Reactie kabinet op CDA-manifest

Met dank overgenomen van Y.J. (Eddy) van Hijum i, gepubliceerd op donderdag 2 december 2010, 3:34.

Hieronder de reactie van staatssecratris Paul de Krom van SZW op het CDA-manifest 'onbeperkt aan het werk'.

Op 4 november jl. heb ik van de Tweede Kamerfractie van het CDA het manifest ‘Onbeperkt aan het werk’ mogen ontvangen. De voorstellen in het manifest heb ik met veel interesse gelezen. Middels deze brief ik reageer ik op de voorstellen.

  • 1. 
    Sociaal akkoord

Het CDA wil dat in het sociaal akkoord concrete afspraken worden gemaakt over meer stage- en arbeidsplaatsen voor mensen met een beperking.

Sociale partners spelen een cruciale rol bij het vergroten van de arbeidparticipatie van personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De minister van SZW zal, zoals ook aangegeven in het kennismakingsgesprek met de vaste Kamercommissie van SZW, in het kader van totstandkoming van een Sociaal Akkoord het vergroten van de arbeidsparticipatie bespreken met de sociale partners. Doel daarbij is om te komen tot concrete afspraken over inzet van sociale partners en het kabinet.

  • 2. 
    Bevorder sociaal ondernemerschap

Het CDA vraagt het kabinet om sociaal ondernemerschap te bevorderen en meer mogelijkheden te bieden aan reguliere werkgevers en private initiatieven voor sociaal ondernemerschap.

Momenteel verricht TNO in opdracht van mijn voorganger onderzoek naar sociaal ondernemerschap en mogelijke knelpunten die sociaal ondernemers ervaren. Begin 2011 verwacht ik het onderzoeksrapport met aanbevelingen. Aan de hand hiervan zal ik afwegen of extra maatregelen ter bevordering van sociaal ondernemen wenselijk zijn, waarover ik u vervolgens zal informeren. Hierbij wil ik wel aangeven dat het altijd mijn voorkeur zal hebben om te streven naar een volwaardige positie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in het reguliere bedrijfsleven. Dit uitgangspunt impliceert een generieke werkgeversbenadering voor alle werkgevers, waarbij we, mede met oog op de bezuinigingen, kritisch zullen moeten bezien of we extra instrumenten voor sociaal ondernemerschap inzetten.

  • 3. 
    Begeleiding op de werkvloer

Het CDA wil dat werkgevers een vergoeding ontvangen voor een vakinhoudelijke bedrijfscoach als jobcoach. Daarnaast stelt het CDA voor om oudere werknemers te detacheren als leermeester in het speciaal onderwijs.

Zoals mijn ambtsvoorganger u al heeft laten weten in de brief van 20 mei 2010 , zal het UWV verschillende varianten van de inzet van een interne jobcoach in de praktijk gaan toetsen. De beoogde looptijd van het onderzoek is 2 jaar (2011 en uitloopjaar 2012). Na afloop van dit onderzoek zullen de in de praktijk getoetste varianten worden geëvalueerd waarna ook kan worden bezien of re-integratiemiddelen eventueel herschikt dienen te worden. Het detacheren van oudere werknemers als leermeester binnen de school zie ik als een interessante gedachte, die ik wil bespreken met mijn collega van OCW. Het kan de kloof tussen de school en de arbeidsmarkt helpen verkleinen. Op dit punt verwacht ik echter het meeste effect van frequente en langdurige stages van leerlingen in bedrijven.

  • 4. 
    Benut laagste cao-schalen

Het CDA stelt dat het - in het kader van het vergroten van de werkgelegenheid - van belang is dat in CAO’s de laagste loonschalen op het niveau van het wettelijk minimumloon worden benut.

Ik ben met het CDA eens dat voor voldoende werkgelegenheid voor mensen met een beperking het van belang is dat loonschalen op het niveau van het wettelijk minimumloon daadwerkelijk worden benut. Op die wijze kunnen meer mensen, eventueel met inzet van het instrument loondispensatie, instromen bij reguliere werkgevers en doorstromen binnen het bedrijf. Het maken van afspraken over de invulling van loonschalen is een zaak tussen werkgevers en werknemers. Ik zal dit punt onder de aandacht brengen in gesprekken met sociale partners.

  • 5. 
    Meer aangepast werk via jobcarving

Het CDA adviseert om samen met brancheorganisaties het systeem van adviesvouchers voor jobcarving verder uit te rollen.

Ik ben van mening dat het concept van ‘jobcarving’, oftewel het aanpassen en creëren van functies binnen een bedrijf, veel mogelijkheden kan bieden om de werkgelegenheid voor mensen met een arbeidsbeperking te vergroten.

Op dit moment worden door verschillende partijen instrumenten getest om jobcarving vorm te geven. Zo is Cedris – de brancheorganisatie voor

sw-bedrijven - in het kader van de pilots Werken naar Vermogen hiermee bezig en testen SZW en UWV de Wajong adviesvoucher en het UWV bedrijfsadvies. De ervaringen en opbrengsten hiervan worden intensief gemonitord. Naar aanleiding van de resultaten zal bezien worden hoe verder uitwerking gegeven kan worden aan deze instrumenten.

  • 6. 
    Neem administratief gedoe uit handen

Het CDA geeft aan dat werkgevers afgeschrikt worden door administratieve lasten bij het aanvragen van voorzieningen en stelt dat dit vereenvoudigd moet worden door alles onder te brengen op de werkpleinen. Ik deel deze opvatting en probeer op verschillende manieren administratieve lasten te beperken. Op de 30 zogenaamde werkpleinplusvestigingen zijn gemeenten en UWV bezig werkgeversservicepunten in te richten. Deze servicepunten nemen administratieve lasten uit handen van werkgevers.

  • 7. 
    De overheid geeft het goede voorbeeld

Het CDA stelt dat de overheid als werkgever het goede voorbeeld moet geven. Ik ben het met u eens dat de overheid een voorbeeldfunctie vervult als het gaat om het bieden van kansen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Voor wat betreft de sector Rijk loopt op dit moment een project om in totaal 250 Wajongers en Wsw-ers te plaatsen. De minister van BZK heeft hierover onlangs per brief de Kamer geïnformeerd over stand van zaken. Daarnaast treft BZK voorbereidingen voor het structureel reserveren van 1% van het aantal FTE’s voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De minister van BZK zal over de voortgang rapporteren in het Sociaal Jaarverslag Rijk dat jaarlijks in mei verschijnt. Bij het departement van SZW zijn overigens 5 Wsw-ers en 15 Wajongers werkzaam.

De mogelijkheden van sociaal inkopen worden momenteel door het kabinet onderzocht. Ook is het Rijk reeds op experimentele basis bezig met social return in vijf aanbestedingen. Begin 2011 zal een kabinetsstandpunt volgen.

Slot

Het kabinet streeft naar een arbeidsmarkt waarin iedereen naar vermogen kan participeren en re-integratiemiddelen effectief worden ingezet. De komende periode zal worden benut om in vervolg op het Regeerakkoord de voorwaarden hiervoor te optimaliseren in wet- en regelgeving. Vervolgens vergt het inzet van alle betrokken partijen om iedereen in onze samenleving een kans te geven om volwaardig deel te nemen aan het arbeidsproces.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken

en Werkgelegenheid,

P. de Krom