Kabinet-Van Agt I (1977-1981)

Met dank overgenomen van Parlement.com.

Dit kabinet van CDA i en VVD i kwam na een lange formatieperiode tot stand, nadat vorming van een tweede kabinet-Den Uyl was mislukt. Hoewel de PvdA i bij de verkiezingen van 1977 i de grootste partij was geworden, werd CDA-leider Dries van Agt i premier.

Het kabinet had slechts een geringe meerderheid in de Tweede Kamer en had te maken met veel oppositie. Ook een deel van de CDA-fractie (de 'loyalisten i') was kritisch. Een crisis bleef echter uit. Wel waren er enkele 'bijna-crises' . Daarnaast kreeg het kabinet te maken met grote financieel-economische problemen en oplopende werkloosheid.

Het eerste kabinet-Van Agt trad op 19 december 1977 aan als opvolger van het kabinet-Den Uyl i. Het zat zijn volledige termijn uit en werd na bijna vier jaar opgevolgd door het tweede kabinet-Van Agt i.

1.

Formatie, regeerakkoord en regeringsverklaring

Formatie

De kabinetsformatie uit 1977 was de tot dan langdurigste uit de geschiedenis. Ruim een half jaar (208 dagen) werd gepoogd een kabinet van PvdA i, CDA i en D66 i te vormen ('het tweede kabinet-Den Uyl'), maar het wederzijdse wantrouwen tussen PvdA en CDA verhinderde dat. De PvdA wilde de verkiezingswinst 'vertaald' zien, het CDA wilde gelijkwaardigheid in het kabinet. Na de mislukking slaagden CDA en VVD i er, onder leiding van informateur Van der Grinten i, in betrekkelijk korte tijd (ongeveer een maand) in om een kabinet te vormen.

 

Regeerakkoord en regeringsverklaring

Op 30 november 1977 kwamen CDA en VVD een ontwerp-regeerakkoord i overeen. Op 16 januari 1978 legde CDA-leider Dries van Agt als nieuwe premier regeringsverklaring af.

2.

Data en zittingsduur

datum

wat

tot en met

dagen

19 december 1977

Beëdiging i nieuwe bewindslieden, aantreden kabinet

25 mei 1981

1253

26 mei 1981

Ontslag gevraagd, kabinet demissionair i

10 september 1981

108

 

Totale zittingsduur i kabinet

 

1361

3.

Samenstelling kabinet

Minister-President
Mr. A.A.M. van Agt (cda)

Viceminister-president
H. Wiegel (vvd)

Algemene Zaken
minister: Mr. A.A.M. van Agt (cda)

Buitenlandse Zaken
minister: Dr. Ch.A. van der Klaauw (vvd)
staatssecretaris: Drs. D.F. van der Mei (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)

minister voor Ontwikkelingssamenwerking
minister: Drs. J. de Koning (cda)

Justitie
minister: Mr. J. de Ruiter (cda)
staatssecretaris: Mr. E.A. Haars (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)

Binnenlandse Zaken
minister: H. Wiegel (vvd)
staatssecretaris: Mr. H.E. Koning (vvd) (28 december 1977 - 11 september 1981)

Onderwijs en Wetenschappen
minister: Dr. A. Pais (vvd)
staatssecretaris: Drs. K. de Jong (cda) (4 januari 1978 - 11 september 1981)
staatssecretaris: A.J. Hermes (cda) (9 januari 1978 - 9 september 1981)

minister voor Wetenschapsbeleid
minister: Drs. M.W.J.M. Peijnenburg (cda) (19 december 1977 - 1 april 1979)
minister a.i.: Dr. L. Ginjaar (vvd) (2 april 1979 - 3 mei 1979)
minister: Dr. A.A.Th.M. van Trier (cda) (3 mei 1979 - 11 september 1981)

Financiën
minister: Mr. F.H.J.J. Andriessen (cda) (19 december 1977 - 22 februari 1980)
minister a.i.: Drs. G.M.V. van Aardenne (vvd) (22 februari 1980 - 5 maart 1980)
minister: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (cda) (5 maart 1980 - 11 september 1981)
staatssecretaris: Mr. A. Nooteboom (cda) (28 december 1977 - 22 februari 1980)
staatssecretaris: Drs. M.J.J. van Amelsvoort (cda) (16 april 1980 - 11 september 1981)

Defensie
minister: Dr. R.J.H. Kruisinga (cda) (19 december 1977 - 4 maart 1978)
minister a.i.: Drs. J. de Koning (cda) (4 maart 1978 - 8 maart 1978)
minister: Mr. W. Scholten (cda) (8 maart 1978 - 25 augustus 1980)
minister: Drs. P.B.R. de Geus (cda) (25 augustus 1980 - 11 september 1981)
staatssecretaris: C.L.J. van Lent (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)
staatssecretaris: Dr. W.F. van Eekelen (vvd) (20 januari 1978 - 11 september 1981)

Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
minister: Jhr.Drs. P.A.C. Beelaerts van Blokland (cda) (19 december 1977 - 1 september 1981)
minister: Ir. D.S. Tuijnman (vvd) (1 september 1981 - 11 september 1981)
staatssecretaris: Mr. G.Ph. Brokx (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)

Verkeer en Waterstaat
minister: Ir. D.S. Tuijnman (vvd)
staatssecretaris: Drs. N. Smit-Kroes (vvd) (28 december 1977 - 11 september 1981)

Economische Zaken
minister: Drs. G.M.V. van Aardenne (vvd)
staatssecretaris: Th.M. Hazekamp (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)
staatssecretaris: Mr. K.H. Beyen (vvd) (9 januari 1978 - 11 september 1981)

Landbouw en Visserij
minister: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (cda) (19 december 1977 - 5 maart 1980)
minister: Ir. G.J.M. Braks (cda) (5 maart 1980 - 11 september 1981)

Sociale Zaken
minister: Dr. W. Albeda (cda)
staatssecretaris: L. de Graaf (cda) (28 december 1977 - 11 september 1981)

Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
minister: M.H.M.F. Gardeniers-Berendsen (cda)
staatssecretaris: J.G. Kraaijeveld-Wouters (cda) (28 december 1977 - 9 september 1981)
staatssecretaris: G.Ch. Wallis de Vries (vvd) (4 januari 1978 - 11 september 1981)

Volksgezondheid en Milieuhygiëne
minister: Dr. L. Ginjaar (vvd)
staatssecretaris: E. Veder-Smit (vvd) (3 januari 1978 - 11 september 1981)

minister voor Nederlandse Antilliaanse zaken
minister: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (cda)

4.

Wijzigingen in de samenstelling van het kabinet

Vijf keer trad er tijdens deze kabinetsperiode tussentijds een nieuw bewindspersoon aan. Vier keer betrof het een minister, één keer een staatssecretaris.

  • Kruisinga werd opgevolgd door Scholten als minister van Defensie

    In maart 1978 stapte minister Kruisinga van Defensie op, omdat hij vond dat het kabinet krachtiger stelling moest nemen tegen het Amerikaanse voornemen om een Neutronenbom te gaan produceren. Zijn opvolger, Scholten, was lid van de Raad van State. Meer over het vertrek van Kruisinga.

  • Peijnenburg werd opgevolgd door Van Trier op als minister voor Wetenschapsbeleid

    In april 1979 overleed minister Peijnenburg van Wetenschapsbeleid. De Eindhovense hoogleraar Van Trier volgde hem op.

  • Andriessen werd opgevolgd door Van der Stee als minister van Financiën

    Minister Andriessen trad in februari 1980 af, omdat hij vond dat er een krachtiger bezuinigingsbeleid moest worden gevoerd. Zijn opvolger was minister Van der Stee van Landbouw. Meer over het aftreden van Andriessen.

  • Nooteboom werd opgevolgd door Van Amelsvoort als staatssecretaris van Financiën

    Staatssecretaris Nooteboom verklaarde zich solidair met minister Andriessen en stapte tegelijk met hem op. Nootebooms opvolger was het CDA-Tweede Kamerlid Van Amelsvoort.

  • Van der Stee werd opgevolgd door Braks als minister van Landbouw en Visserij

    Toen minister Van der Stee minister van Financiën werd, volgde Braks hem op als minister van Landbouw en Visserij.

  • Scholten werd opgevolgd door De Geus als minister van Defensie

    Het kabinet benoemde in augustus 1980 minister Scholten tot vicepresident van de Raad van State. Topambtenaar De Geus van het ministerie van Defensie volgde hem op.

  • Beelaerts van Blokland werd opgevolgd door Tuijnman als Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

    Per 1 september 1981 trad minister Beelaerts van Blokland aan als nieuwe burgemeester van Apeldoorn. Zijn opvolger als minister was de VVD'er Tuijnman.

5.

Zetelverdeling in parlement en kabinet

De regeringspartijen konden in zowel de Tweede als Eerste Kamer rekenen op een kleine meerderheid. De verhoudingen in de Eerste Kamer veranderden als gevolg van de Eerste Kamerverkiezingen van 1980 en 1981. De zetelverdeling in de Tweede Kamer wijzigde gedurende de kabinetsperiode niet.

 
 

CDA

VVD

totaal

Kabinet: ministers / (staatssecretarissen)

10/(10)

6/(6)

16/(16)

Tweede Kamer op 19 december 1977

49

28

77 (51,3%)

Eerste Kamer tot 16 september 1980

24

15

39 (52%)

Eerste Kamer van 16 september 1980 tot 10 juni 1981

27

13

40 (53,3%)

Eerste Kamer vanaf 10 juni 1981

28

12

40 (53,3%)

6.

Financieel-economisch beleid

Het kabinet-Van Agt I slaagde er niet in de economische naweeën van zowel de oliecrisis van 1973 als van het beleid van het kabinet-Den Uyl i het hoofd te bieden. In 1979 kwam daar een tweede oliecrisis bovenop. Vooral nadat minister Andriessen i (Financiën) in 1980 bakzeil had gehaald met zijn verdere bezuinigingsplannen, ontspoorde het beleid en werd het kabinet één van de slechts presenteerde kabinetten in de periode 1971-2007.

7.

Wetgeving

8.

Beleid per departement

Buitenlandse Zaken i

  • Urenco-affaire

    In 1978 ontstond ophef over de levering van verrijkt uranium aan Brazilië. Dit bleek afkomstig van de Nederlandse opwerkingsfabriek van Urenco in Almelo. De levering was omstreden, omdat Brazilië het verdrag tegen verspreiding van kernwapens niet had getekend. Op 4 maart 1978 demonstreerden ca. 50.000 mensen in Almelo.

  • RSV-Onderzeeërs Taiwan

    Het kabinet stemde in 1980 in met levering door RSV van onderzeeërs aan Taiwan. Dit veroorzaakt verstoring van de verhoudingen met China, dat Taiwan als een opstandige provincie beschouwde. De Tweede Kamer ging schoorvoetend akkoord met de levering.

Justitie i

  • Migratie- en Asielbeleid

    Er ontstonden problemen rond groepen buitenlandse werknemers (met name Christelijke Turken) die met uitzetting werden bedreigd. Staatssecretaris Haars voerde een streng asielbeleid.

Binnenlandse Zaken i

  • Instelling Nationale Ombudsman

    Het kabinet stelde de Nationale Ombudsman in. In 1980 koos de Tweede Kamer Jaap Rang i als eerste Nationale Ombudsman.

Onderwijs en Wetenschappen i

  • Invoering basisonderwijs

    In 1981 kwam de Wet op het basisonderwijs tot stand; kleuter- en lagere scholen werden samengevoegd.

  • Invoering tweefasestructuur

    Voor het hoger onderwijs voerde het kabinet in 1981 de tweefasestructuur in.

Financiën i

  • Nota Bestek'81

    In 1978 bracht het kabinet de Nota Bestek'81 i uit, waarin ombuigingen werden aangekondigd. Toen het kabinet in 1980 extra bezuinigingen afwees, trad minister Andriessen van Financiën af.

  • Europees Monetair Stelsel

    In 1979 kwam het Europees Monetair Stelsel tot stand, een vast systeem van wisselkoersen tussen de landen van de Europese Gemeenschap.

Defensie i

  • Vredesmissie Libanon

    Nederlandse militairen namen deel aan een VN-vredesmissie in Libanon.

Verkeer en Waterstaat i

  • Invoering Nationale Strippenkaart

    De Nationale strippenkaart werd ingevoerd.

  • Aanleg spoorwegen

    Er werd besloten tot aanleg van de Almere-spoorlijn van Weesp, via Almere naar Lelystad. Na protesten van de natuurbeweging besloot minister Zeevalking in 1981 om het tracé zo te verleggen dat het niet dwars door de Oostvaardersplassen zou lopen.

Volksgezondheid en Milieuhygiëne i

  • Abortuswetgeving

    Het kabinet slaagde er in 1981 een nieuwe regeling voor zwangerschapsafbreking (abortus provocatus) tot stand te brengen. In beide Kamers werd een wetsvoorstel van de ministers De Ruiter en Ginjaar met één stem meerderheid aangenomen. In een noodsituatie werd abortus toegestaan, mits er een zorgvuldige afweging en vijf dagen bedenktijd aan vooraf waren gegaan.

  • Milieuwetgeving

    Er kwamen diverse milieuwetten tot stand, zoals de Wet algemene bepalingen milieuhygiëne, de Wet geluidhinder en een herziene Hinderwet.

9.

Bijzonderheden

Troonswisseling

Op 30 april 1980 vond de regeringswisseling tussen Koningin Juliana i en Prinses Beatrix i plaats. Rond die plechtigheid vonden in Amsterdam ernstige krakersrellen plaats onder de leuze 'Geen woning, geen kroning'.

Controversiële sportevenementen

In 1978 werd het WK-voetbal gehouden in Argentinië, op dat moment geregeerd door een militair bewind. De Nederlandse deelname aan het toernooi was omstreden. Ondanks oproepen om het WK te boycotten nam het Nederlands elftal uiteindelijk toch deel.

Ook rond de Olympische Spelen van 1980 in Moskou ontstond ophef. Naar aanleiding van de invasie van Afghanistan door de Sovjet-Unie besloten de VS tot een boycot van de Olympische Spelen en riepen andere landen op dit voorbeeld te volgen. Het kabinet wilde dat Nederland aan deze oproep gehoor zou geven. De Nederlandse sportbonden voelden daar echter niets voor. Een boycot kwam er uiteindelijk niet, maar om de afkeuring duidelijk te maken over de invasie van Afghanistan nam de Nederlandse delegatie geen deel aan de openingsceremonie.

Zuid-Afrika

In 1980 ontstond bijna een crisis, omdat het kabinet weigerde over te gaan tot een olie-emabrgo jegens het apartheidsbewind in Zuid-Afrika. Een Kamermeerderheid sprak zich daarvoor uit. Wel werd het culturele verdrag met dat land opgezegd.

Kernbewapening

De VS besloten om een nieuw type kernwapen (in de wandelgang neutronenbom genoemd) te gaan produceren. President Carter wilde dat dit wapen aan het arsenaal van de NAVO werd toegevoegd. Dit stuitte op veel verzet in Nederland, omdat er een verdere wapenwedloop werd gevreesd. Onder druk van de Tweede Kamer moest het kabinet dit standpunt in de VS uitdragen. Uiteindelijk zag dit land af van introductie van het wapen.

In het najaar van 1979 besloot de NAVO tot productie en plaatsing van langeafstandsraketten in West-Europese landen, als reactie op de plaatsing van SS20-raketten in Midden-Europa door de Sovjet-Unie. Nederland stemde in met productie, maar plaatsing werd afhankelijk gesteld van onderhandelingen met het Oostblok over wapenvermindering. Zowel politiek als maatschappelijk leidde het besluit tot veel onrust. VVD en CDA waren verdeeld en een omvangrijk deel van de CDA-fractie was uiterst kritisch.

Eerste lezing grondwetsherziening

De eerste lezing van een totale herziening van de Grondwet i werd afgerond. Belangrijke wijzigingen waren het verlenen van kiesrecht voor de gemeenteraad aan niet-Nederlandse ingezetenen, opneming van sociale grondrechten en van een antidiscriminatie-artikel, vastlegging van de onaantastbaarheid van het menselijk lichaam, de vierjarige zittingsperiode van de Eerste Kamer en de benoeming door beide Kamers van hun eigen voorzitter. Voorstellen tot staatkundige vernieuwing haalden het niet.

Europees Parlement

In 1979 werden de eerste rechtstreekse verkiezingen voor het Europese Parlement i gehouden. Op 7 juni 1979 waren er 25 zetels te verdelen.

10.

Troonredes

Drie keer schreef het kabinet-Van Agt I de troonrede. In deze redes stonden de noodzaak van bezuinigingen en ingrepen in de sociale zekerheid centraal. Ook werd er teruggeblikt op de laatste tien jaar vanwege het aanbreken van een nieuw decennium.

11.

Einde van het kabinet

Ondanks enkele 'bijna-crises' maakte het kabinet-Van Agt I zijn volledige termijn vol. Voor de Tweede Kamerverkiezingen van 1981 i bood de minister-president het ontslag van zijn kabinet aan en werd het kabinet demissionair. 108 dagen later trad het kabinet-Van Agt II i aan als opvolger.

 

Meer over