 inzake geologische activiteiten.
In UK: Voor het uitvoeren van exploratie- en productieactiviteiten op het continentale plat van het VK en voor het verlenen van diensten waarvoor directe toegang tot of de exploitatie van natuurlijke rijkdommen vereist is, is een vergunning vereist.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 196 Dit voorbehoud is van toepassing op productievergunningen afgegeven met betrekking tot het continentale plat van het VK. Een onderneming moet een vestiging in het Verenigd Koninkrijk hebben om vergunninghouder te kunnen zijn. Dit betekent:
-
i)aanwezigheid in het VK met personeel;
-
ii)inschrijving van een Britse vennootschap in het Companies House van het Verenigd
Koninkrijk, of
-
iii)inschrijving van een Brits filiaal van een buitenlandse vennootschap in het Companies House.
Deze verplichting geldt voor elke onderneming die een nieuwe vergunning aanvraagt en voor elke onderneming die via een sublicentie gebruik wil maken van een bestaande vergunning. Zij is van toepassing op alle vergunningen en op alle ondernemingen, ongeacht of het om exploitanten gaat of niet. Om partij te zijn bij een vergunning voor een productieveld, moet een onderneming: a) als Britse onderneming in het Companies House zijn ingeschreven; of b) haar activiteiten vanuit een vaste handelsvestiging in het Verenigd Koninkrijk uitvoeren, zoals omschreven in sectie 148 van de Finance Act 2003 (waarin normaliter een aanwezigheid met personeel vereist is) (ISIC Rev. 3.1 11, CPC 883, 8675).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 197 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
Maatregelen
UK: Petroleum Act 1988.
In FI: Voor de exploratie en exploitatie van minerale rijkdommen is een vergunning vereist die, wat de ontginning van nucleair materiaal betreft, door de centrale overheid wordt verleend. Voor de exploitatie van een mijnbouwgebied is een vergunning van de centrale overheid vereist. Vergunningen kunnen worden verleend aan een in de EER ingezetene natuurlijke persoon of een in de EER gevestigde rechtspersoon. Er kan een onderzoek naar de economische behoefte worden uitgevoerd (ISIC Rev. 3.1 120, CPC 5115, 883, 8675).
Maatregelen
FI: Kaivoslaki (Mijnbouwwet) (621/2011), en
Ydinenergialaki (Wet inzake kernenergie) (990/1987).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 198 In IE: Exploratie- en mijnbouwmaatschappijen die in Ierland actief zijn, moeten daar een aanwezigheid hebben. In het geval van de exploratie van mineralen moeten de bedrijven (zowel Ierse als buitenlandse) gedurende de looptijd van de werkzaamheden gebruikmaken van de diensten van een agent of een in Ierland ingezeten exploratiemanager. Met betrekking tot mijnbouw wordt vereist dat een mijnbouwconcessie of -vergunning van de staat wordt gehouden door een onderneming die is opgericht naar Iers recht en die is ingeschreven in Ierland. Er zijn geen beperkingen ten aanzien van de eigendom van een dergelijke vennootschap (ISIC Rev. 3.1 10, 3.1 13, 3.1 14 en CPC 883).
Maatregelen
IE: Minerals Development Acts, 1940-2017, en
Planning Acts and Environmental Regulations.
In SI: Voor de exploratie en exploitatie van minerale hulpbronnen, met inbegrip van gereglementeerde mijnbouwdiensten is vestiging in of burgerschap van een lidstaat van de EER, de Zwitserse Bondsstaat of een lid van de OESO, of een derde land op voorwaarde van wederkerigheid vereist. Of aan de voorwaarde van wederkerigheid wordt voldaan, wordt gecontroleerd door het ministerie dat verantwoordelijk is voor de winning van delfstoffen (ISIC Rev. 3.1 10, ISIC Rev. 3.1 11, ISIC Rev. 3.1 12, ISIC Rev. 3.1 13, ISIC Rev. 3.1 14, CPC 883, CPC 8675).
Maatregelen
SI: Mijnbouwwet 2014.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 199 b) Productie, transmissie en distributie voor eigen rekening van elektriciteit, gas, stoom en
warm water vervoer van brandstoffen via pijpleidingen; opslag van via pijpleidingen vervoerde brandstoffen, diensten in verband met energiedistributie (ISIC rev. 3.1 40, 3.1 401, CPC 63297, 713, 7131, deel van 742, 74220, 887)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang:
In DK: De eigenaar of gebruiker die voornemens is om een pijpleiding voor het vervoer van ruwe of geraffineerde aardolie en van aardolieproducten en aardgas aan te leggen, moet over een vergunning van de lokale autoriteit beschikken vóór de aanvang van de werkzaamheden. Het aantal dergelijke vergunningen kan worden beperkt (CPC 7131).
Maatregelen: DK: Bekendtgørelse nr. 724 af 1. juli 2008 om indretning, etablering og drift af olietanke, rørsysrtemer og pipelines (Besluit betreffende de inplanning, bouw en exploitatie van olietanks, leidingen en pijpleidingen), nr. 724 van 1 juli 2008.
In MT: EneMalta plc heeft een monopolie voor de levering van elektriciteit (ISIC Rev. 3.1 401; (CPC 887).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 200
Maatregelen:
MT: EneMalta Act Cap. 272 en EneMalta (Overdracht van activa, rechten, aansprakelijkheden en verplichtingen) Act Cap. 536.
In NL: de eigendom van het elektriciteitsnet en het netwerk van gasleidingen behoort uitsluitend toe aan de Nederlandse overheid (transmissiesystemen) en andere overheidsinstanties (distributienetten) (ISIC Rev. 3.1 040, CPC 71310).
Maatregelen:
NL: Elektriciteitswet 1998; Gaswet.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, hoger management en raden van bestuur en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In AT: Een vergunning voor het vervoer van gas wordt alleen verleend aan onderdanen van een lidstaat van de EER die hun woonplaats in de EER hebben. Ondernemingen en personenvennootschappen moeten hun zetel in de EER hebben. De exploitant van het netwerk moet een directeur benoemen en een technisch directeur die verantwoordelijk is voor de technische controle van de werking van het netwerk, en beiden moeten onderdaan zijn van een lidstaat van de EER.
De bevoegde autoriteit mag afzien van de nationaliteits- en verblijfsvereisten wanneer de exploitatie van het netwerk in het algemeen belang wordt geacht.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 201 Voor het vervoer van andere goederen dan gas en water geldt het volgende:
-
i)aan natuurlijke personen wordt alleen een vergunning verleend als zij onderdaan zijn van een lidstaat van de EER en een vestiging in Oostenrijk hebben, en
-
ii)ondernemingen en personenvennootschappen moeten hun zetel in Oostenrijk hebben. Er wordt een onderzoek naar de economische behoefte of een beoordeling van het belang
uitgevoerd. Grensoverschrijdende pijpleidingen mogen niet ten koste gaan van de veiligheidsbelangen van Oostenrijk en haar status als neutraal land. Ondernemingen en personenvennootschappen moeten een directeur aanstellen die onderdaan moet zijn van een lidstaat van de EER. De bevoegde autoriteit mag afzien van de nationaliteits- en vestigingsvereisten indien de exploitatie van de pijpleiding in het algemeen belang wordt geacht (CPC 713).
Maatregelen:
AT: Rohrleitungsgesetz (Law on Pipeline Transport), BGBl. Nr. 411/1975, § 5(1) en (2), §§ 5 (1) en (3), 15, 16, en
Gaswirtschaftsgesetz 2011(Wet inzake gas), BGBl. I Nr. 107/2011, artikelen 43 and 44, artikelen 90 and 93.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 202 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling, hoger management en raden van bestuur en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling (enkel van toepassing voor het regionale bestuursniveau):
In AT: Een vergunning voor de transmissie en distributie van elektriciteit wordt alleen verleend aan onderdanen van een lidstaat van de EER die hun woonplaats in de EER hebben. Indien de exploitant een directeur of huurder aanstelt, wordt afgezien van het woonplaatsvereiste.
Rechtspersonen (ondernemingen) en personenvennootschappen moeten hun zetel in de EER hebben. Zij moeten een directeur of huurder aanstellen die onderdaan is van een lidstaat van de EER en zijn woonplaats in de EER heeft.
De bevoegde autoriteit mag afzien van de woonplaats- en nationaliteitsvereisten wanneer de exploitatie van het netwerk in het algemeen belang wordt geacht (ISIC Rev. 3.1 40, CPC 887).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 203 Maatregelen:
AT: Burgenländisches Elektrizitätswesengesetz 2006, LGBl. Nr. 59/2006, als gewijzigd;
Niederösterreichisches Elektrizitätswesengesetz, LGBl. Nr. 7800/2005, als gewijzigd;
Landesgesetz, mit dem das Oberösterreichische Elektrizitätswirtschafts- und - organisationsgesetz 2006 erlassen wird (Oö. ElWOG 2006), LGBl. Nr. 1/2006, als gewijzigd; Salzburger Landeselektrizitätsgesetz 1999 (LEG), LGBl. Nr. 75/1999, als gewijzigd; Gesetz vom 16. November 2011 über die Regelung des Elektrizitätswesens in Tirol (Tiroler Elektrizitätsgesetz 2012 – TEG 2012), LGBl. Nr. 134/2011; Gesetz über die Erzeugung, Übertragung und Verteilung von elektrischer Energie (Vorarlberger Elektrizitätswirtschaftsgesetz), LGBl. Nr. 59/2003, als gewijzigd; Gesetz über die Neuregelung der Elektrizitätswirtschaft (Wiener Elektrizitätswirtschaftsgesetz 2005 – WElWG 2005), LGBl. Nr. 46/2005;
Steiermärkisches Elektrizitätswirtschafts- und Organisationsgesetz(ELWOG), LGBl. Nr.
70/2005; en
Kärntner Elektrizitätswirtschafts-und Organisationsgesetz(ELWOG), LGBl. Nr. 24/2006.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 204 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In CZ: Voor de opwekking, transmissie, distributie, handel en andere activiteiten van exploitanten op de elektriciteitsmarkt, alsmede voor de opwekking, transmissie, distributie, opslag en handel in gas, alsook voor de opwekking en distributie van warmte is een vergunning vereist. Een dergelijke vergunning kan alleen worden afgegeven aan een natuurlijke persoon met een verblijfsvergunning of een rechtspersoon die is gevestigd in de Europese Unie. Er bestaan exclusieve rechten met betrekking tot elektriciteits- en gastransmissie en vergunningen om als marktdeelnemer te kunnen optreden (ISIC Rev. 3.1 40, CPC 7131, 62271, 742 en 887).
Maatregelen:
CZ: Wet nr. 458/2000 Coll. inzake bedrijfsleven en overheid in de energiesector (The Energy Act).
In PL: voor de volgende activiteiten is een vergunning uit hoofde van de Energiewet vereist:
-
i)de productie van brandstoffen of energie, met uitzondering van: de productie van vaste of gasvormige brandstoffen; de productie van elektriciteit uit elektriciteitsbronnen
waarbij de totale capaciteit uit niet-hernieuwbare bronnen niet meer dan 50 MW bedraagt; de cogeneratie van elektriciteit en warmte uit bronnen waarbij de totale capaciteit uit niet-hernieuwbare bronnen niet meer dan 5 MW bedraagt; de productie van warmte met behulp van bronnen met een totale capaciteit van niet meer dan 5 MW;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 205 ii) de opslag van gasvormige brandstoffen in opslaginstallaties, het vloeibaar maken van
aardgas en hervergassing van vloeibaar aardgas in LNG-installaties alsmede de opslag van vloeibare brandstoffen, met uitzondering van: de lokale opslag van vloeibaar gas in installaties met een capaciteit van minder dan 1 MJ/s en de opslag van vloeibare brandstoffen in de detailhandel;
-
iii)vervoer of distributie van brandstoffen of energie, met uitzondering van: de distributie van gasvormige brandstoffen via netwerken met een capaciteit van minder dan 1 MJ/s en het vervoer of de distributie van warmte indien de totale capaciteit in opdracht van klanten niet hoger is dan 5 MW;
-
iv)de handel in brandstoffen of energie, met uitzondering van: de handel in vaste brandstoffen; de handel in elektriciteit d.m.v. installaties met een spanning van minder dan 1 kV die eigendom zijn van de klant; de handel in gasvormige brandstoffen indien de jaarlijkse omzet niet meer dan de tegenwaarde van 100 000 EUR bedraagt; de handel in vloeibaar gas indien de jaarlijkse omzet niet meer dan 10 000 euro bedraagt, en de handel in gasvormige brandstoffen en elektriciteit op beurzen door makelaarskantoren die hun activiteiten uitvoeren op basis van de wet van 26 oktober 2000 betreffende commoditybeurzen, alsmede de handel in warmte indien de totale capaciteit in opdracht van de klanten niet meer dan 5 MW bedraagt. De omzetlimieten zijn niet van toepassing op de groothandel in gasvormige brandstoffen of vloeibaar gas of op de detailhandel in flessengas.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 206 De bevoegde autoriteit kan alleen een vergunning verlenen aan aanvragers die hun hoofdvestiging of verblijfplaats op het grondgebied van een lidstaat van een EU- of een EER- lidstaat of de Zwitserse Bondsstaat hebben geregistreerd (ISIC Rev. 3.1 040, CPC 63297, 74220, CPC 887).
Maatregelen:
PL: Energiewet van 10 april 1997, artikelen 32 en 33.
Met betrekking tot de grensoverschrijdende handel in diensten –markttoegang:
In LT: Vergunningen voor de transmissie, distributie en levering van elektriciteit en voor de organisatie van de handel in elektriciteit kunnen alleen worden verleend aan Litouwse rechtspersonen of filialen van buitenlandse rechtspersonen of andere in Litouwen gevestigde organisaties. Dit voorbehoud is niet van toepassing op advies met betrekking tot de transmissie en distributie van elektriciteit voor een vast bedrag of op contractbasis (ISIC Rev. 3.1 401, CPC 887).
In het geval van brandstoffen is vestiging vereist. Vergunningen voor transmissie en distributie van brandstoffen kunnen alleen worden verleend aan Litouwse rechtspersonen of filialen van buitenlandse rechtspersonen of andere in Litouwen gevestigde organisaties (dochterondernemingen).
Dit voorbehoud is niet van toepassing op advies met betrekking tot de transmissie en distributie van brandstoffen voor een vast bedrag of op contractbasis (CPC 713, CPC 887).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 207 Maatregelen:
LT: Wet van de Republiek Litouwen van 10 oktober 2000 inzake aardgas, nr. VIII-1973; en Wet van de Republiek Litouwen van 20 juli 2000 betreffende elektriciteit nr. VIII-1881.
In SI: Voor de productie, handel, levering aan eindafnemers, transmissie en distributie van elektriciteit en aardgas is vestiging in de Europese Unie vereist (ISIC rev. 3.1 4010, 4020, CPC 7131, CPC 887).
Maatregelen:
SI: Energetski zakon (Energiewet) 2014, staatsblad Republiek Slovenië, nr. 17/2014, en
Mijnwet 2014.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 208 Voorbehoud nr. 17 — Landbouw, visserij en be- en verwerkende industrie
Sector – subsector: Landbouw, jacht, bosbouw vee- en rendierhouderij, visserij en aquacultuur; uitgeverijen, drukkerijen, reproductie van
opgenomen media
Bedrijfstakkenclassificatie: ISIC Rev. 3.1 011, 012, 013, 014, 015, 1531, 050, 0501, 0502, 221, 222, 323, 324, CPC 882, 88442
Type voorbehoud Markttoegang
Nationale behandeling
Meestbegunstigingsbehandeling
Verbod van prestatie-eisen
Hoger management en raden van bestuur
Afdeling: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Bestuursniveau: EU/Lidstaat (tenzij anders vermeld)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 209
Omschrijving:
-
a)Landbouw, jacht, bosbouw (ISIC Rev. 3.1 011, 012, 013, 014, 015, 1531)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, verbod van prestatie-eisen:
De EU: De door de lidstaten van de Europese Unie aangewezen interventiebureaus kopen in de Europese Unie geoogste granen. Er wordt geen uitvoerrestitutie toegekend voor rijst ingevoerd uit en wederuitgevoerd naar enig derde land. Alleen rijsttelers uit de Europese Unie kunnen aanspraak maken op compensatiebetalingen.
Maatregelen: EU: Verordening (EG) nr. 1234/2007 i van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten ("Integrale-GMO-verordening").
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In IE: Voor de vestiging van graanmolens door buitenlandse ingezetenen is toestemming vereist (ISIC Rev 3.1 1531).
Maatregelen: IE: Agriculture Produce (Cereals) Act, 1933.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 210
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In FI: Alleen onderdanen van een lidstaat van de EER woonachtig in rendiergebied mogen eigen rendieren houden en activiteiten in verband met de rendierhouderij uitoefenen. Exclusieve rechten kunnen worden verleend.
Maatregelen:
FI: Poronhoitolaki (Wet op de rendierhouderij) (848/1990), hoofdstuk 1, s. 4, Protocol 3 bij het Toetredingsverdrag van Finland.
In FR: Voorafgaande toestemming is vereist om lid te worden van een landbouwcoöperatie of om als directeur daarvan op te treden (ISIC Rev. 3.1 011, 012, 013, 014, 015).
Maatregelen:
FR: Code rural et de la pêche maritime: artikel R331-1 inzake vestiging en artikel L. 529-2 inzake landbouwcoöperaties
In SE: Uitsluitend Sami mogen eigendomsrechten bezitten en uitoefenen in verband met de rendierhouderij.
Maatregelen:
SE: Wet op de rendierhouderij (1971:437), artikel ("paragraph") 1.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 211 b) Visserij en aquacultuur (ISIC Rev. 3.1 050, 0501, 0502, CPC 882)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In FR: Een Frans schip onder Franse vlag kan alleen een visvergunning of toestemming om te
vissen verkrijgen op basis van nationale quota wanneer er een reëel economisch verband op
het grondgebied van Frankrijk bestaat en het vaartuig vanuit een vaste inrichting op het
grondgebied van Frankrijk wordt geleid en gecontroleerd (ISIC Rev. 3.1 050, CPC 882).
Maatregelen: FR: Code rural et de la pêche maritime: Artikel L921-3.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 212
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In SE: Beroepsvisserij is de visserij met een professionele visvergunning of visserij door buitenlandse vissers die in het bezit zijn van een specifieke vergunning voor beroepsvisserij in Zweedse territoriale wateren of in de Zweedse economische zone. Een professionele visvergunning kan worden verleend aan vissers voor wie visserij essentieel is voor het levensonderhoud en waarbij er een band bestaat met de Zweedse visserijsector. Een band met de Zweedse visserijsector zou bijvoorbeeld bestaan als de vissers de helft van hun vangsten tijdens een kalenderjaar (in waarde) aanlanden in Zweden, als de helft van de visreizen vertrekt vanuit een Zweedse haven of als de helft van de vissers in de vloot hun woonplaats in Zweden hebben.
Voor vaartuigen van meer dan vijf meter is naast de visvergunning eveneens een scheepsvergunning vereist. Een vergunning wordt afgegeven indien, onder andere, het vaartuig in het nationale register is geregistreerd, het vaartuig een daadwerkelijke economische band met Zweden heeft, de vergunninghouder een visser is met een professionele visvergunning en indien de gezagvoerder van het vaartuig een visser is met een professionele visvergunning.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 213 De gezagvoerder van een vissersvaartuig met een brutotonnage van meer dan 20 ton moet een onderdaan van een lidstaat van de EER zijn. Het Zweeds Vervoeragentschap kan vrijstellingen verlenen.
Schepen worden als Zweeds beschouwd en mogen onder de Zweedse vlag varen indien het schip voor meer dan de helft eigendom is van Zweedse onderdanen of Zweedse rechtspersonen. De overheid kan buitenlandse schepen toestemming verlenen om onder de Zweedse vlag te varen als hun activiteiten onder Zweeds zeggenschap vallen en de eigenaar kan aantonen dat hij zijn vaste woonplaats in Zweden heeft. Schepen die voor 50 % eigendom zijn van onderdanen van een lidstaat van de EER of van ondernemingen die hun statutaire zetel, hoofdkantoor of hoofdvestiging binnen de EER hebben, en vanuit Zweden worden gecontroleerd, mogen eveneens in het Zweedse register worden geregistreerd (ISIC Rev. 3.1 0501, 3.1 0502, CPC 882).
Maatregelen:
SE: Wet op de zeevaart 1994/1009;
Wet op de visserij (1993:787);
Verordening inzake visserij, aquacultuur en de visindustrie (1994:1716);
De visserijregelgeving van de Nationale Visserijraad (2004:25), en
Verordening inzake scheepsveiligheid (2003:438).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 214 c) Vervaardiging - Uitgeverijendrukkerijen, reproductie van opgenomen media (ISIC
rev. 3.1 221, 222, 323, 324, CPC 88442)
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – markttoegang, nationale behandeling:
In LV: Alleen rechtspersonen naar Lets recht en natuurlijke personen uit Letland mogen massamedia oprichten en publiceren. Filialen zijn niet toegestaan (CPC 88442).
Maatregelen: LV: Wet op de pers en andere massamedia, s. 8.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang:
In DE (geldt ook voor het regionale bestuursniveau): Op alle openbaar verspreide of gedrukte
kranten, vaktijdschriften en periodieken moet de "verantwoordelijke uitgever" duidelijk zijn
aangegeven (volledige naam en adres van een natuurlijke persoon). Er kan worden verlangd
dat de verantwoordelijke uitgever een permanent ingezetene van Duitsland, de Europese Unie
of een EER-land is. Uitzonderingen kunnen worden toegestaan door de minister van
Binnenlandse Zaken (ISIC Rev. 3.1 223, 224).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 215
Maatregelen:
DE: § 10 Abs. 1 Nr. 4 Landesmediengesetz (LMG) Rheinland-Pfalz v. 4. Februar 2005,
GVBl. S. 23;
§ 9 Abs. 1 Nr. 1 Gesetz über die Presse Baden-Württemberg (LPG BW) v. 14 Jan. 1964, GBl. S.11;
§ 9 Abs. 1 Nr. 1 Pressegesetz für das Land Nordrhein-Westfalen (Landespressegesetz NRW) v. 24. Mai 1966 (GV. NRW. S. 340);
§ 8 Abs. 1 Gesetz über die Presse Schleswig-Holstein (PressG SH) vom 25.1.2012, GVOBL. SH S. 266;
§ 7 Abs. 2 Landespressegesetz für das Land Mecklenburg-Vorpommern (LPrG M-V) v. 6
Juni 1993, GVOBl. M-V 1993, S. 541;
§ 8 Abs. 1 Nr. 1 Pressegesetz für das Land Sachsen-Anhalt in der Neufassung vom 2.5.2013 (GVBl. LSA S. 198);
§ 7 Abs. 2 Berliner Pressegesetz (BlnPrG) v. 15 Juni 1965, GVBl. S. 744;
§ 10 Abs. 1 Nr. 1 Brandenburgisches Landspressegesetz (BbgPG) v. 13. Mai 1993, GVBl.
I/93, S. 162;
§ 9 Abs. 1 Nr.1 Gesetz über die Presse Bremen (BrPrG), Brem. GBl. 1965, S. 63;
§ 7 Abs. 3 Nr. 1 Hessisches Pressegesetz (HPresseG) v. 12. Dezember 2004, GVBl. 2004 I
S.2;
§ 7 Abs. 2 i.V.m § 9 Abs.1 Ziffer 1 Thüringer Pressegesetz (TPG) v. 31. Juli 1991, GVBl.
1991 S. 271;
§ 9 Abs. 1 Nr. 1Hamburgisches Pressegesetz v. 29. Januar 1965, HmbGVBl., S. 15;
§ 6 Abs. 2 Sächsisches Gesetz über die Presse (SächsPresseG) v. 3. April 1992, SächsGVBl. S. 125;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 216 § 8 Abs. 2 Niedersächsisches Pressegesetz v. 22. März 1965, GVbl. S.9; § 9 Abs. 1 Nr. 1 Saarländisches Mediengesetz (SMG) vom 27. Februar 2002 (Amtsbl. S. 498); en
Artikel 5 Abs. 2 Bayerisches Pressegesetz in der Fassung der Bekanntmachung v. 19. April 2000 (GVBl, S. 340).
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling, markttoegang, meestbegunstigingsbehandeling:
In IT: Voor zover Japan toestaat dat onderdanen en ondernemingen van Italië deze activiteiten uitoefenen, staat Italië toe dat onderdanen en ondernemingen van Japan deze activiteiten onder dezelfde voorwaarden uitoefenen. Voor zover Japan toestaat dat Italiaanse beleggers meer dan 49 procent van het kapitaal of de stemrechten in een Japanse uitgeverij bezitten, staat Italië onder dezelfde voorwaarden toe dat Japanse beleggers meer dan 49 procent van het kapitaal of de stemrechten in een Italiaanse uitgeverij bezitten (ISIC Rev. 3.1 221, 222).
Maatregelen:
IT: Wet 416/1981, artikel 1 (en latere wijzigingen).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 217 Met betrekking tot liberalisering van investeringen – hoger management en raden van bestuur:
In PL: Nationaliteitsvereiste voor de hoofdredacteur van kranten en tijdschriften (ISIC Rev. 3.1 221, 222).
Maatregelen:
PL: Perswet van 26 januari 1984, Pools staatsblad, nr. 5, punt 24, met latere wijzigingen.
Met betrekking tot liberalisering van investeringen – nationale behandeling en grensoverschrijdende handel in diensten – markttoegang, nationale behandeling:
In SE: Natuurlijke personen die eigenaar zijn van tijdschriften die in Zweden worden gedrukt en uitgegeven, moeten woonachtig zijn in Zweden of onderdaan zijn van een lidstaat van de EER. Eigenaren (rechtspersonen) van dergelijke tijdschriften moeten in de EER gevestigd zijn. Voor tijdschriften die in Zweden worden gedrukt en uitgegeven en technische opnames moet een in Zweden woonachtige verantwoordelijke redacteur worden aangewezen ISIC Rev. 3.1 22, CPC 88442).
Maatregelen:
SE: Wet op de persvrijheid (1949: 105);
Fundamentele wet inzake vrijheid van meningsuiting (1991:1469), en
Wet op de verordeningen inzake de wet op de persvrijheid en de wet op de fundamentele inzake vrijheid van meningsuiting (1991:1559).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 218
Lijst van Japan
Algemene aantekeningen
-
1.Deze lijst bevat, overeenkomstig de artikelen 8.12, 8.18 en 8.24, de voorbehouden van Japan met betrekking tot bestaande maatregelen die niet in overeenstemming zijn met de
verplichtingen die voortvloeien uit:
-
a)artikel 8.7 of artikel 8.15;
-
b)artikel 8.8 of artikel 8.16;
-
c)artikel 8.9 of artikel 8.17;
-
d)artikel 8.10, of
-
e)artikel 8.11.
-
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 219
-
2.Elk voorbehoud bevat de volgende elementen:
-
a)"Sector" verwijst naar de algemene sector waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt;
-
b)"Subsector" verwijst naar de specifieke sector waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt;
-
c)"Bedrijfstakkenclassificatie" verwijst, waar van toepassing, en enkel om redenen van transparantie, naar de activiteit waarop het voorbehoud betrekking heeft overeenkomstig de interne of internationale bedrijfstakkenclassificaties;
-
d)"Betrokken verplichtingen" specificeert de verplichtingen als bedoeld in punt 1 waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt;
-
e)"Bestuursniveau" geeft aan op welk bestuursniveau de maatregel waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt, wordt gehandhaafd;
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 220 f) "Maatregelen" geeft de bestaande wet- en regelgeving of andere maatregelen aan
waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt. Een maatregel die onder "Maatregelen" is vermeld:
-
i)betreft de maatregel zoals gewijzigd, gehandhaafd of verlengd met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst, en
-
ii)omvat elke ondergeschikte maatregel die krachtens de maatregel is vastgesteld of wordt gehandhaafd en daarmee verenigbaar is, en
-
-
g)"Omschrijving" vermeldt, met betrekking tot de in punt 1 bedoelde verplichtingen, de niet-conforme aspecten van de bestaande maatregelen waarvoor het voorbehoud wordt gemaakt.
-
-
3.Bij de interpretatie van een voorbehoud wordt met alle elementen van het voorbehoud rekening gehouden. Een voorbehoud moet worden geïnterpreteerd in het licht van de desbetreffende bepalingen van de afdelingen ten aanzien waarvan het wordt gemaakt, en het element "Maatregelen" heeft voorrang op alle andere elementen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 221
-
4.Met betrekking tot financiële diensten:
-
a)wordt het Japan om prudentiële redenen in het kader van artikel 8.65 niet belet maatregelen te nemen zoals niet-discriminerende beperkingen op de rechtsvormen van commerciële aanwezigheden. Om dezelfde redenen wordt het Japan niet belet om voor de markttoelating voor nieuwe financiële diensten niet-discriminerende beperkingen op te leggen die in overeenstemming zijn met een regelgevend kader dat gericht is op de verwezenlijking van die prudentiële doelstellingen. In dit verband is het
beleggingsondernemingen toegestaan om te handelen in effecten zoals gedefinieerd in de desbetreffende wetten van Japan, en is het banken niet toegestaan in die effecten te handelen, tenzij dit in overeenstemming met die wetten is toegestaan, en
-
b)worden diensten die zonder actieve marketing van de dienstverlener op het grondgebied van de Europese Unie worden verleend ten behoeve van een dienstafnemer in Japan
beschouwd als diensten verleend overeenkomstig artikel 8.2, onder d), ii).
-
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 222
-
5.Met betrekking tot zeevervoer zijn maatregelen die gevolgen hebben voor cabotage in het zeevervoer niet opgenomen in deze lijst, aangezien zij op grond van artikel 8.6, lid 2,
onder a), zijn uitgesloten van het toepassingsgebied van hoofdstuk 8, afdeling B, en op grond van artikel 8.14, lid 2, onder a), van dat van hoofdstuk 8, afdeling C.
-
6.De wet- en regelgeving van Japan inzake spectrumbeschikbaarheid die van invloed is op verplichtingen uit hoofde van de artikelen 8.7 en 8.15, is niet opgenomen in deze lijst van Japan, rekening houdend met aanhangsel 6 van de Richtsnoeren voor het opstellen van lijsten van specifieke verbintenissen (WTO-document S/L/92 van 28 maart 2001).
-
7.Voor de toepassing van de lijst van Japan in deze bijlage wordt onder "JSIC" verstaan de
"Japan Standard Industrial Classification" van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Communicatie, zoals herzien op 30 oktober 2013.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 223
1 Sector: Landbouw, bosbouw en visserij, en aanverwante diensten (met uitzondering van visserij in de territoriale zee, de
binnenwateren, de exclusieve economische zone en het continentaal plat als bedoeld in voorbehoud nr. 11 in de lijst van Japan in bijlage II bij bijlage 8-B)
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 01 Landbouw
JSIC 02 Bosbouw
JSIC 03 Visserij, met uitzondering van aquacultuur
JSIC 04 Aquacultuur
JSIC 6324 Landbouwcoöperaties
JSIC 6325 Coöperaties inzake visserij en inzake visverwerking
JSIC 871 Coöperatieve verenigingen op het gebied van landbouw, bosbouw en visserij, n.e.g.
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet
nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen (Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 224
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de landbouw, bosbouw, visserij en aanverwante diensten (met uitzondering van de visserij in de territoriale zee, de binnenwateren, de exclusieve economische zone en het continentaal plat als bedoeld in het voorbehoud nr. 11 in de lijst van Japan in bijlage II bij bijlage 8-B) in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin sprake is van significante nadelige gevolgen voor de goede werking van de Japanse economie 1 .
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
1 Voor alle duidelijkheid: het ontbreken van een verwijzing in deze beschrijving naar de
"nationale veiligheid" als bedoeld in de nrs. 11, 13, 15, 37, 43, 44, 52 en 54 van de lijst van Japan in deze bijlage betekent niet dat artikel 1.5 niet van toepassing is op de screening of dat Japan afziet van zijn recht om een beroep te doen op artikel 1.5 ter rechtvaardiging van de screening.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 225
2 Sector: Auto-onderhoud
Subsector: Demontage en reparatie van motorvoertuigen
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 89 Diensten in verband met auto-onderhoud
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake de wegvoertuigen (Wet nr. 185 van 1951), hoofdstuk 6
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die zakelijke activiteiten wil ontplooien op het gebied van demontage en reparatie van motorvoertuigen, moet een werkplaats hebben in Japan en goedkeuring verkrijgen van de directeur-generaal van het bevoegde bureau voor vervoer in het district waarin de werkplaats zich bevindt.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 226
3 Sector: Zakelijke dienstverlening
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 9111 Arbeidsbemiddeling
JSIC 9121 Diensten inzake interimplaatsing van werknemers
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de arbeidsvoorziening (Wet nr. 141 van 1947), hoofdstukken 3 en 3-3
Wet inzake het naar behoren functioneren van uitzendbureaus en ter bescherming van uitzendkrachten (Wet nr. 88 van 1985), hoofdstuk 2
Wet inzake havenwerk (Wet nr. 40 van 1988), hoofdstuk 4
Wet op de arbeidsvoorziening voor zeelieden (wet nr. 130 van 1948), hoofdstuk 3
Wet inzake verbetering van de arbeidsomstandigheden van werknemers in de bouwsector (Wet nr. 33 van 1976), hoofdstukken 5 en 6
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 227 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Een persoon die voornemens is de volgende diensten te verlenen voor ondernemingen in Japan, moet beschikken over een vestiging in Japan en toestemming verkrijgen van of een melding doen aan de bevoegde autoriteit,
voor zover van toepassing:
-
a)particuliere arbeidsbemiddelingsdiensten, met inbegrip van arbeidsbemiddeling tegen betaling voor werknemers in de bouwsector en
arbeidsbemiddeling voor zeevarenden, of
-
b)diensten in verband met uitzendkrachten, waaronder het uitzenden van stuwadoors, zeelieden en diensten ter veiligstelling van
werkmogelijkheden voor werknemers in de bouwsector.
-
-
2.Diensten in verband met het aanbieden van werk kunnen enkel worden verleend door een werknemersorganisatie die toestemming heeft verkregen van de bevoegde
autoriteit op grond van de Wet op de arbeidsvoorziening of de Wet op de arbeidsvoorziening voor zeelieden.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 228 4 Sector: Diensten van incassobureaus
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 6619 Verscheidene financiële hulpactiviteiten
JSIC 7299 Vrije beroepen, n.e.g.
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet bijzondere maatregelen inzake kredietbeheer en incassoactiviteiten (wet nr. 126 van 1998), artikelen 3 en 4
Wet op de advocatuur (Wet nr. 205 van 1949), artikelen 72 en
73
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 229 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Een persoon die voornemens is diensten van incassobureaus te verlenen die de beoefening van de rechtspraktijk inhouden met betrekking tot juridische zaken, moet gekwalificeerd zijn als advocaat overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Bengoshi"), als juridische professionele vennootschap naar de wet- en regelgeving van Japan ("Bengoshihojin") of als rechtspersoon die is opgericht uit hoofde van de Wet bijzondere maatregelen voor kredietbeheer en incasso-activiteiten, en een kantoor oprichten in Japan.
-
2.Alleen een rechtspersoon die is opgericht uit hoofde van de Wet bijzondere maatregelen voor kredietbeheer en
incasso-activiteiten, die kredieten op grond van de bepalingen van deze wet behandelt, mag de kredieten van een andere persoon overnemen en terugvorderen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 230 5 Sector: Bouwnijverheid
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 06 Bouwwerkzaamheden, algemeen, met inbegrip van openbare en particuliere bouwwerkzaamheden
JSIC 07 Bouwwerkzaamheden door gespecialiseerde contractanten, met uitzondering van werk in verband met de installatie van apparatuur
JSIC 08 Werk in verband met de installatie van apparatuur
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de bouwwerkzaamheden (Wet nr. 100 van 1949), hoofdstuk 2
Wet inzake recycling van bouwmaterialen (wet nr. 104 van 2000), hoofdstuk 5
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 231
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een persoon die zakelijke activiteiten wil ontplooien op het gebied van bouwwerkzaamheden, moet een vestiging oprichten in Japan en toestemming verkrijgen van de
minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme of van de gouverneur die bevoegd is in het district waarin de vestiging zich bevindt.
-
2.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van sloopwerkzaamheden, moet een vestiging oprichten in Japan en geregistreerd worden bij de gouverneur die
bevoegd is in het district waarin de vestiging zich bevindt.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 232 6 Sector: Distributiediensten
Subsector: Diensten in verband met de groothandel, detailhandel en handelsbemiddeling met betrekking tot alcoholhoudende dranken
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 5222 Alcoholhoudende dranken
JSIC 5851 Drankwinkels
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de belasting op alcoholhoudende dranken (Wet nr. 6 van 1953), artikelen 9 tot en met 11
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Het aantal vergunningen dat aan dienstverleners in deze subsectoren wordt verleend kan beperkt zijn, wanneer het noodzakelijk is om een evenwicht tussen vraag en aanbod inzake alcoholhoudende dranken te handhaven, om de dienovereenkomstige belastinginkomsten te waarborgen (artikel 10, lid 11, van de Wet op de belasting op alcoholhoudende dranken).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 233 7 Sector: Distributiediensten
Subsector: Diensten in verband met de groothandel verleend op de
openbare groothandelsmarkt
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 521 Landbouwproducten, producten van veeteelt en pluimveebedrijf, alsmede
aquacultuurproducten
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de groothandelsmarkt (Wet nr. 35 van 1971),
artikelen 9, 10, 15, 17 en 33
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Het aantal vergunningen dat wordt verleend aan verleners van diensten in verband met de groothandel op de openbare groothandelsmarkt kan worden beperkt, wanneer de openbare groothandelsmarkten een maximumaantal van leveranciers vastleggen om te zorgen voor een juiste werking van de openbare groothandelsmarkten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 234
8 Sector: Onderwijs en ondersteunende leermiddelen
Subsector: Diensten in verband met hoger onderwijs
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 816 Instelling voor hoger onderwijs
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Basiswet Onderwijs (wet nr. 120 van 2006), artikel 6.
Wet op het schoolonderwijs (Wet nr. 26 van 1947), artikel 2.
Wet op de privéscholen (Wet nr. 270 van 1949), artikel 3.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 235 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Diensten in verband met hoger onderwijs die worden verleend als officieel onderwijs in Japan, moeten worden verleend door officiële onderwijsinstellingen. Officiële onderwijsinstellingen moeten worden gevestigd door rechtspersonen op leergebied.
-
2.Onder "officiële onderwijsinstellingen" worden verstaan lagere scholen, de onderbouw van de middelbare school, middelbare scholen, het verplichte onderwijs op scholen, het hoger middelbaar onderwijs, universiteiten,
hogescholen, technische opleidingen, scholen voor bijzonder onderwijs, kleuterscholen en geïntegreerde centra voor opvang en onderwijs voor jonge kinderen.
-
3.Onder "rechtspersoon op leergebied" wordt verstaan een rechtspersoon zonder winstoogmerk die is opgericht met het doel onderwijsdiensten te verlenen in
overeenstemming met de wet- en regelgeving van Japan.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 236 9 Sector: Financiële diensten
Subsector: Bancaire en andere financiële diensten (met uitzondering van verzekeringen en aanverwante diensten)
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 622 Banken, met uitzondering van de centrale bank
JSIC 631 Financiële instellingen voor het kleinbedrijf
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake depositoverzekering (Wet nr. 34 van 1971), artikel 2.
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
Het depositoverzekeringsstelsel heeft geen betrekking op deposito’s die zijn ontvangen door bijkantoren van buitenlandse banken.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 237
10 Sector: Financiële diensten
Subsector: Verzekeringen en aanverwante diensten
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 672 Schadeverzekeringsinstellingen
JSIC 6742 Verzekeringsagenten en -makelaars onder het schadeverzekeringsbedrijf
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op het verzekeringswezen (wet nr. 105 van 1995), artikelen 185, 186, 275, 276, 277, 286 en 287
Kabinetsdecreet betreffende handhaving van de Wet op het verzekeringswezen (Kabinetsdecreet nr. 425 van 1995), artikelen 19 en 39-2
Ministerieel decreet betreffende de handhaving van de Wet op
het verzekeringswezen (Ministerieel decreet nr. 5 van 1996),
artikelen 116 en 212-6
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 238
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Commerciële aanwezigheid is in beginsel vereist voor verzekeringsovereenkomsten met betrekking tot de volgende items en enige daaruit voortvloeiende aansprakelijkheid:
-
a)binnen Japan vervoerde goederen, en
-
b)schepen ingeschreven onder Japanse vlag die niet voor internationaal zeevervoer worden gebruikt.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 239 11 Sector: Warmteverzorging
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 3511 Warmteverzorging
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 240
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de warmtevoorzieningsindustrie in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 241 12 Sector: Informatie en communicatie
Subsector: Telecommunicatie
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 3700 Hoofdkantoren die zich voornamelijk met management bezighouden
JSIC 3711 Regionale telecommunicatie, met uitzondering van telefoontoestellen met snoer
JSIC 3731 Diensten in verband met telecommunicatie
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.7)
Nationale behandeling (artikel 8.8)
Hoger management en raden van bestuur (artikel 8.10)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet betreffende Nippon Telegraph and Telephone Corporation, Etc. (Wet nr. 85 van 1984), artikelen 6 en 10
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 242
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.Nippon Telegraph and Telephone Corporation mag in haar aandeelhoudersregister geen namen en adressen van aandeelhouders van de hieronder onder a) tot en met c) genoemde personen, indien deze geaggregeerd
rechtstreeks of onrechtstreeks éénderde of meer van de stemrechten hebben:
-
a)een natuurlijk persoon die niet de Japanse nationaliteit heeft;
-
b)een buitenlandse regering of haar vertegenwoordiger, en
-
c)een buitenlandse rechtspersoon of een buitenlandse
entiteit.
-
-
2.Een natuurlijke persoon die niet de Japanse nationaliteit heeft, kan geen directeur of auditor van Nippon
Telegraph and Telephone Corporation, Nippon Telegraph and Telephone East Corporation alsmede Nippon Telegraph and Telephone West Corporation zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 243 13 Sector: Informatie en communicatie
Subsector: Diensten op het gebied van telecommunicatie en internet
Bedrijfstakkenclassificatie 1 : JSIC 3711* Regionale telecommunicatie, met uitzondering van telefoontoestellen met snoer
JSIC 3712* Lange-afstandstelecommunicatiediensten
JSIC 3719* Diverse vaste-telecommunicatiediensten
JSIC 3721* Mobiele telecommunicatie
JSIC 401* Diensten in verband met het internet
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 2
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Een asterisk (*) bij de JSIC-nummers geeft aan dat de door dit voorbehoud onder deze nummers bestreken activiteiten beperkt zijn tot de activiteiten waarvoor een registratieplicht geldt uit hoofde van artikel 9 van de Wet op het telecommunicatiebedrijf (wet nr. 86 van 1984).
2 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 244
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in telecommunicatie-activiteiten en diensten op basis van het internet in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 245 14 Sector: Vervaardiging
Subsector: Scheepsbouw en -reparatie, en scheepsmotoren
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 3131 Scheepsbouw en herstelling van schepen
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de scheepsbouw (Wet nr. 129 van 1950), artikelen 2 tot en met 3-2
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die voornemens is scheepsdokken op te zetten of uit te breiden, die gebruikt kunnen worden voor de vervaardiging of reparatie van vaartuigen met een brutotonnage van 500 ton of meer of 50 meter lengte of meer, moet daarvoor toestemming verkrijgen van de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme. Voor de verlening van vergunningen moet een onderzoek naar de economische behoefte worden verricht.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 246
15 Sector: Vervaardiging
Subsector: Vervaardiging van geneesmiddelen en medicijnen
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 1653 Biologische preparaten
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 247
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de be- en verwerkende industrie op het gebied van biologische preparaten in Japan. Voor alle duidelijkheid: de "be- en verwerkende industrie op het gebied van biologische preparaten" houdt zich bezig met economische activiteiten op locaties die vaccins, serum, toxoïden, antitoxinen en sommige met de voornoemde producten vergelijkbare preparaten of bloedproducten produceren.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 248 16 Sector: Vervaardiging
Subsector: Vervaardiging van leder en lederwaren
Bedrijfstakkenclassificatie 1 : JSIC 1189*1 Textielkleding en toebehoren, n.e.g.
JSIC 1694*2 Gelatine en lijm
JSIC 192 Rubber en kunststof schoeisel en toebehoren
JSIC 2011 Looien en afwerken van leer
JSIC 2021 Mechanische producten van leder, met uitzondering van handschoenen en wanten
JSIC 2031 Gesneden delen en toebehoren voor laarzen en schoenen
JSIC 2041 Leren schoeisel
JSIC 2051 Handschoenen of wanten van leder
JSIC 2061 Koffers en tassen
JSIC 207 Handtassen en kleine lederetuis of -buidels
JSIC 2081 Pelshuiden
JSIC 2099 Diverse lederproducten
JSIC 3253*1 Sportartikelen
1 Een asterisk (*1) bij de JSIC-nummers geeft aan dat de door dit voorbehoud onder deze nummers bestreken activiteiten beperkt zijn tot activiteiten in verband met de vervaardiging van leder en lederwaren. Een asterisk (*2) bij het JSIC-nummer geeft aan dat de door dit voorbehoud onder dit nummer bestreken activiteiten beperkt zijn tot activiteiten in verband met de vervaardiging van lijm op dierlijke basis (nikawa) en van gelatine.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 249
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 250
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de bedrijfstak van de vervaardiging van leder en lederwaren in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin sprake is van significante nadelige gevolgen voor de goede werking van de Japanse economie 1 .
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
1 Voor alle duidelijkheid: het ontbreken van een verwijzing in deze beschrijving naar de
"nationale veiligheid" als bedoeld in de nrs. 11, 13, 15, 37, 43, 44, 52 en 54 van de lijst van Japan in deze bijlage betekent niet dat artikel 1.5 niet van toepassing is op de screening of dat Japan afziet van zijn recht om een beroep te doen op artikel 1.5 ter rechtvaardiging van de screening.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 251
17 Sector: Aangelegenheden in verband met de nationaliteit van een schip
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie:
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Hoger management en raden van bestuur (artikel 8.10)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Scheepswet (Wet nr. 46 van 1899), artikel 1
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 252 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Nationaliteitsvereiste van toepassing op het verlenen van diensten van internationaal zeevervoer (met inbegrip van diensten van personenvervoer en vrachtvervoer) door de oprichting van een ingeschreven onderneming die een
onder Japanse vlag varende vloot exploiteert.
-
2."Nationaliteitsvereiste" betekent dat het schip eigendom moet zijn van een Japanse onderdaan, of van een
onderneming die is opgericht overeenkomstig de wet- en
regelgeving van Japan en waarvan alle
vertegenwoordigers alsmede ten minste twee derde van
de bestuurders Japans onderdaan zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 253 18 Sector: Meetdiensten
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7441 Controledienst voor waren
JSIC 745 Certificatie door meetkundige
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake metingen (Wet nr. 51 van 1992), hoofdstukken 3, 5, 6 en 8.
Regelingen inzake meetrecht (Ministerieel decreet van het ministerie van Internationale Handel en Industrie nr. 69 van 1993)
Ministerieel decreet voor het aangewezen inspectieorgaan, het aangewezen controle-orgaan, het aangewezen inspectieorgaan
voor certificering van metingen en het specifieke accreditatieorgaan voor certificering van metingen (Ministeriel decreet van het ministerie van Internationale Handel en Industrie nr. 72 van 1993)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 254
Omschrijving 1 : Grensoverschrijdende handel in diensten
1 Voor de toepassing van dit voorbehoud: a) wordt onder "meetinstrumenten" verstaan: apparaten, machines of uitrusting welke worden gebruikt voor metingen;
-
b)wordt onder "gespecificeerde meetinstrumenten" verstaan: meetinstrumenten gebruikt in transacties of bij certificeringen, meetinstrumenten die hoofdzakelijk zijn bestemd voor gebruik in het gewone leven van consumenten, en die welke door een
kabinetsdecreet gelet op de structuur en instrumentele foutmarge ervan zijn aangeduid als noodzakelijk om te waarborgen dat metingen juist worden uitgevoerd;
-
c)worden de "activiteiten van certificering van metingen" overeenkomstig de vereiste van punt 3 hieronder opgesomd en de registratie moet geschieden overeenkomstig de
activiteitenindeling zoals gespecificeeerd in het decreet van het ministerie van Economie, Handel en Industrie: i) het meten van lengte, gewicht, oppervlakte, volume of warmte met betrekking tot goederen die moeten worden geladen/gelost of die moeten binnenkomen/worden verzonden voor vervoer, voor opslag, verkoop of koop (met uitzondering van de certificeringen van metingen van massa of volume van goederen die moeten worden geladen op of gelost van een schip), en ii) het certificeren van metingen inzake concentratie, geluidsdrukniveau of de hoeveelheid andere fysische verschijnselen zoals gespecificeerd in een kabinetsdecreet (met uitzondering van het vermelde onder i)); dit vereiste is echter niet van toepassing indien een persoon die metingen certificeert, een nationale overheid, een lokale overheid of een zelfstandig bestuursorgaan is in de zin van artikel 2, lid 1, van de Wet houdende algemene regels voor zelfstandige bestuursorganen (wet nr. 103 van 1999), dat door een kabinetsdecreet is aangewezen als bevoegd tot het naar behoren certificeren van metingen, of indien de certificering van metingen wordt verricht door een persoon die daartoe is geregistreerd of aangewezen dan wel die enige aanwijzing tot het verrichten van die activiteit heeft ontvangen op grond van de wettelijke bepaling die is gespecificeerd in voornoemd Kabinetsdecreet, en
-
d)wordt onder "gespecificeerde certificering van metingen" verstaan: de in een kabinetsdecreet gespecificeerde activiteit die een hoog technisch niveau vereist om metingen te certificeren van zeer kleine hoeveelheden van fysische verschijnselen overeenkomstig het bepaalde onder c), ii).
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 255
-
1.Een persoon die diensten van periodieke inspectie van
bepaalde meetinstrumenten wil verlenen, moet een
rechtspersoon oprichten in Japan en worden aangewezen
door de gouverneur die bevoegd is in het district waar de
persoon voornemens is die inspectie te verrichten, of
door de burgemeester van een aangewezen stad of het
hoofd van een aangewezen stadsdeel of dorp ingeval de
plaats waar de persoon voornemens is die inspectie uit te
voeren, zich binnen het district van die aangewezen stad,
dat aangewezen stadsdeel of dat aangewezen dorp
bevindt.
-
2.Een persoon die diensten van verificatie van
gespecificeerde meetinstrumenten wil verlenen, moet
een rechtspersoon oprichten in Japan en worden
aangewezen door de minister van Economie, Handel en
Industrie.
-
3.Een persoon die metingen wil certificeren, met inbegrip van de certificering van gespecificeerde metingen, moet een vestiging hebben in Japan en geregistreerd worden bij de gouverneur die bevoegd is in het district waarin de vestiging zich bevindt.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 256
-
4.Een persoon die diensten ter inspectie van bepaalde meetinstrumenten wil verlenen die worden gebruikt voor de certificering van metingen, moet een rechtspersoon oprichten in Japan en worden aangewezen door de gouverneur die bevoegd is in het district waar de persoon voornemens is deze inspectie uit te voeren.
-
5.Een persoon die diensten ter accreditatie van personen wil verlenen die bepaalde metingen certificeren, moet een rechtspersoon oprichten in Japan en worden
aangewezen door de minister van Economie, Handel en Industrie.
-
6.Een persoon die diensten ter ijking van meetinstrumenten wil verlenen, moet een rechtspersoon oprichten in Japan en worden aangewezen door de minister van Economie, Handel en Industrie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 257
19 Sector: Medisch, gezondheidszorg en maatschappelijk welzijn
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 8599 Diverse diensten inzake sociale verzekeringen, maatschappelijk welzijn en zorg
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet betreffende de inning van arbeidsverzekeringspremies (wet nr. 84 van 1969), hoofdstuk 4
Handhavingsregelingen voor de Wet betreffende de inning van
arbeidsverzekeringspremies (Ministerieel decreet van het
Ministerie van Arbeid nr. 8 van 1972)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 258 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
Alleen een vereniging van eigenaren van ondernemingen of een verband van die verenigingen welke door de minister van Gezondheid, Arbeid en Maatschappelijk Welzijn overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan zijn erkend, mogen arbeidsverzekeringsactiviteiten verrichten die hun door eigenaren van ondernemingen zijn toevertrouwd. Verenigingen die activiteiten inzake die arbeidsverzekeringen willen ontplooien in overeenstemming met de wet- en regelgeving van Japan, moeten een kantoor oprichten in Japan, en goedkeuring verkrijgen van de minister van Gezondheid, Arbeid en Welzijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 259 20 Sector: Mijnbouw en diensten in verband met mijnbouw
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 05 Winning van delfstoffen en winning van steen en gravel
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de mijnbouw (Wet nr. 289 van 1950), hoofdstukken 2 en 3
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Alleen Japanse onderdanen of ondernemingen kunnen mijnbouwrechten of mijnbouwconcessierechten hebben 1 .
1 Diensten waarvoor mijnbouwrechten of mijnbouwconcessierechten vereist zijn, moeten worden verleend door een Japanse onderdaan of een onderneming die is opgericht
overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan, overeenkomstig de hoofdstukken 2 en 3 van de Wet op de mijnbouw.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 260
21 Sector: Olie-industrie
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie 1 : JSIC 053 Ruwe-aardolie- en aardgasindustrie
JSIC 1711 Raffinage van aardolie
JSIC 1721 Smeeroliën en -vetten (niet in aardolieraffinaderijen gemaakt)
JSIC 1741*1 Bestratingsmateriaal
JSIC 1799*1 Diverse aardolie- en koolproducten
JSIC 4711*1 Normale opslag, met uitzondering van gekoelde opslag
JSIC 4721*1 Gekoelde opslag
JSIC 5331 Petroleum
JSIC 6051 Tankstations (benzinetankstations)
JSIC 6052*1 Installaties voor brandstofopslag, met uitzondering van benzinetankstations
JSIC 9299*2 Verscheidene zakelijke diensten, n.e.g.
1 Een asterisk (*1) bij de JSIC-nummers geeft aan dat de door dit voorbehoud onder deze nummers bestreken activiteiten beperkt zijn tot activiteiten in verband met de olie-industrie. Een asterisk (*2) bij het JSIC-nummer geeft aan dat de door dit voorbehoud onder dit nummer bestreken activiteiten beperkt zijn tot activiteiten in verband met de vloeibaarpetroleumgasindustrie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 261
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 262
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de olie-industrie in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin sprake is van significante nadelige gevolgen voor de goede werking van de Japanse economie 1 .
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
-
4.Alle organische chemicaliën zoals ethyleen, ethyleenglycol en polycarbonaten, vallen niet onder de olie-industrie. Daarom zijn de verplichting tot voorafgaande aanmelding en screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel niet van toepassing op de investeringen in de vervaardiging van deze producten.
1 Voor alle duidelijkheid: het ontbreken van een verwijzing in deze beschrijving naar de
"nationale veiligheid", waarnaar wordt verwezen in de nrs. 11, 13, 15, 37, 43, 44, 52 en 54 van de lijst van Japan in deze bijlage, betekent niet dat artikel 1.5 niet van toepassing is op de screening of dat Japan afziet van zijn recht om een beroep te doen op artikel 1.5 ter rechtvaardiging van de screening.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 263
22 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7211 Advocatenkantoren
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de advocatuur (Wet nr. 205 van 1949), artikelen 3, 4, 4-2, 5 en 9
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijke persoon die rechtskundige diensten wil verlenen, moet gekwalificeerd zijn als advocaat
("attorney-at-law") overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Bengoshi"), en een kantoor oprichten in het district van de plaatselijke orde van advocaten waarvan de natuurlijke persoon lid is.
-
2.Een onderneming die rechtskundige diensten wil verlenen, moet een juridische professionele
vennootschap oprichten overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Bengoshi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 264
23 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7211 Advocatenkantoren
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake bijzondere maatregelen betreffende het verlenen van rechtskundige diensten door buitenlandse advocaten (Wet nr. 66 van 1986), hoofdstukken 2, 4 en 5
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 265 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Een natuurlijke persoon die rechtskundige diensten wil verlenen inzake buitenlandse wetten, moet
gekwalificeerd zijn als ingeschreven buitenlandse advocaat krachtens de wet- en regelgeving van Japan ("Gaikokuho-Jimu-Bengoshi"), en een kantoor oprichten in het district van de plaatselijke orde van advocaten waarvan de natuurlijke persoon lid is.
-
2.Gaikokuho-Jimu-Bengoshi moet krachtens de wet- en regelgeving van Japan meer dan 180 dagen per jaar
verblijven.
-
3.Een onderneming die rechtskundige diensten wil verlenen inzake buitenlandse wetten, moet een
buitenlandse advocatenvennootschap oprichten en inschrijven overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Gaikokuho-Jimu-Bengoshi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 266 24 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7212 Kantoren van octrooigemachtigden
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de octrooi-advocaten (Wet nr. 49 van 2000), hoofdstukken 3, 6 en 8
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die diensten van octrooiadvocaten wil verlenen, moet gekwalificeerd zijn als octrooi-advocaat overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Benrishi").
-
2.Een onderneming die diensten van octrooi-advocaten wil verlenen, moet een octrooivennootschap oprichten
overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Tokkyo-Gyomu-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 267
25 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7221 Kantoren van notarissen en juridische klerken
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Nationale behandeling (artikel 8.16)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op het notarisambt (Wet nr. 53 van 1908), hoofdstukken 2 en 3
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Alleen een Japans onderdaan kan tot notaris worden benoemd in Japan.
-
2.De notaris moet kantoor houden in de hem door de minister van Justitie aangewezen plaats.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 268
26 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7221 Kantoren van notarissen en juridische klerken
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de juridische klerken (Wet nr. 197 van 1950), hoofdstukken 3, 4, 5, 7 en 10.
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die diensten van juridische klerken wil verlenen, moet gekwalificeerd zijn als juridische klerk overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Shiho-Shoshi") en een kantoor oprichten in het district van de vereniging van juridische klerken waarvan de natuurlijke persoon lid is.
-
2.Een onderneming die diensten van juridische klerken wil verlenen, moet een vennootschap van juridische klerken oprichten overeenkomstig de wet- en regelgeving van
Japan ("Shiho-Shoshi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 269
27 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7241 Kantoren van toegelaten accountants
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de toegelaten accountants (Wet nr. 103 van 1948),
hoofdstukken 3, 5-2 en 7.
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die voornemens is diensten van toegelaten accountants te verlenen, moet worden
gekwalificeerd als een gecertificeerd accountant overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Koninkaikeishi").
-
2.Een onderneming die voornemens is diensten van toegelaten accountants te verlenen, moet een
auditonderneming oprichten overeenkomstig de wet- en
regelgeving van Japan ("Kansa-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 270
28 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7242 Kantoren van toegelaten belastingaccountants
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de toegelaten belastingaccountants (Wet nr. 237 van 1951), hoofdstukken 3, 4, 5-2, 6 en 7
Handhavingsregeling inzake de wet op de toegelaten belastingaccountants (Ministerieel decreet van het Ministerie van Financiën nr. 55 van 1951)
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die diensten van toegelaten belastingaccountants wil verlenen, moet gekwalificeerd zijn als registeraccountant overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Zeirishi") en een kantoor oprichten in het district van de vereniging van toegelaten belastingaccountants waartoe de natuurlijke persoon behoort.
-
2.Een onderneming die diensten van toegelaten belastingaccountants wil verlenen, moet een vennootschap van toegelaten belastingaccountants vestigen overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Zeirishi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 271
29 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7231 Kantoren van administratieve klerken
JSIC 7294 Toegelaten taxateurs van onroerend goed
JSIC 7299 Vrije beroepen, n.e.g.
JSIC 7421 Diensten van bouwkundige ontwerpen
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de architecten en/of bouwingenieurs (Wet nr. 202 van 1950), hoofdstukken 1, 2 en 6
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een architect of bouwkundig ingenieur die is gekwalificeerd als architect of bouwkundig ingenieur overeenkomstig de weten regelgeving van Japan ("Kenchikushi"), of een persoon die een dergelijke architect of bouwkundig ingenieur in dienst heeft, en die activiteiten wil ontplooien op het gebied van ontwerp, toezicht op bouwwerkzaamheden, administratieve werkzaamheden met betrekking tot contracten inzake bouwwerkzaamheden, metingen en evaluatie met betrekking tot gebouwen, en vertegenwoordiging in procedures overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan met betrekking tot bouwwerkzaamheden, op verzoek van anderen tegen vergoeding, moet een kantoor oprichten in Japan.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 272
30 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7251 Kantoren van toegelaten consultants op het gebied van sociale verzekeringen en arbeid
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de toegelaten consultants op het gebied van sociale verzekeringen en arbeid (Wet nr. 89 van 1968), de
hoofdstukken 2-2, 4-2, 4-3 en 5
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die diensten wil verlenen op het gebied van consultancy inzake sociale verzekeringen en arbeid, moet gekwalificeerd zijn als toegelaten
consultant inzake sociale verzekeringen en arbeid overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Shakai-Hoken-Romushi"), en een kantoor oprichten in Japan.
-
2.Een onderneming die diensten wil verlenen op het gebied van consultancy inzake sociale verzekeringen en arbeid, moet een toegelaten vennootschap van
consultants inzake sociale verzekeringen en arbeid oprichten overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Shakai-Hoken-Romushi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 273
31 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7231 Kantoren van administratieve klerken
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake administratieve klerken (Wet nr. 4 van 1951), hoofdstukken 3 tot en met 5 alsmede 8
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die voornemens is diensten van administratieve klerken te verlenen, moet gekwalificeerd zijn als administratieve klerk overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Gyosei-Shoshi") en een kantoor oprichten in het district van de vereniging van
administratieve klerken waarvan de natuurlijke persoon lid is.
-
2.Een onderneming die voornemens is diensten van administratieve klerken te velrenen, moet een
vennootschap van administratieve klerken oprichten overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Gyosei-Shoshi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 274
32 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7299 Vrije beroepen, n.e.g.
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de agenten inzake maritieme procedures (Wet nr. 32
van 1951), artikel 17
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Diensten van agenten inzake maritieme procedures moeten worden verleend door natuurlijke personen die zijn gekwalificeerd als agenten inzake maritieme procedures overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Kaijidairishi").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 275 33 Sector: Vrije beroepen
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7222 Kantoren van meetkundigen op het gebied van onroerend goed
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op meetkundigen op het gebied van onroerend goed (Wet nr. 228 van 1950), hoofdstukken 3, 4, 5, 7 en 10.
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een natuurlijk persoon die diensten van meetkundigen op het gebied van onroerend goed wil verlenen, moet gekwalificeerd zijn als meetkundige op het gebied van onroerend goed overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Tochi-Kaoku-Chosashi"), en een kantoor oprichten in het district van de vereniging van
meetkundigen op het gebied van onroerend goed waarvan de natuurlijke persoon lid is.
-
2.Een onderneming die diensten van meetkundigen op het gebied van onroerend goed wil verlenen, moet een
vennootschap van meetkundigen op het gebied van onroerend goed oprichten overeenkomstig de wet- en regelgeving van Japan ("Tochi-Kaoku-Chosashi-Hojin").
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 276
34 Sector: Onroerend goed
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 6811 Makelaars inzake gebouwen en huizen
JSIC 6812 Verkavelaars en grondontwikkelaars
JSIC 6821 Onroerendgoedbemiddelaars en -makelaars
JSIC 6941 Beheerders van onroerend goed
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake activiteiten op het gebied van transacties betreffende bouwpercelen en gebouwen (wet nr. 176 van 1952), hoofdstuk 2
Wet inzake syndicaten op het gebied van onroerend goed (Wet
nr. 77 van 1994), hoofdstukken 2, 5, 6 en 7
Wet betreffende de verbetering van het beheer van flatgebouwen (wet nr. 149 van 2000), hoofdstuk 3
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 277
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van transacties betreffende bouwpercelen en gebouwen, moet een kantoor oprichten in Japan en een vergunning
verkrijgen van de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme van de gouverneur die bevoegd is in het district waar het kantoor is gevestigd.
-
2.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van syndicaten van onroerend goed, moet een kantoor in Japan vestigen en toestemming verkrijgen van of
geregistreerd worden bij de bevoegde minister of de gouverneur die bevoegd is in het district waar het kantoor is gevestigd of een kennisgeving indienen bij de bevoegde minister.
-
3.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van beheer van flatgebouwen, moet een kantoor
oprichten in Japan en worden geregistreerd op de lijst die
wordt bijgehouden door het ministerie van Ruimtelijke
Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 278 35 Sector: Diensten in verband met de taxatie van onroerend goed
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7294 Toegelaten taxateurs van onroerend goed
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake taxatie van onroerend goed (wet nr. 152 van 1963), hoofdstuk 3
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die diensten op het gebied van de taxatie van onroerend goed wil verlenen, moet een kantoor oprichten in Japan en zijn ingeschreven op de lijst die wordt bijgehouden door het ministerie van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme of de prefectuur die bevoegd is in het district waar het kantoor is gevestigd.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 279
36 Sector: Zeevarenden
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 031 Zeevisserij
JSIC 451 Oceaanvervoer
JSIC 452 Kustvervoer
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Nationale behandeling (artikel 8.16)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake zeelieden (Wet nr. 100 van 1947), hoofdstuk 4
Officiële mededeling van de directeur-generaal van het departement voor zeevarenden, maritieme technologie en maritieme veiligheid van het ministerie van Vervoer, nr. 115 van 1990
Officiële mededeling van de directeur-generaal van het departement voor zeevarenden, maritieme technologie en maritieme veiligheid van het ministerie van Vervoer, nr. 327 van 1990
Officiële mededeling van de directeur-generaal van het maritieme bureau van het ministerie van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur en Transport, nr. 153 van 2004
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Behalve de in de officiële mededelingen bedoelde zeevarenden
mogen door Japanse ondernemingen tewerkgestelde
buitenlandse onderdanen niet op onder Japanse vlag varende
schepen werkzaam zijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 280
37 Sector: Bewakingsdiensten
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 923 Bewakingsdiensten
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 281
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in bewakingsdiensten in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 282 38 Sector: Diensten in verband met veiligheid en gezondheid op het werk
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7299 Vrije beroepen, n.e.g.
JSIC 7441 Diensten inzake de controle van waren
JSIC 7452 Certificering inzake milieubeoordelingen
JSIC 8222 Centra voor beroepskeuzevoorlichting
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake industriële veiligheid en gezondheid (Wet nr. 57 van 1972), hoofdstukken 5 en 8
Ministerieel decreet inzake registratie en aanwijzing in verband met industriële veiligheid en gezondheid, en op deze wet gebaseerde decreten (Ministerieel decreet van het Ministerie van Arbeid nr. 44 van 1972)
Wet inzake metingen in de werkomgeving (Wet nr. 28 van 1975), hoofdstukken 2 en 3
Handhavingsregeling inzake de wet op metingen in de werkomgeving (Ministerieel decreet van het Ministerie van Arbeid nr. 20 van 1975)
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 283
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die voornemens is diensten te verlenen op het gebied van inspectie of verificatie van voor werk ingezette machines, vaardigheden, beroepsopleidingen en andere aanverwante diensten in verband met veiligheid en gezondheid op het werk, of diensten op het gebied van metingen in de werkomgeving, moet ingezetene zijn of een kantoor oprichten in Japan en geregistreerd worden bij de minister van Gezondheid, Arbeid en Welzijn of bij de directeur-generaal van het Arbeidsbureau van de prefectuur.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 284 39 Sector: Meetkundige diensten
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 7422 Meetkundige diensten
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake metingen (Wet nr. 188 van 1949), hoofdstuk 6
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die diensten wil verlenen op het gebied van metingen, moet een vestiging oprichten in Japan en geregistreerd worden bij de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 285 40 Sector: Zakelijke dienstverlening
Subsector: Registratie in het nationaal register van luchtvaartuigen
Bedrijfstakkenclassificatie:
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Hoger management en raden van bestuur (artikel 8.10)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake civiele luchtvaart (Wet nr. 231 van 1952), hoofdstuk 2
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 286 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Een luchtvaartuig dat eigendom is van een of meer van de volgende natuurlijke personen of entiteiten, mag niet worden geregistreerd in het nationale register:
-
a)een natuurlijk persoon die niet de Japanse nationaliteit heeft;
-
b)een ander land of een buitenlandse overheidsinstantie of het equivalent daarvan;
-
c)een rechtspersoon of een andere entiteit die is opgericht overeenkomstig de wet- en regelgeving van een ander land, en
-
d)een rechtspersoon vertegenwoordigd door de natuurlijke personen of entiteiten als bedoeld onder a), b) of c); een rechtspersoon waarvan een derde of meer van de leden van de raad van bestuur zijn samengesteld uit de natuurlijke personen of
entiteiten als bedoeld onder a), b) of c), of een rechtspersoon waarvan een derde of meer van de stemrechten in het bezit zijn van de natuurlijke personen of entiteiten als bedoeld onder a), b) of c).
-
-
2.Een buitenlands luchtvaartuig mag niet worden geregistreerd in het nationale register.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 287 41 Sector: Vervoer
Subsector: Douanebemiddeling
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 4899 Diensten in verband met vervoer, n.e.g.
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de douanebemiddeling (Wet nr. 122 van 1967), hoofdstuk 2
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van
douanebemiddeling, moet een vestiging hebben in Japan en
toestemming verkrijgen van de minister van Financiën.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 288
42 Sector: Vervoer
Subsector: Vrachtvervoerdiensten (met uitzondering van vrachtvervoerdiensten met gebruikmaking van luchtvervoer)
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 4441 Goederenvervoer: "collect-and-deliver"- vrachtvervoer
JSIC 4821 Leveringvrachtvervoer, met uitzondering van "collect-and-deliver-vrachtvervoer
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Meestbegunstigingsbehandeling (artikelen 8.9 en 8.17)
Hoger management en raden van bestuur (artikel 8.10)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op het vrachtvervoer (Wet nr. 82 van 1989),
hoofdstukken 2 tot en met 4
Handhavingsregeling voor de wet op het vrachtvervoer (Ministerieel decreet van het Ministerie van vervoer nr. 20 van 1990), hoofdstukken 3 tot en met 5
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 289 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.De volgende natuurlijke personen of entiteiten moeten geregistreerd worden bij, of de toestemming of
goedkeuring verkrijgen van de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme voor het ontplooien van activiteiten op het gebied van vrachtvervoer waarbij gebruik wordt gemaakt van internationale verzendingen. Die registratie wordt verricht, of die toestemming of goedkeuring wordt verleend op basis van wederkerigheid ten aanzien van:
-
a)een natuurlijk persoon die niet de Japanse nationaliteit heeft;
-
b)een ander land of een buitenlandse overheidsinstantie of het equivalent daarvan;
-
c)een rechtspersoon of een andere entiteit die is opgericht overeenkomstig de wet- en regelgeving van een ander land, en
-
d)een rechtspersoon vertegenwoordigd door de natuurlijke personen of entiteiten als bedoeld onder a), b) of c); een rechtspersoon waarvan een derde of meer van de leden van de raad van bestuur zijn samengesteld uit de natuurlijke personen of
entiteiten als bedoeld onder a), b) of c), of een rechtspersoon waarvan een derde of meer van de stemrechten in het bezit zijn van de natuurlijke personen of entiteiten als bedoeld onder a), b) of c).
-
-
2.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van vrachtvervoer, moet een kantoor oprichten in Japan, en geregistreerd worden bij of de toestemming of
goedkeuring verkrijgen van de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 290 43 Sector: Vervoer
Subsector: Spoorvervoer
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 421 Spoorvervoer
JSIC 4851 Diensten in verband met spoorweginstallaties
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 291
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de bedrijfstak van het vervoer over het spoor in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
-
4.De vervaardiging van voertuigen of onderdelen en componenten voor de spoorvervoersector valt niet onder de spoorvervoerssector. Daarom is de verplichting tot voorafgaande aanmelding en screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de deviezenhandel en de
buitenlandse handel bepaalt niet van toepassing op investeringen in de vervaardiging van deze producten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 292 44 Sector: Vervoer
Subsector: Personenvervoer over de weg
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 4311 Exploitanten van gewone bussen
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 293
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de bus-industrie in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
-
4.De vervaardiging van voertuigen of onderdelen en componenten voor de "bus-industrie" valt niet onder de "bus-sector". Daarom is de verplichting tot voorafgaande aanmelding en screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel bepaalt niet van toepassing op investeringen in de vervaardiging van deze producten.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 294 45 Sector: Vervoer
Subsector: Vervoer over de weg
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 431 Exploitanten van gewone bussen
JSIC 432 Exploitanten van gewone taxi's
JSIC 433 Gecontracteerde exploitanten van bussen
JSIC 4391 Personenvervoer met motorvoertuigen (specifiek contract)
JSIC 441 Gewoon vervoer per gemotoriseerde vrachtwagen
JSIC 442 Vrachtwagenvervoer (specifiek contract)
JSIC 443 Vrachtvervoer met kleine voertuigen
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake wegvervoer (Wet nr. 183 van 1951), hoofdstuk 2
Wet bijzondere maatregelen inzake passend beheer en revitalisering van de taxisector in bepaalde en halfbepaalde regio’s (wet nr. 64 van 2009), hoofdstukken 2 en 7 (hierna in dit voorbehoud "de wet" genoemd)
Wet inzake vrachtwagenondernemingen (Wet nr. 83 van 1989), hoofdstuk 2
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 295 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van personenvervoer over de weg of vrachtvervoer over de weg, moet een vestiging oprichten in Japan, en
toestemming verkrijgen van, of melding doen aan de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme.
-
2.Ten aanzien van activiteiten van gewone taxi's kan de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur,
Transport en Toerisme geen toestemming verlenen aan personen die dergelijke activiteiten willen ontplooien, of geen goedkeuring verlenen voor wijzigingen van het ondernemingsplannen inzake die activiteiten in de "gespecificeerde gebieden" en de "semi-gespecificeerde regio's" die zijn aangewezen door de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme. Deze toestemming kan worden verleend, of voor wijzigingen van de ondernemingsplannen kan goedkeuring worden verleend met betrekking tot "semigespecificeerde regio’s", wanneer aan de wettelijke normen is voldaan, met inbegrip van die welke stipuleren dat de activiteiten van gewone taxis in die regio de desbetreffende verkeersvraag niet te boven gaan. Deze aanwijzing zou worden gedaan wanneer de capaciteit van de exploitanten van de gewone taxis in die regio de desbetreffende verkeersvraag zodanig te boven gaan of dreigen te boven te gaan dat het moeilijk zou worden de veiligheid van het vervoer en de voordelen van passagiers te waarborgen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 296 3. Ten aanzien van activiteiten op het gebied van gewoon vervoer per gemotoriseerde vrachtwagen of van vervoer per vrachtwagen met specifiek contract kan de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme geen toestemming verlenen aan personen die dergelijke activiteiten willen ontplooien, of kan geen goedkeuring verlenen voor wijzigingen van het ondernemingsplannen inzake die activiteiten, in de "zone voor urgente aanpassing in verband met het aanbod/de vraag" die is aangewezen door de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme. Deze aanwijzing zou worden gedaan wanneer de capaciteit van gewoon vervoer per gemotoriseerde vrachtwagen of van vervoer per gemotoriseerde vrachtwagen (met specifiek contract) in die zone de desbetreffende vervoersvraag zodanig te boven is gegaan dat het moeilijk zou worden die activiteiten te ontplooien.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 297
46 Sector: Vervoer
Subsector: Diensten in verband met vervoer
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 4852 Vaste faciliteiten voor wegvervoer
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet inzake wegvervoer (Wet nr. 183 van 1951), hoofdstuk 4
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van snelwegen, moet een vergunning verkrijgen van de minister van Ruimtelijke Ordening, Infrastructuur, Transport en Toerisme. Voor vergunningverlening moet een onderzoek naar de economische behoefte plaatsvinden, zoals naar de vraag of de omvang van de voorgestelde snelweg passend is ten opzichte van de omvang en de aard van de verkeersvraag in het voorgestelde gebied.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 298
47 Sector: Vervoer
Subsector: Diensten in verband met vervoer
Bedrijfstakkenclassificatie:
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikel 8.16)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de loodsen (Wet nr. 121 van 1949), hoofdstukken 2 tot en met 4
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
-
1.Alleen een Japanse onderdaan kan loods worden in Japan.
-
2.Loodsen die in hetzelfde district schepen aansturen, moeten een vereniging van loodsen oprichten voor het loodsdistrict.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 299
48 Sector: Vervoer
Subsector: Vervoer over water
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 451 Oceaanvervoer
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Nationale behandeling (artikel 8.16)
Meestbegunstigingsbehandeling (artikel 8.17)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet betreffende bijzondere maatregelen tegen ongunstige behandeling door vreemde overheden van Japanse exploitanten van oceaanschepen (wet nr. 60 van 1977)
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Exploitanten van oceaanschepen van een lidstaat van de Europese Unie mogen worden beperkt of aan hen mag een verbod worden opgelegd wat betreft de toegang tot Japanse havens of wat betreft het laden en lossen van vracht in Japan in gevallen waarin Japanse oceaanschepen door de lidstaat van de Europese Unie worden benadeeld.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 300
49 Sector: Vervoer
Subsector: Vervoer over water
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 4542 Leasing van kustschepen
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 301
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de bedrijfstak van vervoer over water in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin sprake is van significante nadelige gevolgen voor de goede werking van de Japanse economie 1 .
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
-
4.Voor de toepassing van dit voorbehoud wordt "bedrijfstak voor vervoer over water" geacht te verwijzen naar de bedrijfstak van leasing van kustschepen.
1 Voor alle duidelijkheid: het ontbreken van een verwijzing in deze beschrijving naar de
"nationale veiligheid" als bedoeld in de nrs. 11, 13, 15, 37, 43, 44, 52 en 54 van de lijst van Japan in deze bijlage betekent niet dat artikel 1.5 niet van toepassing is op de screening of dat Japan afziet van zijn recht om een beroep te doen op artikel 1.5 ter rechtvaardiging van de screening.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 302
50 Sector: Vervoer
Subsector: Vervoer over water
Bedrijfstakkenclassificatie:
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Meestbegunstigingsbehandeling (artikelen 8.9 en 8.17)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Scheepswet (Wet nr. 46 van 1899), artikel 3
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Voor zover in de wet- en regelgeving van Japan of in de internationale overeenkomsten waarbij Japan partij is, niet anders is bepaald, is de toegang tot de havens van Japan die niet open zijn voor buitenlandse handel, verboden voor schepen die niet onder Japanse vlag varen.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 303 51 Sector: Test beroepsvaardigheden
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie:
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet ter bevordering van de ontwikkeling van human resources (Wet nr. 64 van 1969), hoofdstuk 5
Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende handel in diensten
Sommige specifieke soorten non-profitorganisaties (werkgeversorganisaties, hun verbanden, algemene verenigingen, algemene stichtingen, vakbonden of diverse non-profitorganisaties) mogen de dienst verlenen. Organisaties die voornemens zijn om beroepsvaardigheden te testen voor werknemers, moeten een kantoor oprichten in Japan en worden aangewezen door de minister van Gezondheid, Arbeid en Welzijn.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 304
52 Sector: Watervoorziening en waterwerken
Subsector:
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 3611 Water voor eindgebruikers, met uitzondering van industriële gebruikers
Betrokken verplichtingen: Nationale behandeling (artikel 8.8)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikel 27 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikel 3
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 305
Omschrijving: Liberalisering van investeringen
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de bedrijfstak van de watervoorziening en waterwerken in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerder kan, afhankelijk van het resultaat van de screening, worden verlangd dat hij de inhoud van de investering wijzigt of het investeringsproces stopzet.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 306 53 Sector: Groot- en detailhandel
Subsector: Vee
Bedrijfstakkenclassificatie: JSIC 5219 Diverse landbouw-, veeteelt- en aquacultuurproducten
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikel 8.15)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de veehandelaars (Wet nr. 208 van 1949), artikel 3
Omschrijving: Grensoverschrijdende handel in diensten
Een persoon die activiteiten wil ontplooien op het gebied van de veehandel, moet ingezetene zijn van Japan en een vergunning verkrijgen van de gouverneur die bevoegd is in de woonplaats. Voor alle duidelijkheid: onder "veehandel" wordt verstaan de handel of uitwisseling van dieren, of de goede diensten voor die handel of die uitwisseling.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 307
54 Sector: Lucht- en ruimtevaartindustrie
Subsector: Vervaardiging en reparatie van luchtvaartuigen
Bedrijfstakkenclassificatie 1 : JSIC 16* Vervaardiging van chemische en aanverwante producten
JSIC 18* Vervaardiging van producten van kunststof, tenzij anders ingedeeld
JSIC 19* Vervaardiging van producten van rubber
JSIC 21* Vervaardiging van producten van keramiek, steen en klei
JSIC 23* Productie van non-ferrometalen en producten
JSIC 24* Vervaardiging van andere producten van metaal
JSIC 25* Vervaardiging van machines voor algemeen gebruik
JSIC 27* Vervaardiging van machines op zakelijk gebied
JSIC 28* Elektronische onderdelen, toestellen en elektronische schakelingen
JSIC 29* Vervaardiging van elektrische machines, uitrusting en benodigdheden
JSIC 30* Vervaardiging van elektronische apparatuur voor informatie- en
communicatietechnologie
1 Een asterisk (*) bij JSIC-nummers geeft aan dat de door dit voorbehoud onder deze nummers bestreken activiteiten beperkt zijn tot activiteiten in verband met de kernenergie-industrie.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 308
JSIC 31* Vervaardiging van transportmiddelen
JSIC 39* Informatiediensten
JSIC 90* Reparatie van machines enz., tenzij anders ingedeeld
Betrokken verplichtingen: Markttoegang (artikelen 8.7 en 8.15)
Nationale behandeling (artikelen 8.8 en 8.16)
Verbod op prestatie-eisen (artikel 8.11)
Bestuursniveau: Centrale overheid
Maatregelen: Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel (Wet nr. 228 van 1949), artikelen 27 en 30 1
Kabinetsdecreet betreffende buitenlandse directe investeringen
(Kabinetsdecreet nr. 261 van 1980), artikelen 3 en 5
Wet op de vervaardiging van luchtvaartuigen (Wet nr. 237 van 1952), artikelen 2 tot en met 5
1 Voor alle duidelijkheid: voor de toepassing van dit voorbehoud is de definitie van
"buitenlandse directe investeringen" in artikel 26 van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel van toepassing wat de interpretatie van dit voorbehoud betreft.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 309 Omschrijving: Liberalisering van investeringen en grensoverschrijdende
handel in diensten
-
1.De verplichting tot voorafgaande aanmelding en de screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de
deviezenhandel en de buitenlandse handel zijn van toepassing op buitenlandse investeerders die voornemens zijn te investeren in de luchtvaartindustrie in Japan.
-
2.De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie
waarin de nationale veiligheid in het geding komt, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
3.Van de investeerders kan, afhankelijk van het resultaat van de screening. worden verlangd dat zij de inhoud van de investeringen wijzigen of het investeringsproces
stopzetten,
-
4.Overeenkomsten betreffende de introductie van technologie tussen een ingezetene en een niet-ingezetene moeten vooraf worden aangemeld en zijn onderworpen aan screeningprocedures uit hoofde van de Wet op de deviezenhandel en de buitenlandse handel.
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 310 5. De screening wordt uitgevoerd vanuit het oogpunt of het waarschijnlijk is dat de investering leidt tot een situatie waarin sprake is van de nationale veiligheid, de handhaving van de openbare orde wordt verstoord of de bescherming van de openbare veiligheid wordt belemmerd.
-
6.Van de ingezetene kan worden verlangd dat hij de
bepalingen van het contract inzake de invoering van
technologie wijzigt of de sluiting van dat contract
stopzet, afhankelijk van het resultaat van de screening.
-
7.Het aantal vergunningen dat wordt verleend aan
fabrikanten en dienstverleners in die sectoren kan
worden beperkt.
-
8.Een onderneming die voornemens is luchtvaartuigen te produceren en reparatiediensten te verlenen, moet een fabriek oprichten voor de vervaardiging of de reparatie van luchtvaartuigen overeenkomstig de wet- en
regelgeving van Japan.
______________
EU/JP/Bijlage 8-B-I/nl 311
29 jun '18 |
Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende een economisch partnerschap LEGISLATIVE ACTS AND OTHER INSTRUMENTS |
7965/18 |