Spreektekst AO Verslavingszorg 2-12-2014

Met dank overgenomen van Y. (Ybeltje) Berckmoes-Duindam i, gepubliceerd op dinsdag 2 december 2014, 2:34.

in Spreektekst, Nieuws

Voorzitter,

Het vorige AO verslavingszorg dateert van 2007.

Het is dus goed dat wij vandaag over de zorg spreken als het om verslavingen gaat.

Want patiënten met een verslaving zijn gebaat bij goede zorg, dicht bij huis.

Hierdoor hebben zij de kans om hun verantwoordelijkheden in het normale leven weer op te pakken.

De kosten van verslaving komen tot uitdrukking in onder andere een verhoogd ziekteverzuim, maar ook in verkeersongelukken en in criminaliteit.

Naast de patiënt en zijn of haar naasten is dan ook de maatschappij als geheel gebaat bij effectieve verslavingszorg.

Het is belangrijk dat behandelingen effectief zijn en dat er geen zorggeld wordt verspild.

Uit de rapporten die vandaag op de agenda staan concludeer ik dat het goed gaat in de verslavingszorg.

Effectieve behandeling zorgt ervoor dat mensen langer leven of een betere kwaliteit van leven hebben gekregen.

Er is een verschuiving van klinische naar ambulante zorg.

Er wordt volgens richtlijnen gewerkt.

Er wordt uitkomstgericht gewerkt.

En ook is de cliëntenparticipatie goed georganiseerd.

In de GGZ zijn de uitgaven zijn verdubbeld.

De verslavingszorg vormt hierop een positieve uitzondering.

Sinds 2009 zijn de kosten niet toe maar afgenomen met een gelijkblijvend aantal patiënten. (€472 mln in 2013 vs €488 mln in 2009).

Er zijn ook zaken die aandacht behoeven:

Effectieve behandeling is al gauw kosteneffectief.

Waar het echter aan ontbreekt zijn gegevens om te bepalen welke behandelingen het meest kosteneffectief zijn in de verslavingszorg.

En hoe de ene behandeling zich verhoudt tot de andere.

De VVD heeft tijdens de begrotingsbehandeling veel aandacht besteed aan het belang van meer inzicht in de effectiviteit en kosteneffectiviteit van behandelingen.

En middels een amendement, is geld vrijgemaakt voor onderzoek.

Graag wil ik de staatssecretaris vragen hoe het in de verslavingszorg staat met het onderzoek naar effectiviteit van behandelingen en de toekomstige plannen hiervoor?

In welke mate zijn alle partijen hierbij betrokken, zoals beroepsverenigingen, zorgverzekeraars en patiënten?

In de uitvoeringspraktijk van de verslavingszorg is sprake van grote variatie in behandelingen.

Zorgverzekeraars geven aan dat het moeilijk is om te beoordelen of declaraties rechtmatig zijn. Als gevolg daarvan heeft de zorgverlener veel tijd nodig om de administratie rondom een patiënt op orde te houden.

De vele administratieve eisen in de verslavingszorg zijn echter niet door de overheid opgelegd.

Ze zijn ontstaan na afspraken tussen zorgverleners en zorgverzekeraars, gemeenten, penitentiaire instellingen en verslaafdenreclassering.

Herkent de staatssecretaris dit beeld en ziet de staatssecretaris mogelijkheden om dit te verbeteren?

Dan bestaat nog discussie over het hoofdbehandelaarschap binnen de verslavingszorg.

Gisteren is het Trimbos instituut met een van de onderzoeken naar buitengekomen waartoe de minister opdracht had gegeven.

Ik heb enkele vragen over het verdere proces rondom het hoofdbehandelaarschap.

  • Welke overige onderzoeken worden nu gedaan.
  • Wanneer worden de resultaten verwacht.
  • Wanneer denkt de staatssecretaris dat er een norm voor het hoofdbehandelaarschap wordt vastgesteld.

Tenslotte, voorzitter,

Heeft het gevangeniswezen aangegeven dat de zorg aan verslaafde gedetineerden beter kan.

Van alle gedetineerden is 60% een problematisch middelengebruiker.

Nadat zij weer op straat komen is de kans dat zij hulp zoeken voor hun verslaving klein en het risico op recidive groot.

Daarom vind ik dat zorg die tijdens detentie wordt verleend moet aansluiten op zorgtrajecten buiten de instelling.

Het gebruik maken van kennis en diensten van gespecialiseerde verslavingszorginstellingen kan de kwaliteit van de zorg binnen de penitentiaire instellingen ten goede komen.

Graag hoor ik van de minister hoe het hier nu mee staat.