Rechtsstaat en de EU

Met dank overgenomen van Europa Nu.

De Europese Unie ziet het waarborgen van de rechtsstaat i als een van haar belangrijkste taken. Het begrip rechtsstaat wordt gedefinieerd op basis van de beginselen die zijn vastgesteld door het Europees Hof, het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, en EU-verdragen. Enkele componenten daarvan zijn de gelijkheid voor de wet, de eerbiediging van de grondrechten, het beginsel doeltreffende rechterlijke bescherming door een onafhankelijke gerecht, het beginsel van de scheiding der machten, het verbod van willekeur, het rechtszekerheidsbeginsel, en het legaliteitsbeginsel.

Aangezien het waarborgen van de rechtsstaat is opgenomen in EU-verdragen, is het de taak van de Europese Commissie als 'beschermer van de verdragen' om aanvallen op de rechtsstaat af te weren. Daarom heeft de Commissie controlecapaciteiten en competenties om lidstaten op de vingers te tikken wanneer zij afbreuk doen aan de rechtsstaat.

Recente ontwikkelingen binnen verschillende Europese lidstaten demonstreren dat EU-controle over de kwaliteit van de rechtsstaat nodig is. Zo zijn Polen en Hongarije verwikkeld in hevige conflicten met de Commissie omdat zij bepaalde wetten willen doorvoeren die de rechtsstaat ondermijnen. Via jaarlijkse rapportage blijkt ook dat de kwaliteit van de rechtsstaat in andere landen te wensen over laat.

1.

Wat is een rechtsstaat?

Globaal kan een rechtsstaat gekenmerkt worden door een scheiding der machten, de aanwezigheid van grondrechten en het legaliteitsbeginsel. In de praktijk legt de staat burgers verplichtingen op, zoals het betalen van belastingen, het naleven van wetten en het vervullen van plichten (deelname aan het arbeidsproces, leerplicht), maar die plichten gelden alleen uit hoofde van wetgeving en met waarborging van grondrechten. De door de staat op te leggen plichten worden door de burgers zelf mede bepaald via een periodiek gekozen parlement, waarin de volkswil tot uiting komt.

In een rechtsstaat is er sprake van een scheiding der machten. De wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechterlijke macht zijn hierin van elkaar gescheiden. De drie machten zijn onafhankelijk van elkaar, en controleren elkaars functioneren. Op deze wijze houden de machten elkaar in evenwicht, en zal er nooit sprake zijn van absolute macht. Deze scheiding wordt ook wel de trias politica i genoemd. In Nederland is er, net als in veel andere Europese landen, overigens geen sprake van volledige scheiding der machten. Er wordt daarom ook wel gesproken over spreiding der machten.

Inwoners van een rechtsstaat hebben fundamentele vrijheden en grondrechten. In Nederland zijn deze grondrechten opgenomen in hoofdstuk 1 van de grondwet. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen klassieke grondrechten en sociale grondrechten. Klassieke grondrechten bieden de burgers met name bescherming tegen de overheid, zoals het recht van vrije meningsuiting. Sociale grondrechten leggen opdrachten voor de overheid vast om voorzieningen te treffen voor het maatschappelijk functioneren van de burger, zoals de zorg van de overheid voor de bescherming van het milieu.

2.

Hoe is de rechtsstaat verankerd in de Europese verdragen?

De kernwaarden van de Europese Unie zijn verankerd in artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Artikel 2 stelt: 'De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren'. De EU en de lidstaten moet deze rechten in elk beleid respecteren en handhaven. Dit werd vastgesteld in het Verdrag van Nice in 2000, en het artikel werd later aangepast in 2007 en bindend verklaard in 2009 via het Verdrag van Lissabon.

Het Verdrag is daarmee een aanvulling op nationale stelsels. Zo dienen nationale rechtbanken zich uit te spreken als de grondrechten van een persoon worden geschonden, maar kan de persoon zich ook wenden tot het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Dit hof doet uitspraak over schendingen van burgerlijke en politieke rechten als vastgesteld in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.

Daarnaast is het taak van de Europese Commissie om lidstaten voor het Hof van Justitie van de Europese Unie te dagen als zij het EU-recht niet naleven of inbreuk plegen op iemands rechten. Mocht een lidstaat schuldig worden bevonden, worden zij gewaarschuwd en verzocht om binnen een bepaalde termijn vooruitgang te laten zien in het herstellen van gemaakte fouten. Mocht dat niet gebeuren, kan het Hof een dwangsom eisen aan een lidstaat en op de lange termijn het stemrecht van een lidstaat ontnemen.

Hoewel de Europese grondrechten sinds 2009 als bindend zijn vastgesteld, is er nog altijd discussie over de verdere uitbreiding van de controlecapaciteiten en competenties van de Europese Commissie ten opzichte van lidstaten. Zo wilde Nederland alleen in zee gaan met het collectieve corona-herstelfonds als er een zogeheten 'rechtsstatelijke controle' aan toegevoegd zou worden. Dit houdt in dat EU-lidstaten moeten bewijzen de rechtsstaat te respecteren en worden geboden om transparantie te bieden over waar zij het Europees geld aan willen besteden.

3.

EU-instituties en de rechtsstaat

Het waarborgen van de rechtsstaat is een lastige taak, omdat het proces afhankelijk is van de acties en samenwerking van verschillende Europese instituties. Hier volgt een kort overzicht van de belangrijkste taken van deze instituties.

Rol Europese Commissie

De Europese Commissie is hoofdverantwoordelijk voor het controleren en beschermen van de rechtsstaat zoals gedefinieerd in artikel 2 van het Verdrag van de Europese Unie. Zij kan dan ook lidstaten voor het Hof van de Europese Justitie dagen mochten lidstaten afbreuk doen aan de rechtsstaat. Deze procedure kan leiden tot een vermaning, dwangsom, of in het verlies van het stemrecht van een lidstaat in de Raad.

Ook heeft de Europese Commissie de competentie om wetgeving te ontwerpen wat betreft het controleren en handhaven van de rechtsstaat omdat zij als enige Europese institutie het initiatiefrecht heeft.

Rol Europees Parlement

Het Europees Parlement is indirect betrokken bij het waarborgen van de rechtsstaat. Zo kan het de Europese Commissie verzoeken om strengere maatregelen te handhaven ten aanzien van overtredende lidstaten, wetten goedkeuren die de rechtsstatelijke toetsing versterken, en kan het de Europese Commissie voor de rechter dagen als deze in gebreke blijft om de ondermijning van de rechtsstaat tegen te gaan.

Naast deze formele capaciteiten heeft het Europees Parlement ook de macht om de politieke agenda van de EU te beïnvloeden. Vanuit deze institutie zijn dan ook vaak de meest kritische geluiden tegen landen als Polen en Hongarije te horen.

Rol Hof van Justitie van de Europese Unie

Het Hof van Justitie van de Europese Unie is onderverdeeld in twee instituties, namelijk het Hof van Justitie en het Gerecht. Het Hof van Justitie buigt zich over de meeste justitiële processen die gemoeid zijn met het waarborgen van de rechtsstaat. Deze institutie bestaat uit 27 rechters en 11 advocaten-generaal.

Het Hof van Justitie heeft de bevoegdheid om verschillende procedures uit te voeren. Zo beslist het of een lidstaat bepaalde verplichtingen wel of niet is nagekomen, of er een dwangsom moet worden opgelegd, en of Europese instituties het uitvoeren van hun taken hebben nagelaten.

Rol lidstaten

Uiteindelijk ligt ook een grote verantwoordelijkheid bij de lidstaten in het waarborgen van de rechtsstaat. Zij kunnen rechtszaken aanspannen tegen andere lidstaten en voorstellen van de Commissie goed of afkeuren in de Europese Raad. In het geschil tussen Polen en de Europese Commissie stelt de Europese Raad zich echter betrekkelijk coulant op, terwijl het Europees Parlement zich fel uitspreekt voor juridische maatregelen tegen het land.

4.

Rechtsstaat onder druk

Het toevoegen van de 'rechtsstatelijke controle' aan de uitgave van het Europese corona-herstelfonds is gerelateerd aan het feit dat de rechtsstaat in meerdere Europese lidstaten onder druk staat. Zo zijn landen als Polen en Hongarije al jarenlang verwikkeld in een openlijke ruzie met de Europese Commissie over rechtsstatelijke kwesties.

Daarnaast heeft de Commissie ook haar zorgen uitgesproken over de toestand van de rechtsstaat in Malta, Roemenië, Slowakije en Bulgarije. Sinds 2020 brengt de Commissie een jaarlijks verslag uit waarin het rapporteert over de kwaliteit van de rechtsstaat in alle lidstaten met het doel om verdere achteruitgang wat betreft dit onderwerp te voorkomen.

5.

Nederland en de Europese rechtsstaat

Nederland heeft het waarborgen van de rechtsstaat hoog in het vaandel staan. Nederlandse Europarlementariërs spreken zich vaak kritisch uit over de ondermijning van de rechtsstaat in Polen en Hongarije, en Nederland stemde in de Europese Raad in met het corona-herstelfonds onder de voorwaarde dat een rechtsstatelijke toetsing werd toegveoegd aan het pakket. Door de recente toeslagenaffaire wordt Nederland echter beticht van hyopcrisie door andere landen die het vaak zelf vermaant om de toestand van de rechtsstaat, zoals Polen en Hongarije.