Besluit 2023/269 - Standpunt EU over de wijziging van bijlage IX (Financiële diensten) bij de EER-overeenkomst (Centrale effectenbewaarinstelling - Liechtenstein) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Besluit (EU) 2023/269 van de Raad van 30 januari 2023 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de wijziging van bijlage IX (Financiële diensten) bij de EER-overeenkomst (Centrale effectenbewaarinstelling — Liechtenstein)officiële Engelstalige titel
Council Decision (EU) 2023/269 of 30 January 2023 on the position to be adopted, on behalf of the European Union, within the EEA Joint Committee, concerning an amendment to Annex IX (Financial Services) to the EEA Agreement (Central Securities Depository – Liechtenstein)Rechtsinstrument | Besluit |
---|---|
Wetgevingsnummer | Besluit 2023/269 |
Regdoc-nummer | ST(2022)15839 |
Origineel voorstel | COM(2022)706 |
Celex-nummer i | 32023D0269 |
Document | 30-01-2023; Datum goedkeuring |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 09-02-2023; PB L 39 p. 32-35 |
Inwerkingtreding | 30-01-2023; in werking datum document zie art 2 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
9.2.2023 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 39/32 |
BESLUIT (EU) 2023/269 VAN DE RAAD
van 30 januari 2023
betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de wijziging van bijlage IX (Financiële diensten) bij de EER-overeenkomst (Centrale effectenbewaarinstelling — Liechtenstein)
(Voor de EER relevante tekst)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) (“de EER-overeenkomst”) is op 1 januari 1994 in werking getreden. |
(2) |
Op grond van artikel 98 van de EER-overeenkomst kan het Gemengd Comité van de EER besluiten onder andere bijlage IX te wijzigen. |
(3) |
Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad (3) is in de EER-overeenkomst opgenomen bij Besluit nr. 18/2019 van het Gemengd Comité van de EER (4) en wordt vermeld in punt 31bf van bijlage IX bij de EER-overeenkomst. |
(4) |
Aanpassing c) in punt 31bf van bijlage IX bij de EER-overeenkomst verleent Liechtenstein een afwijking om centrale effectenbewaarinstellingen uit derde landen (“CSD’s”) die reeds in artikel 25, lid 2, van Verordening (EU) nr. 909/2014 bedoelde diensten verlenen aan financiële intermediairs in Liechtenstein of reeds een bijkantoor in Liechtenstein hebben opgericht, toe te staan dergelijke diensten als bedoeld in dat artikel te blijven verlenen tot vijf jaar na de datum van inwerkingtreding van Besluit nr. 18/2019 van het Gemengd Comité van de EER. |
(5) |
Op 2 november 2022 heeft Liechtenstein een verzoek ingediend om de in aanpassing c) in punt 31bf van bijlage IX bij de EER-overeenkomst bedoelde afwijking te verlengen tot na 8 februari 2024, voor een periode van ten hoogste zeven jaar. |
(6) |
Bijlage IX bij de EER-overeenkomst moet derhalve worden gewijzigd om ervoor te zorgen dat centrale effectenbewaarinstellingen uit derde landen die reeds diensten als bedoeld in artikel 25, lid 2, van Verordening (EU) nr. 909/2014 verlenen aan financiële intermediairs in Liechtenstein of die reeds een bijkantoor in Liechtenstein hebben opgericht, toestemming kunnen krijgen dergelijke diensten te blijven verlenen voor een periode van ten hoogste zeven jaar na de datum van inwerkingtreding van het bijgaande ontwerpbesluit. Niettemin moet aanpassing c) in punt 31bf van bijlage IX bij de EER-overeenkomst worden herzien indien artikel 25 of artikel 69 van Verordening (EU) nr. 909/2014 gedurende die periode wordt gewijzigd. |
(7) |
Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet derhalve worden gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van bijlage IX (Financiële diensten) bij de EER-overeenkomst is gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.
Artikel 2
Dit besluit wordt van kracht op de datum van de vaststelling ervan.
Gedaan te Brussel, 30 januari 2023.
Voor de Raad
De voorzitter
-
P.KULLGREN
-
Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de verbetering van de effectenafwikkeling in de Europese Unie,...
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.