Verordening driemaandelijkse overheidsschuld - Hoofdinhoud
Inhoudsopgave
Documentdatum | 13-02-2004 |
---|---|
Publicatiedatum | 07-04-2009 |
Kenmerk | 22112, 306, 14 |
Titel
Voorstel
voor een verordening van de Raad betreffende de berekening en indiening van gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld
Datum Raadsdocument
10 december 2003
Nr Raadsdocument
15987/03
Nr. Commissiedocument
COM(2003)761 definitief
Eerstverantwoordelijk ministerie
FIN i.o.m. EZ (CBS) en BZK
Behandelingstraject in Brussel
Raadswerkgroep Statistiek en Raadswerkgroep Financiën, Ecofin Raad
Achtergrond, korte inhoud en doelstelling van het voorstel
De Europese Commissie ziet toe op de ontwikkeling van de begrotingssituatie en de omvang van de overheidsschuld in de lidstaten. Dit toezicht geschiedt op basis van twee criteria: het overheidstekort of -overschot en de overheidsschuld, die beide worden uitgedrukt als percentage van het BBP. In de procedure bij buitensporige tekorten wordt voor de overheidsschuld afgegaan op jaargegevens. Met het oog op de economische analyse en voor een adequaat toezicht op de begrotingssituatie van de lidstaten is het wenselijk om op kwartaalbasis gegevens samen te gaan stellen over de overheidsschuld. Streven is om uiterlijk op 30 juni 2004 voor het eerst gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld in te dienen. Voor de berekening van de overheidsschuld wordt volledig aangesloten op hetgeen in raadsverordening 3605/93 is bepaald over de definitie van de overheidsschuld. Hiermee wordt gegarandeerd dat de definities van de driemaandelijkse overheidsschuld en de jaarlijkse overheidsschuld in overeenstemming met elkaar zijn. Voorts is geregeld dat eventuele wijzigingen de definitie van de overheidsschuld in raadsverordening 3605/93 betreffende de procedure bij buitensporige tekorten gelijktijdig in de voorliggende verordening worden aangebracht.
Rechtsbasis van het voorstel
Artikel 104, lid 14, van het EG-verdrag.
Besluitvormingsprocedure en rol Europees Parlement: Het EP heeft een adviserende rol.
Instelling nieuw Comitologie-comité
geen
Subsidiariteit en proportionaliteit
Subsidiariteit
Aan het principe van de subsidiariteit is voldaan. Het voorstel voor een Verordening van de Raad leidt niet tot nieuwe reguleringsmaatregelen op nationaal niveau c.q op EU-niveau. Het voorstel laat de in de vigerende wetgevingsbesluiten vastgelegde definities, termijnen en verplichtingen geheel onverlet.
Proportionaliteit
positief
Consequenties voor de EU-begroting
Geen
Financiële, personele en administratieve consequenties voor de rijksoverheid, decentrale overheden en/of bedrijfsleven en burger
De kosten voor het uitvoeren van deze verordening door het CBS zijn begroot op een eenmalig bedrag in het eerste jaar voor ontwikkeling van 25 425,- en daarna jaarlijks 8 475,- gedurende de rest van de looptijd voor productie. Het CBS heeft deze bedragen opgenomen in de jaarlijkse opgave van kosten die gepaard gaan met nieuwe EU activiteiten. Over de toewijzing van deze en andere aanvragen voor nieuwe Europese verplichtingen op het gebied van de statistiek wordt besloten in het kader van de Rijksbegroting.
Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving/beleid, (informatie over het inschakelen van nationale agentschappen / zelfstandige bestuursorganen e.d., implementatie en uitvoering, notificatie en handhaving en/of sanctionering)
Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen) dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid
Beoogd is dat uiterlijk op 30 juni 2004 voor het eerst gegevens over de driemaandelijkse overheidsschuld worden ingediend. Dit vormt geen probleem voor Nederland.
Nederlandse belangen en eerste algemene standpuntbepaling
Nederland heeft belang bij driemaandelijkse beschikbaarheid van overheidsschuldgegevens met het oog op een adequaat toezicht op de begrotingssituatie in de lidstaten en voor economische analyses.
13 feb '04 |
Brief staatssecretaris met veertien fiches betreffende nieuwe voorstellen Europese Commissie - Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie |
Buitenlandse Zaken (BUZA) 22112, nr. 306 |