Bijdrage aan het debat over eindverslag met de formateur

Met dank overgenomen van M.H. (Mirjam) Bikker i, gepubliceerd op woensdag 14 februari 2024, 19:00.

Ik heb eerder gesproken over Hoop. Met de woorden van Augustinus: “Hoop heeft twee prachtige dochters: woede en moed. Dat zijn woede over de dingen zoals ze zijn en moed om te geloven dat ze niet zo zullen blijven als ze zijn." Dat is voor mij een reden waarom ik elke dag blijf geloven in de politiek van de hoop.

Dat is ook de opdracht van een nieuw kabinet. Bouwen aan een politiek die het vertrouwen geeft aan de samenleving om er voor elkaar te zijn en om te komen met praktische, werkbare oplossingen voor problemen. En dat is niet eenvoudig. Wat in een campagne soms zo simpel wordt voorgesteld, is in werkelijkheid vaak complex en weerbarstig.

Als je grote dingen belooft, maar niet duidelijk is hoe je ze betaalt, ligt er een hele grote opgave. Dan begrijp ik de heer Omtzigt wel als hij zegt: ‘bestaanszekerheid bouw je niet op luchtkastelen.’ En toch voorzitter, vond mijn fractie het moeilijk te begrijpen dat in deze fase niet de rechtstaat, maar ‘geld’ de reden voor de breuk zijn. Want wind mee of tegen, dat maakt elke coalitie mee. Dat betekent dat je keuzes moet maken. Kiezen in schaarste. Dat is de kern van politiek. Dat is waar je voor gekozen bent.

Ik dank de informateur voor zijn verslag. Zijn verslag biedt helderheid maar roept bij mijn fractie ook wel veel vragen op. Zijn opdracht was helder. Eerst onderzoeken of de partijen het eens kunnen worden over een gezamenlijke basislijn over het waarborgen van de rechtstaat; en vervolgens, als hier overeenstemming over is bereikt, of er een reëel perspectief is op het bereiken van overeenstemming over enkele inhoudelijke onderwerpen.

Maar dit is niet wat we de afgelopen 2 maanden hebben gezien. We hebben een proces gezien waar wel een media-stilte was, maar geen social-media-stilte. We hebben een proces gezien waar een basislijn voor het waarborgen van de rechtstaat werd afgesproken die niet voldoende bleek voor samenwerking tussen NSC en anderen.

Eerlijk gezegd, heb ik me afgevraagd - en dat is niets ten nadele van de heer Plasterk - of partijen het ook zo bont zouden hebben gemaakt als ze zich hierover niet in de Kamer, maar bij de Koning zich hadden mogen verantwoorden. De vraag stellen is hem beantwoorden. Mijn fractie keek niet vreemd op dat NSC een streep trok. Dat ze geen heil zagen in een innige politieke samenwerking met deze partijen, kan moeilijk een verrassing zijn ook gezien het voor traject.

En nu het stof is opgetrokken, lijken niet de financiën, maar de rechtstaat de echte reden. Want zo zegt NSC: ‘Gelet op uitspraken in het verleden en standpunten in het verkiezingsprogramma van de PVV, is en blijft de rechtstatelijke afstand te groot voor deelname aan een meerderheidskabinet of een minderheidskabinet.’ Voorzitter, dit roept bij mijn fractie een aantal vragen op: Waarom is de informateur doorgegaan naar fase 2. De conclusie van fase 1 was niet dat er een gemeenschappelijke basislijn is, maar dat de gemeenschappelijke basislijn niet voldoende was voor een samenwerking tussen deze 4 partijen. Was dat niet het moment om te halteren?

De 7 punten die de partijen hebben opgesteld zien op artikel 1 tot 23 van de Grondwet. Ik zou de informateur willen vragen

De basislijn ziet op artikel 1 tot 23 van de Grondwet. Dan wil ik de informateur vragen naar artikel 90 van de Grondwet. Is daar ook over gesproken, zo vraag ik de informateur. Artikel 90 van de Grondwet stelt dat in artikel 90 van de Nederlandse grondwet staat dat de regering zich actief inzet voor de bevordering van de internationale rechtsorde. En dat artikel is urgenter dan ooit. Als we kijken naar de oorlog in Oekraïne. Naar de dreigende taal van Poetin enerzijds en de dreigementen van Trump anderzijds. Is over de invulling van deze opdracht die de Grondwet geeft ook gesproken? Is er overeenstemming over een basislijn over steun aan Oekraine? Over voldoen aan de Navo-norm? Over eensgezind optrekken in Europa? Voor mijn fractie is het belangrijk dat een nieuw kabinet ook daar eensgezind en actief invulling aan geeft.

Hoe nu verder?

Deze informatieronde verdient niet de schoonheidsprijs. Maar onveranderd is dat de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen een duidelijke verschuiving laat zien, die ook gevolgen zal moeten hebben voor de samenstelling van het nieuwe kabinet. De moeizame formatie verandert daar niets aan.

Grote partijen en winnaars hebben grote verantwoordelijkheid. Nu de formatie blijkbaar terug bij af is, zien de vier formerende partijen nog wel kansen. De volgende fase moet niet opgaan aan beleefdheidsgesprekjes of rondje draaien, of weer een cirkelredenering. Maar moet echt gaan om een goed gesprek hoe verder te gaan, de mouwen opstropen, afconcluderen. En ja, ik wil best naar een informateur doen om een kopje koffie te doen. Maar er zijn nu grote partijen aan zet met een grote verantwoordelijkheid om een stap verder te zetten waar ons land echt wat aan heeft.

Deel dit bericht